Zeeland moet meer naar Duitse toerist luisteren PZC Bizarre vernoeming dieren en planten Oostzeekust geduchte concurrent reportage 25 ZATERDAG 7 OKTOBER 1995 Er wonen tachtig miljoen mensen in Duitsland. Als ze nou allemaal een keer langs komen zitten we goed. Een laconieke opmerking van een nuchtere Zeeuwse toeristische uitbater in het oord van de toekomstige concurrent: Mecklenburg/Vorpommern, Duitslands meest noordelijk gesitueerde deelstaat, aan de bovenzijde omspoeld door de Oostzee. De kustlijn wordt er gemarkeerd door een lint van bevolkingscentra als Wismar, Rostock, Greifswald en Stralsund. De veelal ernstig vervallen, in baksteengotiek uitgevoerde architectonische bedenksels dragen vooral in Rostock de sporen van de glorie, die het handelsverbond van samenwerkende koopmansgilden wist te bereiken. De steden aan de Oostzee zijn gelegen in een licht heuvelend, rijk met groen gestoffeerd landschap waarin de natuur ook echt de natuur is gelaten. De confron tatie met het water is er veelal open: je hoeft er geen grote duinbuiten over, maar kunt zo de lange, voor een deel door natu risten veroverde stranden oplopen, waar de zee zonder veel ruisen en bruisen het land ontmoet. In dat decor vertoefde dezer dagen een ge mêleerd gezelschap aan de Nederlandse Noordzeekust wonende en werkende geïn- tereseerden uit het toeristisch-rereatieve bedrijfsleven, met in hun kielzog repre sentanten van overheden en met de bran che verweven organisaties. Een forse Zeeuwse delegatie keek spiedend mee rond, nieuwsgierig als men was naar de realiteit waarvoor staatssecretaris Van Dok van economische zaken onlangs zo ernstig had gewaarschuwd: het opko mend toerisme_aan de Oostzee kan op ter mijn een regelrecht gevaar gaan vormen voor de zo druk door Duitsers beklante Nederlandse kust. En ze had het nog niet eens over de lonkende aanpalende Poolse kust met z'n eigen verrukkingen. Met ver- en bewondering stelde het Neder landse gezelschap vast dat de toeristenin dustrie er aardig de gang in heeft zitten. De cijfers, waarmee de excursiegangers om de oren werden geslagen, geven op z'n minst aanleiding tot enige bezorgdheid. Verwacht wordt dat het aantal toeristi sche overnachtingen er over dit jaar de 36 miljoen zal bereiken. Opvallend is het aandeel vanuit de deelstaat Nordrhein Westfalen voor dit als gevolg van de om wenteling nog maar een j aar of wat ontslo ten Duitsland: ruim zes miljoen overnach tingen. Ze komen voor rekening van een middenklasse publiek uit een landsdeel van waaruit al sinds jaar en dag de schre den worden gericht naar met name Zee land. Nieuwsgierigheid om in het nieuwe stukje eigen land op verkenning te kunnen wint het van de forse afstand die moet worden overbrugd om vanuit Nordrhein Westfa len aan de Oostzee te geraken. 'Ja, wij ko men de komende twee jaar graag eens voor een kennismakingsbezoek naar u toe' vulde deze zomer 22 procent van de Nordrhein-Westfalers in op een enquête formulier van de toeristische organisatie in Mecklenburg/Vorpommern. „Een op merkelijk resultaat', juicht het VW-we- zen ter plekke. „Die deelstaat heeft im mers 16 miljoen inwoners." Adel Bezijden en noordelijk van Rostock ligt een handvol vrijetijdsoorden: Warnemün- de, Bad Doberan, Kühlungsborn, Rerik en, niet te vergeten, het witgepleisterde stadje Heilingendamm. Daar zat vroeger de Duitse adel uit te puffen. En te feesten in de knappe villa's met de zee in de voor tuin. Deze oudste Duitse zeebadplaats is nu in z'n geheel te koop. Meer dan hon derd beleggers staan te popelen om hun goeie geld te investeren. De studiereis leidde ook door een deel van het vlak boven het vasteland gesitueerde (voormalige)eilandenrijk, met uitschie ters