Binnenkant van
de binnenstad
Bloed en emoties moeten kijkers trekken
Overwegend
achterkanten
reportage ZATERDAG 28 OKTOBER 1995 24
Je zult er nooit iemand zwalkend
over straat zien gaan, want de
Vuilstraat in Goes is te smal voor
onzekere, zijwaardse stappen. Vallen
kun je er allen voor- en achteruit en
dan nog moet je goed kunnen
mikken. Met een overwegende
breedte van krap zestig centimeter
houdt de Vuilstraat al sinds de
vijftiende eeuw Goesenaren
overeind, die op weg zijn van de Sint
Jacobstraat naar de kaaien of
andersom. Het is een relict uit de tijd
dat de hele wereld nog te voet ging.
Zelfs met een mager paard kom je er
onherroepelijk vast te zitten. De
Vuilstraat is één van de weinige
overgebleven straten waar de auto
niet de baas is. Zonder een bordje
met 'woonerf, zonder bloembakken,
vluchtheuvels en gewassen
grindtegels, is de Vuilstraat van
nature een voetgangersdomein.
Antieke stadsplattegronden van Goes
tonen de Vuilstraat al als een heel
smal steegje, veel smaller dan de, ook niet
bepaald brede, Middeleeuwse straatjes
van de binnenstad. Er lijkt sindsdien wei
nig veranderd, maar dat is schijn. Zeker,
de route die de straat volgt is nog dezelfde:
Van de Sint Jacobstraat, achter de noor
zijde van de Grote Markt en de Oprils om,
naar de Keizerstraat, in het midden on
derbroken door de Koningstraat. Ook is
de Vuilstraat niet breder of smaller gewor
den maar met een loupe op de oude kaar
ten, wordt toch de verandering duidelijk:
Bijna alle voordeuren zijn achterdeuren
geworden, voorgevels werden blinde ach
tergevels, de tuinen tussen de huizen wer
den volgebouwd en alle afvalwater en
rook gaat voortaan via pijpen en schoor
stenen in de Vuilstraat naar buiten. Het is
een brandgang die zijn status van straat
aan het verleden dankt èn aan het feit dat
er nog mensen wonen. Over de volle hon
derd meter slechts drie adressen: Vuil
straat 1, 2 en 5.
Gemeenschap
„Kijk. we kunnen hier dan wel met maar
drie officiële adressen zitten, dit is toch
een gemeenschap. En nog eens een goede
ook." Henk den Heijer zit al tien jaar met
zijn zaak in de Vuilstraat. Als eigenaar
van Club Barbarella woont hij half en half
bij zijn nering. „Officieel woon ik in Roo
sendaal, maar de aard van het werk vergt
dat ik hier vaak blijf slapen." Club Barba
rella is een besloten nachtclub met een
strip- en escorte-service. Van Henk mag je
ook best zeggen dat het een bordeel is, als
je er maar bij vertelt dat het een nette tent
is. „Deze branche is niet in iedere woonge
meenschap even welkom en in sommige
gevallen kan ik dat best begrijpen. Je gaat
niet in een kinderrijke woonbuurt zitten
met een nachtclub. De Vuilstraat is eigen
lijk ideaal maar dat is niet altijd zo ge
weest. Net als in een gewone straat in een
buitenwijk, moetje de goede sfeer met z'n
allen maken. Hier kan dat."
Den Heijer staat op het standpunt dat als
iedereen zorgt dat een ander zich niet
hoeft te ergeren, er vanzelf een goede ver
standhouding ontstaat. „Je moet gewoon
rekening houden met elkaar. Ik geloof
ven. Een enge plek dus, en niet in de zin
van smal. Een griezelig, goor steegje was
het.
