sssv» Als het weer het toelaat. Vlek weg, eigendommen reiziger ook weg IJsland worstelt met wispelturige zomer ZATERDAG 4 JUNI 1994 Op 17 juni 1944 is het vijftig jaar geleden dat op IJsland de onafhankelijkheid werd uitgeroepen. Ter gelegenheid van dat jubileum zal koningin Beatrix een tweedaags bezoek aan het eiland brengen op 30 juni en 1 juli. Het land van de fjorden, gletsjers en uitgestrekte lavavelden ziet zijn inkomsten uit de visvangst almaar dalen. De IJslariders wil het tij keren door meer toeristen aan te trekken en... ijsblokjes te exporteren. Gerda Cook, een Hollandse op IJsland, is voorzitter van de heropgerichte vereniging van Nederlandse IJslander. Vier jaar geleden streek ze samen met man en zoon op IJsland neer, nadat ze ja renlang in de Verenigde Staten had ge woond. Haar Amerikaanse echtgenoot doceert Engelse literatuur aan de univer siteit van Reykjavik, zij geeft Engels aan toekomstige IJslandse leraren. Vele IJs- landers trekken voor hun studie overigens ook vaak naai- Amerika of Europa. Zuch tend: „Wat mij nog het meeste tegen staat is dat het op IJsland nou nooit eens lekker weer wordt. Het kan guur zijn met die sneeuwstormen. En dan die lange winters waar geen eind aan lijkt te komen...". IJsland heeft lange milde winters en korte koele zomers. In de winter schommelt het kwik rond het vriespunt en in de zomer wordt het zelden warmer dan twintig gra den. Het weer, er valt geen peil op te trek ken. Zo schijnt de zon aan de strakblauwe hemel en zo is het mistig, naargeestig en wakkert er een gure wind op eiland aan. Terecht staat onder elk toeristische uit stapje: 'als het weer het toelaat'. Reykjavik, dat letterlijk rookbaai bete kent vanwege de stoom van de warmte bronnen in de omgeving, is een uitge strekt dorp met stadse allures. De flats in de buitenwijken zouden ook in Praag, Warschau, Boedapest of Leipzig kunnen staan. De brede boulevards met de auto showrooms tonen weer de Amerikaanse invloeden aan. Het centrum heeft veel weg van een Deens stadje. Wat opvalt is dat elk huis in Reykjavik zijn eigen kleur dak heeft. Sportland Net zo fleurig gezicht als de daken zijn de vele trainingspakken die door de straten rennen. IJsland is een sportland. Voetbal is het populairst, op de voet gevolgd door schaken en handbal. Ofschoon het land, drie keer Nederland en 270.000 inwoners, zeer dun is bevolkt, kunnen de IJslanders met de meeste disciplines internationaal gezien aardig meekomen. Ze hebben zelfs in Barthur Gunnlaugsson en Margret Gunnars-dottir twee wereld kampioenen in... barkeepen. Barkeepers hebben, zeker in Reykjavik (ruim 100.000 inwoners) een drukke baan, want de IJs landers lusten wel een glaasje. Terwijl een biertje toch om en nabij de vijftien gulden kost. Ondanks de schrikbarend hoge prijzen voor levensonderhoud is het autobezit in IJsland met bijna twee auto's op één per soon zowat het hoogste van de wereld. Vaak is de tweede auto een vierwiel-aan- gedreven terreinwagen. Die is nodig om dat vele wegen voor de gewone automo biel nauwelijks begaanbaar zijn. De laat ste jaren is het wegennet drastisch uitge breid en verbeterd. De weg rond het eiland met een lengte van 1.400 kilometer is onlangs geheel geasfalteerd. Autorijden kan, mede door het wispelturige weer en doordat je zo in een niemandsland zit, voor Nederlanders een hachelijke onder neming zijn. Banen Gerda Cook, één van de circa vijftig Ne derlanders op IJsland: „Vergeleken met Nederlanders hebben IJslanders het goed. Vooral het onderwijs en de gezond heidszorg staan op een hoog peil. Maar dat er welvaart is, komt doordat de IJslan- Hct 'ijsmeer' Jokulsarlon a Brcioamer- kursandi met op de achtergrond de hoog ste bergtop van IJsland de Hvannadalsli- ntikur. foto Iceland Air ders zich half dood werken, want ze willen zich alles kunnen veroorloven. De