Liefst met karteltjes PZC Gathering speelt op Pinkpop In deze wereld heb je geen zekerheid Marillion Brautigam biedt slanke Mozart Foo Fighters staan op eigen benen kunst cultuur 20 Veertig bands in Landgraaf cd vrijdag 16 mei 1997 Live optreden blijft voor The Gathering veruit het leukste onderdeel van het muzikantenvak. hadden aanmerkingen op mijn kleding. Ik moest een lange zwarte jurk aan. En vooral geen gympies. Ze boden me zelfs tweeduizend mark om nieuwe kleren te gaan kopen. Maar dat geld hoef ik niet en bovendien moet de band dat uiteindelijk toch weer terug beta len. Ook zeiden ze dat ik misschien maar niet zo moest lachen op het podium. Ja hallo zeg, ik heb ple zier in de muziek en heb geen zelf moordneigingen zoals andere doommetalbands. Als het op zo'n manier zou moeten, dan hoef ik niet in deze band te zitten. Jelmer: „De mensen van de pla tenmaatschappij merkten al snel dat het niet werkt om ons te stu ren. Wij doen toch ons eigen ding en inmiddels vertrouwen ze in ie der geval artistiek volledig wat we doen. Wat dat betreft laten ze ons nu helemaal vrij." Dynamiek En dus kon The Gathering in het begin van dit jaar vijf weken lang ongestoord werken aan Nighttime Birdshet afwisselende en weder om zeer sfeervolle nieuwe album. Deze plaat moest niet alleen beter worden dan voorganger Mandy- lion, de groep heeft ook gezocht naar een meer open sound. Jelmer: „Het geluid op Mandylion is behoorlijk bombastisch. Daar door klinkt de plaat een beetje als één lang nummer. Dat wilden we nu voorkomen. We zochten naar meer dynamiek, naar een spran- kelender geluid." „In de tijd van Mandylion was alle muziek al klaar toen ik bij de band kwam", zegt Anneke. „Ik heb toen achter af alle teksten en zanglijnen erbij geschreven. Nu hebben we echt gewerkt als een groep van zes mensen. Dat kan je duidelijk ho ren. De zang past beter in de mu ziek. Deze plaat moest beter wor den dan Mandylion en daarin zijn we wat ons betreft geslaagd. Hoe Nighttime Birds straks ook ont vangen zal worden, aan ons heeft het het niet gelegen. Wij vinden het een hele mooie plaat." Toch, zo bekent Anneke vervol gens, blijft het altijd eenbeetje be helpen in de studio. Die 'gave live sound' bereik je op de plaat nooit, heeft de zangeres inmiddels erva ren. „We zijn live nog beter en echter dan op cd. En bovendien ook veel leuker. Misschien is het qua strak heid wat minder, maar live is het natuurlijk veel energieker. En minder glad. Ik houd van muziek met karteltjes." Muziek met karteltjes, wat is dat in hemelsnaam? „Ik bedoel een wat korrellig geluid, niet dat glad de, maar dat je alle instrumenten duidelijk kan onderscheiden. Dat als de gitaar moddervet moet klin ken je hem dan ook moddervet hooit. Op de plaat blijft dat moei lijk, het blijft altijd wat gepolijst. Live niet. Dan hoor ik die keiharde gitaren achter me en dat zingt heel lekker. Dan kan ik er nog meer emotie in leggen. Het is dus altijd een afweging, of je maakt een live plaat, of een zo goed mogelijk ge mixte studio-cd. We hebben geko zen voor dat laatste en ik denk dat het heel goed gelukt is." Live. Het blijft veruit het leukste onderdeel van het muzikanten vak, zo zijn alle Gathering-leden het roerend eens. Optreden op me- ga-festivals als Pinkpop (dit jaar voor de tweede maal) en Dynamo noemen Anneke en Jelmer een enorme kick, maar de band speelt net zo lief in de kleine clubs in het land. Maar inmiddels heeft de groep al die clubs al eens van bin nen gezien en rijst de vraag of ze niet een stapje verder wil? „Nou nee, die drang hebben we helemaal niet. We hebben ooit eens in de Ahoy gespeeld, in het voorprogramm van Faith No Mo re. Een geweldige ervaring, maar we hoeven echt niet altijd in zulke hallen te* spelep", aldus Jelmer. Anneke: „Een band als Bon Jovi zal niet meer in de Willem I in