De basiliek verkruimelt Lijdensweg van de kerk van Willibrordus reportage ZATERDAG 24 JUNI 1995 Vol verwachting klopten de harten van de Hulster delegatieleden. Daar zaten ze dan in de Haagse Waalse Kerk te wachten op de verlossende woorden van staatssecretaris Aad Nuis (cultuur). Vandaag zouden ze te horen krijgen hoeveel guldens de bewindsman over zou hebben voor de restauratie van de Willibrordusbasiliek. Jaren hadden de gemeente-en kerkbestuurders, de leden van het restauratiebegeleidingscomité en trouwe parochianen naar dit moment toegeleefd. Op deze dag zou eindelijk het licht op groen gezet worden voor de hoognodige opknapbeurt van het monumentale kerkgebouw. En wat doet Nuis? Hij begint met het maken van excuses aan de mensen uit Amerongen en Hulst. En wat zegt hij? Dat hij vindt dat het geld uit de knelpuntenpot voor de monumenten beter besteed is aan het Haags gemeentemuseum. Verontwaardigd keert de delegatie terug naar de Reynaertstad, zonder een toezegging, zonder enige zekerheid of Nuis in de toekomst nog van plan is om rijksgelden te stoppen in de noodzakelijke restauratie van de Willibrordusbasiliek. De woede van Piet Hamelink. één van de Hulstenaren die afwezig was op het symposium van het Nationaal Con tact Monumenten (NCM) in Den Haag, is inmiddels wat bekoeld. Maar die dag zelf was-ie laaiend. De avond tevoren had hij uren besteed aan het in elkaar steken van een presentatie-plateautje met foto's, te keningen, gegevens over de geschiedenis van de kerk en het restauratieplan. Zo'n presentatie was nodig meende het NCM. Op de studiedag bracht hij kamerleden op de hoogte van de Hulster plannen en be nadrukte de noodzaak van de restauratie. „Nuis liep me na zijn overigens onver staanbare toespraak voorbij. Zonder iets te zeggen. Ik riep hem nog na dat hij Hulst niet moest vergeten. Hij mompelde wat en verdween. Op dat moment wist ik echter niet wat hij precies gezegd had. Toen ik dat later vernam dacht ik: wat sta ik hier te doen? Achteraf denk ik dat de manifes tatie gewoon was opgezet om tweede ka merleden duidelijk te maken dat het bud get voor het onderhoud aan monumenten te krap is, dat Nuis gewoon meer geld wil hebben. Hoe het ook zij, ik voelde me ge bruikt." Oude nota Hamelink vermoedt dat Nuis z'n baas, mi nister Ritzen, de hand heeft gehad in de gewijzigde prioriteitsstelling. „Mogelijk hadden we van Nuis het geld kunnen krij gen, maar - zo heb ik van politici begrepen - Ritzen heeft een oude nota van d'An- cona op tafel gegooid, waarin gesteld werd dat meer geld moest besteed worden aan jonge monumenten in stedelijke gebie den. Dat is de voorbije weken het herziene beleidsuitgangspunt geworden van onze regering. Nou ja, van Ritzens interventie zijn wij, of liever Hulst, de dupe gewor den." De vooruitzichten op de restauratie van de monumentale basiliek waren goed. Het gemeentebestuur van Hulst (eigenaar van de toren), de Rijksdienst voor de Monu mentenzorg, kerkbestuur en de restaura tiecommissie, waar Hamelink voorzitter van is, hadden na jaren onderhandelen, plannen maken en herzien, eindelijk over eenstemming bereikt over een weloverwo gen restauratieplan voor het kerkgebouw. De kosten van de grondige opknapbeurt werden geraamd op bijna 11,4 miljoen gul den. Over de subsidiebijdrage was de Rijksdienst voor Monumentenzorg duide lijk. Tachtig procent van de kosten zou den door het Rijk gedragen worden. De provincie Zeeland zou tien procent van de kosten voor haar rekening nemen en de parochie moest zelf het restant ophoes ten. Hamelink: „Voor het zover was hebben we heel wat moeten onderhandelen. Om in aanmerking te komen voor de provinciale subsidie moest de kerk op de hoogste plaats van de provinciale prioriteitenlijst worden gezet. Gedeputeerde G. de Kok, zelf afkomstig uit Goes, wilde daar in eer ste instantie niet aan beginnen. De Grote Kerk in Goes genoot zijn voorkeur. Uitein delijk hebben we hem ervan overtuigd dat de nood in Hulst beduidend groter was en hij ging overstag." Soberder Ook drs A. Asselbergs, die in 1993 aantrad als directeur van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, vond dat de Hulster basiliek niet aan haar lot kon worden overgelaten. Voor Asselbergs aantrad hadden de gemeente en de restauratie commissie al getracht om met een wat so berder restauratieplan (kosten ongeveer vier miljoen gulden) de Rijksdienst te paaien. Minister d'Ancona had de be schikking gekregen over een potje van 130 miljoen gulden voor de aanpak van res tauratieprojecten, maar ondanks het po sitieve advies van Monumentenzorg bleek de aanvraag die de Hulster instanties in dienden vergeefs. „Die afwijzing was een enorme teleurstel ling. In oktober '93 dacht ik dan ook: Waar ben ik mee bezig, je loopt te trekken aan een dood paard. Ik wilde er echt mee stop pen. maar Asselbergs wist zowat iedereen die bij de basiliekplannen betrokken was opnieuw te motiveren. 