Als raadsel gekomen,
als raadsel gegaan
PZC
McCartney's leven heeft 360 stemmen nodig
Weinig feest
bij jubileum
Jeugdkomedie
Teneeter
speelt
Hauser
kunst cultuur
Liverpool
Oratorio
in Delft
Volle zalen
maar een lege
portemonnee
vrijdag 21 februari 1997
sbw
De Nijmeegse theatergroep
Teneeter wil Kaspar
Hauser liever als een
personage in een filosofische
context plaatsen dan hem als
een historische figuur laten
zien. Er valt veel te leren van
een sprakeloze en uit de
samenleving gehouden
jongeman, die plotseling in het
volle leven komt te staan. Toch
maar even wat historische
feiten op een rijtje over
Hauser.
Hij werd vermoedelijk 30 april
1812 geboren en werd 17 de
cember 1833 in Ansbach (Duits
land) vermoord. Hij was een von
deling. In Neurenberg kwam hij 26
mei 1828 voor het eerst tussen de
mensen. Zijn motoriek was onont
wikkeld, hij kon nauwelijks lopen
en praten, maar wel kon hij zijn
naam schrijven. Hij had brieven
bij zich voor een commandant van
een regiment lichte cavalerie. In
die brï even stond dat zij n vader bij
dat regiment had gediend en dat
Kaspar daar ook in moest worden
opgenomen. Hij werd 'voer' voor
pedagogen en kon na enige tijd
vertellen dat hij ineen kleine, don
kere ruimte was opgegroeid.
Er werd vermoedelijk een moord
aanslag op hem gepleegd, 17 okto
ber 1829; al beweerden anderen
dat hij zichzelf verwondde om
weer in de belangstelling te ko
men. Onder mysterieuze omstan
digheden voltrok zich de uiteinde
lijke moord. Het is niet duidelijk of
Hauser een bedrieger was, of de
zoon van groothertog Karei van
Baden en Stéphanie de Beauhar-
nais. Recent DNA-onderzoek lijkt
uit te wijzen dat hij in ieder geval
geen 'blauw bloed' had.
Zijn verhaal heeft talloze inter
pretaties gekregen, in romans, to
neelteksten en films.
Kaspar Hauser. is een historische
figuur, maar ook een symbool voor
het menselijk leven. 'Als een raad
sel is hij in de wereld gekomen, als
een raadsel zal hij verdwijnen',
schreef Roel Adam over hem in
Een lek in het z wijgen. Een jongen
die tot zijn zestiende jaar opgeslo
ten is gehouden in een donker hok
maakt plotseling kennis met de
'normale' wereld. Hij leert snel,
maar hoe gelukkig wordt hij van
dat leerproces?
Op basis van de tekst van Roel
Adam brengt de Nijmeegse thea
tergroep Teneeter voor publiek
vanaf 8 jaar de productie Kaspar
Hauser in eerste instantie in het
kader van het literair festival De
Wintertuin uit. Daarna gaat de
voorstelling nog door het hele land
(en hier en daar in België en Duits
land). De regie is van Andrea Fiege
en Rinus Knobel. Het betreft een
muziektheaterproduktie, waar
voor Arno Dieteren componeerde
voor piano, cello, viool, fluit, kla
rinet en zang.
Rob Beumer vertolkt de rol van Kaspar Hauser bij theatergroep Teneeter.
'Kaspar strompelt door de wereld
en de tijd', meldt een persbericht
van Teneeter. Maar dat strompe
len gaat in de voorstelling in histo
rische zin niet letterlijk van A tot
Z.
Knobel: „Roel Adam heeft in zijn
tekst de geschiedenis van Kaspar
Hauser gecombineerd met zijn ei
gen fascinatie voor autisme bij
kinderen. Aan de hand van die
tekst wilden wij een stuk maken
om opnieuw iets over het leven te
zeggen."
