Voor wie de bron klatert Gegidst de hutspot door Swingen met Rijven Stem draagt de muziek van India Wereldmuziek op Bevrijdingsdag kunst cultuur 21 vrijdag 18 april 1997 De wereld krimpt. Via het brede pakket televisiezenders, radio, internet en andere media is muziek uit de donkerste delen van de globe voor iedereen bereikbaar. De mondialisering van de popmuziek heeft een nieuwe ruimte geschapen. Alles kan, niets is dominant. Deze brede weg, waarop voor iedereen plaats is, barst van de kruisvlakken. House met tribal-invloeden, Youssou 'n Dour in duet met Neneh Cherry, Arabische melodieën op dancebeats, alles is geoorloofd. Gelukkig is Stan Rijven (47) er nog. De DJ, programmamaker en popjournalist gidst Nederland door de hutspot. Vrijdag 25 april mixt hij de Ritmundo Danceparty in 't Beest in Goes. Een swingend onderdeel van het festival Cultuur Gekleurd, dus een accent op niet-westerse dansmuziek. Eerst even het doopceel lichten. StanRijveniseen drukbaasje. Schrijft sinds 1979 poprecensies voor Trouw - „vanavond nog even naar Offspring" - en maakt elke week het RVU-programma Radio Mundo, zijn muzikaal venster op de wereld. Hij is co-auteur van verschillende boeken over pop cultuur zoals Popdossier Madon na. Vervaardigde televisieseries over pop, waaronder Walking Back To Happiness, Get Back, On dertonen in Nederland en De Mix. Hij geniet faam als grondlegger van het Pop Archief Nederland en is actief in de International Asso ciation for the Study of Popular Music. Desondanks vindt hij nog tijd om per-jaar 25 tot 30 dance- party's op touw te zetten, waarvan Ritmundo de jongste en wellicht de aardigste is. Twee jaar terug doolde Rijven rond op het terrein van de Wester gasfabriek in Amsterdam, waar een deel van het Holland Festival zich afspeelde, De nogal slome be doening brachten hem en zijn compaan Wouter Brave op het idee een sfeervolle, opzwepende danceparty te organiseren. Rit mundo was geboren. De eerste af levering in de Westergasfabriek bleek een succes. Geen house, maar soul, funk, disco, jazzdance, latin en afro-muziek. Dat alles smeuig aan elkaar gelast door zwijgende DJ Stan Rijven. Dansrevolutie De afgelopen 2 5 j aar heeft zich een ware dansrevolutie voltrokken. Begin jaren zeventig was dansen 'fout'. Goed, er waren dansscho len, maar wie die bezocht, was een duf konijn. Later mocht het wel, maar het danspubliek was gefrag- menteerd. Je was bijvöorbeeld öf punker öf soulkikker. De scheids lijnen vervagen gelukkig, het we melt nu van de crossover-muziek. Stan Rijven: „Er is nu sprake van een grote smeltkroes van stijlen." foto Emiel van Lint Dat maakt de muziek wel steeds minder grijpbaar, want haast niets is nog in een hokje te duwen. Stan juicht dat toe. ,,Er is nu sprake van een grote smeltkroes. Ik vind dat wel leuk. Je hoeft niet alles mooi te vinden, het gaat om de breedte. Door de diversiteit ontstaat veel kleurigheid. Wennen? Ach, we zijn al eeuwen multicultureel. Onze aardappel komt uit Peru, de tulp uit Turkije, ons koningshuis uit Duitsland. We rijden Japanse au to's en dragen Italiaanse schoe nen."1:'" Dansen is tegenwoordig 'in'. Hip hop en house, lange tijd dominant op de dansvloer, krijgen concur rentie van allerlei stijlen, zelfs die uit Zuid-Amerika en Afrika. „Je ziet een omslag, de belangstelling voor wereldmuziek is groot. Ik denk dat het te maken heeft met een kleiner wordende wereld. Tien jaar terug had je Nederland 1 en 2 en kort daarna kwam 3 erbij. Te genwoordig heb je veertig kanalen. De informatiestroom is ontelbare malen groter. Het we melt van de platenlabels die bij zondere muziek uitbrengen. In een beetje cd-zaak vind je vijftig al bums van Franco, een popartiest uit Afrika. En kijk eens naar Ne derlandse festivals als Mundial en World