Beiroet herbouwt zijn stadshart
m
.-«ij
Kleine zilverreiger ontdekt Zeeuwse Delta
Welvaart, welzijn
of weldoen..?
opinie en achtergrond
Grootscheeps plan moet hoofdstad Libanon elan van vóór 1975 teruggeven
Steeds vaker
tuberculose
in Rotterdam
DINSDAG 13 SEPTEMBER 1994
Deze iveek gaat de we
deropbouw van het
centrum van Beiroet offi
cieel van start. Driejaar
na beëindiging van de
burgeroorlog moet de Li
banese hoofdstad weer
het Parijs van het Mid
den-Oosten rvorden.
Maar het zal zeker nog
een flink aantal jaren
duren voordat de parel
aan de Middellandse Zee
haar glans terug zal heb
ben en het verwoestende
effect van de strijd tus
sen christenen en mos
lim-milities zal zijn ver
dwenen.
cioor Dora Rovers
Beiroet, het Plein der Mar
telaren. tegen het vallen
van de avond. Een groepje man
nen legt een kaartje. Verderop
lurkt een Libanees aan zijn wa
terpijp. In de laadbak van een
bestelbusje is koffie te krijgen.
Met een aantal kleurrijke plas
tic stoeltjes is op provisorische
wijze een terrasje gecreeerd.
Het tafereel speelt zich af aan de
rand van een verder volstrekt
kale zandvlakte. Op enkele me
ters afstand razen de bulldozers
die de laatste oneffenheden in
de zandwoestijn gladstrijken.
Het eens zo majestueuze Plein
der Martelaren is niet meer. Al
in de eerste gevechtsrondes van
de in 1975 gestarte burgeroorlog
werd het kloppende hart van
Beiroet, tussen de ringweg en
de kust. getroffen.
Pas drie jaar na beëindiging van
de burgeroorlog zijn de eerste
resten van de aan flarden ge
schoten wijk opgeruimd en blijft
een macaber maanlandschap
over. Het enige wat nog overeind
staat is het standbeeld van de
martelaren uit de eerste wereld
oorlog. De met kogels doorzeef
de bronzen beeldengroep zal
straks deel uitmaken van een
modern nieuw centrum. Het
grootscheepse herstelplan voor
Beiroet moet de Libanese hoofd
stad weer hetzelfde bruisende
elan geven als voor 1975.
In groten getale komen de Liba-
nezen van binnen en buiten de
hoofdstad een kijkje nemen op
het nu nog kale plein. Er worden
vooroorlogse ansichtkaarten te
koop aangeboden waarop is te
zien hoe de plek er voor de ver
woesting uitzag. De koper heeft
door John Bunte
Het aantal gevallen van tu
berculose in Rotterdam
blijft toenemen. Bovendien
wordt de behandeling steeds ge
compliceerder en dreigt meer
en meer de ontwikkeling en im
port van zogeheten multiresis-
tente, niet of nauwelijks te be
handelen tuberculose.
De afgelopen jaren is het aantal
geregistreerde tuberculosepa
tiënten heel geleidelijk geste
gen: van 149 en 159 naar 166 in
1993.
In juli dit jaar lag het aantal al
boven de honderd tbc-gevallen.
De Rotterdamse Gezondheids
dienst (GGD) gaat er vanuit dat
die tendens zich zal voortzetten.
De Gezondheidsdienst kondigt
in het jaarplan 1995, dat volgen
de maand wordt gepresenteerd,
een aantal maatregelen aan om
de tuberculosebestrijding te in
tensiveren.
GGD-Zeeland
Door de uitbreiding van het bud
get is de GGD straks in staat
veel meer mensen vaker op de
(soms besmettelijke) longziekte
te controleren. Vorig jaar lag het
aantal 'screeningen' op 25.000.
Volgend jaar moeten dat er
31.000 worden. Daarbij zal met
grote regelmaat gebruik worden
gemaakt van de tuberculosebus
die van de GGD-Zeeland wordt
gehuurd.
Met die mobiele voorziening
wordt het veel eenvoudiger om
'vindplaatsgerichte' onderzoe
ken uit te voeren. De bus rijdt
daarbij naar plekken waar zich
de risicogroepen (drugsverslaaf
den. zwervers en illegalen) be
vinden. Gestreefd wordt naar
een verdubbeling van het aantal
controles onder deze risicogroe
pen.