Den Bosch gaan staan, maar dat zijn toch echt de leukste zalen. Daar maak je tenminste echt contact met je publiek." En het buitenland? „We konden voi'ig jaar met Type O Negative door Amerika toeren. Een paar weken lang in zo'n klotenbus, waar je niet eens fatsoenlijk in kan slapen. En dan moesten we nog veel geld meenemen ook. Nou, dan hoeft het voor ons niet, hoor. Wij willen best groter worden, maar niet koste wat net kost. Als het net zo blijft gaan als met 'Mandylion' zijn we dik tevreden. Wij maken ons niet zo druk, het zijn vooral de mensen om ons heen die gestresst doen. Wij maken gewoon muziek, verder niks. En toch zijn we al zo ver gekomen. Soms kunnen we het allemaal nog niet zo goed vatten. Dat mensen geld betalen en hele afstanden op een brommertje rij den om ons te kunnen zien. Da's te gek toch? En net zo belangrijk als een optreden op Pinkpop." Han Neijenhuis Concerten The Gathering: 19 mei op Pinkpop, 30 mei Noorderligt Tilburg. Gesterkt door het stijgende kwik durft festival- baas Jan Smeets van Pinkpop in Landgraaf maandag te rekenen op zo'n 55.000 bezoekers, een kleine tienduizend minder dan in een topjaar als 1993, maar voor het verblijf op het grasveld wel zo prettig. Pinkpop heeft zoveel betalende klanten ook zeker nodig om uit de kosten te komen, want met ongeveer 40 muzikale attracties is het pro gramma prijziger dan ooit. Pinkpop, eveneens uitgegroeid tot een echte 'drie daagse', zal het (ook) dit keer vooral moeten heb ben van haar kamerbrede aanbod. Wie op de draf- en renbaan neerstrijkt (of thuis blijft 'rtv-en') krijgt uiteindelijk een aardig overzicht van het lo pende popaanbod, dat al dan niet het clubcircuit net is ontstegen. In elk geval in actie te verwachten zijn op Pinkpop: zaterdag: Republica, Marilyn Manson, Kom, Coo ler Than Jesus, Johan, Death In Vegas, The Roots, Jim Rose Circus Side Show (ook zondag en maan dag), DJ's Dab en John. Zondag: Limp Bizkit, Placebo, Descendents, Rammstein, Osdorp Posse, The Orb, Beth Orton. DJ L. Dopa, Lamb, DJ Lady Aida, Faithless, DJ Hype, System Maandag: Fountains Of Wayne, Silverchair, The Gathei-ing. Kula Shaker, Osdorp Posse (ander maal), Live, Beck, Nada Surf, Eels, Supergrass, Tracy Bonham, Counting Crows, dEUS.Bush, Ca ke, Skik, Red Snapper. Moi*phine en Atari Teenage Riot. The Gathering speelt dit voorjaar op een aantal festivals, waaronder op 19 mei op Pinkpop. Op 30 mei staat de groep in het Noorderligt in Tilburg en na de zomer staat er een uitgebreide toer (zo'n 25 optredens) langs de grotere Nederlandse zalen op het programma. Even lijkt het erop dat de zange res er niet is. Bij het betreden van de hotelkamer, waar The Ga thering deze dag een aantal inter views geeft, vormt gitarist Jelmer Wiei-sma namelijk in zijn eentje het ontvangstcomité. Nadere in spectie leert echter dat Anneke van Giersbergen wel degelijk van de partij is, maar dat ze half uit het raam hangt om het Amsterdamse straatleven te bestuderen. Maar eenmaal doordrongen van het feit dat het tijd is voor alweer een in terview, verruilt Anneke haar uit kijkpost direct voor haar stoel. En doet samen met Jelmer gedurende een klein mutje weer enthousiast haar verhaal. Niet dat het hun voorkeui- heeft om de hele dag opgesloten te zitten in een hotelkamer en netjes de ver schillende persmensen te woord te staan. Maar het is nu eenmaal een ondei-deel van het commerciële circus, waar de zes begin-twinti- gers van The Gathei-ing sinds het gi-ote succes van het vorige album Mandylion in terecht zijn geko men. Een circus waar de bandle den zich niet altijd even goed in kunnen vinden. Anneke: „We zijn ooit begonnen met dit bandje om leuk muziek te maken. Maar nu is het allemaal zo ontzettend business gewoi'den. Aan de ene kant heb je de platen industrie en aan de andei-e kant staan wij, de muzikanten. Die