Colombia is bang voor honderd jaar eenzaamheid ABC Zee, bergen en oerwoud 's Nachts fladdert er veel moois rond van de Zeeuwse natuur Het kleine vissersbootje houdt moedig stand tussen de onstuimige golven. Het steigert als de golven huizenhoog en razendsnel komen aanrollen. Het zoute water gutst over ons heen. De zwemvesten worden uitgedeeld. Alsof dat iets zou helpen: rechts van het bootje exploderen de golven in een waaier van wit schuim tegen hoge rotspartijen. En aan bakboord steekt de vin van een haai uit het water omhoog. Schipper Reinaldo is niet onder de indruk. „De tiburones hebben hier altijd honger", verklaart hij laconiek. Ter illustratie laat hij zijn mooie tanden even klapperen. Dan valt de motor uit. Het sloepje komt dwars op de kolkende watermassa te liggen. De golven rollen nog net de boot niet in, maar veel scheelt het niet. Even ziet het er naar uit dat het uitstapje naar het nationaal park Tayrona in Caribisch Colombia op schipbreuk uitdraait. Schipper Reinaldo blijft kalm en vertrouwt op de Heilige Carmen die sinds jaar en dag over de vissers waakt. De Colombianen wéten het. Hun repu tatie in het buitenland laat te wensen over. Dat stéékt, want ze zijn trots op hun land. Waar de magiseh-realistische sfeer uit de boeken van de Colombiaanse schrijver Gabriel Garcia Marquez haast tastbaar is. Een land, dat de tropische Ca ribische Zee, mysterieus Amazone-oer woud en imposant Andesgebergte binnen zijn grenzen heeft. Met verstilde kolonia le stadjes, waar alles, behalve de tijd, al eeuwen stil lijkt te staan. Zolang echter drugsbaronnen het land terroriseren en ook guerilleros zich niet onbetuigd laten, zal het imago van hun geliefde vaderland wel ondermaats blij ven. En dat is niet terecht, want Colombia heeft veel te bieden en de veiligheidsrisi- PANAMA caiic3 }g! 'a Medelin Buenaventura Bogota Guaviajt- COLOMBIA co's zijn er niet groter dan in andere La tijns-Amerikaanse landen. De gebieden waar het onrustig is. zijn voor toeristen volstrekt oninteressant. Toch moet er heel wat gebeuren wil Colombia niet opnieuw 'Honderd jaar eenzaamheid' tegemoet gaan. Mooiste stad Onze zenuwen staan op scherp nadat we de eerste stappen op Colombiaanse bo dem hebben gezet. In dit 'Sodom en Go- morra van Latijns Amerika' moet het ge vaar immers overal op de loer liggen. Dus waar zijn de straatbendes, de dealers die tot drugssmokkel aanzetten en de opstan delingen die bommen bij bushaltes plaat sen? Maar in Cartagena de Indias, een prachtige koloniale stad in het noorden van Colombia aan de Caribische Zee, is het vredig. Ook op het strand, hoewel we door een ambulante middenstand worden be- p vrije tijd J zaterdag 24 augustus 1996 Ruilandelopde Amazone-rivier: vis voor een flesje cola. foto's Sylvia Hueting Een bont beschilderde open bus (chiva) rijdt rond met een cumbia-orkest aan boord. De passagiers dansen, de chiva deint. Paarden trekken koetsjes door het centrum. Op een terras bij de kathedraal drinken we mangosap met een rietje. We zijn bijna de enige toeristen. Wanneer Colombia niet zo'n beroerde naam had, zou deze mooiste stad van Zuid-Amerika net zo overlopen zijn door toeristen als het Itali aanse Florence. Want die allure heeft het... Colombia afficheert zich graag als een continent op zich. En inderdaad, opstij gend van het zeeniveau naar het Andesge bergte, lijkt het alsof we plotseling in een ander land terecht komen. Het bergachti ge gebied vertoont nauwelijks overeen komsten met het