mees ten hebben twee, drie banen. Maar ja, ze zullen wel moeten, want alles is vreselijk duur." De prijs van een vismaaltijd daarentegen is redelijk. IJslanders eten veel vis. En ze blijven er kerngezond bij. Ze behoren tot de gemiddeld langstlevende mensen van de wereld. Tachtig procent van de inkom sten komt uit visvangst, visverwerking en visverkoop. Circa vijftienduizend mensen elf procent van de afhankelijke beroeps bevolking is werkzaam in de vis-indus- trie. In 1991 exporteerde IJsland voor maar liefst 2,6 miljard gulden aan vispro- dukten naar onder meer Nigeria, waar koppen van kabeljauw worden vermalen tot vismeel. Nederland importeerde in 1992 voor 50,1 miljoen aan IJslandse vis en exporteerde voor 100.000 gulden aan vis naar het 'Winterswijk van Europa'. IJsland, hel land van de meren, fjorden, gletsjers, vulkanen, uitgestrekte lavavel den en heetwaterbronnen. Europese Unie IJsland worstelt met de vraag of het lid moet worden van de Europese Unie. Lid zijn betekent dat de IJslanders goedkoper vis kunnen afzetten in Europa. Maar het houdt ook in dat ze dan hun eigen visge- bied - 200 mijl (sinds 1975) rondom het eiland moeten openstellen voor andere landen. De regering heeft het IJslandse vissersle ven nog eens verzwaard door het aan scherpen van vangstquota, waardoor steeds minder kan worden gevangen. Daardoor kunnen kleinere vissersbedrij- ven het hoofd nauwelijks boven water houden. Terwijl een land als Rusland, dat alle beetjes geld goed kan gebruiken, zijn eigen zeeën leeg vist. Die Russische vis wordt voor een appel en een ei opgekocht door onder meer Noorwegen, dat de vis goedkoop doorverkoopt. De IJslanders voelen de recessie naderen. Onder jongeren is de werkloosheid tot voor kort een onbekend verschijnsel al opgelopen tot 7 procent. Het land moet daarom andere bronnen van inkomsten als toerisme en de verkoop van energie verder ontwikkelen. Energie Het land van de merén, fjorden, gletsjers, vulkanen, uitgestrekte lavavelden en heetwaterbronnen, heeft een overvloed aan schone energie. Al enkele jaren onder zoekt IJsland de mogelijkheid overtollige elektriciteit via een duizend kilometer lange pijpleiding over de bodem van de zee naar Groot-Brittannië te exporteren. Er zou dan een aftakking naar Nederland moeten komen. „IJsland exporteert ook... ijsblokjes." Ver baasd trekt Maria Ingvadöttir haar frêle schouders op. De schampere glimlach die de manager van de IJslandse Handels- raad na haar opmerking ontwaart, wekt lichte bevreemding bij haar op. „Ijsblok jes, is dat zo vreemd?" vraagt ze onbewo gen. Ze vertelt dat deze kristalheldere stukjes ijs van een gletsjer komen in het onher bergzame ijsgebied Vatnajökull in het zuidoosten. „Alleen de oudste en puurste stukken ijs komen voor verwerking tot ijs blokje in aanmerking. Betere ijsblokjes als de onze zijn er niet", zegt Ingvadöttir. Deze elfhonderd jaar oude 'diamanten' moeten in pakken van 64 en 36 stuks de wereld gaan veroveren. Maar of IJsland binnenkort als 'het ijsblokjesland' door het leven gaat, valt te betwijfelen. „IJsland moet een toerisme-land wor den", zegt toerisme-baas Birgir Thorgils- son. Vorig jaar brachten 160 000 buiten landers een bezoek aan IJsland, van wie de meesten uit Duitsland, Amerika en de Scandinavische landen kwamen. Ruim 5300 Nederlanders deden het eiland aan. Velen van hen waren overigens op door reis van Europa naar Amerika. Wie na de drie uur durende vlucht van Amsterdam naar IJsland even de benen wil strekken, moét een paar baantjes trek ken in de Blue Lagoon, het natuurwonder tussen het IJslandse vliegveld Keflavik en Reykjavik. In dat exotische meertje met het extreem zoute en 35 graden warme bronwater is het uitstekend toeven. Het blauwe water zou vooral goed zijn voor mensen met de huidziekte psoriasis. Alleen het uitzicht van de