„Daar heb je weer zoiets", roept Henk den
Heijer. „Aan zulke toestanden kun je
makkelijk iets doen, als je het maar samen
aanpakt. Het is absoluut waar, het was
hier vroeger een puinzooi. Maar overal is
een oplossing voor. We hadden altijd pro
blemen met het vuilnis. Iedereen, ook alle
zaken die een poort op de Vuilstraat heb
ben. moest zijn vuilnis neerzetten aan het
einde van het breedste stuk. Dat gaf niks
dan ellende. Het werd in de fik gestoken,
opengetrapt en niet zelden lag het
's ochtends door de hele straat. We heb
ben de koppen bij elkaar gestoken en de
gemeente gevraagd er iets aan te doen. Nu
werken we met containers en het pro
bleem is uit de wereld. Op dezelfde manier
is dat donkere gat verlicht geraakt. Een
briefje aan b en w en binnen drie dagen
brandden er lantarens."
Contacten
Ook op de stank en de grafitty hebben de
Baas van Barbarella en zijn mede-Vuil-
straatgebruikers wat gevonden: de hoge-
druk-spuit. „Je kunt er natuurlijk niet de
hele nacht bij gaan staan om te zorgen dat
ze de boel niet onderspugen en onderpie-
sen. Dat hou je toch met zoveel cafés in de
buurt. Maar drie keer in de week de spuit
erop doet wonderen. Je ziet het zelf, het
stinkt niet meer. Die oplossing hebben we
trouwens ook te danken aan de Markt
meester. Die voelt zich ook verantwoorde
lijk voor de straten om de Markt heen. Met
die man hebben we goede contacten. Daar
zie je het weer, goede contacten, respect
vol met elkaar omgaan, dat is het hele eie-
reneten."
Behalve Club Barbarella is aan de Vuil
straat nog een zaak gevestigd, een coffee
shop. Daar wordt helemaal niet gewoond.
Om 2.00 uur 's nachts trekken de mede
werkers de deur achter zich dicht. De
enige die echt aan de Vuilstraat woont is
Marnix Hendriks. Hij heeft een apparte
mentje op nummer 2 en daar is hij uiter
mate tevreden mee. „Ik woon middenin
de binnenstad, overal vlakbij en het is hier
heerlijk rustig." Van stank en vuil heeft
Marnix nog nooit wat gemerkt want hij
woont er pas sinds een jaar. „Het is echt
prettig stil, ook in het weekeinde. Fijn
hoor, zonder geraas van auto's. Die kun
nen hier niet komen." Marnix kan zich
geen betere stand wensen.
Zevenkoten
Dat is weieens anders geweest in de Vuil
straat. In de vorige eeuw stond de steeg
ook wel bekend als 'de Smalle Zevenko
ten'. Zevenkoten was een naam die vroe
ger in Goes, en ook wel in andere Zeeuwse
steden, werd gebruikt voor verkommerde
buurten. Ook de naam Moortstraat is voor
de Vuilstraat in vroeger eeuwen wel ge
bruikt. Dat had overigens niets te maken
met onverkwikkelijke incidenten die de
smalle streep daglicht niet verdragen
konden. In het boek Goese Straatnamen,
uitgegeven in 1986, gaan de medewerkers
van het Goese Stadsarchief ervan uit dat
de familie Van Moorts, sinds de zestiende
eeuw in Goes gevestigd, aan de Vuilstraat
moet hebben gewoond.
Hoe hij aan zijn naam komt, deze straat
van overwegend achterkanten, daarover
tasten ook de schrijvers van het straatna
menboek in het duister. Misschien was
het vroeger de gewoonte om vuil langs de
achterkant van het trotse marktplein af te
voeren. In ieder geval heeft ook de Stal-
straat, de straat achter de westelijke ge-
velwand van de Grote Markt, Vuilstraatje
geheten.