warme kustgebied vol wuivende palmen en tropische stranden. Het kwik geeft opeens temperaturen aan van rond de zestien graden en 's nachts kan het er koud zijn. Hoewel de republiek op de evenaar ligt, kent het land onder invloed van de Andes verschillende klimaten en landschappen. Van tropische laagvlaktes en vochtig re genwoud, tot savannes, woestijnen en hooggebergte. Temperatuurverschillen hebben niets te maken met jaargetijden, maar met hoogte. Hoe hoger, hoe kouder. Op de toppen, die soms bijna 6000 meter hoog zijn1 igt eeuwige sneeuw. Geen won der dat de Colombianen die dit hoogge bergte bevolken, zich graag in warme poncho's hullen. Zoals bijvoorbeeld in het koloniale stadje Villa de Leyva, zo'n vier busuren ten noorden van Santa Fé de Bogota, zoals de hoofdstad sinds 1991 of ficieel heet. Struikrovers De bus rijdt met een bordje 'te koop' op de achterruit rond. Onderweg blijkt waar om. Uiterst moeizaam zwoegt het gam mele voertuig over smalle steile bergweg- getjes omhoog. Bij de afdaling klinken luide knallen. Zouden we dan toch nog in handen van guerillastrijders of struikro vers vallen? Maar als het binnen steeds heftiger naar benzine ruikt, begrijpen we dat 'het gevaar' uit een andere hoek komt. Vandaar dat niemand nog een sigaret durft op te steken, uit angst gezamenlijk de zuivere Andeslucht in te vliegen. Maai de bus geeft niet op, zodat we uiteindelijk de prachtige, authentieke Plaza Mayor van Villa de Leyva oprijden. Het centrale plein is geplaveid met kinderkopjes en wordt omringd door witte huizen in Spaanse stijl. Het is er oorverdovend stil. De lucht ruikt zoet. Boven bergbeekjes fladderen grote bonte vlinders, aange trokken door kleurrijke bloemen. Twee uur verder. Verandering van decor: Amazonegebied. De Peruaanse douanier in korte broek en blote bast schrikt zich een hoedje. Buitenlands bezoek, daér had hij niet op gerekend.Leticia ligt op de grens met Peru en Brazilië. Dus dansen we 's morgens in Peru en bezoeken we 's mid dags de markt in het Braziliaanse Tabat- inga. Leticia is het Zuid-Amerikaanse Valken burg. Alleen eet je op dit drielandenpunt in het hart van het Amazonegebied geen friet of Bratwurst, maar Braziliaanse pi ranha en Colombiaanse cocosrijst. Regen Wanneer we inschepen op het bootje van de indiaanse gids Lucho, telg uit een ge slacht van koppensnellers, zien we dat het oerwoud nog voor andere doeleinden wordt geëxploiteerd: in het rommelige haventje wordt een flinke partij hardhou ten planken aangevoerd. Op de dag dat Lucho ons meeneemt, re gent het. En niet zo'n beetje ook. Onder ons is het water van de Amazonerivier, van boven komt het water in de vorm van regen. Al na een paar uur krijgen we het koud en voelen we tot op onze botten waarom dit REGENwoud heet. Met Lu cho varen we zo'n 150 kilometer langs draaikolken en boomstammen op weg naar het nationaal park Amacayacu, waar onder meer de indiaanse Tiku- nastam woont en roze (zoetwater) dolfij nen de meren bevolken. Sierlijk springen de bijzondere dieren naast ons bootje uit het water, alsof ze in een dolfinarium hun kunsten vertonen. Overigens is Amacaya cu één van de vijftig nationale parken die Colombia rijk is. Hoofdstad Santa Fé de Bogota is een fas cinerende metropool, waar bijna acht miljoen van de in totaal 32 miljoen Co lombianen wonen. Ondanks de hectiek zijn er genoeg mooie, rustige en interes sante plekjes te vinden. De koloniale wijk La Candelaria bijvoorbeeld, maar ook de berg Montserrate van