Opname
De GGD kondigt daarnaast in
het jaarplan maatregelen aan
die de behandeling van TBC-pa-
tiënten moeten verbeteren.
Mensen met tuberculose - een
eeuw geleden nog doodsoorzaak
nummer 1 in Nederland - zijn na
melijk verplicht gedurende ne
gen maanden medicijnen te slik
ken en om dat toezicht te waar
borgen sluit de gezondheids
dienst gedwongen opname na
drukkelijk niet uit.
De Rotterdamse GGD neemt
voorts de beleidslijn van de lan
delijke Gezondheidsraad over
om buitenlandse werknemers,
die afkomstig zijn uit gebieden
waar TBC veel voorkomt, vaker
te controleren. Nu worden zij tij
dens de eerste twee jaar in Ne
derland tweemaal gescreend.
Dat gaat naar vijf keer.
<r.
->
Aan flarden geschoten gebouwen in het centrum van Beirut worden opgeruimd; een maanlandschap blijft over.
foto ANP
een keuze uit een opname bij
dag- of bij avondlicht. In het
laatste geval wordt een romanti
sche kijk geboden op de palmen,
de opera, het Regency-hotel en
de bioscoop Rivoli die het plein
eens omringden.
Tijdens de burgeroorlog 1975-
1991) liep de groene lijn die de
vechtende christenen in het oos
ten en de moslims in het westen
van Beiroet van elkaar scheidde,
midden over het plein. Nu ko
men Libanezen van alle gezind
ten hier bij elkaar en scharen
zich eensgezind rond een ar
cheologische opgraving uit de
Romeinse tijd.
Met een beetje geluk komen on
der de ruïnes van het kapotge
schoten Beiroet resten uit ach
tereenvolgens de Turkse, By
zantijnse. Romeinse. Hellenisti
sche. Phoenicische en prehisto
rische tijd tevoorschijn. Met fi
nanciële steun van Unesco, het
fonds voor kunst en onderwijs
van de VN, krijgen de archeolo
gen de kans de ruïnes onder de
ruïnes te bekijken.
De feitelijke wederopbouw van
Beiroet gaat pas deze week van
start. Solidere, de maatschappij
voor de wederopbouw van het
centrum van Beiroet, had enige
tijd nodig om het benodigde
geld op tafel te krijgen. De totale
kosten van het ambitieuze her
stelprogramma werden drie jaar
geleden geschat op ruim 2 mil
jard gulden.
Volgens directeur voorlichting.
Rached Fayed, is niet bekend
wat de totale kosten zijn van
herbouw van het centrum. In de
eerste fase bedragen die volgens
hem in elk geval 1.1 miljard gul
den. Het bedrag dat hij noemt
komt precies overeen met de
som geld die tot nu toe door pri
vate investeerders is bijeenge
bracht.
Het werkkapitaal is via een aan
delen-emissie tot stand geko
men. Het overgrote deel van de
140.000 aandelen is in handen
van mensen die grond bezaten in
het gebied dat opnieuw wordt
ingericht. De aandelen vormen
de compensatie voor hun ontei
gende bezit. Veel Libanezen uit
ten kritiek op de lage prijzen die
zij voor hun bezit kregen, maar
namen er veelal - noodgedwon
gen - genoegen mee.
Onder de 19.000 Libanese en
Arabische investeerders die sa
men 1,1 miljard gulden inbrach
ten. was ook de schatrijke Liba
nese premier Rafic Hariri. De
voormalige zakenman kocht 7
procent van de aandelen ter
waarde van ruim 200 miljoen
gulden.
De plannen voor de wederop
bouw van het centrum zijn in
middels meerdere malen aange
past onder kritiek van inwoners
van Beiroet die vreesden dat het
centrum in een modern Manhat
tan zou veranderen. Daarop
werd besloten tot herbouw van
de oude souk (bazaar) en renova
tie van in totaal 260 gebouwen.
Daaronder zijn het Grand Thea
tre en een aantal gevels uit de
Turkse tijd.