als Usedom en Rügen, die zijn bezaaid met aantrekkelijke natuurterreinen. Tot voor kort dienden ze nog als jachtgebied voor de partijbonzen van het DDR-re- giem. Tegenwoordig is het vooral een jachtgebied voor natuurfotografen met een voorliefde voor grillige vormen. Bij zonder onderdeel van het landschap vor men de 'bodden', ondiepe wateren die zich populair laten omschrijven als een krui sing tussen getijloze wadden en lagunes. Het zijn de meest verstilde plekjes van het noorden. Enkele eilanden herbergen restanten van WO II: Peenemünde, plaats van vestiging van Werner Von Braun's beruchte raket basis, van welke plek sigaarvormige pro jectielen werden gelanceerd, die ettelijke honderden kilometers ver hun vernieti gende uitwerking hadden. Op Rügen zit ten ze nog steeds in de maag met een ko lossaal, destijds op gezag van Hitier zelf aan de rand van het strand opgetrokken langgerekt bouwwerk. Een vakantiekolo- De confrontatie met het water is er veelal open: je hoeft er geen grote duinbuiten ov,er, maar kunt zo de lange, voor een deel door naturisten veroverde stranden oplopen, waar de zee zonder veel ruisen en bruisen het land ontmoet, foto's R. ter Heide De razendsnel in omvang toenemende toeristenindustrie richt zich met name op de hotelsector. Er zijn plekken waar de hotels in een tempo van vijf vestigingen per jaar uit de grond worden gestampt dan wel in het opgekalefaterde cultuur historische erfgoed worden ondergebracht. ^BERLIN De badplaatsen grossieren in, met veel gevoel voor detail vormgegeven hoogbejaarde panden, die stuk voor stuk voornaamheid uitstralen en - hoewel verbleekt en ernstig in verval- krakend maar trots overeind zijn gebleven. De honderden meters verder het water op doodlopende flaneerpaden zijn van een eerlijk- degelijke houten makelij en worden hier en daar aangekleed met fris ogende paviljoens met de kenmerken van een vrolijk-speelse architectuur. nie waar 15000 mensen konden slapen en 'Kraft durch Freude' hadden kunnen op doen. Bizar detail: geen enkele deur naai de zeezijde, hooguit enkele doorgangen tussen de langgerekte gebouwenrijen. De razendsnel in omvang toenemende toeristenindustrie richt zich, zo bleek dui delijk tijdens de excursie, met name op de hotelsector. Er zijn plekken waar de ho tels in een tempo van vijf vestigingen per jaar uit de grond worden gestampt dan wel in het opgekalefaterde cultuur-histo rische erfgoed worden ondergebracht. Kleinschaligheid vormt het uitgangs punt. De meeste accommodaties komen met hun aantal kamers niet boven de twintig uit. Appartementen kennen ze er niet zo aan de Oostzeekust en campings zijn eerder landinwaarts rond de vejp me ren gegroepeerd. Maar wat gisteren nog niet was is morgen al gerealiseerd. Want het Duitse volk is er vooral een van niet zeuren maar doen. En de faciliteiten zijn er naai- om voortvarend aan het bouwen te slaan. Het enige wat tegenzit is de speur tocht naar de oorspronkelijke eigenaren nu de panden niet langer meer onder de staat vallen. Wat heeft de Oostzeekust wat de Noord zeekust niet heeft en andersom? Onmis kenbaar stralen nederzettingen aan de waterkant van Mecklenburg/Vorpom mern grandeur uit. En oude sjiek. De bad plaatsen grossieren in, met veel gevoel voor detail vormgegeven hoogbejaarde panden, die stuk voor stuk voornaamheid uitstralen en -hoewel verbleekt en ernstig in verval- krakend maai- trots overeind zijn gebleven. Het is goed te zien hoe ijve rig en fantasierijk de hand van de restau rateur renoverend rondgaat. Het doet bepaald weldadig aan dat de vakantie-oorden zich zo ingetogen pre senteren. Een heel verschil met de vaak schreeuwerige opsmuk van het toeris tisch product in de Nederlande toonzet