waaruit een goed beeld van de enorme stad te krijgen is. Bij zonder is de kerk Ignacio, waar gelovigen in groten getale naar toe komen om hun jerrycans en lege colaflessen te vullen met 'heilig water'. Anders dan in het Franse Lourdes wordt het gewijde water niet ge dronken. De Colombianen maken er hun huizen mee schoon en hopen zo kwade geesten te verjagen. Ondertussen stelt de Heilige Carmen schipper Reinaldo niet teleur. Na een paar benauwde minuten krijgt hij de motor weer aan de praat. Als een chauffeur die zijn auto door chaotisch verkeer stuurt, loodst hij zijn scheepje door de woelige zee veilig naar de thuishaven. Shyra Hueting Waar de magisch-Vealistische sfeer uit de boeken van Gabriel Garcia Mérquez voelbaar is. laagd, die zijn handel op charmante wijze probeert te slijten. Dat zal wel komen doordat er weinig toeristen zijn. Er is van alles te koop. Oesters die ter plekke met citroensap worden besprenkeld, massa ges, tochtjes op waterscooters, uitstapjes naar de naburige eilanden Islas de Rosa- rio of het verderop gelegen Panama, tro pische fruitsalades, swingende salsa nummers gespeeld door een wandelend orkestje, kunstnijverheid, jurken en ook rastakapsels die gegarandeerd binnen twintig minuten gevlochten zijn. Maar wat er ook wordt aangeboden: geen drugs. Cartagena, waar het merkwaardig ge noeg 's morgens nog warmer is dan 's mid dags. Waar 's avonds de bevolking in schommelstoel op straat zit of vanuit een hangmat televisie kijkt. Een stad die in de zestiende eeuw door de Spanjaarden is gesticht, waar ooit een levendige handel in slaven, goud en zilver heeft bestaan en waar een dikke stadsmuur bescherming tegen piraten bood. En waar Marquez in de crypte van het oude klooster Santa Clara 'het meisje Sierva Maria de Todos los Angeles vond, wier gouden haar na haar dood ruim 22 meter is gegroeid' en er de roman Liefde en andere duivels over schreef. Het klooster, dat net als de rest van de stad is gerestaureerd, doet tegen woordig dienst als hotel waar zelfs de gro ten der aarde logeren. Het is het enige ho tel van formaat in het oude centrum. Om de oude stad niet te ontsieren, staan ande re grote hotels op een landtong buiten de stadsmuren. Cultureel erfgoed Cartagena herinnert aan een rijk, Spaans koloniaal verleden. De paleisachtige on derkomens met hun romantische binnen plaatsen, de oude kerken, kloosters, de kathedraal, het Paleis van de Inquisitie en het kasteel van San Felipe de Barajas zijn er de stille getuigen van. Het koloniale centrum is grotendeels intact gebleven. Vandaar dat de Unesco de stad heeft uit geroepen tot cultureel erfgoed van de mensheid. 's Avonds is het historische centrum sprookjesachtig verlicht. In sommige straten zorgen fakkels en kaarsen voor de verlichting. Mannen drinken bier op straat, geliefden ontmoeten elkaar bij de antieke kanonnen op de stadswallen, kin deren spelen en overal klinken de uitbun dige klanken van ritmische salsamuziek. Indiaanse man van de Tikunastam in het Colombiaanse regenwoud hanteert een ma chete tegen gifslangen. foto Sylvia Hueting Is het omdat x de grote onbekende is? Naar een dier of plant, die met een x begint, moet je met een lantaarntje zoe ken. totdat je een boek over nachtvlin- ders opslaat. Dan wemelt het ineens van de x-en: Xanthia's, xestia's, xylena's en xylocampa. En onbekend zijn ze alle maal; vrijwel niemand heeft er idee van hoeveel moois er in de nachtelijke uren rondfladdert. De pasopgerichte Beneluxwerkgroep