„Misschien stuiten we zelfs nog
wel op de oude Romeinse school
van rechtsgeleerdheid van het
oude Berytus", zo oppert Fayed
optimistisch, beseffend dat
daardoor de waarde van de
grond snel zou kunnen oplopen.
Van een trage start met minder
geld dan waarop was gehoopt,
wil hij niets weten.
Op een steenworp afstand van
van het kantoor van Solidere
wordt gewerkt aan de algehele
wederopbouw van het land van
de ceders waar gedurende de
zestien oorlogsjaren weinig
voorzieningen zijn aangebracht.
CDR. de nationale Raad voor
Ontwikkeling en Reconstructie,
heeft zo'n 300 projecten op sta
pel staan, van herstel van het
elektriciteitsnet tot de verwer
king van afval. Nog maar een
klein percentage van de projec
ten wordt uitgevoerd.
Het herstel van elektriciteit
heeft er inmiddels toe geleid dat
de stroomvoorziening is uitge
breid van gemiddeld twaalf uur
naar vijftien uur per dag. In de
resterende uren wordt de elek
triciteit aangevuld door met
veel lawaai draaiende generato
ren die door slimme Libanese
handelaren worden geëxploi
teerd.
Het is echter niet makkelijk om
projecten goedgekeurd te krij
gen. De onevenredige machts
verhoudingen tussen de christe
nen en de moslims die in feite de
oorzaak was van de burgeroor
log. mogen niet meer terugke
ren. Dat betekent dat het geld.
evenals de politieke posten,
evenredig over de verschillende
groeperingen moet worden ver
deeld. Dat wil zeggen tussen ma
ronieten, Grieks-orthodoxen,
Armeniërs (christenen) en sun-
nieten, shi'ieten en druzen (mos
lims).
Afgezien van het Plein der Mar
telaren staan de trieste resten
van zestien jaar burgeroorlog
praktisch overal nog overeind.
Tussen het onkruid en het vuil
nis dat zich inmiddels in de deso
late straten heeft verzameld, le
ven nog talloze mensen. Een ac
tie om daklozen uit de kapotge
schoten woningen te krijgen is
grotendeels gelukt. De regering
bood een groot aantal van hen
een uitkoopsom van 10.000 dol
lar (tegen de 20.000 gulden). Het
lijkt een groot bedrag maar het
is nog niet voldoende om een ka
mertje te kopen in Beiroet, Het
is hooguit toereikend voor bijna
twee jaar huur van een apparte
ment.
De krakers zijn van diverse plui
mage. Naast een aantal mensen
uit het zuiden van Libanon en
uit Syrië die van de gelegenheid
profiteerden, werd het meren
deel echter tot kraken gedwon
gen omdat hun eigen huizen wa
ren gebombardeerd. De burger
oorlog dreef naar schatting een
miljoen Libanezen uit hun wo
ningen. De strijd leidde namelijk
tot kantonisering; de christenen
in het oosten van Beiroet, de
moslims in het westen, de shi'ie
ten in het zuiden en weer een an
dere groep in de bergen. Veel be
woners worden nu onder druk
gezet om terug te keren naar de
wijken waar ze vandaan kwa
men. Pas als deze volksverhui
zing in de omgekeerde richting
heeft plaatsgevonden, is de oor
log volgens velen in Libanon
echt afgelopen.
Op de zandvlakte rond het Plein
der Martelaren zijn werklieden
nog niet gestart met het bouw
rijp maken van de grond. Eerst
wordt alles in gereedheid ge
bracht voor een concert op 17
september van de Libanese
nachtegaal, de zangeres Fai-
rouz. Het optreden luidt de start
in van de wederopbouw op de
plaats die straks deel zal uitma
ken van een plein vanwaar een
brede laan naar de kust zal lo
pen. (ANP)
van onze medewerker
Jan-Willem Vergeer
Op een winderige zaterdag, begin
september, loopt een vogelaar
over de Slikken van Bommenede, aan
de Zeeuwse kant van de Grevelingen.
Het water staat niet dieper dan enkele
centimeters en het wemelt er van de
garnalen en kleine visjes. Links vliegt
een groepje steltlopers op en alom
klinkt het gekrijs van de meeuwen.