Roots, waar honderduizen den mensen op afkomen. Daar zie je dus regelmatig een talent uit Verweggistan. Platenmaatschap pijen hebben daar een neus voor, zorgen voor verdere bekendheid en als poprecensent kun je er niet meer omheen." Muziek met ziel Die hang naar Afrika en Zuid- Amerika is niet vreemd, vindt Stan. Rock roll en soul zijn in feite een uitvinding van Afro- Amerikanen. „Er is niet veel ver schil tussen een rapper uit New York en een Ethopiër die vanuit een muzikale traditie rapt." Er is nog een verklaring. Mensen nei gen weer naar muziek met ziel, met een melodie. „House met z'n zoveel beats per minuut en enorme geluidsdruk is een collectief ge- beuren: met zoveel mogelijk men sen zolang mogelijk dansen. Ik merk dat er behoefte is aan 'het persoonlijke'. Liedjes die ze kun nen meejoelen. Easy Tune, popu lair in Engeland, heeft natuurlijk een hoog lulligheidsgehalte, maar anoniem is het niet. Dingen die niet mochten, kunnen plotseling weer. Je mag jezelf zijn, je mag so ciaal zijn en de muziek hoeft, niet per se keihard." Ritmundo past in dat gewennings proces. Het is een exponent van de veranderde danscultuur, waarin mensen niet willen worden vast gepind op een bepaalde soort mu ziek. Het wordt een feest met rhythm blues uit de fifties, soul en salsa uit de sixties, funk uit de seventies, afro uit de eighties en jazzdance uit nineties. Gedraaid in een 'licht exotische ambiance'. „Prettig, warm, romantisch. We besteden veel aandacht aan sfeer, zo'n beetje a la De Parade. Als be zoeker betreed je een andere we reld. Andere kleuren, diaprojec ties op de muren." Stan neemt veel elpees, singles, cassettes en cd's mee. Dat is nodig als 'je breed draait'. Alles is 'op dans' geselec teerd. „Ik heb de muziek al in m'n hoofd. Het hangt van het publiek af welke volgorde ik kies. Je schept golfbewegingen door een afwisseling van stijlen en ritme, waar overigens veel niet-westerse muziek bijzit zoals rai, Afrikaans Het filmprogramma van Cul tureel Gekleurd wordt dit jaar gedragen door de Iraanse productie Gabbeh, die vorige maand in Nederlandse première ging. De film is de eerste week van mei te zien in Cinema Mid delburg. Podium 't Beest in Goes en Porgy Bess in Terneuzen to nen films, die het de afgelopen ja ren in het filmhuiscircuit goed hebben gedaan. Een gabbeh is een stukje volkskunst van nomaden stammen uit het zuidoosten van Iran. Een veelkleurig handgewe- ven tapijt zonder vaste patronen. De afbeeldingen stellen gebeur tenissen uit het dagelijks leven van de wever voor, of zijn geïn spireerd door de landschappen waar de stam doorheen trekt. Verhalende voorstellingen die passen in een cultuur waarin sprookjes en legenden nog van mond tot mond worden doorver teld. De naïeve, maar kleurrijke vorm waarin de gelijknamige film van Mohsen Makhmalbaf is gegoten doet sterk denken aan deze weef- techniek. Gabbeh is een ode aan het traditionele leven, aan de hoop en aan de liefde. Makhmal baf het zijn werk ook tijdens het draaien regelmatig beïnvloeden door wat hij daar in de ruige ber gen en op de uitgestrekte steppen tegenkwam. De simpele techniek maakt aanvankelijk een wat houterige indruk, maar gaande weg blijkt het een passende stijl bij deze vertelling die het juist van zo'n authentiek volksgevoel moet hebben. Fabel en realiteit lopen in Gab beh zonder veel plichtplegingen door elkaar. De film begint heel nuchter met een oude man en vrouw die luidkeels ruzie maken over het wassen van hun gabbeh. Dan komt plotseling het kleedje zelf tot leven in de gedaante van de jonge vrouw Gabbeh, die haar geschiedenis vertelt. Als een Iraanse Julia verlangde ze naar haar Romeo, een jongeman die we uitsluitend als een ver verwij derd silhouet op een bergkam zijn droeve wolvengehuil horen