Dorp kreeg twee keer stadsrechten
We kunnen niet spelen, maar
wel goede muziek maken
PZC
Plaatsnaam
Centrale bediening
van kanaalbruggen
voortreffelijk werk
Dpera Amsterdam
Inventieve
Orfeo
provincie
'n Zeeuwse penning
voor de kroonprins
IJzendijke
MAANDAG 24 JANUARI 1994
door Ernst Jan Rozendaal
Plezierig en prettig, maar
gemengd met een zekere
spanning. Zo kijkt mr J. van
Marion vooruit op het be
zoek. morgen, van kroon
prins Willem Alexander aan
Vlissingen. „liet overkomt
een mens niet zo vaak in zijn
leven dat hij een redevoe
ring moet houden voor ie
mand van het koninklijk
huis. Daarbij hoop je na
tuurlijk dat alles loopt zoals
het door de organisatie is
bedoeld." De kroonprins
woont in de Seheldestad de
opening bij van het jubi
leumjaar van het Konink
lijk Zeeuws Genootschap
der Wetenschappen dat hon
derdvijfentwintig jaar be
staat. Van Marion is voorzit
ter van het genootschap.
In de openingsbijeenkomst
zal hij dinsdag het hoe en
wat van het genootschap
schetsen en aangeven wat
tegenwoordig zoal de activi
teiten zijn van de ruim vijf
tienhonderd leden tellende
club van wetenschappers.
De Utrechtse hoogleraar
W. W. Mijnhardt houdt ver
volgens een voordracht over
de begintijd van het genoot
schap.
Namens koningin Beatrix
neemt Willem Alexander
dan uit handen van Van Ma
rion een gouden penning in
ontvangst. Sinds de oprich
ting van het Zeeuws Genoot
schap in 1769 is deze telkens
uitgereikt aan de regerende
vorsten in Nederland die al
lemaal beschermheer of -
vrouwe van de Zeeuwse we
tenschappers waren. De eer
ste munt ging naar stadhou
der Willem V
De speciaal geslagen pen
ning toont aan één zijde de
godin van kunst en weten
schap Minerva, klaarblijke
lijk voor de kust van Vlissin
gen Calcar honos staat er
bij: de eer is een prikkel. Op
de andere kant van de munt
staan de zeven kunsten bij
elkaar op een rots. Non sor-
dent in undis is het toepasse
lijke bijschrift. Temidden
der wateren worden zij toch
niet verwaarloosd.
door Rolf Bosboom
Het lijkt een simpele kwes
tie, maar de provincie stu
deert er al enige tijd ijverig op.
Moet de bediening van de brug
gen en sluizen bij het Kanaal
door Walcheren centraal gaan
gebeuren of niet? De keuze is
blijkbaar niet zo eenvoudig,
want het eindrapport laat vol
gens de provinciale directie mi
lieu en waterstaat 'nog enige
maanden' op zich wachten.
De aanleiding tot de studie is
duidelijk- er moet bezuinigd
worden. Dus ligt het voor de
hand de personeelskosten terug
te dringen door de bediening
van de bruggen en sluizen te
concentreren, waarbij wordt ge
dacht aan het sluizencomplex in
Vlissingen als locatie. Nu zijn er
alleen géén brugwachters te vin
den op de Keersluisbrug in Vlis
singen en de draaibrug tegen
over het NS-station in Middel
burg. Die worden bediend vanaf
respectievelijk de Sloebrug en
de Schroebrug.
Voor de gang van zaken bij de
vijf bruggen en twee sluizen van
het kanaal heeft de provincie 29
mensen in dienst: zes brugwach
ters, zeven sluiswachters, acht
sluismeesters en acht 'vervan
gers' die op alle bruggen en slui
zen inzetbaar zijn en de open
plaatsen in de dienstroosters op
vullen. Los van de studie naar
centrale bediening wordt de
post bij de draaibrug in Oost-
Souburg in de loop van dit jaar
ondergebracht bij de Sloebrug.
omdat er twee formatieplaatsen
moeten worden ingeleverd Eén
daarvan is inmiddels door na
tuurlijk verloop opgelost; voor
de tweede wordt intern een op
lossing gezocht.