Plots ziet de vogelaar wat slanke, wit
te vogels ter grootte van een forse
meeuw door het lage water waadden.
Een flits van herkenning: zilverrei
gers! En niet een of twee, nee, liefst ne
gentien van die prachtige slanke rei
gertjes lopen daar hun kostje op te
scharrelen. Een uniek beeld voor een
Nederlandse vogelkijker in onze
eeuw...
Kleine zilverreigers zijn vogels van
grootschalige moerasgebieden. Ze
broeden in gematigde en subtropische
streken en overwinteren in Afrika. Of
het water zilt. brak of zoet is, maakt ze
niet zoveel uit, zolang er maar voldoen
de te eten valt en er hier en daar wat
bosjes zijn waarin het nest gebouwd
kan worden. Het voedsel bestaat uit
zo'n beetje alle dierlijk leven wat in of
nabij laag water leeft en niet groter is
dan een centimeter of tien. Meestal
staat vis als hoofdschotel op het menu,
daarnaast behoren kikkers, salaman
ders, kleine zoogdieren, waterinsekten
en garnalen tot de regelmatig verorber
de prooien.
Kleine zilverreigers broeden in kolo
nies, vaak tesamen met andere reigers
en grote watervogels als aalscholvers.
Tegenwoordig bevinden de dichtsbij-
zijnde broedgebieden zich in Noord-
Frankrijk, op enkele honderden kilo
meters ten zuiden van onze provincie
grenzen. De kaart van de huidige ver
spreiding in Europa bestaat uit veel
witte vlekken met hier en daar een stip.
veelal bij een rivierdelta of een kustla-
gune. Enkele honderden jaren geleden
zag die kaart er nog veel completer uit.
Kleine zilverreigers broedden toen ook
veel verder noordwaarts, waarschijn
lijk tot in Nederland.
Het verleden van de soort als broedvo-
gel in ons land is echter, evenals dat van
zijn verwanten de grote zilverreiger en
de ralreiger, vooralsnog in nevelen ge
huld. Zeker is dat er in de middeleeu
wen talrijke 'reighereijen' in ons land
bestonden, grote kolonies van vaak ver
schillende reigerachtigen. Vooral in het
toen nog zeer moerasrijke westen des
lands werden dergelijk reighereijen ge
vonden. Rond het midden van de vorige
eeuw is echter de laatste van deze fa
meuze grote kolonies, die op het Schol
levaarseiland in de buurt van het hui
dige Rotterdam, verdwenen.
Belangrijkste oorzaak voor het verdwij
nen van de kolonies was de grootscha
lige drooglegging van de moerassen,
terwijl de mate waarin de mensen eie
ren en jongen van de reigers verzamel
den voor consumptie ook een rol speel
de. Elders werden in de negentiende
eeuw -toen de soort waarschijnlijk al uit
Jonge aalscholvers.
Nederland was verdwenen- enorme
aantallen zilverreigers geschoten van
wege de prachtige veren, die vooral in
luxe dameshoeden werden verwerkt.
Export van deze veren naar onder meer
Engeland en Nederland gaf in beide lan
den aanleiding tot het oprichten van -
nog steeds bestaande- Vogelbescher
mingsorganisaties.
De acties van de prille vogelbescher
mers hadden na enige tijd succes, de
jacht op zilverreigers werd in grote de
len van Europa verboden. Trouwens, in
landen als Frankrijk en Italië zat er ook
weinig anders op, want het beest was
bijna uitgestorven. Gelukkig trad in de
loop van de eeuw een voorzichtig her
stel op. Met name in Frankrijk breidde
de soort zich weer noordwaarts uit, een
proces dat nog niet gestopt lijkt te zijn.
Broeden
Sinds begin jaren zestig worden weer
bijna elk jaar een of enkele kleine zilver
reigers gezien in Nederland. Waar
schijnlijk zijn het vooral de broedvogels
en jongen uit de Noord-Franse kolonies
die ons land met een bezoek vereren.