twee partijen hebben hele ver schillende belangen. Bij de pla tenmaatschappijen dx-aait het al leen om geld. Daar hebben wij mee om moeten leren gaan. Zakelijk gezien zij n we slimmer en assertie- ver geworden. We hebben bijvoor beeld gevochten voor betere fi nanciële voor-waarden en die ook gekregen. Maar verder is er sinds Mandylion wat ons betreft niet zo gek veel veranderd. We vinden het gewoon nog steeds heel leuk om muziek te maken. We blijven wie we zijn." Keerzijde De bussiness. Het is voor veel mu zikanten de keerzijde van het suc ces. Anneke van Giersbergen, Jel mer Wiersma, Frank Boeijen (keyboards), Hugo Prinsen Geer- lings (bas), René Rutten (gitaar) en drens broer Hans (drums) weten er in inmiddels alles van. Na de op richting in 1989 maakte de toen malige deathmetalgroep uit Oss in de vorm van Always... een behoor lijk succesvolle en vervolgens met Almost a dance een beduidend minder goed ontvangen cd. Maar met de komst in 1994 van Anneke van Giersbergen veran derde alles voor The Gathering. Haar prachtige, sprookjesachtige zang vonnt een mooie en boven dien heel originele combinatie met het zware, donkere bandgeluid, zo blijkt op het in 1995 verschenen derde Gathering-album Mandy lion. Deze cd, de eerste voor haar Duitse platenbaas Century Media, is wereldwijd zo'n honderddui zend maal over de toonbank ge gaan, de single Strange Machines werd vorig jaar een hit en de groep stond in datzelfde jaar op onder meer Pinkpop en Dynamo Open Air. Sindsdien wordt er aan alle kanten aan The Gathering getrok ken. En worden de muzikanten van allerlei adviezen voorzien. Foute adviezen vooral, aldus An neke en Jelmer. ..Een metalband met een zangeres die heel zuiver zingt. Wat moeten we daar nou mee? Onze platen maatschappij wist het eerst niet zo goed", zo vertelt Jelmer. „Ze pro beerden ons te sturen" neemt An neke het over. „Eerst muzikaal, maar later ook qua presentatie. Ze Er zijn weinig Engelse bands die zo'n trouwe aanhang hebben als de symforockers van Marillion. Toen zanger Steve Hogarth onlangs met zijn soloproject Ice Cream Genious in de Amsterdamse Melkweg stond, had de fanclub bijna alle beschikbare kaarten opgekocht. Die fanatieke schare van tweeduizend zielen zorgt er al jaren voor dat de naam Marillion in Nederland niet verloren gaat. Zoals tieners alles van de Backstreet Boys en 3T verzamelen en koesteren, zo verslinden al die dertigers en veertigers de Marillion-'fanzines' en platen. hoe het komt dat wij zo'n trouwe aanhang hebben. Vooral in Neder land lijken de mensen ons in hun hart te hebben gesloten. Misschien komt het door de passie die wij in onze muziek leggen, ik weet het niet." Ook zanger Steve Hogarth heeft in een verloren moment wel eens wat over die loyale Marillion-fans zit ten filosoferen. „Het heeft mis schien ook te maken met het res pect dat wij voor de fans tonen. Wij doen niet alsof we goden zijn. Het komt zelden voor dat we geen tijd nemen om met iemand een praatje te maken. We sluiten ons na afloop van een optreden ook niet af. Iedereen kan rustig de kleedkamer binnenwandelen voor een handtekening." Toen Hogarth als opvolger van Fish bij Marillion kwam, ging daarmee zeker niet een harten wens in vervulling. „Nee, ik was helemaal geen echte Marillion- fan. Hoewel Fish gezichtsbepa lend voor de groep was, liet de rest me helemaal vrij in de manier waarop ik mij aan het publiek wil de presenteren. Ze legden geen en kele druk op mij. Ik kreeg ook niet alle opnames met Fish onder de neus geduwd met het verhaal: We willen dat je precies zo klinkt. In tegendeel, iedereen was het erover eens dat ik mijn eigen inbreng in Marillion moest hebben. Pas toen ik voor het eerst met de groep de planken opging, dacht ik: jongen, wat heb je jezelf op de hals ge haald. Maar het ging prima". Ik heb er nu