Dienstverlening
Volgens J.J. Dingemanse van
de directie milieu en waterstaat
is het moeilijk om alle gevolgen
van een centrale bedieningspost
in kaart te brengen. „Dagelijks
rijden zo'n 70.000 voertuigen
over de bruggen en daar moetje
degelijk rekening mee houden.
Onze belangrijkste zorg is een
mogelijke achteruitgang in de
dienstverlening. Nu kunnen de
brugwachters bijvoorbeeld zien
dat een trein vertraging heeft en
daar spelen zij op in Het wekt
immers irritatie als je na tien mi
nuten wachten voor de brug
even verderop voor de spoorbo
men staat. Dat kun je niet voor-
komen als je op een aantal mo
nitoren moet afgaan."
H. G. A. Jongepier, voorzitter
van de Middelburgse afdeling
van schippersvereniging Schut-
tevaer. geeft de voorkeur aan
een brugwachter ter plekke. ..De
ervaring leert dat bij centralise
ring altijd problemen ontstaan.
Vooral bij mist kunnen daar
voor zowel de scheepvaart als
het wegverkeer gevaarlijke si
tuaties ontstaan, doordat de
monitoren te weinig informatie
geven. Bovendien zal het ook
langer duren voordat een techni
sche storing is verholpen."
Grootste zorg
Volgens Dingemanse zal de
scheepvaart nauwelijks gevol
gen ondervinden van één cen
trale post. ..Onze grote zorg is
het autoverkeer Er zijn altijd
mensen, ook automobilisten, die
op het laatste moment, nog even
onder de bomen door kruipen.
Nu ziet een brugwachter dat
aankomen en kan hij ingrijpen
met een soort noodknop. Cen
trale bediening zou best eens
kunnen leiden tot een toename
van de onveiligheid. En wat mist
betreft: je loopt het risico dat ie
mand te laat de open brug in de
gaten heeft en door de bomen
schiet. Dat is toch een flinke
smak, Daarom hanteren we de
regel dat de brugwachter de
overkant van de brug nog moet
kunnen zien. Zo niet, dan gaat
de brug. centraal bediend of
niet, niet open."
TT eeft Gapinge zijn naam ontleend aan een gaper? Heeft IJzendijke iets met ijs te maken? Wie was
±1 die heilige Laurens naar wie dat Walcherse dorp is genoemd? Sommige plaatsnamen hebben
een duidelijke betekenis. Andere zijn lastig of zelfs helemaal niet te verklaren. In deze rubriek
PLAATSNAAM nemen Lo van Driel en Ad Steketee de namen van Zeeuwse plaatsen en wateren
onder de loep.
oorlog werd de sterkte door
Prins Maurits veroverd en latei-
is de fortificatie flink uitge
breid. Nog steeds is de omtrek
van de vesting zichtbaar, voor
al aan de noordkant van de
stad. De militaire betekenis
van IJzendijke was in de vol
gende eeuwen niet groot meer,
maar toch vonden in de acht
tiende eeuw de Fransen het no
dig de plaats te veroveren.
Zelfs nog in 1830 hebben gewa
pende Belgische opstandelin
gen de stad korte tijd bezet ge
houden. Daarna werd er een
tiental jaren weer een garni
zoen gelegerd. In onze tijd heeft
de plaats zich ontwikkeld tot
een bescheiden agrarisch cen
trum. Wie een paard nodig had
kon er ook goed terecht. IJzen
dijke mag zich sinds 1816 offi
cieel stad noemen, zoals het
vergane" Oud-IJzendijke in de
middeleeuwen.
In het gebied van de vroegere
gemeente IJzendijke zijn een
aantal interessante toponie
men te vinden. Eerst IJzendij
ke zelf, dat in de oude oorkon
den voorkomt als Isendica,
Isendike en Ysendike, spellin
gen die de uitspraak van de
naam in deze streek aardig be
naderen. Het eerste element -
dike spreekt voor zichzelf: dij
ken komen in deze omgeving
nu eenmaal vëel voor, zodat
het niet opvallend is dat het
woord in plaatsnamen ver
schijnt. Je vindt die toponie
men in Zeeland overal, van IJ
zendijke tot Scharendijke. Het
eerste stuk van IJzendijke
wordt meestal verklaard als
een vorm van de middeleeuwse
persoonsnaam Iso. Het zou dus
de dijk van Iso kunnen zijn. Die
naam vind je ook in de Vlaamse
plaatsnamen Izenberge en Ize-
gem. Er is ook weieens gedacht
aan een element ijs-, vroeger is-
met de betekenis 'snel stro
mend'. dat onder meer voor
komt in de riviernamen IJzer
en IJssel. Een waterloop met
deze naam is echter in
Zeeuwsch-Vlaanderen niet be
kend.
