Zeepaardjes door het water Jacqueline van Beek kan het korfballen niet laten Kampioenen verdedigen hun titel Langebaan zwemmen in Kanaal door Walcheren Oud-international dit seizoen bij Tjoba vrijdag 30 augustus 1996 Bij het Open Nederlandse kampioen schap langebaanzwemmen zullen alle kampioenen van vorig jaar hun titel verdedigen. Ook de nationale Belgische selectie geeft zondag acte de presence. Voor de wedstrijdenreeks in het Kanaal door Walcheren, met start en finish bij het botenhuis in Vlissingen, hebben zich intussen ruim 200 deelnemers aange meld. Regerend kampioene Edith van Dijk zal waarschijnlijk op de 5 kilometer- vrije slag de meeste tegenstand krijgen van Etta van der Weijden uit Warmehhuizen. De 17 - j arige Van der Weij den schreef be gin augustus nog de 25 kilometer lange IJsselmeer-oversteek op haar naam. Hans van de Goor uit Zwaag gaat de strijd op de 5 kilometer vrije slag aan met Remco Hitzert (winnaar van de Vlaande- renmarathon in Sluis), Roy Meyboom en Remco Folkertsma. Van de Goor zou in Vlissingen zijn vijfde nationale titel op dit onderdeel kunnen winnen. Voornaamste kanshebbers op de school slag zijn de kampioenen van vorig jaar bij de mannen Lesley Voorn en bij de vrouwen Karin Stein. Even voor de sluiting van de inschrijving bleek de sportieve inbreng van de orga niserende zwemvereniging De Stormvo gel, die dit jaar haar 25-jarig jubileum viert, te bestaan uit de vólgende junio ren: Joey den Beer, Boy Dirksen Potin, Sylvia de Heus en Carlien Schrijvershof. Zij gaan op voor de 3 kilometer vrije slag. In die categorie ontmoeten zij tegen stand van hun Zeeuwse leeftijdgenoten; Kim Verheijden, Femke Scheele en Paul Kunne (allen van De Schelde) en Caro- lien de Millano van Scheldestroom. Op de 5 kilometer vrije slag bij de man nen hebben zich Arno van den Berghe (Koewacht) en Thijs Salomé (Scheldes troom) ingeschreven. Bij de vrouwen op die afstand gaan Ryan Verplanke, Judith Salomé (beiden Scheldestroom), Inge borg Hamelink van Koewacht en Jac queline Stoel van Onderdak Zierikzee de concurrentie aan. Op het onderdeel schoolslag zwemmen is Zeeland bij de senioren vertegenwoor digd door: Auk de Maat, Martijn Verbist, Arjan Dekker, Jeroen van der Sar, Jona than de Witte en Ankie Buijs. Het doet denken aan vroegere tijden, toen er in het Kanaal door Walcheren nog geregeld zwemles werd gegeven. In het natuurzwembad bij de Keersluisbrug in Vlissingen werd tot ongeveer 25 jaar geleden de schoolgaande jeugd watervrij gemaakt. Met de opening van het nieuwe Vlissingse zwembad raakte het kanaal met zijn typische pierenbadje en 'het diepe' uit de gratie. Toch blijft het zwemmen in de natuur trekken en is het langebaanzwemmen een groeiende wedstrijdsport. Deze zomer hebben zo'n achttien zwemmers van de Vlissingse vereniging De Stormvogel bijna dagelijks kilometers gemaakt in het kanaal. Watervrij hoefden ze niet meer te worden. Ze trainden voor de langebaansport. Ook deze maandag duikt weer een gro te groep zwemmers in het water, van af de kade bij het botenhuis, het karakte ristieke tijdelijke onderkomen van De Stormvogel. De zwemmers beginnen in het Kanaal door Walcheren aan een van de laatste testen voor het Open Neder lands kampioenschap langebaanzwem men dat zondag in Vlissingen wordt ge houden. Nietig crawlen ze twee aan twee naar de Sloebrug en zijn nog slechts stip jes bij de draaibrug van Oost-Souburg. Even voorbij die brug is het keerpunt, en dan nog anderhalve kilometer. Een fietser op het jaagpad kijkt verbaasd op als hij de zwemmers ziet en werpt nog een bedenke lijke blik in het water voordat hij weer verder trapt. Voor de begeleiders van De Stormvogel is er niets vreemds meer aan. Ze volgen vanaf het