aanheffen. Haar vader is tegen de Scene uit film Gabbeh, die tijdens het Festival Cultureel Gekleurd in Middelburg wordt vertoond. verbintenis, stelt steeds nieuwe eisen en dreigt haar zelfs te do den. In een wat dubbelzinnige 'ontknoping' heft de oucle man op zijn beurt het gehuil aan en rijst het vermoeden dat hij meer is dan een toehoorder. Aandoenlijk Makhmalbaf omkleedt dit gege ven met prachtige, documentair getinte beelden waarin de noma den met hun bonte gewaden als bloemen het dorre landschap op fleuren. Tijdens een van de vele zij stapjes zien we in een aan doenlijk tafereeltje hoe een oom van Gabbeh nog op oudere leef tijd een vrouw vindt. Bij een kla terende bron en zingend als een kanarie, precies zoals hem in een droom was voorspeld. Vrolijke magie wordt zelfs bedreven door een onderwijzer die voor zijn kinderen het blauw van de hemel weet te plukken. Even terloops zien we op de achtergrond een sombere industriestad met zijn schoorstenen en gasfakkels lig gen. Want de taferelen uit 'Gab beh' bestaan eigenlijk alleen nog in het rijk der herinnering. Makhmalbaf is in Iran een popu lair en productief regisseur, die ondanks zijn vroegere verzet te gen de sjah veel problemen met de huidige autoritei ten heeft. Dit realistische sprookje betekent een nieuwe fase in zijn loopbaan, al zal dat de Nederlandse kijker nog niet direct opvallen. Gabbeh is immers de eerste film van hem die hier wordt uitgebracht. Drié eei'dere, meer politiek getinte ti tels zullen echter in de loop van dit jaar volgen. Bandit Queen In Goes is de geruchtmakende Bandit Queen de opening van het filmprogramma van Cultureel Gekleurd. Het ware verhaal van Phoolan Devi - over een vrouw uit een lagere kaste die wraak neemt op mannen uit de hoogste kaste - vormt de kern van de film. In India werd de 'film vorig jaar aanvankelijk verboden. Het hooggerechtshof bepaalde uit eindelijk dat het getoonde ge weld in Bandit Queen functio neel is. De tweede film, Fallen Angels (1996), gaat in feite uitsluitend over de stad Hong Kong. Regis seur Wong Kar-Wai probeert het stadsleven in beelden en dialo gen te vangen. De in 1993 uitge brachte film Indochine - in Goes en Terneuzen te zien - is het eer ste Franse Vietnam-drama. Ca- thérine Deneuve speelt een plantage-eigenaresse, die de gro te gebeurtenissen in de Franse kolonie niet kan ontlopen. De Chinese film Eat Drink Man Wo man was in 1995 een groot succes in de Nederlandse filmhuizen. Regisseur Ang Lee laat zijn spe lers uitgebreid tafelen en stapt daarmee in de traditie van ande re grote eetfilms als La Grande Bouffe en The cook, the thief, his wife and her lover. In de klassieke muziek van In dia draait alles om de mense lijke stem. De zang fungeert als model voor de meeste instru menten, die het geluid van de menselijke stem min of meer nabootsen. Zo'n drieduizend jaar geleden begon deze vocale traditie door het reciteren van hymnen in de Hindoe-tempels. Een van de prominente huidige vertolksters van de Indiase klassieke zang is Ashwini Bhi de. Vrijdag 2 mei treedt zij op in de Grote Kerk in Terneuzen. Ashwini Bhide in Terneuzen Bhide werd geboren in Bom bay. Zij studeerde bij be faamde leraren en haar onop houdelijke streven om de essentie van de klassieke zang te doorgronden en aan het pu bliek te pi-esenteren heeft haar onder de Noord-Indiase voca listen een behoorlijke reputatie opgeleverd. Haar technische beheersing van zowel zachte, glijdende to nen (meends) als de stortvloed van snel opeenvolgende klan ken (taans) is groot, waardoor ze in staat is de Indiase raga's tot in de finesses te vertolken. Haar zangstijl heet de khayal. In de achttiende eeuw ontwik kelde deze zich uit de oude dhrupad. Dat was een strenge sobere zangstijl gebaseerd op regels en rituelen