Een voorstelling over 'het leven',
niet specifiek over autisme. Kno
bel: „Wat de voorstelling eenvou
dig gezegd laat zien is de ontwik
keling van Kaspar van zuigeling
tot oude man. Als kind is hij vast
gebonden geweest en met een vol
wassen lijf, maar zonder motorie
ke ontwikkeling en zonder taal en
dus geen denken komt hij in het
volle leven terecht. Hij moet van
alles leren, om te beginnen zich so
ciaal te gedragen."
Leren
Acteur Rob Beumer, die de titelrol
speelt: „Hij gaat erg snel leren.
Door het leren van taal gaat hij
denken. Wat we aan het begin van
de voorstelling willen laten zien, is
waar Kaspar heeft gezeten. Een
jongen die in leven is gehouden
met water en brood. De man die
hem in leven hield, besluit op een
gegeven moment dat die jongen
naar buiten moet en gaat hem dan
van alles leren. Wat wij willen on
derzoeken is: hoe leert die jongen
dan? Hij kan wel van alles nadoen,
maar dan zit er nog geen betekenis
aan vast. In mijn spel heb ik geëx
perimenteerd met keelklanken om
vervolgens naar een gevormde
klank, naar een woord te komen."
Keelklanken houden acteertech-
niek in, het onderzoek naar de
psychologische ontwikkeling van
Kaspar is iets voor de dramaturgie
en de regie. Een acteur heeft ook te
maken met de emoties van zijn
personage. Beumer: „In het begin
wist ik daar geen raad mee, omdat
ik zelf kan nadenken, praten,
communiceren. Ik heb mezelf toen
vastgebonden tegen een wand, in
een hok. De zaal moest donker
zijn. Zo kon ik me concentreren op
die situatie en intuïtief mijn rol
opbouwen. Ik heb daar vaak mijn
ogen bij dicht moeten houden om
niet te worden afgeleid. Ik pro
beerde dan terug te gaan naar heel
primaire dingen. Er was water, er
was brood. En er was iets dat veilig
was, zoals het neuriën van een ver
zorger die iets kwam brengen.
Maar op het moment dat je een
klap hoorde kon dat heel angst
aanjagend zijn."
Om dat laatste te kunnen spelen
haalde Beumer herinneringen op
uit zijn kindertijd. „Een kind kan
bij het kleinste vreemde geluid
doodsangsten krijgen." Gaande
weg de ontwikkeling van het per
sonage Kaspar deed Beumer een
beroep op de regie. „Ik heb aan
Andrea en Rinus gevraagd me te
zeggen als ik te traag of te snel met
zinnen was."
Geheim
Een deel van het mysterie omtrent
Kaspar Hauser lijkt te zijn opge
lost. DNA-onderzoek heeft aan
getoond dat hij niet het adellijke
bloed had dat hem door sommigen
werd toegedicht. Knobel: „Toch
kom je bij Hauser niet om zijn ge
heim heen. Wat zit er toch achter
om een kind meer dan tien jaar in
een hok te stoppen? Allerlei kun
stenaars hebben zich de laatste
anderhalve eeuw met de mythe
omtrent Kaspar bezig gehouden.
Wij pretenderen absoluut geen
historische bënadering. In de eer
ste zin van het stuk make:; we dat
al duidelijk."
Bij Teneeter fungeert Hauser als
een 'handvat'. Knobel: „Als je een
volwassen mens bent en in princi
pe alles kunt, en je komt dan voor
het eerst in de wereld. Wat gebeurt
er dan? Hoe ziet die wereld eruit?
Wat kom je tegen? Bij ons gaat het
al snel over de vraag wat er met je
gebeurt als je als kind in een jaar
leert wat j e noimaal in zestien jaar
leert. Via de ogen van Kaspar kun
je het publiek iets laten zien van
het bizarre, het schizofrene en het
hectische van de wereld en aan de
andere kant ook van het humoris
tische."
