Kleine havens
pakken meer
dan kruimels
Antwerpen werkt
buiten de sluis
achterstand weg
Zeeuwse havens volgen
titanenstrijd vanaf de zijlijn
-
reportage
ZATERDAG 21 JANUARI 1995
De mammoeten maken de dienst
uit in de Rijn-Schelde-Delta,
maar de kleintjes pikken meer dan
en graantje mee. Zeebrugge, Gent,
reineuzen en Vlissingen waren vorig
jaar samen toch nog altijd goed voor
een gezamenlijke goederenoverslag
van bijna tachtig miljoen ton, maar
dertig miljoen minder dan
Antwerpen. Hoewel ze in de praktijk
van alle dag uiterst vriendelijk met
'lkaar omgaan, hoeft niemand te
tekenen op innige vrijages tussen 'de
vier kleintjes van het
Scheldebekken' teneinde samen een
leuke vuist te maken tegen de twee
Svote broers.
Directeur Jan Philippen van de twee
Zeeuwse havenschappen gelooft
daar in ieder geval niet in. Zoals hij ook
niet al teveel veiwacht van de deze week
gepropageerde nauwere samenwerking
tussen Rotterdam en Antwerpen: „Het is
illusoir te denken dat de havens van het
Scheldebekken een gecoördineerd beleid
op het gebied van bijvoorbeeld acquisitie
en public-relations zouden ontwikkelen.
Want iedereen wil toch gewoon zélf scoren
als het gaat om de werkgelegenheid. An
ders zou Gent toch niet besluiten tot de
aanleg van het Kluizendok, terwijl wij net
over de grens de Axelse Vlakte/Autriche-
polder verder ontwikkelen..."
Marktbederf
Enigerlei vorm van samenwerking tussen
Rotterdam en Antwerpen ligt mogelijk
meer voor de hand. Filosoferend: „Je
moetje natuurlijk afvragen of het niet bij
lippendienst blijft. De diepere gedachte
achter die roep om meer samenwerking is
natuurlijk dat beide havens enorm inves
teren in dezelfde sector, de containers.
Een teveel aan investeringen kan leiden
tot overcapaciteit en dat bederft de
marktprijs voor de overslag. Door samen
te werken kun je dat marktbederf mis
schien wat indammen."
„Je moetje natuurlijk ook afvragen of die
twee wereldhavens - het zijn bijna buren
en als die grens er niet lag was het waar
schijnlijk één immens havengebied - wel
verstandig bezig zijn. Buitenlanders be
schouwen het toch als één gebied. Aan
beide zijden van de grens in dat verhou
dingsgewijs kleine gebied is het investe
ringsniveau heel erg hoog. Ik denk dat mi
nister Jorritsma daarom voor samenwer
king pleit. Om de onderlinge concurrentie
wat af te zwakken, om te voorkomen dat
de havens elkaar gek maken."
Klein alternatief
Gevolgen voor de kleinere havens hoeft
een mogelijke samenwerking tussen de
mammoeten niet te hebben, zegt Philip
pen. „Rotterdam zal in andere sectoren al
tijd willen blijven samenwerken met Ne
derlandse havens waarvan ze denken dat
die iets te bieden hebben. Zoals Vlissingen
dus. Zij zien ons als als een goed alterna
tief voor de aan- en doorvoer van bepaalde
pakketten, die bij wijze van spreken nog
door mensen uit de schepen moeten wor
den gehaald. Rotterdam geeft vooral prio
riteit aan containers, chemie en voedsel
en ziet die andere produkten daardoor
naar andere havens verdwijnen. Ja, ook
naar Antwerpen. Die haven verwerkte vo
rig jaar toch mooi 12 miljoen ton staal en 5
miljoen ton houtprodukten. Naast die
containers. Ik vind dat imposant en ik
denk dat Rotterdam daar ook tegenaan
kijkt. Maar zij hebben er de ruimte niet
voor - er is sprake van congestie - en dan is
het Sloegebied een goed alternatief. Rot
terdam heeft natuurlijk toch liever dat het
stukgoed in Nederland blijft. We gaan nu
eerst 134 hectare ontwikkelen, maar loopt
het goed dan is verdere uitbreiding zeker
niet uitgesloten. Aan Moerdijk heb je kun
nen zien hoe snel het kan gaan. Lukt dat in
Vlissingen ook dan is dat voor ons van his
torisch belang."