ting. Het Oostzeegebied kijkt niet op een pier meer of minder. De honderden meters ver der het water op doodlopende flaneerpa den zijn van een eerlijk-degelijke houten makelij en worden hier en daar aange kleed met fris ogende paviljoens met de kenmerken van een vrolijk-speelse archi tectuur. Naast pierewaaien is tevens voor zien in de mogelijkheid tot pierevaren: plezierboten pendelen tussen de land- hoofden. Een wilde branding zal men aan de Oost zee vergeefs zoeken. Er is weinig verschil tussen eb en vloed en,misschien komt het wel daardoor dat het strand er tamelijk onberispelijk bij ligt. Er is geen sprake van een, door een bonte oogst van de zee ge markeerde vloedlijn. Een stevige wandeling over een Zeeuws strand heeft als meerwaarde, dat zo'n per soonlijke uitlaatbeurt tevens de gelegen heid biedt om met volle halen de zilte zee lucht op te snuiven. Dat genoegen moet de wandelaar aan de boorden van de Oost zee missen. Het water is er aan de brakke kant. Zo komt het dat de wandelpromena des royaal in het groen zijn gevat en de bo men soms zo dicht aan de oever staan, dat ze na een lang en wijdvertakt leven en niet voortdurend belaagd door zilt nat voor over in zee kunnen vallen. Wie zou verwachten dat de Duitse bad gast op eigen terrein helemaal van het strand een kraterlandschap zou maken zit er falikant naast. De Duitsers graaft zich niet in, maar huurt, zo mogelijk voor de gehele vakantieperiode een degelijke strandkorf, goed voor het herbergen van twee personen en tegen een overdadige wind of te opdringerige zon. Bezoekers van Nederlandse stranden zijn er al content mee op een bord te kunnen lezen hoe het staat met de temperatuur van het water en de lucht. Rekening hou dend met de omstandigheid dat een Duit ser ook graag wil weten door wat voor een substantie hij de kuiten wil laten omspoe len, prijken op borden bij strandovergan- gen aan de Oostzeekust ook informatie bulletins die reppen van de heersende zwemwaterkwaliteit. Ontvangende rondleiders die met grote gretigheid gewag maken van de honder den miljoenen verslindende plannen ter opvijzeling van het toeristisch product spraken echter met geen woord over de in vloed van de als kwalijke rivier te boek staande, nabij toeristische nedezettingen in de zee uitmondende Oder. Aan de manier waarop je aan de Zeeuwse kust verblijvende Duitse gasten zorgvul dig met badjassen het lijf ziet bedekken is al te zien dat het lichaam ze zeer lief is. In eigen land manifesteert zich dat in het rij ke bestand aan kuurvoorzieningen. Het is een antwoord op de Duitse volksmond die zegt dat het eihe teure Gesundheid ist die man beim Artzt kaxift. Aan de kust van Mecklenburg/Vorpommern wordt, er duchtig aan gewerkt om in de vrijetijd de body te kunnen koesteren. Zoals in Zee land elke zichzelf respecterende bad plaats een toeristenmarkt heeft, zo heeft een beetje badplaats aan de Oostzee de beschikking over een voorziening om vita liteit en levensvreugde te tanken. Een van de badplaatsen opent binnenkort een in een uit de kluiten gewassen complex on dergebrachte Straxidklinik, die zich richt op rehabilitation van door stress, onge zonde voeding en andere kwalen van de welvaart geteisterde lichamen. Hoewel het overladen programma op mo menten dat er weinig opzienbarends viel waar te nemen of men verstrikt raakte in de zoveelste file op het ontoereikende we gennet uitnodigde tot het knappen van een uiltje, werd het gezelschap voortdu rend klaarwakker gehouden. Daarvoor zorgde de begeesterde reisleider annex creatieve denker Anne Douwe Knobbe. Met zijn prikkelende, chargerende beto gen en uitgelokte discussies maakte hij de busreis tot een mobiele workshop. Dringend advies van