honderden optredens met Marillion opzitten en ik denk dat ik het vertrouwen van de meest verstokte fan wel gewonnen heb. Maar op de Bühne heb ik geen tijd om te denken wat het publiek van mij vindt." Frustrerend Steve Hogarth is teleurgesteld in de manier waarop EMI grote acts uit de jaren zeventig en tachtig aan de kant heeft gezet, waaron der Marillion. „Het was heel frustrerend hoe die maatschappij onze laatste cd heeft gepromoot. Door die Brit- pop-hype stonden we zo'n beetje onder aan hun lijst met prioritei ten. Maar als je ziet hoe snel arties ten die worden gecontracteerd door een groot label weer op straat staan, dan leer je wel relativeren. In deze business is geen enkele ze kerheid. Niemand weet iets. Het enige wat je weet is waar je in ge looft. En al die mensen die zeggen dat ze weten wanneer een plaat een hit wordt, kletsen uit hun nek. Want dat weet niemand. Maar de platenjongens pochen er wel over dat een band die scoort, door hen ontdekt is. Onzin. En groep scoort alleen omdat het publiek hem goed vindt." Harry de Jong Marillion treedt m België op in Gent (De Vooruit, maandag 19 mei) en komt in Nederland, onder meer naar Utrecht (Vredenburg, 24 mei, Den Haag, (Con gresgebouw, 26 mei) en Eindhoven (Philipszaal, 28 mei). Echt groot is de symfonische rockband natuurlijk allang niet meer. Hun grote dagen waren in de jaren tachtig, toen Fish nog de zangmicrofoon hanteerde en een tournee louter langs stadions voerde. Maar na de breuk met de Schot-met-de-brede-gebaren en het in dienst nemen van Steve Hogarth was Marillion nog niet aan het eind van z'n latijn. Door de langzaam veranderende muzikale tijdgeest moesten de sta dions worden verruild voor grote zalen, maar anno 1997 speelt Ma rillion nog een aardig partijtje mee in de bonte wereld van de popmu ziek. En dat partijtje is zeker niet gespeend van creativiteit, want de jongste schijf This Strange Engine kan de toets der kritiek ruim schoots doorstaan. De nadruk op dit album ligt namelijk niet op breed uitgesponnen symfonische rocknummers, maar veel meer op toegankelijke popliedjes. Een bewijs dat zanger Steve Hogarth, gitarist Steve Rothery, toetsenman Mark Kelly, bassist Pete Trewavas en drummer Ian Mosley met hun tijd meegroeien. Maar ze laten elkaar dan ook alle ruimte om hun muzikale voorkeu ren te ontwikkelen in de maanden dat Marillion niet op tournee is. Elk bandlid duikt na afloop van een tour in gelegenheids- en solo projecten. En dan blijken de sma ken te variëren van avant-garde tot jazz. Dat wil trouwens niet zeggen dat Marillion voor de he ren een verplicht nummertje is. „We zijn echt heel bevlogen als we weer met een nieuw album aan de gang gaan," verklaart Steve Rothery. „En we pikken natuur lijk iets mee van wat we op onze soloprojecten hebben gedaan. Op mijn eigen album The Wishing Tree heb ik bijvoorbeeld veel akoestische gitaren gebruikt en die lijn heb ik op de nieuwe Maril- lion-plaat voortgezet. Maar los daarvan gebeurt er ook iets ma gisch als we met z'n allen weer aan de slag gaan. Ik denk dan ook niet dat er voorlopig een eind komt aan onze groep. Marillion heeft in ie der geval prioriteit, waar we ook mee bezig zijn. We voelen ons alle maal verantwoordelijk als het om de groep gaat. Want er moeten ten slotte heel wat mensen van eten. En het zou een klap voor de fans zijn als wij ineens besloten om te stoppen. Ik vraag me wel eens af Marillion: een groep scoort alleen omdat het publiek lrem goed vindt. Het is een slanke Mozart die Brautigam ons voorzet met zijn McNulty forte piano uit 1992, een kopie van een instru ment van Anton Gabriel Walter, eind achttiende eeuw. Een sierlijke, elegante Mozart ook; de Mozart van de nuances, de briljante ingevingen, de koketterie soms. De fijnzinnigheden, zo kenmerkend voor de galante stijl van Mozarts eerste piano