Van meet af aan komt een behoorlijk
deel van de Nederlandse waarnemin
gen uit de Delta, waarbij vooral de
Braakman. Het Verdronken land van
Saeftinghe en later ook de Grevelingen
eruit springen. Toch vindt de opval
lendste Nederlandse kleine zilver-ge
beurtenis niet hier. maar in Flevoland
plaats.
In het prachtige Oostvaardersplassen-
gebied, dat door kenners wordt gezien
als een gelijke van die vroeger Holland
se moerasgebieden, vond in 1979 een ge
slaagd broedgeval van een paartje
kleine zïlvers plaats. Waarschijnlijk
hadden we hier van doen met een stel
met een ware pioniersgeest, want ge
broed werd er daarna - tot op heden -
niet meer. Maar duidelijk is wel, dat het
idee van broedende kleine zilvers in ons
land niet volledig uit de lucht gegrepen
is. Ook de aanwezigheid van een ge
mengd broedpaar van kleine zilver- en
blauwe reiger in het Belgische deel van
het Zwin in 1982 wijst immers in die
richting.
Sinds het broedgeval in '79 is het een
tijdje rustig geweest rond de kleine zil
verreiger in Nederland, maar de laatste
jaren is er weer wat aan de hand. De
aantallen, die in de nazomer (van half
juli tot in oktoben Nederland aandoen,
zijn plots sterk aan het toenemen. En.
een groot deel van deze vogels bevindt
zich in de Zeeuwse Delta. Zo werden vo
rig jaar flink wat zilvers gezien in het
Zwin (tot 7 stuks) en Saeftinghe (tot 8
stuks), terwijl lange tijd een tot twee ex
emplaren ronddoolden in de Grevelin
gen en het Veerse Meer.
Verwend als de Zeeuwse vogelaars al le
ken bij het zien van deze ongekende
aantallen, valt hun verrukking over wat
er dit jaar gebeurt nauwelijks te be-
foto Willem Mieras
schrijven. Tientallen exemplaren over
spoelen de Delta: zowel in het Zwin als
in Saeftinghe zijn een dertigtal vogels
bij elkaar gezien en in de Grevelingen
zitten er ook nog minstens iets van 25
tot 30. Dat zijn de hoogste aantallen die
ooit van de soort in Nederland zijn vast
gesteld. Waarschijnlijk heeft deze -ook
in Zuid-Engeland opgemerkte- toe
name te maken met de groei van het
aantal broedende zilvers in Noord-
Frankrijk.
Het is bijzonder spannend om te beden
ken hoe dat de komende jaren verder
zal gaan. Is er sprake van een eenmalige
piek (wellicht onder invloed van de
weersomstandigheden) of van een stap
in een doorgaand proces? Duidelijk is
wel, dat de kansen op een (her)vestiging
van de kleine zilverreiger als broedvo-
gel in Nederland er niet kleiner op wor
den. En, het aardige is dat er juist in het
Deltagebied aardig wat geschikt broed
gebied voorhanden lijkt te komen. Ge
bieden als de Biesbosch, het Zoommeer
en het Markiezaat. misschien ook delen
van Zeeuws-Vlaanderen, de Grevelin
gen en het Veerse Meer.
Spannende vooruitzichten. In zekere
zin zou zo'n vestiging de beloning zijn
van een wat fatsoenlijker natuurbe
heer. Een soort basisdiploma, zo zou je
het kunnen zien. Maar wil het zover ko
men, dan zal er hier en daar nog wel wat
verbetert moeten worden aan zaken als
rust en waterkwaliteit. Vooralsnog
moeten we het doen met de kleine zil
verreigers die hier een stuk of wat we
ken komen bivakkeren. Die zijn een be
zoek - wel graag zonder verstoring - ech
ter zeker waard.