Ideeberater Knobbe aan de toeristische uitbaters langs de Ne derlandse Noordzeekust: „Leg Herr Doc tor Professor maar in de watten. Dat le vert gegarandeerd zoveel extra omzet op. Zeker nu de klant steeds meer mogelijk heden heeft om zijn vrije tijd door te bren gen zul je hem moeten binden." Als er tijdens de trip één woord vaak is ge bezigd dan ging het wel om de aanduiding 'kwaliteit'. „De klant is niet meer koning, maar moet keizer worden" luidde de for mulering tijdens een afsluitende forumbij eenkomst. Pas toen roerde de flinke Raboban- kafvaardiging zich. De bankiers hadden zich. zo verkondigde directeur Martin de Kam van de Domburgse vestiging, vooral bezig gehouden met het 'opslurpen' van informatie en commentaren van de toeris tische uitbaters. „Wij weten nu wat er leeft en kunnen daar iets mee." De bank onder zoekt mogelijkheden om het toeristisch product nieuwe impulsen te geven. Zee land zou daarbij als voorbeeldprovincie kunnen dienen voor ontwikkelingen el ders in het land. De Kam: „Het is niet zo zeer de bedoeling dat we gaan rammelen met de geldbuidel. Het gaat ons meer om een aanjaagfunctie naar de ondernemers toe." Mentaliteit Over het begrip 'mentaliteit' werd nauwe lijks gesproken. Zoals over de effecten van de anti-duitse houding irt Nederland. Zo was daar die Duitser die in een van die kleine palingrokerijtje aan de rand het strand onverbloemd en ondersteund door mede-eters liet weten zijn bekomst van Holland te hebben. De weg vragend in Amsterdam had hij tot twee keer toe een krachtig Scheisse en andere woorden van laatdunkende strekking toegevoegd ge kregen. Tenslotte moest een andere bui tenlandse toerist de goede route aange ven. Dat gevaar is groter dan men over het al gemeen denkt, bracht de Zoutelandse winkelier Koets op de terugweg naar de Nederlandse Heimat ter berde. Uit ge sprekken met verschillende mensen had hij begrepen dat aanvankelijke Neder- landgangers naar de Oostzee waren geto gen 'omdat we aan de Noordzee niet meer welkom zijn'. Menig Duitser schrikt er ook voor terug om aan de Nederlandse kust in onroerend goed te investeren. Als voorbeeld van een terugtrekkende be weging van het Duitse toeristenleger noemt Koets het duinpark Kustlicht II bij Zoutelande. „Daar zijn nu 170 tot 180 bun galows van verkocht. Normaal gesproken zou de verhouding zijn geweest: zestig procent aan de Duitsers en veertig aan Ne derlanders. Nu zijn er rond dertig wonin gen naar Duitsers gegaan. De rest is Ne derlands". Les Wat is de les van de reis naar buurland's hoge noorden? „Daar zullen we driftig ver der over moeten vergaderen", stelt de Zeeuwse VW-directeur R. ter Heide sa menvattend vast. Hij acht het ondenk baar om met eenzelfde product als de Oos terburen de strijd om de gunst van de Duitse gast aan te gaan. Andere troeven moet worden uitgespeeld. „We zullen moeten kijken op welke doel groepen wij ons het beste kunnen richten. En daar moeten we dan met ons product, het prijzenniveau en de werving helder in zijn". Ter Heide vindt het onderhand tijd worden dat de Zeeuwse toeristisch-re- creatieve sector ook in de deelstaat Rheinland-Pfaltz zijn gezicht laat zien. „Daar liggen nieuwe kansen". De grote winst van de trip zit volgens de VW-man in een aangewakkerd saamho righeidsgevoel tussen verschillende disci plines. Dat moet worden vertaald naar een totale aanpak van de Nederlandse kust. „En we zullen toch eens wat meer naar de Duitse vakantieganger moeten luisteren. Waar die gecharmeerd van is. Maar ook waar hij zich geweldig aan er gert. „Het zit 'm soms in kleine details. Als je alleen al ziet met hoeveel zorgvuldig heid in Duitse horecagelegenheden een glas bier wordt getapt". Met het afnemen