'Wij gaan het waar maken', riep hij. Prima, dachten wij op on ze beurt. Nu komt er schot in." Asselbergs adviseerde de Hulster bouw- deskundigen om het restauratieplan be- stekgereed te maken en alvast op zoek te gaan naar een aannemer die het project zou kunnen uitvoeren. In februari van dit jaar was alles bestekgereed en Jurriëns aannemingsbedrijf bv uit Utrecht, gespe cialiseerd in het historisch verantwoord opknappen van kerken en andere monu geconsacreerd (1935), in luister hersteld en voltooid (1931-1935) en tot basiliek ver heven (1935) blijft deze basiliek van Sint- Willibrordus de glorie van dit volk", valt op de plaat te lezen. Of deze interpretatie van de geschiedenis van het gebouw de juiste is valt te betwij felen. Het roomse volk uit het Hulster Am bacht moest in de 15e eeuw diep in de vrij wel lege beurs tasten om de bouw van het bedehuis te bekostigen. Dat er bij het boe renvolk weinig te halen viel had tot gevolg dat er aan toren en kerk meer dan zeven tigjaar werd gebouwd. De Sint-Willibrorduskerk is de enige in Nederland die een oorspronkelijk krui singstoren bezit. Het achtkantige onder ste gedeelte van de toren werd in 1402 ge bouwd door de Gentenaar Laurens van Leyen op een uit de 14e eeuw daterende fundering. Boven het oudste kerkdeel prijkt een neo-gotische middenbouw van de hand van P. Cuypers, waarop tot 1944 een ranke spits stond. De spits werd door de geallieerde troepen aan puin gescho ten, waarna in 1957 J. Brouwers betonnen 'Prediker' op het middendeel werd opge trokken. Discutabel Brouwer zijn werkstuk blijkt nog altijd discutabel. De vier betonnen engelen bo venop een kroon die het kruis van de ver losser hemelwaarts richten valt bij men sen met een moderne inslag goed in de smaak, meer conservatief geesten houden het op een 'moddervlag op een middel eeuws pronkstuk'. De ergernis is soms zo groot, dat gefluister over betonrot ertoe leidde, dat de Rijks dienst voor de Monumentenzorg een on derzoek liet instellen naar de staat van on derhoud van de torenopbouw. Het is spijtig voor de betonhaters, maar juist dit deel van het complex verkeert in redelijke staat. De rest van de kerk. door de bouwmeesters Everaert Spoorwater (koor). Herman de Waghemakere (schip) en Willem van Sassen (voorgevel) opge trokken in de stijl van de late middeleeu wen, de Brabantse gotiek, staat er bedui dend slechter bij. Dat de basiliek in een slechte staat ver keert heeft ook wel te maken met de wijze waarop de laatste restauratie in de jaren dertig werd uitgevoerd. De katholieke ge meenschap kreeg de kerk in 1929, na haar anderhalve eeuw te hebben gedeeld met de protestanten in de stad, weer in eigen dom. De aankoop kostte de parochie 120.000 gulden en geld om de kerk ook nog eens grondig op te knappen was er niet. Om toch het hoognodige te kunnen doen, verkocht de katholieke kerk voor twee ton aan bezittingen. Met moeite werd vier ton bijeengebracht. Juist voldoende om een aantal dringende zaken aan te pakken. Wat rijke families leverden ook een aan deel. Een paar glas-in-ijzer-ramen (niet in glas-in-lood) en wat middelen voor het in terieur. De ramen die toen in de gevel zijn geplaatst verkeren nu in desastreuze staat. IJzer roest in tegenstelling tot lood, met als gevolg dat de ruitjes uit hun ver band springen. Knaagkever Hamelink vindt dat de mensen die de laat ste restauratie uitvoerden hun best heb ben gedaan. Was er toen niets gebeurd, dan was de staat van onderhoud van de kerk volgens hem nog slechter geweest, „Het verval gaat enorm snel. Weersinvloe den, het verkeer en de bonte knaagkever kunnen heel wat kwaad aanrichten. De kevers hebben we kunnen bestrijden. Dat kostte zo'n twee ton, maar we zullen nog heel wat meer moeten doen. Gefaseerd. Zeker, maar het moet gebeuren..." Burgemeester mr dr A. Kessen van Hulst, tevens voorzitter van het actiecomité 'Redt de basiliek', heeft de hoop niet laten varen. Nuis komt over de brug met geld, dat weet hij zeker. De Hulster gemeen schap zelf zal ook een beduidend aandeel in de