Hoe het ook zij, geschiedenisboeken zijn
niet nodig om een indruk te krijgen. Voor
wie de moeite neemt tussen de hoge ge
vels te stappen, ontvouwt zich de geschie
denis vanzelf. Verschillende soorten ste
nen, sporen van brand, getraliede ramen,
in onbruik geraakte voordeuren, loden
pijpen, pvc-buizen, nog nooit verbeterde
oud-Hollandse dakpannen en antieke
muurankers vertellen een verhaal van wo
nen en werken. Het eerste steeds minder
en het laatste zonder de schreeuwerige op
smuk van de voorkant. De Vuilstraat is de
binnenkant van de binnenstad. En dat
heeft, voor wie het zien wil, een eigen poë
zie.
Mieke van der Jagt
fotografie Ruden Riemens
niet dat ik daarmee iets nieuws vertel
maar ik noem toch maar een voorbeeld.
De bakker van de Opril heeft hier zijn ach
ter-uitgang. Daar moet hij met grote au
to's in en uit kunnen, want zo bevoorraadt
hij zijn zaak. Als ik daar nou iedere dag
met mijn auto ga staan, krijgt die man de
pest in. Dat doe ik dus niet." Zo heeft de
baas van Barbarella nog meer regels, die
gend gekleed de straat op gaan. De zaak,
dat is hierbinnen en buiten moet daar niks
van te merken zijn. Anders heb je binnen
de kortste keren weerstand en dat wil ik
niet."
Wie al langer de korte route naar de kaai
en gebruikt, valt het op dat de Vuilstraat
zijn naam geen eer meer aandoet. Geen
grafitty op de muren, geen zwerfafval en
de hele straat wordt gevuld met de lucht
van versgebakken brood. Dat was vroeger
wel anders. Vooral in de smalste delen
hing vroeger een constante lucht van ver
schaald bier, urine en wat dronkelappen
er zoal meer plegen uit te gooien. Tien jaar
geleden was de Vuilstraat nog een school
voorbeeld van wat in beleidsnota's als een
'sociaal onveilige plaats' wordt omschre-
rekening houden met de aard van zijn
branche en de manier waarop Zeeuwen
daar tegenover staan.
,,'t Is hier natuurlijk Amsterdam niet. Ik
heb hier gemiddeid drie meisjes intern.
Gedurende hun werkweek blijven die hier
slapen. Maar 's middag zijn ze vrij en dan
willen ze gaan winkelen. Ik spreek altijd
met ze af dat ze niet opzichtig of uitda-
Presentator Hein Hansen danst met een van de leden van theatergroep Maatstaf voor de camera.
foto G PD
Netty ziet het even niet meer zitten. Voor het
oog van de camera barst ze in huilen uit als
'speciaal verslaggever' Hein Hansen haar vraagt
hoe ze reageert op de gespeelde intimiteiten tus
sen haar vriend Patrick en Miriam. „Hij is van
mij", klinkt het snikkend.
In de repetitieruimte van de Rotterdamse toneel
groep Maatwerk wint de werkelijkheid het op dit
moment van het spel. Voor deze groep geestelijk
gehandicapten, slachtoffers van het syndroom
van Down (mongoloïden), blijken fictie en reali
teit vaak moeilijk te scheiden. Door Netty om
haar reactie te vragen, veroorzaakt Hansen zelf
het incident-
De medespelers reageren direct. „Ze is bang dat
Miriam Patrick van haar wegneemt", doet Carla
een duit in het zakje. „Dat is bij mij ook gebeurd",
zegt ze tegen de camera.
Het team van SBS 6 is tevreden. De emotionele
uitbarsting tijdens de repetitie van het nieuwe
stuk Paris, levert mooie beelden voor de kijkers
van het zondagse achtergrondprogramma Van
onze speciale verslaggever (VOSV).
De televisiemakers denken thuis te komen met
een spannende reportage, waarmee zij de kijkers
inzicht geven in de vrijwel onbekende leef- en
denkwereld van deze professionele, gehandicapte
toneelspelers. Ze treden 30 a 40 keer per jaar op in
Nederland en het buitenland en trekken gemid
deld 280 toeschouwers per optreden. Hun directe
en indringende aanpak leent zich goed voor dit
onderwerp.