jaagpad hun pupil len, roepen aanwijzingen en klokken in tussen de tijden. Na 44 minuten tikken de vier crawlers weer aan bij het botenhuis. De brilletjes worden afgezet, de training van drie kilo meter zit er op. Carlien Schrijvershof, Charles Potin, Joey den Beer en Saskia Herrebout zijn tevreden. Carlien Schrij vershof, de 14-jarige Vlissingse, is de laatste maanden in goede conditie. Ze zegt het spannend te vinden in eigen wa ter mee te doen aan het Nederlands kam pioenschap. Ze wil haar huid duur verko pen. „Maar Nederlands kampioene word ik niet, nog niet. Mijn favoriete slag is de schoolslag, maar die doe ik zondag niet, omdat er alleen een 5 kilometer school Carlien Schrijvershof op de voorgrond. Van links naar rechts haar ploeggenoten van de Stormvogel, Kim Scholt, Saskia Herrebout, Boy Dirksen, Joey den Beer en Charles Potin. foto Lex de Meester 'Beter thuis in natuurwater'. slag op het programma staat. Dat is nog te ver voor mij. Ik mag nu meedoen op de 3 kilometer borstcrawl." Carlien Schrijvershof kiest voor het lan gebaanzwemmen. In de winter trekt ze wel de 25- en 50-meterbaantjes in het chloorbad - ze is de regerend seniorkam pioene op de 200 meter schoolslag - maar ze voelt zich beter thuis in het zoete of zoute natuurwater. „In dit kanaal zwem ik het liefst. Het is zout water en het zwemmen gaat bijna vanzelf. Als we straks weer binnen zwemmen, dan heb ik het gevoel dat ik niet vooruit kom. Ik krijg dan ook zeker weer oorpijn. In buitenwa ter heb ik daar bijna nooit last van." Zeewier Net als haar teamgenoten stoort Carlien Schrijvershof zich niet aan de opmerkin gen van anderen dat 'zwemmen in het ka naal vies zou zijn'. „Dit water wordt altijd gekeurd, dus wat is er dan vies aan. Soms zie je olie van schepen drijven, maar dat heb je overal. Ook in de zee en daar zwemt iedereen. Ik ben hier buiten gaan zwem men toen ik tien was. In het begin moest ik wel wennen aan de bodem en dan was het weieens eng als je zeewier voelde. Maar als je gewoon doorzwemt, raak je het zee wier kwijt. Met mijn moeder zwem ik vaak in de zee en als ik kwallen zie duw ik ze gewoon weg. Ik vind dat leuke bees ten." Toch spreekt niet iedereen zo luchtig over zwemmen in open water. Het chloorbad krijgt de voorkeur. Anders zouden wel meer van de 450 leden van De Stormvogel dagelijks in het kanaal zwemmen. „Ik vind het onbegrijpelijk dat er maar acht tien leden meedoen", reageert Wim Buijs, voorzitter van De Stormvogel en samen met zijn vrouw vaste begeleider van het langebaanzwemmen. „Heel veel kinderen en volwassenen hebben twee diploma's, maar als ik aan hen zou vragen naar de overkant van dit kanaal te zwemmen, dan durven ze dat niet. We hebben nu een paar kleintjes die voor de eerste keer meedoen. In het begin zwemmen ze als zeepaardjes, ze gaan rechtop vooruit in het water. Maar na twee lessen hebben ze die angst over wonnen en krijgen ze plezier in het lange baanzwemmen." Carlien Schrijvershof heeft de beginners angst ver achter zich gelaten. Vorige week sprong ze zonder schroom in het kanaal bij Oósterhout. Met groene plekken van de algen stapte ze het water uit, maar ze was er in geslaagd bij die langebaanwed- strijd iets recht te zetten. „Een week daar voor was ze veertien geworden en op die dag deed ze ook mee aan een langebaan- wedstrijd. Waarschijnlijk leefde ze door haar verjaardag te ontspannen naar die wedstrijd toe. Want vooraf wist ik al dat het niets zou worden", reageert haar moe der, Mariska Schrijvershof. Inderdaad presteerde Carlien Schrijvers hof die dag onder haar kunnen. Vandaar dat ze in Oosterhout erop gebrand was een goede prestatie neer te zetten. „Ik zag dat strakke gespannen koppie van haar en ik dacht 'die zwemt