Het Nederlandse bedrijfsleven maakt weer winst, min ti
ter van financiën Zalm rekent op extra belas tinginkom
sten en de werkloosheid daalt. Kortom, de Nederlandse ecoj
nomie trekt weer aan. De donkere wolken boven ons hoojl
maken plaats voor een lekker zonnetje. Is het hoge-drum
bied van blijvende aard of is een depressie in aantocht? Veel
zal afhangen van de resultaten van de grote Nederlands
ondernemingen. Zij bepalen het verschil tussen regen of zoi
neschijn. Hoe een groot aantal top ondernemers uit ons lam
denkt over de economische ontwikkelingen, leest u de fo
mende weken in de serie 'Kassa'. De directeur van het orgo.
nisatiebureau McKinsey in de Benelux, Mickey Huibregtser,
open vandaag deze serie.
door ir. F.W. Huibregtsen
Voorafgaand aan de serie
van kanttekeningen door
zeer verschillende waarnemers
bij de slaat van de Nederlandse
economie, is het misschien nut
tig ons af te vragen wat de
ideale staat zou zijn. Vrijwel on
vermijdelijk is, dat elke be
schrijving van de Nederlandse
economie en in het bijzonder
haar relatieve ontwikkeling, zo
beperkt en daarmee zo eenzij
dig is als het beschrijven van de
ontwikkeling van een mens aan
de hand van zijn of haar lengte.
De economie onze huishou
ding in de breedste zin - heeft te
maken met onze individuele en
collectieve welvaart en ons wel
zijn. In ons spraakgebruik staat
welvaart (let op de dynamiek in
het woord) voor alles wat met
ons inkomen te maken heeft en
welzijn (al aanzienlijk minder
dynamisch) vaak voor het resul
taat van de inzet van dat inko
men en dat van de overheid.
De industriële produktie en de
daarbij behorende schaalgroot
te van ondernemingen hebben
een steeds sterkere scheidslijn
aangebracht tussen ons verwer
ven van inkomen en het beste
den daarvan. Mensen zouden
steeds minder dagen en uren wil
len werken, want dat is 'verve
lend' en ons welzijn wordt steeds
meer bedreigd door de produk-
ten van ons werken, bijvoor
beeld milieuverontreiniging, en
de verworvenheden van onze
welvaart, zoals tv- en drugsver
slaving.
Met onze neiging om het verle
den te idealiseren lijkt dan het
welzijn van een hoefsmid of van
een kleine kruidenier, of een ge
zellige conducteur op een Am
sterdamse tram, veertig jaar ge
leden gemiddeld genomen aan
zienlijk hoger dan dat van een
willekeurige functionaris van
nu, ondanks een toen aanzien
lijk lager niveau van welvaart in
financiële termen gemeten.
Uit dien hoofde is het gevaarlijk
om beschouwingen over de eco
nomie puur in financiële, niet-
humane termen te vatten. Onge
twijfeld zouden velen van ons,
met uitzondering wellicht van
de zwakste groepen, bereid zijn
om tien procent van ons inko
men op te offeren in nul voor
sommige van de maatschappe
lijke aspecten van veertig jaar
geleden, zoals veiligheid op
straat en rond het huis en ge
meenschapszin in buurt of dorp.
Combinatie
Een gezonde economie in de ech
te zin van het woord kenmerkt
zich dan ook door de juiste com
binatie van welvaart en welzijn.
Deze bredere benadering van
het begrip economie wint gelei
delijk aan terrein, niet in het
minst gestimuleerd door het mo
derne denken over organisaties,
waarin de onafhankelijke rol
van het individu een steeds gro
tere aandacht krijgt. Hoewel ve
len deze ontwikkeling met scep
sis volgen zie bijvoorbeeld een
recent programma van NOVA
over 'toyotisering' zie je overal
in grote en kleine organisaties
de signalen van het afbrokkelen
van het door de lopende band in
gegeven denken, dat medewer
kers vooral robots moeten zijn
die instructies opvolgen.
Nederland heeft in de loop der
tijden in vele maatschappelijke
en economische processen voor
op gelopen. Soms leidt dit tot
grote successen, soms betekent
het dat wij als eersten met
nieuwe problemen te maken
krijgen die ons op een achter
stand werpen. Een van die situa
ties doet zich nu in de Neder
landse economie voor.
In onze vooruitstrevende ont
wikkeling naar een 'menselijke'
en 'zorgzame' maatschappij,
hebben we de verantwoordelijk
heid voor welvaart en die voor
welzijn in sterke mate en op vrij
wel elk niveau ontkoppeld, of
het nu de onderneming of de
overheid is. Het risico hiervan is
dat de 'zorgzaamheid' mecha
nisch wordt en de economie niet
'menselijk'. Geen van beide as
pecten van onze huishouding
komen dan tot hun recht.