toeristische at tractie, op de geothermische warmwater en krachtcentrale Svartsengi die grijze rookpluimen uitstoot, oogt mistroostig. En ook de penetrante zwavellucht die rondom het meer hangt, is vervelend. Maar desondanks is de Blue Lagoon - waar het hele jaar kan worden gezwom men een oase in een kraterlandschap. Lavavelden Een maanlandschap. Dat is het eerste wat toeristen zien als ze voet op IJsland zet ten. De weg van het vliegveld naar Reyk javik loopt door uitgestrekte gestolde la vavelden zonder bomen. Ooit bestond 25 procent van IJsland uit bomen, maar die zijn allemaal gekapt en als brandhout ge bruikt. Wetenschappers onderzoeken hoe en welke bomen er het beste gedijen, maar veel vooruitgang lijken ze niet te boeken. De spaarzame bomen die er zijn, zijn voor al klein en jong. Vraag een IJslander wat je moet doen als je verdwaalt in een IJs- lands bos en hij zal lachend zeggen: 'Recht op staan.' Spectaculair is de jeep-safari. In een spe ciaal daarvoor met computers, telefoons en mobilifoons uitgeruste terreinwagen met enorme wielen de gletser op, om ver volgens met een gangetje van veertig kilo meter per uur op de sneeuwscooter af te dalen, is een onvergetelijke ervaring. Dat is ook het bezoek aan Thingvellir, zo'n vijftig kilometer ten noordoosten van Reykjavik. Op deze klif met weids uitzicht en uitstekende akoestiek vond al in 930 de eerste algemene vergadering plaats Deze volksvertegenwoordiging, het Althing ge noemd, is het oudste parlement ter we reld. Thingvellir is voor de IJslanders een na tionaal symbool. Alle grote feesten en ge beurtenissen worden daar gevierd en her dacht Ook koningin Beatrix brengt op 30 juni een bezoek aan de plek waar op 17 ju ni 1944 de republiek IJsland werd uitge roepen. Het land was toen na eeuwen on afhankelijk van Denemarken. Bankoverval Het Althing bestaat nog steeds, maar is nu in de hoofdstad Reykjavik gevestigd. De politieke macht is in handen van de re gering van premier David Oddson van de conservatieve partij. Boven de partijen staat Vigdis Finnbogadöttir, de presiden te. die door de bevolking op handen wordt gedragen. Deze vroegere lerares Frans en directeur van de plaatselijke schouwburg is de 'koningin' van het volk. Het gebeurt geregeld dat de IJslanders haar zonder bodyguards aantreffen in de supermarkt. Gevaarlijk? Wel nee. IJsland kent nauwe lijks criminaliteit. Totaal zijn er op het ei land in al die eeuwen twee. mislukte ban kovervallen gepleegd. De IJslandse taal, meegekomen met de Vikingen, is door de geïsoleerde ligging van het land in de loop der eeuwen nauwe lijks veranderd, waardoor de IJslanders zonder moeite prozavertellingen uit de dertiende eeuw (oud-Noors) kunnen lezen. Dat doen ze niet in het weekeinde, want dan lijkt het wel of heel Reykjavik aan de zwier gaat. Door de week gaat de IJslan der vroeg naar bed of hij hangt voor de buis. Televisie De IJslandse televisie - twee netten - is amateuristisch en saai. „Ons nieuws is ei genlijk lokaal. Als je kranten leest, be denk dan dat er op IJsland niet meer in woners zijn dan in een doorsnee provincie stad in Nederland", zegt een IJslandse journalist in het Höfdi-huis in Reykjavik, waar in 1986 Gorbatsjov en Reagan een einde maakten aan de Koude Oorlog. Toen was IJsland wereldnieuws. Maar de wereldleiders hadden nog maar nauwe lijks hun hielen gelicht, of de 'regionale' problemen prijkten weer op de voorpa gina. Zoals: moet IJsland een helikopter van 1,2 miljoen gulden kopen voor de kustwacht? „Niet doen", zeggen de con servatieven, „want we kunnen die van de Amerikaanse vliegbasis op Keflavik ge bruiken." Op deze basis wonen circa vier duizend Amerikanen, van wie het niet op prijs wordt gesteld als ze zich in uniform in Reykjavik begeven. „Een zelfstandig land moet voor reddingsacties een eigen toe stel hebben", zegt