van de tem pel. Aan het hof van de Mog- hul-vorsten kregen kunste naars echter meer vrijheid om te improViseren, te versieren en hun romantische gevoelens te uiten. In de zang leidde dat tot de lichtvoetige, fantasierijke khayal, al snel de dominante stijl in India. Ashwini Bhide is niet alleen ge liefd door haar vertolking van het klassieke repertoire, maar ook door haar emotionele uit voering van cle bhajans, devo tionele liederen uit het Hindoe isme. Vol overgave worden daarin de namen en kwalitei ten van de vele goden bezon gen. Legendarische Indiase dichters en mystici hebben een schat aan teksten en melodieen nagelaten waarui t hedendaag se artiesten putten. Vaak wordt aan bestaande melodieen een klassieke interpretatie gegeven of worden nieuwe versies ge componeerd, ook door Bhide. Ernst Jan Rozendaal en merenque. Af en toe moet je even terugschakelen, bijvoor beeld met iets van Johnny Guitar Watson. Maar het is wel de bedoe ling dat de tent doordanst." Roes De mengtafel van de DJ staat op de dansvloer, hij wil contact hou den met de menigte, voelen wat aanslaat. „Ik dans zelf regelmatig mee, wil de mensen zien, met hen praten. Het is een permanente en- quete." Stan Rijven biedt de be zoekers een roes, het is aan hen of ze daarin meegaan. De cocktail van stijlen bleek zeer aanstekelijk op eerdere Ritmundo's. Je hoort de wereld draaien, was het wederke rend commentaar. Stan nodigt nu de Zeeuwen uit voor een tripje over de mondo, waarin hij als DJ feitelijk de artiest is. De draaitafel zijn instrument, de platen zijn no ten, de mix zijn eenmalig oeuvre. „Natuurlijk is de rol van de disc- jockey veranderd, hij moet zorgen voor de goede combinatie en se quentie. Maar het belangrijkste is dat het een leuk feest wordt. Kom je sjiek, oké, kom je gewoon in je spijkerbroek, ook 'oké. Het gaat erom het publiek mooi samen te krijgen. Dat iedereen zich verliest in de muziek, even alles vergeet. Het kan geloof ik korter: we moe ten met z'n allen 'fun' hebben." Frank Balkenende Ashwini Bhide is een van toonaangevende musici die de eeuwen oude traditie van de vocale Indiase klassieke muziek voortzet. De afsluiting van het Festival Cultureel Gekleurd valt samen met het Bevrijdingsfestival in Vlissingen. Daar staan dan ook enkele wereldmuziek-acts geprogrammeerd. De Braziliaanse samba-groep Medicamento opent het muzikale deel van het festival, raï-muziek wordt ten gehore gebracht door Saw el Atlas uit Frankrijk en 's avonds rond etenstijd is het hoogtepunt gepland. Dan doen Javier Plaza y su orquesta Son-Risa hun salsa-klanken over het Bellamypark schallen. Javier Plaza is geboren in Cara cas, de hoofdstad van Venezu ela. Hij behoort tot de top van de hedendaagse salsa-zangers. Aan vankelijk speelde hij conga's en bongo's in de band Rumbon 10, maar al snel begon hij ook te zin gen. In 1994 verraste Plaza de4a- tin-liefhebbers met een cd met voornamelijk zelf gecomponeerde nummers, getiteld Libre Soy. Daarop speelt hij met zijn band Son-Risa. 'Son' is de aanduiding voor een typisch Cubaans ritme en 'risa' betekent lachen. De groep bestaat uit elf muzikanten die al len kunnen bogen op een flinke er varing in het spelen van salsa. De arrangementen voor Son-Risa worden verzorgd door Roberto Gonzales en José Torres 'Tucky'. De eerste, geboren in Cuba, werk te onder meer met het symfonie orkest van Havana en speelde als bassist bij een van de belangrijk ste salsa-muzikanten ter wereld: Benny Moré. 'Tucky' is een jong muzikaal talent. Hij was pianist in het Orquesta Café en speelt nu bij Hildemaro y su Orquesta. Ernst Jan Rozendaal Javier Plaza en zijn orkest Son-Risa treden op tijdens de afsluiting van het festival in Vlissingen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1997 | | pagina 21