van de markt wordt het extra belangrijk te vernemen wat de gast wil. meent de directeur van de VVV-Zee- - land. „Ik respecteer dat er wordt geroepen dat het Duitse publiek de biefstukken krijgt zoals wij ze maken en dat ze zich maar hebben aan te passen. Maar men dient zich dan wel te realiseren dat je zo klanten kunt verspelen". Jacques Cats Vandaag de dag is de naam ondenk baar, maar in de jaren dertig heeft een onderzoeker ooit een fossiele trilo- biet (geleedpotige) de naam hitleria goe- belsi gegeven. Niets menselijks is de we tenschappelijke naamgevers van plan ten en dieren - taxonomen of biosyste- matici - vreemd. Een voorbeeld van een persoonlijke ver noeming kan ook dichter bij huis worden gevonden. Zo is een nieuwe hulstsoort vernoemd naar de Leidse plantkundige prof. P. Baas en heet Ilex baasii. Het kan ook trivialer. Zo gaf de insektenkenner dr. P. van Ooijen een jaar of tien geleden een nieuwe insektesoort de naam T. pic nic - gewoon omdat hij het diertje tijdens een picknick had gevonden. De naamgeving van plahten en dieren is nog steeds gebaseerd op het systeem van de Zweed Linnaeus. Deze gaf een orga nisme twee namen - één voor het ge slacht (een groep nauwverwante soor ten, zoals bijvoorbeeld ganzen) en één voor de soort. Zo heet de Canadese gans Branta canadensis. Een nauw verwante soort is de rotgans - deze heeft de naam Branta (afgekort tot B.) bernicla gekre gen. Het geven van wetenschappelijke na men aan planten en dieren kent ook nog andere geschreven én ongeschreven re gels. Mag je - om een voorbeeld te geven - een soort naai' jezelf als ontdekker ver noemen? Uit een rondgang langs ver schillende deskundigen blijkt dat niet 'bon ton' te zijn. Volgens sommigen is het wel toegestaan een nieuwe soort naar de partner te vernoemen. „Bij ons op het Rijksherbarium hebben we de huisregel datje niet meer dan één keer in je leven een nieuw gevonden soort naar je echtgenote mag vernoe men. Behalve wanneer je hertrouwt." zegt de Leidse onderzoeker dr. J.F. Veld kamp. Twee van de vele planten die hij in zijn loopbaan heeft ontdekt, luisteren naar de namen van echtgenotes: E. elisa- bethae naar Elisabeth, en S. amaliae naar Amalia. Collega's Andere taxonomen fronsen echter de .wenkbrauwen bij een dergelijke vernoe ming. Volgens Baas is het niet ongebrui kelijk dat men collega's vernoemt - „het liefst als het een nieuwe mestkever of een onwelriekende zwam betreft". De naamgeving is actueel geworden nu de Britse vogelbeschermingsorganisatie BirdLife International een nieuw ont dekte vogelsoort uit Colombia de naam van de hoogstbiedende wil geven. De fei telijke koop is nog niet gebeurd, maar er is al wel een principe-overeenkomst met de naamgever gesloten. Deze nog onbe kende Amerikaan heeft er minstens zo'n f 160.000 voor over (voor minder doet BirdLife International het niet) om zijn naam in een wetenschappelijke vernoe ming te vereeuwigen, zo staat in een arti kel in het tweemaandelijkse tijdschrift Publiek Domein, een uitgave van de Stichting Publiek, Wetenschap en Tech niek (PWT). In het licht van dreigende bezuinigingen blijken sommige Nederlandse taxono men niet echt bezwaren te hebben tegen een dergelijke verkoop van een soort naam. Maar het gevaar is niet denkbeel dig, meent Baas, dat nieuw ontdekte planten en dieren eerder tot een nieuwe soort worden gerekend dan feitelijk we tenschappelijk verantwoord is. Overi gens dient het bedrag dat met de ver koop van de vogelnaam is gemoeid, een goed doel. Met het geld kan 3000 hectare van het bedreigde leefgebied van het vo geltje worden aangekocht als natuurre servaat. Henk Hellema

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1995 | | pagina 25