De andere havens volgen de samenwer
king tussen Rotterdam en Vlissingen met
argusogen, weet Philippen. „Er gebeuren
natuurlijk dingen, waar ze geen greep op
hebben en waarvan zij zich afvragen welk
effect dat op hun markt zal hebben. Het is
altijd weer een kwestie van positionering
binnen die markt. Door die samenwerking
wordt er een ontwikkeling in gang gezet,
die Vlissingen op eigen kracht nooit voor
elkaar had gekregen. Er worden straks
mogelijk goederenstromen naar Vlissin
gen afgeleid, die anders naar Antwerpen,
Zeebrugge of Gent waren gegaan. Trou
wens, ook voor het Havenschap Terneu-
zen zie ik mogelijkheden. Rotterdam
pleegt acquisitie en verwijst in een aantal
gevallen door naai- 'filiaal Vlissingen'.
Maar het kan zijn dat die potentiële klant
niets voelt voor vestiging aan diep vaar
water - met z'n extra kosten - en in dat ge
val kan ik de Axelse Vlakte aanbieden.
Doe je dat tien keer. dan heb je toch een
grote kans dat één van die bedrijven zegt:
Ja, dit is het voor mij!"
De Ollanders hebben de ontwikkeling
van de haven van Antwerpen eigen
lijk altijd gedwarsboomd, daarvan zijn
ze in de Vlaamse wereldhaven heilig
overtuigd. In het midden van de zestien
de. eeuw ging het voor het eerst mis, toen
de Schelde door de overheersende Hol
landers (die de Spanjaarden hadden ver
dreven) werd afgesloten voor de zeevaart
als straf voor het feit dat de Zuidneder
landers waren blijven heulen met de
Spanjolen. Twee eeuwen lang werd Ant
werpen daardoor min of meer gedegra
deerd tot een binnenhaven. Aan het eind
van de achttiende eeuw werd de sluiting
door de opmars van de Fransen en de
overheersing door Napoleon ongedaan
gemaakt.
In 1830, na de afscheiding, sloot Koning
Willem 1 de Schelde opnieuw af. Toen
hij de blokkade een jaar later onder druk
van andere Europese mogendheden
moest opgeven, zaten de Nederlanders
Antwerpen nog tot 1863 Scheldeverdrag)
dwars met een tolheffing voor alle scheep
vaart van en naar de Vlaamse haven. Het
recht op vrije doorvaart, bij verdrag gere
geld, leidde honderd jaar later opnieuw
tot felle discussies. De Belgen claimden
op basis van de afspraken uit de vorige
eeuw dat ze de Westerschelde mochten
uitdiepen. Eerder deze week onderteken
den Nederland en Vlaanderen daarover
dus eindelijk een akkoord. Tot opluchting
van al wat maar enigszins betrokken is bij
de verdere ontwikkeling van de Antwerp
se haven.
Adjunct-directeur-generaal Jan Burve-
nich van het Havenbedrijf Antwerpen:
„Als we ooit in al die j aren hebben staan te
springen om deze verdieping dan is het nu
wel vanwege de schaalvergroting in de
containervaart. Er worden volop schepen
van de vijfde en zesde generatie gebouwd
en in de vaart gebracht. Die zouden Ant
werpen zonder verdieping moeilijk kun
nen bereiken."
Grotere bedreiging
Was niet besloten tot het uitdiepen van de
Westerschelde dan zou dat de positie van
Zeebrugge alleen maar hebben versterkt,
meent Jan Pellens van Hessenatie, veruit
het grootste stuwadoors- en containero
verslagbedrijf van Antwerpen. „Ik vind
Zeebrugge een veel grotere bedreiging
voor Rotterdam dan Antwerpen. Die twee
wereldhavens hebben ongeveer dezelfde
concurrentiebedingen. Zeebrugge heeft
geen diepgangproblemen. Natuurlijk is
het zo dat het bereiken van het hinterland
vanuit Zeebrugge lastiger en duurder is,
maai- qua overslagtarieven is Zeebrugge
een zeer sterke concurrent. Ook in Rotter
dam beseft men dat. Havendirecteur
Scholten heeft Zeebrugge met z'n tarie
venpolitiek al eerder een luis in de pels ge
noemd. Maar wat die verdieping betreft, u
begrijpt dat het voor de ontwikkeling van
onze containeroverslag van levensbelang
is. Vooral psychologisch is die toelating
die Antwerpen van Nederland krijgt be
langrijk. De afwerking van het uitdie
pingsprogramma mag nog wel duren, als
we onze klanten maar alvast kunnen laten
weten dat zij met hun nieuwe grote sche
pen ook in Antwerpen kunnen komen."