„Wij hebben, net als zoveel andere
kunstenaars, die geschiedenis van
Hauser gepikt. Maar aan de ande
re kant is er de abstracte, harde,
koude omgeving waar je met een
zeker gevoel voor romantiek de
wereld in kunt herkennen.
Rijk van Rotterdam
Kaspar Hauser is onder meer te zien:
1/3 (try-out), 7, 8, 9, 14/316/3 en
9, 10, 11/5 Het Badhuis Nijmegen;
15/3 Stadsschouwburg Utrecht; 21/3
Schouwburg Kunstmin Dordrecht;
22/3 De Krakeling Amsterdam; 23/3
Schouwburg Arnhem; 28/3 De Vorst
Tilburg; 6/4 De Veste Delft; 26/4 Cultu
reel Centrum Hasselt (België); 27/4
Stadsschouwburg Leuven (België); 28
en 29/4 Frascati Amsterdam; 4/5
Schouiobürg Rotterdam.
Nadat dirigent Thijs Sikking zich in
het 'Liverpool Oratorio' van Paul
McCartney en Carl Davis had
vastgebeten, liet hij niet meer los.
Zodoende kan de Nederlandse première
vandaag - vrijdag - plaatshebben. Uniek
is dat het werk deels door amateurs
wordt uitgevoerd.
Het enthousiasme van dirigent
Thijs Sikking is tomeloos.
Vanavond leidt hij in de Maria van
Jessekerk in Delft de Nederlandse
première van het Liverpool Orato
rio dat Paul McCartney in 1991,
samen met Carl Davis, compo
neerde en uitvoerde ter gelegen
heid vanhet 150-jarigbestaanvan
de Royal Liverpool Philharmonic
Society.
,,De ex-Beatle stelt extreem hoge
eisen aan de premières in de diver
se landen", laat Sikking weten.
„Tijdens de gesprekken die ik met
hem in Londen had, vertelde hij
dat amateurs er absoluut niet voor
in aanmerking komen. Zijn rede
nering is: 'ik wil niet dat een ama
teurkoor het zingt, want dan
wordt het waardeloos. Het is mijn
eerste klassieke werk en dat moet
goed worden uitgevoerd."
Hoewel amateur-dirigent van een
amateurkoor was Thijs Sikking
niet van zijn plan af te brengen.
Hij heeft dan ook vanaf 1994 met
McCartney en diens muziekuitge
verij een, in zijn ogen, leuke strijd
gevoerd om ze op andere gedach
ten te brengen. „Bij een van die be
sprekingen bleek, dat Paul alleen
het Concertgebouworkest en het
Nederlands Omroepkoor kende.
Ik zei: die kunnen we ook vragen,
maar dan betaal jij het verschil in
gage. Wij gebruiken het Randste
delijk Begeleidings Orkest. Zover
is hij niet gegaan."
Wel zijn de levensbeschrijvingen
en foto's van zo'n beetje iedereen
die aan de Delftse productie van
het oratorium meewerkt (zo'n 440
man) naar Londen gefaxt. „Opeen
gegeven moment kwam de dead
line in zicht. Ik heb gebeld en ge
zegd: het is nu ja of nee, want ik
moet wel verder. Vervolgens ben
ik, samen met onze voorzitter, in
het vliegtuig gestapt en hebben
wij, letterlijk, bij de uitgeverij op
de stoep gelegen. Even later had
den we onze toestemming. Wat
veimoedelijk heeft geholpen, is
onze uitstekende relatie met het
Engelse Whenhaston Boy's Choir
uit Norwich. Dit jongenskoor dat
vrijdag ook meezingt staat onder
bescherming van Andrew Lloyd
Webber."