goed vandaag", herinnert Mariska Schrijvershof zich. „Ik heb haar nog nooit zo blij gezien als die avond. Ze is altijd de jongste van het stel. Karin Stein, die is 24 jaar, is meestal num mer éen op de schoolslag. Carlien ligt nor maal een minuut achter haar. In Ooster hout bleef Carlien heel lang bij de kopgroep, liet ze zich voor de eerste keer niet wegduwen en finishte op 10 seconden van de winnares." Talenten De trotse moeder beseft dat haar dochter talenten heeft, „maar ze weet dat ze hard moet trainen om met de eersten mee te gaan. Ik geniet ervan als ze goed presteert en ze krijgt ook waardering, maar dat krijgen onze andere drie kinderen ook op hun tijd. Carlien heeft al heel vroeg'ge zegd dat ze aan wedstrijdsport wilde doen. Dat is haar eigen keuze geweest. Ik zal haar nooit dwingen om te trainen of om door te gaan. Dat zou ze ook vreemd van me vinden. Gelukkig heeft ze een goe de sportmentaliteit." De aantrekkingskracht die zwemmen op Carlien Schrijvershof heeft, werkte aan stekelijk op haar moeder en jongste zusje. „Carlien houdt van zwemmen en door haar heb ik het zwemmen herontdekt. Hier in dit buitenbad heb ik het nog ge leerd. Ik ben begonnen met kurken om mijn lichaam en toen ik redelijk goed kon zwemmen mocht ik eerst met een touw rond mij n middel 'vrijin het diepe zwem men. Pas toen mijn kinderen hun zwemdi ploma's haalden, ben ik weer zelf gaan zwemmen. Nu begeleid ik bij De Storm vogel de jongste jeugd, van 4 tot 8 jaar." Vier jaar geleden dook Carlien Schrij vershof voor de eerse keer in het kanaal. Maar twee andere kinderen vergezelden haar. Haar moeder ging met haar mee naar de training en toen ze voor het eerst sinds haar jeugd weer bij het botenhuis kwam, stapte ze even terug in de tijd. „Mijn schoolzwemperiode kwam hele maal terug. Ik geniet er nu evenveel van als zij om naar deze unieke plek te gaan." En haar dochter vult aan: „Ik vind het jammer dat het buitenseizoen alweer bij na voorbij is. Na zondag zijn er nog maar twee langebaanwedstrijden. Ik zal weer aan de chloorlucht moeten wennen." Zondag zullen ruim 200 deelnemers het zoute water onrustig maken. De Storm vogel is er klaar voor. Joop den Beer is de coordinator van de beveiliging. Want de scheepvaart door het Kanaal door Wal cheren zal onregelmatig doorgang krij gen. Het kanaal is enkele uren het domein voor de Nederlandse en Belgische zwem- top. Edith Ramakers Jacqueline van Beek: Tjoba is mijn laatste club. foto Willem Mieras Eigenlijk heet ze nu Jacqueline Cornelisse. Maar onder die naam kent niemand de voormalig 'Korfbalster van het jaar'. Het ere- blijk aan het adres van de sinds kort in Goes wonende Jacqueline van Beek, die ook nog deel uit maakte van het Nederlands team, dateert alweer van 1987. Een zwa re knieblessure maakte in 1989 een voorlopig einde aan de top sportcarrière van de inmiddels ge huwde Van Beek. De gevolgen van die blessure sleept ze nog steeds met zich mee. Maar omdat ze het korfballen niet kan laten, keert ze steeds terug. In het komende seizoen speelt Jac queline van Beek-Cornelisse, die eens furore maakte bij hoofdklas ser PKC, voor Tjoba uit 's-Heer Hendrikskinderen. PKC-Allen Weerbaar, 30 septem ber 1989. Jacqueline van Beek maakt een actie in een duel om de bal. Ineens is er paniek. Het rech- teronderbeen maakt plotseling een wel heel vreemde, haakse hoek met het bovenbeen. „Ik verstapte me. Er was geen tegenstander of bal in de buurt. En ik dacht me teen: dit is erg." De blessure ach tervolgt de 30-jarige Van Beek nog steeds. Zonder de kwetsuur was ze vast en zeker nog international ge weest, nu speelt ze korfbal in de marge. Foto Een foto van het ongelukkige mo ment hangt ingelijst aan de muur van haar huis in