Concurreren
Directeur Marc van der Linden van
scheepsagent Van Ommeren Antwerpen
stelt tevreden vast dat de achterstand die
Antwerpen als containerhaven had op
Rotterdam voor een groot deel is wegge
werkt. „Met de containerterminals buiten
de sluizen is onze positie een stuk sterker
geworden en dat zal zeker ook het geval
als die uitdieping straks wordt uitge
voerd. Tot voor een paar jaar was er eigen
lijk geen competitie op containergebied.
Alle grote mega-carriers gingen gewoon
naar Rotterdam. Nu is er meer competi
tie," Maar ook Van der Linden waar
schuwt voor Zeebrugge. „Dat is een
kwaaie voor beide andere havens hoor!"
De haven van Antwerpen deed het, net als
Rotterdam en net als de andere havens in
het Scheldebekken, vorig jaar goed, al
werd het record van 110 miljoen ton goe
derenoverslag net niet gehaald.
Net als Rotterdam heeft Antwerpen een
'masterplan' voor de verdere ontwikke
ling van de haven; het loopt tot 2015. Ha
venman Burvenich: „Ons masterplan is
nog niet zo gedetailleerd en degelijk als
dat van Rotterdam. Maar we zijn nu ook
(Zie volgende pagina)
aan de havenbaronnen op de Onze-
VX Lieve-Vrouwkathedraal in Ant
werpen staan en reppen hun collega's in
Rotterdam zich per lift naar de top van
de Euromast dan kunnen ze bij wijze
van spreken naar elkaar zwaaien. De
wereldhavens Rotterdam en Antwer
pen liggen dan ook erg dicht bij elkaar.
Toch zijn het fikse concurrenten van el
kaar. En nu de uitdieping van de Wester
schelde eindelijk kan worden uitge
voerd, wordt die onderlinge strijd waar
schijnlijk alleen maar heviger. Het is
vooral een strijd om de containerover
slag. Het leidt tot miljoeneninvesterin
gen aan weerskanten van de grens. Mi
nister Jorritsma van Verkeer en Water
staat vindt dat een nauwere samenwer
king voor de hand ligt.
Van enige samenwerking is overigens al
jaren sprake. Sinds 1971 wordt via de
Rotterdam-Antwerpen Pijpleiding van
Europoort, dwars door Voorne-Putten,
de Hoeksche Waard en West-Brabant
jaarlijks zo'n 23 miljoen ton ruwe olie
naar Esso en Fina in Antwerpen ge
pompt. Het Antwerps stadsbestuur ziet
nog wel een mogelijkheid tot samenwer
king. Vergeet de Betuwelijn, zeggen de
bestuurders, en moderniseer samen met
ons de IJzeren Rijn, een verwaarloosde
spoorverbinding met achterland Duits
land.
Die pijpleiding werd destijds uit nood
geboren. En Rotterdam zal de roep om
de Betuwelijn zeker niet staken. Want
het blijven keiharde concurrenten, zo
blijkt uit reacties uit beide havens. Een
Antwerpse havenbaron: „Vooral de ver
schillen in bedrijfscultuur staan een
hechtere samenwerking in de weg." De
Zeeuwse havenschappen bekijken het
allemaal vanaf de zijlijn. Al speelt Vlis
singen, nu het zich 'een filiaal' van Rot
terdam weet, ook een bescheiden rol
letje mee in het spel der mammoeten.
Rotterdam
Antwerpen
Gent
Zeebrugge
Terneuzen
Havenactiviteiten in het Scheldebekken. Boven, midden links en onder: Vlissingen. Midden rechts: Antwerpen.
fotografie Charles Strijd