Het Liverpool Oratorio, dat Mc
Cartneys levensverhaal vertelt,
wordt gedragen door een enonn
kooren orkest. „Al heel snel bleek,
dat mijn drie koren (Bel Canto, het
Delfts Jongerenkoor en het Delfts
Jongenskoor) niet toereikend wa
ren. Vervolgens hebben we begin
1996 een oproep gedaan voor een
projectkoor. Van de zeshonderd
aanmeldingen bleven er na een
stemtest honderd over. Daarna
heb ik de koninklijke zangvereni
ging Arri V'ocali uit Antwerpen ge
vraagd; dit ook in het kader van de
Belgische première die in 1998 op
de rol staat. Er komt dus nog een
uitwisseling. Wat ik ook wist, was
dat Pro Musica uit Haaksbergen
het stuk al een aantal keren had
gezongen met pianobegeleiding.
Ik dacht: die kunnen ook mooi
meedoen. En omdat ik, uiteraard,
mannenstemmen te kort kwam,
heb ik het mannenkoor De Ver-
eenigde Zangers Den Haag ge
vraagd. Zo versmelt ik acht koren
ofwel 360 stemmen met elkaar en
heb ik behalve een orkest en een
organist (Wim Loef), vier schitte
rende solisten: alt Joke de Vin en
sopraan Hanneke Kaasschieter,
nu de besten in Nederland, en uit
Engeland de tenor Justin Laven
der en de bas Nigel Cliffe", aldus
een enthousiaste Thijs Sikking,
die er met trots aan toevoegt: „En
deze jongen staat ervoor."
Jammer is, dat het om een eenma
lige uitvoering gaat, er zelfs geen
En niet alleen vanwege de repeti
ties (ook in Norwich). Luisteren
naar de cd van het Royal Liver
pool Philharmonic Orchestra,
doethij niet. „Hetmoetmijninter-
pretatie worden. Ik leg 's avonds
thuis de partituur op de stan
daard, sluit mijn ogen, zie het or
kest, projecteer het koor ergens op
de mum" en ga slaan. Droog."
Koude douche
Wel is Sikking gaan kijken bij de
Duitse px-emière, vorig jaar in
Doitmund. „Dat was een koude
douche. Het stuk werd xxitgevoerd
in een concertzaal en dat is niet de
juiste entourage. Bovendien stond
er een kistox*geltje op het podium,
teiwijl het werk zeker in samen
hang met het jongenskoor om een
kerkorgel vraagt. Die compositie
moet in z'n volle glox-ie kunnen
denderen. En dat gaat het best in
een kex-k. Dat de mensen daarbij
op houten banken moeten zitten,
moeten ze maar voor hef nemen."
In de Maria van Jessekerk kunnen
duizend mensen. „Er zijn nog zo'n
veertig kaarten over. Nadat Beat
les Unlimited uit Delft en de Paul
McCartney Fanclub uit Heexien
bij mij waren geweest, vlogen de
kaarten als warme broodjes weg.
Het pubhek is uit het hele land af
komstig."
Aan Carl Davis heeft Thijs Sik
king gevraagd hem vier punten in
de dirigentenpax-tituur aan te wij
zen waar het met het oxkest kan
misgaan. „Die heb ik gekregen. Zo
zitten er in deel vier en deel zeven
enoxm veel maatverschillen. Je
slaat je als dirigent wezenloos om
het allemaal op tijd te houden".
Hans Piët
Maria van Jessekerk (Burgwal), Delft:
'Liverpool Oratorio'van Paul McCart
ney en Carl Davis. Met het Delfts Jon
gerenkoor, Delfts Jongenskoor, Bel
Canto Delft, Whenhaston Boy's Choir,
Arti Vocali, Pro Musica, Liverpool
Project Choir, Mannenkoor De Ver-
eenigde Zangers Den Haag, Hanneke
Kaasschieter (sopraan), Joke de Vin
(alt), Justin Lavender (tenor), Nigel
Cliffe (bas), Wim Loef (orgel) en Thijs
Sikking (dirigent). Op 21 februari
(20.00 uur).
opname van wordt gemaakt die
later op cd of de radio is te hox-en.