Wel een bekende waterloop is
de Passageule. die ook Linie
wordt genoemd. Tegenwoordig
is het een vrij smalle water
gang. die ten zuiden van Oost
burg en IJzendijke loopt in de
richting van de Braakman. In
de zeventiende en achttiende
Ipera Amsterdam en The Academy
'the Begynhof met i Orfeo van
kudio Monteverdi 11567-16431 Re-
t Jeroen Lopes Cordozo. decor Mel-
Hammer, kostuums Fons van
kaïj. muzikale leiding Roderick
iöir
coor Kees Cijsouw
J ieuwe hoop voor operalief-
hebbers buiten de Rand-
ad: de vorig jaar opgerichte
pera Amsterdam toert de ko-
nende tijd door het land met
'onteverdi's Orfeo. Zaterdag-
vond deed het gezelschap Mid-
elburg aan. op 27 januari is tij-
tns de toernee Terneuzen aan
beurt. Er is. gezien de Mid-
elburgse voorstelling, reden
ainig te zijn op dit verse aan-
»d aan cultuur: men krijgt
nalileit aan huis.
Irfeo ging de dag na nieuwjaar
tenslotte kwam ophalen was
van een formaat, dat de over
zichtelijke maten van de
Schouwburg bijna te boven
ging. In kostuums en decors was
over de hele linie sprake van een
soort geraffineerd primitivisme
- het sprak uit de kruising tus
sen roei- en zeilkar van de boots
man Charon evenzeer als uit de
aan vleeshaken opgehangen
netten met de doden in het Rijk
van Plutone.
In muzikaal opzicht werd er
voortreffelijk werk geleverd. Het
gold voor Marcel Reijens (Orfeo)
en nog sterker voor Hieke Mep-
pelink als La Musica/Euridice.
voor Willem-Jan van Deuveren
als eerste Pastore. Paula de Wit
als de aankondiger van Euridi-
ci's dood. de verrassende coun-
kunst
«première, kort dus na het drie-
onderdvijftigste sterfjaar van
(onteverdi. Alleen al daarom
de keuze zinvol, maar Orfeo
5 In de muziekgeschiedenis bo
vendien niet zo maar een opera.
SWkt genomen is het verhaal
Eerdichter en zanger Orfeo, tot
jhet dodenrijk op zoek naar
igeliefde Euridici] niet de eer-
opera. Toch is juist Orfeo
i07) in historisch perspectief
rijze van spreken 'de moeder
p alle opera's' door de emotio-
lading, die Monteverdi mu-
en personages meegaf. Zo-
Kurt Pahlen ooit kernachtig
Weerde: „Voor Monteverdi is
tt drama de basis, de muziek
H middel om het drama zo
?*d mogelijk recht te doen."
6 bleek Orfeo ook zaterdag-
?ond niet door de tijd achter-
5ald. Dat kwam mede door de
ifentieve manier, waarop de
vorstelling gestalte kreeg. Ope-
lAmsterdam benaderde Orfeo
sde 'verwerking van een rouw-
foces' en dat bleek, in decor.
Stuums en belichting, effectief
!ajn uitgewerkt: groen, zwart
l donkerblauw overheersend.
geliefden in contrasterende
Site tinten.
holde ook een reeks wonderlij-
t middelen van transport over
podium van de Stads-
piwburg - allemaal tra-
aderen. die in omvang groei-
het rad waarmee de god
wllo zijn uitverkoren zanger
tertenor Peter Rombouts als De
Hoop en Gert-Jan Alders als de
nachtzwarte bootsman Charon.
Bovendien zong het op kamer-
muzikale sterkte bezette koor
van herders en nimfen trefzeker.
Het zag ook kans de trage plek
ken in de handeling regelmatig
weg te spelen. De twee zwakkere
momenten in de voorstolling de
den zich naar mijn indruk vlak
na de pauze voor. toen er eerst
wat tijd nodig was om een dip in
de concentratie weg te spelen
en vervolgens, toen Orfeo's 'blik
achterom' onvoldoende drama
tisch werd verbeeld.