het progressieve deel der natie. Het zaj de toeristen, die IJsland bezoeken, worst "zijn. „Wij hebben nog steeds het imago van ver weg en koud", zegt Thor- gilsson: „Die kou is oké, maar van dat 'ver weg' moeten we af. Of je van Amsterdam naar Spanje, Griekenland of IJsland vliegt, dat maakt niets uit. IJsland is trou wens opwindender." Ed Blaauw De klassieke trucs worden volop ge bruikt. In de vertrekhal van Schip hol wijst een heer een argeloze reiziger op een vlek op zijn jas. Terwijl de vriendelij ke man de even daarvoor aangebrachte klodder begint weg te poetsen, gaat een maat er met een tas of koffer vandoor. Met als het even meezit geld, cheques, creditcards en andere waardevolle za ken. Het slachtoffer merkt de diefstal doorgaans pas op als zowel de vlek als de heren verdwenen zijn. Andere truc. Onhandige man laat een berg muntgeld op de vloer vallen. Be hulpzame Japanse zakenman gaat on middellijk door de knieën om te helpen. Als alle kwartjes en dubbeltjes zijn opge raapt, is zijn handbagage weg. En die is dus niet door een aardige Nederlander alvast naar de taxi gebracht, zoals naïeve Japanners in eerste instantie schijnen te denken. Of deze: Iemand staat met een aktentas tussen zijn voeten bij een balie in te chec ken. Als de formaliteiten zijn vervuld, blijkt de tas spoorloos. Ongemerkt weg gehaald door professionele bagagedie ven, die geruisloos op Schiphol opereren. Ad Verkerk wil het eerst allemaal even in perspectief zetten. Het hoofd politie dienst van de Koninklijke Marechaussee op Schiphol toont de statistieken. In 1993 deden 1600 reizigers aangifte van diefstal op Schiphol en het NS-station van de luchthaven. Dat is inderdaad meer dan de circa duizend aangiften per jaar in de drie voorafgaande jaren, maar op ruim 21 miljoen passagiers valt het al lemaal nog wel mee, vindt Verkerk. „Maar het moet natuurlijk wèl minder worden." De dieven hebben het vooral gemunt op zakenreizigers, want bij hen valt het meest te halen. Maar ook toeristen, bela den met geld, cheques en dure camera's zijn gewilde slachtoffers. De criminelen slaan hun slag graag in de drukte van de aankomst- en vertrekhal. Terwijl fami lieleden en vrienden de reizigers om de hals vliegen, maken de heren op de ach tergrond zich meester van de bagage. Reizigers van intercontinentale vluch ten worden het vaakst slachtoffer van het dievengilde. Ze vormen een makke lijke prooi, vooral tijdens de aankomst- piek tussen zes en acht uur 's ochtends. „Het zijn mensen die moe zijn, want ze hebben heel lang in die kist gehangen", zegt Verkerk. „Ze lopen in veel gevallen wat verdwaasd rond, op zoek naai' een ta xi bij voorbeeld." Verkerk somt schrijnende gevallen op. De zeeman die met een half jaarsalaris in zijn koffertje op weg ging naar huis. Op Schiphol was ineens het koffertje weg. „Hij kwam hier huilend als een klein kind binnen", zegt Verkerk. Of het be jaarde echtpaar dat eindelijk de geëmi greerde kinderen in Canada ging bezoe ken. Paspoorten, tickets, geld, alles weg. Ook een drama natuurlijk. Zakenmensen blijven volgens Verkerk doorgaans tamelijk nuchter onder een diefstal. De verzekering dekt het verlies meestal wel. Maar vervelend is het uiter aard wel, zeker als in het verdwenen kof fertje net ondertekende contracten zit ten. Zuid-Amerika Veel bagagedieven komen uit Zuid-Ame rika. aldus Verkerk. Het gaat daarbij om uiterst professioneel werkende bendes, „Het zijn altijd groepjes van drie a vijf man. De rollen zijn duidelijk verdeeld. Eén is de dief, de tweede neemt de buit over en brengt die in veiligheid, de rest staat op de uitkijk en waarschuwt als er politie aankomt." De buit wordt volgens de politiechef di rect omgezet in Amerikaanse dollars en doorgesluisd naar het land van her komst. De activiteiten kunnen aardig lu cratief zijn. Een 'dagomzet' van enkele