„Op de begroting staat anderhal
ve ton, een bedrag waaivan heel
veel mensen veel slapeloze nach
ten hebben gehad. Begrijpelijk,
want orxze penningmeester heeft
normaalgesproken met guldens te
maken. Dat bedrag wordt voor
zo'n zeventig procent betaald
door de gemeente en de px-ovincie,
die bereid wax-en er een goede sub
sidie in te steken, èn door een aan
tal andei'e instellingen. Het rijk
zag het niet zitten. Even is gedacht
aan een benefietvoorstelling voor
het Ronald McDonaldhuis, maar
dat zou nog eens 50.000 gulden
hebben gekost. Alleen al aan kale
rechten betaal je voor het 100 mi
nuten durende oratoi'ium 150 gul
den per minuut. Om die reden was
het persen van een cd dus uitgeslo
ten."
Thijs Sikking is dagelijks met het
Liverpool Oratorio bezig geweest.
Het Liverpool Oratorio van Paul McCartney in Delft....massarepetitie
met alle koren.... foto Rop te Riet
Donkei-e wolken pakken
zich samen boveix de
Jeugdkomedie Amsterdam.
Het uitblijven van
overheidssteun maakt het
steeds moeilijker om elk jaar
met een nieuwe productie op de
pxoppexx te konxen. „Men vindt
het artistiek gezien niet goed
genoeg wat we doen", zegt
woordvoerder Herry Hubert.
„Maar we hebbeix altijd volle
zalen en ik vind dat die mensen
recht hebben op deze
voorstellingen".
Tien jaar geleden zag het ge
zelschap het levenslicht.
„Eigenlijk is de Jeugdkomedie
Amsterdam een afscheiding
van het Amstel Toneel", legt
Hubert ixit. „Riny Blaaser, mijn
moeder, was veertig jaar de di
rectrice van dat gezelschap.
Toen er een nieuwe artistiek
leider kwam, was het ineens
niet meer goed wat we deden.
Er is een soox-t van coupe ge
pleegd en wij moesten weg".
Het Amstel Toneel maakte tot
die tijd dezelfde soort voox-stel-
lingen als de Jeugdkomedie
Amsterdam nü: groots gemon
teerde familieproducties met
beroepsacteurs. „Ook al had
den we altijd volle zalen, de
nieuwe ax-tistiek leider vond
het oubollig. Wij vinden dat je
de jeugd eerst naar het theater
moet zien te krijgen. Later kun
je haar wat vormen. Als je de
jeugd niet binnen ki'ijgt, dan
valt er ook niets te sturen".
Moeder en zoon zaten niet bij
de pakken neer en bliezen de
Jeugdkomedie Amsterdam le
ven in om de voorstellingen te
kunnen maken die ze graag
wilden maken en waarvoor een
groot publiek bestond en nog
altijd bestaat. „Het probleem
voor ons is dat de subsidie uit
blijft", zegt Hubert. „De ad
viesgroep van het Fonds voor
de Podiumkunsten ziet het niet
zo zitten".
Ondersteuning
Kwaliteit staat hoog in het
vaandel bij de Jeugdkomedie.
En aan die kwaliteit hangt een
prijskaartje. „Je kunt en mag
niet verwachten dat de jeugd
hetzelfde moet betalen als vol
wassenen voor een avondvoox--
stelling. Een vader en een moe
der die met him twee kindex-en
naar de voorstelling gaan, kun
je niet vragen 25 gulden per
kaartje neer te tellen. Dat
wox-dt veel te kostbaar-, dus
moet er ondersteuning komen.
Wij willen iedei'een naar het
theater halen. Dat is belang
rijk".
De beheerders van de cultuur
fondsen tonen zich vooralsnog
Oost-Indisch doof voor de
smeekbede van Hubert. „We
vragen slechts 150.000 gulden.
