Reisverslag in subtiele aquarellen Wonen in een wijk op het water Het pittoreske Nederland van Mitsumasa Anno PZC ZATERDAG 30 APRIL 1994 vrije tijd In Europa heerst het beeld dat Japanners haastje-repje aan mooie plekjes voorbijtrekken, nadat ze er met hun volautomaat een dozijn snapshots van geschoten hebben. Maar soms zit er aan onze grazige oevers een Japanner in alle rust te aquarelleren: Nederland heeft het hart gestolen van Mitsumasa Anno, een bekende Japanse schrijver en illustrator. Mitsumasa Anno reisde dwars door Nederland, van Maastricht tot aan de Wadden en van het Zeeuwse Domburg tot aan de Duitse grens. Niet met Nikon maar met schetsboek en penselen. Zijn subtiele schilderingen zijn met verklaren de teksten gebundeld in een Nederlands/ Engels kijk- en leesboek Pittoresk Neder land. dat onlangs uitkwam bij Gottmer in Haarlem. In zijn hotel aan de Amsterdamse Heren gracht bezingt Anno zijn liefde voor het Hollandse stadsgezicht: „Zoals een eend je dat net geboren is zijn moed ziet in het eerste voorwerp dat hij tegenkomt, was ik in 1960 tijdens mijn eerste bezoek aan Ne derland meteen verkocht. De boten in de grachten, de oude vissershavens, ik vind ze onvergetelijk. De bakstenen gebouwen met de pittoreske gevels; ik hou van de manier waarop hun warme kleur vervloeit met de glinstering van hun heldere ra men." Amsterdam is voor hem een stad van mo numenten en cultuurtempels. Anno kocht op de bonnefooi een kaartje voor een con cert in het Amsterdamse Concertgebouw. Anno: „Het Concertgebouw werd geres taureerd maar tot mijn verbazing waren er gewoon concerten. Het kon me niet schelen wat er gespeeld werd, ik wilde naar bnnen want ik was al blij dat ik er heen kon. En ik werd niet teleurgesteld: Svjatoslav Richter, de grote Russische pianist trad die avond op. Ik heb geno ten." Platenboeken Mitsumasa Anno woont in Tokyo maar is geboren in 1926 in Tsuwano, een histo risch stadje in het westen van Japan. Hij was onderwijzer voordat hij zijn carrière startte als vrije kunstenaar. Hij maakte vooral platenboeken voor kinderen: over het alfabet, dieren, tellen, de middeleeu wen. Hij leverde voor volwassenen een reeks landenboeken: over de valleien in Zwitserland, de heuvels van Italië, de aar de van Spanje en de bloemen van Holland. Hij heeft meer dan 100 titels op zijn naam staan: in Japan is hij een beroemdheid. Het vers uitgekomen boek Pittoresk Ne derland draagt als afbeeldingen uitslui tend Hollandse stadsgezichten en land schappen maar Anno legt in zijn verkla rende teksten allerlei verbanden tussen Japan en Nederland. Eerst rept hij nog over typisch Hollandse gewoonten als Ko ninginnedag of over voormannen uit onze vaderlandse geschiedenis, staatslieden als Johan van Oldenbarneveldt, die de VOC, de Verenigde Oostindische Com pagnie, oprichtte. Die wetenschap over Nederlandse gewoonten diepte hij op door 'het aandachtig lezen van tientallen boe ken er Holland'. Domburg zoals Mitsumasa Anno het vastlegde in zijn boek. Japan en Nederland liggen duizenden mij len van elkaar verwijderd. Toch is er veel vuldig contact geweest. Bij de pakhuizen en de oude gebouwen in Hoorn mijmert Anno over de kleine houten schepen van de VOC die de oceanen overstaken. „De Nederlandse wetenschapper Von Siebold was als scheepsarts meegevaren met een VOC-schip om in Japan onderzoek te doen. Als arts was hij bijzonder welkom. Als hij kwam werd hij opgewacht door de bevolking die op een 'consult' hoopte. Von Siebold had eigen botanische tuinen bij Nagasaki, een waar onderzoeksparadijs. Maar tussen zijn spullen werden een keer Japanse staatsgeheimen aangetroffen en hij moest terug naar Hollanden zijn min nares en dochtertje achterlaten in Japan. Later is hij gerehabiliteerd en heeft hij ze nog teruggezien. De collectie Von Siebold is nu in het Volkenkundig Museum en de Hortus Botanicus in Leiden. Toen ik er was vond ik het een wonderlijke ervaring om op Hollandse bodem allerlei oude ty pisch Japanse voorwerpen aan te treffen." Anno schilderde de Alkmaarse Kaas markt, het Haarlemse Spaarne, de grach ten in Leiden, de Dom van Utrecht. Hij richtte zich niet alleen op de steden, in de aquarel 'Molens bij Kinderdijk" verfde hij