De spelers, die op een geheel eigen wijze acteren,
merken daar weinig van. Zij gebruiken vooral hun
lichaamstaal en vaak onverstaanbare klanken bij
de invulling van hun rollen. Zelden is er sprake
van normaal uitgesproken teksten.
Speciaal verslaggever Hansen gaat verder. Hij
troost Netty, praat met Patrick en Miriam, en laat
groepsleider en regisseur Koert Dekker uitleggen
hoe hij de nu ontstane situatie wil oplossen: „Ik
denk dat we even stoppen en in de kring overleg
gen wat we nu moeten doen."
Camera
De camera draait ondertussen door. Het gaat im
mers om televisie die je raakt. Hansens kijkers
moeten het gevoel krijgen zelf deel te nemen aan
de gebeurtenissen in de repetitieruimte van
Maatwerk.
De komst van nieuwe commerciële zenders heeft
ook een stroom nieuwe programma's tot gevolg
gehad. Zij hebben gemeen dat de bobo's, hoteme
toten en andere autoriteiten in een bijrol terecht
zijn gekomen Het verhaal wordt verteld door de
betrokkenen. Zij leggen vrijwillig - en soms min
der vrijwillig - hun gevoelens bloot, reageren van
zelfsprekend ongenuanceerd, maar blijven daar
door herkenbaar voor de kijker thuis.
Die zit in zijn luie stoel op een logeplaats bij zwa
re. bloederige operaties, dodelijke auto-ongeluk
ken en schrikt pas echt wakker als wegwerkers
middenin de nacht bijna geramd worden door een
vrachtwagen.
Toch ontkent VOSV-regisseur Frans van Erkel
(ex-VPRO) dat er sprake is van een nieuwe werk
stijl. „Bij documentaires hebben we altijd de men
sen centraal gesteld, zoals we dat ook nu nog
doen. Wij lieten de betrokkenen altijd zelf hun
verhaal vertellen. Hooguit kun je zeggen dat we
bij de VPRO meer tijd hadden. Nu moeten we
sneller werken. Dan kies je voor human interest."
Kapstok
In twee draaidagen en aansluitend twee montage-
dagen krijgt het item zijn beslag. Dat tempo be
paalt ook de aanpak. „We proberen een kapstok
te vinden om het verhaal te kunnen vertellen.
Dan moet je je wel concentreren op een enkele
persoon, die je tijdens de repetitie volgt."
Bij Maatwerk is het vinden van interessante ty
petjes geen probleem. Door hun handicap reage
ren de acteurs impulsief en vaak onbeheerst, en
dat levert mooie beelden op. De kijker verwacht
emotie, en krijgt die ook.
Het lijkt dat de publieke omroepen en de com
merciële zenders dit jaar vooral willen concurre
ren met dergelijke journalistiek getinte, snel ge
maakte programma's. Sommige - zoals 06-11
Weekend en Ingang Oost - wekken zelfs de indruk
direct van de plaats van het incident te komen.
Andere kiezen de stijl van 'Van onze speciale ver
slaggever', of de techniek van de verborgen ca
mera.
Door de toename van het aantal zenders komen
er ook steeds meer cameraploegen. Politie,
brandweer en ambulancepersoneel hebben al ge
klaagd. Zij voelen zich gehinderd bij de hulpverle
ning. Voor de Nationale Ombudsman reden een
serie richtlijnen op te stellen voor de omgang met
televisie. En ook minister Dijkstal (binnenlandse
zaken) wil maatregelen nemen om het optreden
van al te opdringende cameraploegen aan ban
den te leggen.
Bedenkperiode
Volgens de Amsterdamse advocaat Peter Plas
man komt daar nog bij dat slachtoffers en andere
betrokkenen vaak tegen hun zin worden ge
bruikt. Ze worden gezien als vermaak voor de kij
ker thuis. Hij wil de vrijheid van de camera aan
banden leggen door de invoering van een wettelij
ke bedenkperiode van een halve tot een hele dag.