Nachtvlinders bracht haar eerste nieuwsbrief 'Schubnieuws' uit in een op lage van 300 exemplaren, maar ver moedt dat de oplage snel zal dalen omdat er zo weinig kenners zijnMet vragen als 'Wie vangt er nog een Xylena-soort?' en 'Zijn alle Xanthia's algemener gewor den?' proberen de initiatiefnemers om kenners tot medewerking te prikkelen. Toch is het niet al te moeilijk om nacht vlinders te zien te krijgen. Laat in de slaapkamer het dakraam openstaan en het licht branden en er fladderen gega randeerd wel een paar van die motten naar binnen. Dikke kans dat er meteen zo'n mister X bijzit, en wel Xestia c-nigrum. De Zwarte c-uil, zo zou je het kunnen vertalen. Dat is één van de tal rijkste nachtvlinders die in onze omge ving rondvliegt. Hoewel, er moet bij ge zegd worden dat de soort het ene jaar veel algemener is dan het andere. In 1994 en 1995 lokte mijn vanglamp vaak enke le honderden exemplaren per nacht aan; dit jaar zijn het er nooit meer dan tien. Xestia c-nigrum dankt de naam aan de vleugeltekening. Op een rossig-bruin- oranje ondergrond is op de binnenkant van de beide voorvleugels een diepzwar te letter C te zien. Er zijn trouwens heel wat vlinders met een lettertekening op de vleugels. De bekende atalanta wordt ook wel nummervlinder genoemd omdat op de buitenkant van de vleugels het cij fer 69 valt te ontdekken. De gehakkelde aurelia, een fraaie dagvlinder zou je de antipool van de zwarte c-uil kunnen noemen. Ze heeft een witgekleurde letter c op de buitenkant van de vleugels; van daar de wetenschappelijke naam Poly- gonia c-album, letterlijk witte c-vlin- der. Verwanten Xestia c-nigrum heeft diverse verwan ten die wat minder talrijk rondvliegen Onlangs zette xestia xanthographa zich neer op het laken onder mijn vanglamp. Het spannen van een laken met daarbo ven een sterke lamp die veel ultraviolet licht uitstraalt is in de zomer verreweg de eenvoudigste methode om nachtvlin ders te zien te krijgen. Een gemiddelde nacht is goed voor tientallen verschillen de soorten die op het licht afkomen en zich vervolgens op het laken neerzetten, om daar te blijven zitten tot het dag wordt. Alleen is het zaak om vroeg uit de veren te zijn. omdat anders de vogels het laken ontdekken en daar een vlinderont- bijt nuttigen. In het najaar vliegen er heel andere vlin dersoorten dan in de zomer. De Xanthia is een familie met zes vertegenwoordi gers die vanaf ongeveer eind augustus tot verin het najaar aktief zijn. Alle soor ten xanthia's onderscheiden zich door hun fraaie, geeloranje voorvleugels. In het najaar is het voor vlinders niet zo eenvoudig om aan de kost te komen, om dat er relatief weinig bloemen meer zijn. De vlinders zijn dan eenvoudig te lokken met smeer; een mengsel van appel- of pe- restroop met wat alcoholhoudende drank erin. Het goedje wordt op de stam van een aantal bomen gesmeerd, net Xestia c-nigrum, een algemene nachtvlinder. foto Chiel Jacobusse voordat de schemering invalt, en vervol gens is het een kwestie van met een zak lamp 's nachts de bomen inspecteren. Vaak komen er grote aantallen vlinders op de smeer af, zeker als het windstil is. De kans om een Xanthia-soort (Neder landse namen zijn er niet voor deze vlin ders) te vangen is tegenwoordig veel gro ter dan vroeger. Om onbekende reden gaat het de familie danig voor de wind. En dat is meer dan je van verreweg de meeste andere vlinders kunt zeggen. Chiel Jacobusse

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1996 | | pagina 33