een Goese nieuw-, bouwwijk. Van Beek somt het let sel nog moeiteloos op. „De voorste kruisband afgescheurd, de achter ste beschadigd. De binnenmenis- cus stuk, de buitenmeniscus ook, en het kraakbeen beschadigd." Anderhalf jaar duurde de revali datie. Daarna klom ze via het juni orenteam en het tweede van PKC weer op tot het eerste team van de club uit Papendrecht. Met die. co me-back boekte ze een overwin ning op zichzelf. „Terugkomen was mijn doel. Dat lukte." Ook werd Van Beek weer opgenomen in de nationale selectie. Daarmee won ze in 1993 de World-Games finale tegen België. „En hoogte punt uit mijn loopbaan." last van mijn knie, dan wordt je kracht minder, en vervolgens de pijn weer erger. Plet was een neer waartse spiraal." Een half jaar stopte ze helemaal met korfbal, maar begin vorig jaar pakte ze de draad weer op Van Beek meldde zich aan bij OWO in Maarssen. „Uiteindelijk ben ik daar begin vorig seizoen ook weer gaan spelen. Het ging goed, mede omdat ik af en toe weer eens een training oversloeg," In december stopte ze bij OWO omdat ze naar Goes verhuisde. Tot medio 1994 maakte Van Beek deel uit van de PKC-selectie. Haar toenmalige coach Ben Crum haalde haar over om als vijfde speelster bij het eerste team te blijven. Dat ze af en toe eens een training of wedstrijd moest over slaan, omdat de pijn in haar knie te hevig werd, werd voor lief geno men. „Door blessures van anderen heb ik toch volop meegedaan. Ik speelde toen zelfs mijn beste wed strijden. Maar uiteindelijk was het toch te zwaar." De combinatie van reizen vanuit haar woonplaats Nieuwegein naar Papendrecht en topkorfbal was teveel. „Ik kreeg steeds meer Haar man, René Cornelisse, werk te al twee jaar in Zeeland, van daar. „In eerste instantie wqs ik niet van plan hier te gaan spelen. Dat heb ik ook een half jaar niet gedaan. Maar ik werd al snel ge beld door mensen van Tjoba. Die wisten via via al snel dat ik hier kwam wonen. Nadat een paar mensen van de vereniging op visi te waren geweest, besloot ik toch weer te gaan spelen. Ze had eigenlijk geen betere club kunnen kiezen. Want is Tjobageen Maleis voor 'wij willen het probe ren'. Voor Van Beek wordt het de zoveelste poging. „En de laatste. Ik heb geen behoefte om hierna nog eens naar een andere club te gaan. Ook niet als blijkt dat het ontzettend goed gaat met mijn knie. Dat reizen heb ik er niet meer voor over." Bang dat het niveau, voor een speelster van haar klasse, te laag zal zijn, is ze niet. „OWO uit Maarssen speelde nog lager. Ik heb bewust gekozen om op een lager niveau te spelen. Ik kan me overal goed aanpassen." Met haar ruime ervaring :in het topkorfbal moet ze in elk geval in staat zijn om in de klasse van Tjo ba haar geringe lengte (Van Beek is 1.67 meter) te compenseren. „Door je goed op te stellen kun je de lange vrouwen aftroeven." Ze weet niet wat ze van dit seizoen moet verwachten. „In de voorbe reiding blijkt wel dat Tjoba kwali teit heeft, maar ik ken de kracht van de tegenstanders niet." Vertrouwen Het vertrouwen in haar knie heeft ze inmiddels helemaal terug. „Ik doe er gewoon alles mee. Ik kan al- leen niet meer doen wat ik vroeger altijd deed. Toen was ik elke dag aan het sporten. Dat zou nu een te zware belasting zijn. En Tjoba heeft kunstgras. Dat is gunstig, want het is egaler als ondergrond dan gras. De uitwedstrijden zal ik daarom misschien wel meer last krijgen. Maar ik hoop dat de knie na elke wedstrijd weer tijdig her stelt, want ik ben zeker van plan dit jaar alle wedstrijden te spelen Alleen weet ik niet hoe de knie het in de zaal houdt. Het is een tijd ge leden dat ik binnen heb gespeeld." Peter van den Belt

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1996 | | pagina 41