bijna Japans aandoende rietvelden. „Ik rijd met de auto dwars door het land en speur naar onderwerpen, alsof ik op zoek ben naar een nieuwe vrouw. Inspireert het landschap me, dan ga ik als het ware een huwelijk aan. Dan zit ik zeker drie, vier uur aan een stuk buiten te werken om de geest van het moment vast te leggen. On verbiddelijk komt daarna het moment van scheiden. En zo beleef ik elke dag op nieuw de vreugde van een nieuwe liefde." Japanners houden van Hollandse kunst. In Hattem staan Japanse toeristen met een loep boven tekeningen van Anton Pieck gebogen maar Vincent van Gogh steekt altijd nog verder boven het maai veld uit. Anno: „Japanners houden van Van Gogh, zijn 'Zonnebloemen' zijn ge kocht door een Japanse verzekerings maatschappij. Maar Van Gogh hield ook van Japan. Hij kende het door de prenten uit mijn land die hij verzamelde. Hij be wonderde de Japanse houtsnede, hij hield van de stevige lijnen op het rijstpapier." Anno liep zowat alle Nederlandse musea af: In Haarlem zag hij Frans Hals. „De enige schilder, die in zijn tijd de mensen lachend afbeeldde." In Leeuwarden be zocht Anno het geboortehuis van Escher. Anno: „Een soort bedevaart. Als kind werd ik al door hem geïnspireerd." Hij be zocht het kunstenaarsdorp Domburg van wege Mondriaan, die er geruime tijd ver bleef en toog naar Delft vanwege Vermeer. Anno: „Vermeer is klassiek maar tegelijk zo modern. Als ik naar een Vermeer kijk en mijn ogen toeknijp, zie ik een kleuren schema als dat van Paul Klee. Vermeer schilderde geen koningen maar alledaag se onderwerpen. De Japanse dichter Tani- kawa Shuniklo schrijft: 'In de kamer van Vermeer schijnt een zacht licht. Het is niet geschilderd om het schilderij te verlich ten. Het verlicht de duisternis van je eigen hart. Het brengt je nader tot God maar het blijft toch menselijk." In het Mauritshuis in Den Haag stond hij voor Rembrandts schilderij 'De anatomi sche les van prof. Tulp'. Anno: „De afbeel ding deed me meteen denken aan Sugita Gempaku. een Japanner die in de acht tiende eeuw Nederland bestudeerde. In 1771 maakte hij in Nederland met andere Japanse geleerden voor het eerst van zijn leven het ontleden van een lijk mee. In het lichaam troffen de Japanners heel andere dingen aan dan ze verwacht hadden. Be schaamd over zo weinig kennis besloten ze de 'Tabulae Anatomia Sex' van Vesa- lius in het Japans te gaan vertalen, een boek waarin ze gelezen hadden wat ze zo juist gezien hadden. Die vertaling is er ook gekomen, maar het duurde wel lang: zon der goede woordenboeken moest het een heksentoer zijn geweest." Familiebezit De Nederlandse taal stelt Anno soms voor verrassingen. 'Anno' betekent bij ons 'In het jaar'. Maar toen de Japanner in Am sterdam op pakhuizen en behouden ge vels Anno 1648 en 1774 zag staan, greep hij toch naar een camera om dat onwaar schijnlijke voorvaderlijke familiebezit te vereeuwigen. Hij dacht dat er ooit Anno's in Amsterdamse huizen hadden gewoond. Normaal gesproken signeert de tekenaar/ schilder met 'Anno' maar als hij een Ja panse houtsnede gemaakt heeft, signeert hij met 'Onna' omdat de letters in spiegel beeld op papier worden afgedrukt. Van daar Anno's tocht naar Onna. het plaatsje in Overijssel, dat hij op de kaart ontdekt had. even ten zuiden van het vestingstad je Steenwijk. Anno: ..'Onna' betekent in het Japans 'vrouw'. Ik dacht 'dat moet een dorp zijn waar interessante vrouwen wo nen. Maar er stonden alleen een paar boer derijen en in de weilanden eromheen dar telden paarden, koeien en wat geiten." Anno: „Zelfs met mijn moderne woorden boek. 'Zesduizend dagelijkse woorden in het Nederlands' blijft het behelpen. Zo schreef ik eens 'aphoteek' op het uithang bord van een huis dat ik geschilderd had. 