In die tijd kan iemand alsnog besluiten zijn mede
werking aan een programma te weigeren, zoals
dat ook is geregeld bij kopen aan de deur.
„Ik heb mij bijzonder gestoord aan een onderwerp
in het programma De Deurwaarder. De camera
ploeg ging op gezag van de deurwaarder het huis
van een demente bejaarde binnen. Voor de ca
mera hield de gezagdrager zijn neus dicht. Zo'n
bejaarde weet niet wat hem overkomt", zegt Plas
man.
Ook in andere gevallen blijkt dat betrokkenen
niet kunnen inschatten wat hen overkomt. Zoals
de verdachte die door Bureau Bijlmer gefilmd
werd en eerst toestemming gaf voor uitzending.
Via de rechter kon hij alsnog een zendverbod af
dwingen.
„Wat te denken van de bejaarde man bij Ingang
Oost die rectaal onderzocht werd. Hij was wilson
bekwaam, en zijn verwanten hadden toestem
ming gegeven voor de uitzending. De man lag
daar met een verwrongen gezicht en kon niets
doen. Zoiets zou niet moeten kunnen. Als voogd
moet je handelen in het belang van de wilsonbe
kwame. Dat was hier duidelijk niet het geval."
Plasman stelt vast dat bij veel programma's de
sensatie op de eerste plaats komt. Hij kan zich
niet voorstellen dat de kijkers in Maastricht geïn
teresseerd zijn in beelden van een bloedig auto
ongeluk in de Bijlmer.
De grens is vaak moeilijk te trekken. Niemand zal
immers een uitzending willen verbieden wanneer
er sprake is van een ernstig treinongeluk of een
neergestort vliegtuig. „Het gaat ook om de pre
sentatie van de slachtoffers. Zij hebben recht op
privacy. Deze nieuwe programma's houden daar
geen rekening mee. Men gaat te ver."
Indringend
Andere programma's, zoals Van onze speciale
verslaggever, die nadrukkelijk pretenderen wel
een journalistiek produkt te zijn, krijgen het on
der die omstandigheden moeilijk. Ook zij moeten
dus meegaan in de carrousel van steeds hardere
en indringender televisie.
Niet alles slaagt. Een onderwerp als de teloorgang
van de Nederlandse adel lijkt prachtig, maar je
vraagt je af of dat moet gebeuren door een graaf
en een jonkheer te laten praten over hun finan
ciële perikelen.
Hansen geeft toe dat VOSV het met dergelijke re
portages niet zal redden tegenover programma's
die - met als kenwoord 'reality-tv' (meekijk-tv) -
vooral veel bloedige incidenten tonen. De kijker
weet immers niet dat ook die programma's ge
monteerd worden om de impact zo groot mogelijk
te maken. Zelfs al wekken ze een andere indruk,
deze vorm van televisie heeft weinig te maken
met de échte realiteit.
Net als schrijvende journalisten zoeken de ma
kers van de nieuwe televisieprogramma's voort
durend naar items waarmee zij kunnen scoren. Zo
brengt VOSV zondagavond de eerste ontmoeting
tussen twee wereldreizigers, solozeiler Henk te
Velde en luchtballonvaarder Henk Brink.
Reality-tv (of wat daarvoor doorgaat) is gewoon-
een van de pogingen kijkers vast te houden die
anders misschien naar de concurrent zouden
overschakelen. Voor de toeschouwer spelen de
vertoonde sensatie en emotie een belangrijke rol.
Zij maken het verhaal.
Plasman: „De maatschappij verhardt, dat is
waai-. Maai- moeten de media vooroplopen? Moge
lijk onderschatten de makers de impact van de
camera. Ik zou het heel erg vinden dat wat de tele
visie brengt, straks de dagelijkse werkelijkheid
gaat worden."
Louis Burgers