Totaalvoetbal
Structureel is er dan ook veel te
doen om onze huishouding weer
in topconditie te brengen. Een
analogie met de sport, bijvoor
beeld een voetbalelftal, dringt
zich op. De eisen die aan een
voetbalelftal gesteld worden zijn
redelijk overzichtelijk. In wezen
zijn de eisen die aan de economie
gesteld worden niet anders. Mijn
opvolgers in deze serie zullen on
getwijfeld meer specifieke sug
gesties doen, maar ik beperk me
hier graag tot de hoofdlijnen,
omdat juist het 'totaalvoetbal'
in de economische huishouding
zo belangrijk is.
Een aantal basisfactoren voor
succes - zowel in voetbal als in
economie - zijn: Kwaliteit, Atti
tude, Samenspel. Speelveld en
Aanpassingsvermogen.
Kwaliteit richt zich allereerst op
de individuele 'spelers' die over
X.
Huibregtse
State of the Art-kennis eni
de dienen te beschikken. Ks
en kunde die bovendien rel?
is voor het spel dat ges?
moet worden. In sommige,:
genlijk teveel gevallen, bes
ken we wel over kennis ee
de. maar helaas zijn die niet
vant voor het benodigde sp-
Attitude richt zich op de n
ling waarmee gespeeld wore:
wil om topprestaties te leve
het vermogen om zich in te
ten, zowel voor zichzelf als:
het team (bijvoorbeeld de
ling, de onderneming), Dooi
ze instelling worden niet aS
de resultaten veel beter, m\
veelal ook het plezier in het;
aanzienlijk groter. In dal
zicht hebben de kleine ondc
ming en de kleine afdeling
nen een grote organisatie
natuurlijke voorsprong. Ee:
de uitdagingen in een greï
ganisatie is dan ook om de:
selijke maat opnieuw te
duceren en dit gebeurt o?
plaatsen met toenemends
Samenspel
Samenspel richt zich op he:
mogen om individueel ka
en kunnen op elkaar af tea
men en daardoor een taan?
tatie neer te zetten. Dit a
vooral plaats te vinden ia
drijfstakken, regio's en an
natuurlijke clusters. On)
goed te kunnen, is overadil
dig over het totale systeem
zicht in individuele vaardï
den en bereidheid om si
meerwaarde te creëren.
Speelveld benadrukt de a
zaak om gebruik te mak®
natuurlijke sterktes en ja
op die speelvelden te bea
waar de kansen op succö
grootst zijn. Die sterktes ku
zowel van nature gegeven
zoals de Rotterdamse hf
maar kunnen ook in de lot?
tijden tot bloei zijn geks
rond een bepaald initiatiefa'
ontwikkeling. In Nederi
geldt dit bijvoorbeeld rond
dio-visuele produktie. I»
bankieren duidelijk in
zijn centrum vindt.
Aanpassingsvermogen is
laatste, maar niet het min?
langrijke in dit rijtje. Dithed
maken met het vermogens
aan de steeds sneller wissel
omstandigheden te kunnen
passen. In de sport geld®
voorbeeld nieuwe techS
nieuwe spelregels - binn®
volleybal met de knieen-
nieuwe terreinomstandtö
- hockey op kunstgras Is
bedrijfsleven geldt dit
nieuwe technologieën -
voorbeeld informatietak
gie, nieuwe kostenstructuK'
nieuwe concurrenten.
De vijf factoren staan të»
voor kassa: het gebruikeP
sultaat van een onderne#
inspanning. Een minder?
de huishouding wordt
net zo goed als een wekE
menhangend elftal, niet fl
ene dag op de andere eenf
Zoals alle goede coaches
zullen aangeven, wordt W
eindelijke succes niet W
door een of twee grote inP
maar veel meer door eer>
menhangend, inspirerend*
gisch pakket van maatrtj
dat. gesteund door de in
alle spelers, met enthoiP
in praktijk wordt gebracht
Mickey Huibregtsen is de clireC*
het organisatiebureau McKin®
Benelux. Daarnaast is hij voort®
het Nederlands Olympisch Cc«
de Nederlandse Sport Federatie