'Fout!' zei een vriend tegen me en mijn woordenboek spelde het inderdaad an ders. Maar op het echte huis stond toch heus 'aphoteek' op de gevel geschreven. Als werkelijkheid en woordenboek al ver schillen, wordt de waarheid wel heel moei lijk te achterhalen." Rob Bouber Pittoresk NederlandMitsumasa AnnoUitge verij J H Gottmer. ISNB 90 257 2502 3 De plaatselijke bevolking praat over 'het Schorretje'. Op die aan de Arne- straat grenzende plek in Arnemuiden meerden in vroeger tijden de vissers vaartuigen af. De logge vloot die er nu een ligplaats heeft gevonden is een stuk minder beweeglijk. Dat komt omdat die is opgebouwd uit een reeks in de uitloper van de haven dobberende betonnen en stalen bakken, waar woonboten van zijn gemaakt. Een wijk op het water. En al tijd land in zicht. Van de dertien woonarken valt vooral die ene op, omdat de boot zo op het eer ste oog een zolder heeft. Een kijkje in het interieur geeft aan dat dit een misvatting is. Maar daarover straks. Monique en Co- bus van de Brink zijn de trotse bezitters. Met de aankoop werd een al lang lopende wens eindelijk vervuld. Wonen op het water: dat leek marineman Cobus en zijn vrouw wel wat. Maar dan moest de on derbouw van beton zijn en niet van staal, want in dat geval moet je je huis regelma tig op het droge trekken om onderhoud te kunnen plegen. Ook aan een andere voorwaarde kon worden voldaan: een tuintje op de wal. Het aantal liefhebbers van wonen op een boot moet buitensporig groot zijn. Men vindt dat spannend en avontuurlijk. „En ook een beetje artistiek", vult mevrouw Van de Brink aan. Die grote voorkeur brengt met zich mee datje dergelijke ob jecten niet voor het uitzoeken hebt. En heb je er een naar je zin gevonden, dan is daar meestal geen ligplaats bij. Een aan tal gemeenten wil van de woonboten af. Daardoor neemt op andere plaatsen het aantal kandidaten voor een plekje dras tisch toe. In Almere is de wachttijd in middels opgelopen tot twintig jaar. Groot struikelblok is de financiering. bus: „Zelfs met een flinke storm vliegen de kopjes nog niet van tafel. Hooguit zie je dan de lampen heen en weer gaan". Maar je moet, zo heeft Monique ervaren, bij onrustig weer geen fijn schilderwerk willen uitvoeren, „want dan schiet je nogal eens uit". De woonruimte aan boord is bijna 21 me ter lang en zeven meter breed. Dat de woonark een puntdak heeft, komt van wege de bouw van een verhoogd woonka merinterieur. Daardoor kon een kelder worden gevormd met een omvang waar je als bewoner van een 'gewoon' huis ja loers op zou worden. Qua wooncomfort heeft de familie Van de Brink alles wat men wenst. Wonen op het water is wel wat kouder. Dat levert hogere stookkos ten op. Ook de opstal- en inboedelverze kering valt als je op een woonboot zit ho ger uit. Dat scheelt op jaarbasis wel zo'n f 1500. Daar daar staat weer tegenover dat er geen onroerend goed-belasting moet worden betaald. Wie een woonboot als onderdak kiest, dient er volgens Cobus wel rekening mee te houden dat de handen met enige regel maat uit de mouwen gestoken moeten worden. Een houten huis op het water vergt veel onderhoud. „Je moet dus wel willen verven". Om aan een maaltje vis te komen zou Co bus niet eens de deur uit hoeven te gaan. Je gooit vanaf het balkonnetje je hengel uit en dan is het slechts een kwestie van enig geduld te oefenen om te weten wat de pot zal schaffen. Maar vis als voedsel is niet aan het echtpaar van de Brink be steed. Zij huldigt vegetarische principes en meneer houdt niet van zeebanket. En dan toch in een vissersdorp willen wo nen. Je moet maar durven! Jacques Cats Monique Van de Brink met de dochtertjes Priscilla en Nicole: leven op een woonboot, artistiek en avontuurlijk, foto Ruben Oreel Het bankwezen kijkt anders tegen een woonark aan dan tegen een huis. Finan ciering tot 75 procent van de executie- waarde is zo'n beetje het plafond wat haalbaar. De resthioetje zelf lappen. Het echtpaar Van de Brink zocht en vond eindelijk die ene bank die op basis van een jachtbouwhypotheek een financie ring voor de volle 100 procent wilde rege len. Maar dan wel een met een maximale looptijd van 20 jaar. In de familiekring werd met de vinger naar het voorhoofd gewezen toen Cobus en Monique meedeelden zich in Arne muiden op het water te willen vestigen. Een rijtjeshuis in Spijkenisse inruilen voor een woonboot in Arnemuiden. dat vond iedereen maar raar en schoonmoe der zelfs 'eng'. Aanvankelijk weigerde ze ook maar één stap aan boord te zetten. Bij nader inzien bleek het met het ge- schommel van 129 ton gewicht in het 2 1/ 2 meter diepe water nog mee vallen. Co-

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1994 | | pagina 31