Er wordt bij het ministerie zo
veel geld weggegooid naar
voorstellingen waar je nauwe
lijks een mens ziet. Ik heb voor
komend seizoen weer subsidie
aangevraagd. Maar zo'n aan
vraag komt de eerste fase niet
eens door. De laatste vijf jaar
heb ik ook niemand van de
ovei'heid gezien die eens kwam
kijken naar waar wij mee bezig
zijn. Alleen op basis van een sy
nopsis wordt ons verzoek al af
gewezen".
In een poging om te redden wat
er te redden valt, hebben moe
der en zoon een nieuw gezel
schap in het leven geroepen:
Toneelgi'oep Comedia. Die gaat
volgend seizoen op toux-nee met
de vooi'stelling U spreekt met
uw moordenaar. Riny Blaaser
en Herry Hubex-t hopen zo de
zogenoemde overheadkosten te
kunnen spreiden. „We hebben
ons hart vex-pand aan het
jeugdtheater. Maar die avond
voorstelling moeten we doen
om geld binnen te krijgen."
Geen cent
Lukt dat niet, dan zal de Jeugd
komedie Amsterdam geen lang
leven meer beschoren zijn. „Ei
genlijk vind ik dat de overheid
moet zeggen: jullie hebben je
bewezen, jullie krijgen de ko
mende vijf jaar een structurele
subsidie. Ik vind ook dat wij
daar recht op hebben. Bij het
Amsterdams Toneel zitten zes
tig tot tachtig mensen in de zaal
en zo'n gezelschap kost miljoe
nen guldens per jaar. Wij heb
ben volle zalen en krijgen geen
cent. Je kunt je afvragen of dat
terecht is."
Ondanks de zorgelijke toestan
den zijn de voox-bereidingen
voor een nieuwe productie in
volle gang. Voor het seizoen
1997/1998 gaat de Jeugdkome
die Amsterdam opnieuw in zee
met tekstschrijver Ivo de Wijs
en componist Joop Stokker-
mans. Dat duo maakte ook de
voorstelling Feest, waarmee de
Jeugdkomedie momenteel door
het land toert. De Jeugdkome
die laat elk jaar een nieuwe
voorstelling schrijven en levert
ook daarmee een bijdrage aan
de Nederlandse cultuur.
„Wij wex'ken al ruim vijfen
twintig jaar samen met Joop
Stokkermans", legt Hubert xxit.
„Hij vormt een muzikaal-artis-
tieke toevoeging aan onze di
rectie, zonder dat daarvoor een
speciale functie is. gecreëerd.
Hij bepaalt het muzikaal ge
beuren van het gezelschap. Hij
adviseert en is aanwezig bij au
dities en dergelijke".
De samenwerking met Ivo .de
Wijs en Joop Stokkermans
noemt Hexvy Hubert ideaal.
„Maar het is niet zo dat we al
leen nog maar met deze mensen
willen saxnexxwerken", vult hij
zichzelf meteen aan. „Je moet
natuurlijk voorkomen dat je
vastx-oest aan bepaalde men
sen. Het is belangrijk dat ook
anderen aan bod komen. Kijk,
als Ivo een keer zegt: 'ik zie het
niet meer zitten, ik ben leeg'
dan vind ik dat je met andere
schrijvers in zee moet gaan zo
dat Ivo krachten kan opdoen
voor de toekomst."
„Ik zit nu 42 jaar in het theater
vak, mijn moeder 65 jaar. Het
zou toch heel sneu zijn als we
met dit soort voorstellingen
moeten stoppen? We hebben
nog zoveel ambities en willen
nog zoveel leuke px'oducties
maken. Maar als er geen oplos
sing komt voor de financiële
problemen, dan kan ik de moti
vatie niet meer opbrengen om
deze voorstellingen te bren
gen".
Martin Hermens