restauratiekosten dragen. Kessen en de zijnen hebben met acties en door te be delen bij bedrijven zo n 350.000 gulden bij eengebracht. Een telefoonkaartactie en een grote loterij in het najaar zijn in voor bereiding. „Die twee acties leveren nog eens dat bedrag op. Daarnaast zullen we ook bekijken of we de toren kunnen over dragen aan een stichting. Lukt dat, dan kunnen we voor een restauratie (kosten 1.7 miljoen gulden) tien procent meer rijkssubsidie krijgen. Dat is mooi meege nomen, maar ja, het wordt toch wel eens tijd dat we kunnen beginnen", aldus Kes sen. Conny van Gremberghe mentale gebouwen, werd gevraagd een of ferte in te dienen. Het aanbod van Jur riëns om het project - binnen de begro- tinsgkosten - te klaren loopt op 1 juli af. Schadeclaim „Het is duidelijk", vervolgt Hamelink, „dat er voor die datum niet aan de westge vel begonnen kan worden. Er is geen geld. Nu worden wij verweten dat we te voort varend te werk zijn gegaan. Dat we had den moeten wachten met het vragen van offertes. Nou. van onzorgvuldig handelen van onze zijde is geen sprake. Wij zijn op adviezen afgegaan van de Rijksdienst. Er zijn verwachtingen bij ons gewekt. Als er verwijten gemaakt moeten worden, dan is er eerder sprake van onbehoorlijk be stuur. We zijn dan ook zeker van plan om uit te zoeken of wij opgelopen schade kun nen claimen. Per slot van rekening heb ben wij kosten gemaakt, hebben specialis tische bedrijven - je moet dan denken aan glazeniers en natuursteenbewerkers - op het Hulster project gerekend. Nu dat voor alsnog niet doorgaat zijn zij zelfs genood zaakt geweest om mensen te ontslaan. Daar wordt in Den Haag niet aan ge dacht." Wethouder P. P. V. Weemaes (cultuur) van Hulst kan de woede van Hamelink best begrijpen. „Die man is al jaren dag in dag uit met dit project bezig. Er zijn wel degelijk verwachtingen gewekt. Wij had den echt niet gerekend op het volle pond. maar een paar miljoen om alvast met de westgevel en het dak te kunnen beginnen. Ja, dat zat er zeker in. Op papier hadden we geen enkele toezeggingen, maar mon deling natuurlijk wel." Weemaes voelt er voorlopig weinig voor om Nuis terecht te wijzen. „Dat heeft geen zin. Mogelijk komen er in oktober alsnog rijksmiddelen voor monumentenzorg vrij. Als het kabinet er in slaagt om meer dan 800 miljoen te bezuinigen, dan krijgt de staatssecretaris wat budgettaire ruimte. Daarop moeten we onze hoop nu vesti gen", meent hij. De gemeentebestuurder zal niet nalaten om de staatssecretaris er aan te herinne ren dat de Hulster gemeenschap nog iets van hem verwacht. „Op 1 juli heeft de man verplichtingen in Veere en dan kan hij er toch op rekenen dat bepaalde Hulstena ren hem nog eens aan de mouw zullen trekken." Hoe het ook zij. De basiliek verkeert in be roerde staat. Hamelink sluit niet uit dat het kerkbestuur heel binnenkort genood zaakt zal zijn om trouwe parochianen al- leen.via de zuidelijke ingang binnen te la ten. Een bordje bij de westgevel met de mededeling 'betreden op eigen risico' ziet hij nog niet staan, maar het zou eigenlijk wel moeten. Al twee jaar staat er een grote steiger voor die gevel. Boven de entree hebben de kerkbestuurders een afdak la ten aanbrengen om kerkgangers te be schermen tegen vallend gesteente. Regel matig kelderen stukken tufsteen van de pinakels en andere ornamenten naai' be neden. Het dak en de goten zijn niet in staat het hemelwater direct naar de aarde te voeren. Hier en daar sijpelt water langs de binnenwand naar beneden. De luiken zijn versleten, het neo-gotisch deel van de toren is verrot en de ramen hebben moeite om in de gevel te blijven hangen. Bij tijd en wijle vallen er ruitjes uit hun ijzeren omlijsting, weer andere worden met schil derplakband in de ramen gehouden. Wat in driehonderd jaar werd opgebouwd dreigt in enkele decennia te verkruimelen. Binnenin de kerk wordt op een gedenk plaat op een van de torenpilaren in het kort de historie van het Hulster bedehuis gememoreerd. „In üefde gebouwd <1200- 1534), in droefheid verlaten 1645-1807), als simultaankerk verdeeld (1807-1931), met vreugde gekocht (1929), in dankbaarheid De Hulster basiliek van Sint-Willibrordus is gebouwd om bij te dragen aan de glorie van het gelovige volk. Nu vallend tufsteen de kerkgangers bedreigt kan alleen een grondige en dure restauratie zorgen dat de kerk een pronkstuk blijft van de Reynaertstad. fotografie RudenRiemens

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1995 | | pagina 23