sonates, weet Brautigam op dit instru ment kristalhelder uit te tekenen. Het bruist dat het een lieve lust is op deze cd, de eerste in een serie met Mozarts alle achttien pianosonates. Aan klankvolume en -massa is zo'n au thentiek instrument niet opgewassen te gen een moderne vleugel, qua klanknuan cering en -variatie heeft het veel meer te bieden dan zijn grote broer. Bovendien, een pianist hoeft zich op het instrument niet in te houden, kan vrijuit spelen zon der uit de naden te barsten van het stylis- tisch keurslijf. Het is alsof je een kijkje krijgt in het binnenste van de composi ties, zo helder en open klinken ze als Brautigam zijn vingers met krachtig tou cher over de toetsen laat dwalen. En de melodische spanningsboog blijft gehand- Ronald Brautigam. haafd zonder dat je het gevoel hebt dat de noten aan elkaar plakken. Benieuwd hoe het instrument zal klinken rn de latere, ro mantische sonates, waar Mozart vooruit foto Maurice Nelwan loopt op dat wat Beethoven op dit gebied te zeggen heeft. (Volume 1BIS CD 835). Jos Frusch Eigenlijk is The Colour And The Sha pe (Roswel/Capitol/EMI) het échte debuut van de Foo Fighters. Op het eer ste album maakte Dave Grohl immers nog zo ongeveer in z'n eentje de dienst uit, en pas kort voor het verschijnen daarvan realiseerde de voormalige Nir- vana-drummer de band waarmee hij zijn muzikale carrière wilde voortzet ten. Waren op het alom geprezen Foo Fighters-debuut de sporen van Nirvana nog rijkelijk aanwezig, op The Colour And The Shape staan de Foo Fighters meer op eigen benen. Daarbij geïnspi reerd door punky gitaarbands als Pixies en Hüsker Dii, dat wel. De melodieuze gitaarrock op The Co lour And The Shape is harder en gevari eerder dan op de eersteling, maar daar staat tegenover dat het aantal echt aan grijpende liedjes minder hoog scoort. De start is sterk, met onder meer de sin gle Monkey Wrench en Hey, Johnny Parkmaar daarna lijkt het wel alsof de band zich meer bekommert om vette snerpende gitaren dan om een goede melodie. Grohl lijkt de angst ('I've never been so scared' zingt hij in het openings nummer Doll) van zich af te schreeuwen en blijkt aan zijn recente scheiding van zijn vrouw stof tot schrijven te hebben overgehouden. Geen wonder dus dat The Colour And The Shape een album is van vertwijfeling en angst, al lijkt die aan het einde verdwenen. In het slot nummer New Way Home, misschien wel het hoogtepunt van de cd, heet het op eens: Tm not scared". Er zal wel een kern van waarheid in zitten, want tegen die tijd hebben de Foo Fighters het zwakke middendeel van het album ge compenseerd met sterke slotnummers. De verrassing van het indrukwekkende debuut komt er niet mee terug. Paul McCartney Sinds Paul McCartney zich bijkans op wierp als de BZN van Engeland met mierzoete liedjes had ik 'm min of meer afgeschreven. McCartney was de laat ste twintig jaar niet echt in staat om in ventieve rockliedjes te schrijven en zijn samenwerking met Jeff Lynne maakte de zaak er niet beter op. Des te verras sender is het om nu te constateren dat McCartney mét diezelfde Lynne op de achtergrond toch een heerlijk album heeft gemaakt. Flaming Pie (Parlopho- ne/EMI), in Nederland een paar weken voor de rest van de wereld uitgebracht, laat op zijn beste momenten namelijk horen dat Pauls bronnen nog niet opge droogd zijn. De vele 'Beatlesque' liedjes klinken dit maal wel overtuigend en ge- inspireerd, zonder dat Paul teruggrijpt op voorspelbare en tenenkrommende stroperigheid. Dat kan niet aan Jeff Lynne hebben gelegen en ook niet aan de bijrolletjes van Ringo Starr en Steve Miller, zodat alle credits naar McCart ney zelf gaan. Heeft-ie op z'n ouwe dag gewoon het beste album na het uiteen vallen van Wings gemaakt... Gert Meijer

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1997 | | pagina 20