tienduizenden dollars is geen uitzonde ring. Na een dag of vijf zijn de geraffineer de criminelen volgens Verkerk meestal weer verdwenen. Naar het vliegveld van Frankfurt, Rome, Brussel of waar dan ook. Uit vrees voor herkenning werken ze verschillende Europese luchthavens in hoog tempo af. De marechaussee signaleert daarnaast een toenemend aantal Noordafrikanen en ex-Joegoslaven die zich bezighouden met bagagediefstal. De daders wonen volgens Verkerk over het algemeen - le gaal of illegaal - in Nederland. Vooral een deel van de Noordafrikanen opereert 'hondsbrutaal', aldus Verkerk, „We heb ben de indruk dat een gedeelte drugver slaafd is. Ze gaan agressiever te werk dan de Zuidamerikanen, waar je niets van merkt." Sinds een jaar is op de luchthaven en in het NS-station het team 'Veel Voorko mende Criminaliteit' (WC) actief, dat bestaat uit mensen van de marechaus see, de spoorwegpolitie en de beveili gingsdienstvan Schiphol. Met succes, al dus Verkerk. Vorig jaar konden er 81 ba gagedieven en zakkenrollers op heter daad worden betrapt en gearresteerd, te gen gemiddeld 30 in de jaren daarvoor. Alleen al vorige maand konden 15 dieven worden aangehouden. De teamleden werken in burger en be schikken over in de kleding verborgen verbindingsapparatuur. Vermommen is niet nodig, vindt Verkerk. Om herken ning te voorkomen blijven de recher cheurs maximaal een half jaar in het team. Daarna nemen anderen hun plaats in. „We passen ons wel bij het beeld van de luchthaven aan. Je zult ons niet met korte broek aantreffen tussen zakenlie den in driedelig kostuum die inchecken voor een vlucht naar Londen Het WC-team observeert verdachte fi guren en grijpt in als een dief toeslaat. Als het kan wachten de teamleden nog even totdat de buit is overgegeven, zodat er zoveel mogelijk bewijs is tegen de handlangers. Vaak kunnen er zo twee of drie mensen tegelijk worden overrom peld, die volgens Verkerk wegens dief stal in vereniging doorgaans zes maan den achter slot en grendel verdwijnen. De professionele dieven reageren gela ten op hun aanhouding, vertelt Verkerk. „Arrestatie beschouwen ze als een inge calculeerd bedrijfsrisico." Het is voor de marechaussee, spoorweg politie en beveiligingsdienst dankbaar werk. „Passagiers vliegen de jongens wel eens om de nek als ze hun bagage terug krijgen. Soms hebben ze niet eens ge merkt dat er iets gestolen is." Deelname aan het team is binnen zijn korps zeer ge wild. „Je betrapt de daders op heter daad. Het publiek is dankbaar en dat geeft een enorme voldoening." VVC-teamleider Ted Mens blijft zich ver bazen over de nonchalante manier waar op reizigers met hun bagage omsprin gen. Tijdens een rondgang op Schiphol wijst hij moeiteloos op onbeheerde kof fers en hele karren vol bagage, waarvan de eigenaar verderop op zijn gemak staat in te checken. „Als tasjesrover hoef je hier weinig moeite voor te doen." Veel mensen lijken zich niet te realiseren dat ook op een schone, goed georgani seerde luchthaven diefstal voorkomt. Een zakenman reageert wat verongelijkt als Mens hem aanspreekt op zijn zorge loze gedrag. Dat is toch zijn bagage? Maar al gauw toont hij zich alsnog dank baar en trekt zijn wagentje veilig naar zich toe. Een kleine, zwarte koffer en een bruine tas staan er wel heel erg onbeheerd bij. Bij een lege balie bovendien. Nee. de ba gage is niet van het oudere echtpaar dat een paar meter verderop staat. En an dere mensen lopen er straal voorbij. Als Mens wat ongeduldig om zich heen be gint te kijken, doet een ongeschoren man met glimmende oorringetjes discreet een stap naar voren. „Die bagage wordt goed in de gaten gehouden, hoor", mompelt hij, en doet meteen weer een pas achter uit. Mens weet genoeg. Zijn team is aan het werk. Richard Mooyman

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1994 | | pagina 21