Van allure tenslotte was The
Academy of the Begynhof: een
ensemble in een kleine bezet
ting. maar onder leiding van
Shaw met aplomb musicerend.
Daarbij bleek de klankkleur van
oude. authentieke instrumenten
(zowel strijkers als blazers, zowel
luit als regaal kruidig en gediffe
rentieerd. Ik heb neiging tot enig
wantrouwen bij stellige formule
ringen zoals Shaw die in zijn toe
lichting hanteert: 'Een uitvoe
ring op moderne instrumenten
zou dan ook onherroepelijk in
hoge mate afbreuk doen aan de
bedoelingen van de componist'.
Het zij royaal gezegd: hij bracht
zijn visie wat mij betreft in de
zeer goed bezette schouwburg
overtuigend in praktijk.
Opera Amsterdam: dat kon wei
eens een verrijking voor Rand
stad èn provincie worden.
door Mariëtte Woudenberg
SINOUTSKERKE - Je ogen
stralen als sterren, je mond is
als een bloeiende roos. Van
dat soort flauwe teksten hou
den de jongens van de Zuidbe-
velandse rockgroep Du Drief
stang dus niet. Als zij het lief
despad betreden, zingen ze:
'Fuck you op het peeland. fuck
you op de grond. Fuck you in
the mispit, midden in de
stront.'
Du Driefstang - Zuidbeve-
lands voor De Drijfstang - be
staat uit André Vink (gitaar).
Emile Janse (zang). Albert de
Jonge (basgitaar) en Mare No-
teboom (drums) De eerste de
mo van de groep wordt vrijdag
28 januari officieel gepresen
teerd m De Klomp te Óvezan-
de. Met de demo willen de he
ren bewijzen dat ruige rock
geen noten nodig heeft. „We
kunnen niet spelen, maar wel
goede muziek maken.
De band bestaat sinds 1990
Het plan om een groep te vor
men. borrelde op tijdens een
autorit van André. Emile en
Albert. André: „We hadden
geen cassettebandje bij ons.
daarom zongen we zelf wat
nummers. We verzonnen va
riaties op die reklametekst
van Venz hagelslag. Daar had
den we bar veel lol in. dus be
sloten we zelf een band te vor
men."
Met een portie bluf lukte het
bijna direct optredens te boe
ken. „Voordat we één noot ge
speeld hadden, verkochten we
vijftig t-shirtjes met de naam
van de groep. Daardoor leek
het net alsof we al een heleboel
fans hadden. We kregen gelijk
een paar aanbiedingen." Na
veel oefenen - 'zéééker drie re
petities' - beklom het viertal
tijdens hun debuut het po
dium van de Lewedorpse soos
Hoewel ze geen wijs konden
houden, was succes verzekerd:
de groep bleek goed voor drie
kwartier rock en lol,
Na die eerste keer volgden ze
ker twintig optredens in de re
gio. Met hun recht-voor-z'n-
raap-teksten verwierf de groep
een reputatie. Net als met acts
als een condoom over het
hoofd trekken en een orgasme
tussen twee gitaren naboot
sen. Emile: „We worden zelfs
herkend op straat Na een op
treden loop ik weieens door de
stad. Dan hoor ik geregeld ie
mand achter me rug fluiste
ren- hé kijk. da's die dikke van
Du Driefstang.'
Demootje
Het leek onmogelijk, maar
toch sloop de sleur in. De
bandleden stonden op het
punt te stoppen. Ze besloten
eind vorig jaar ter afscheid
'even' een demootje op te ne
men. De rockformatie knalde
in een avondje tien puur Zuid-
bevelandse toppers op band.
waaronder splinternieuwe
nummers als 'Eenzame Man'
en 'Zatte Boeren'. De opna
men verliepen gladjes. Zo
gladjes zelfs dat de vier weer
nieuwe zin kregen.
In de komende maanden zal
Du Driefstang daarom weer
ouderwets toeren met een wa
gen vol instrumenten. Albert
kan het prikkeldraad op z'n
basgitaar - 'gewone snaren
springen kapot - weer strak
draaien. Emile mag zich uitle
ven op eigenzinnige hoog
standjes als 'Peetied' ivoor
niet kenners: bietentijd):
'Slik op de weg loof op 't land.
Peetied in zuudbeveland
De rooier stit a bie d'n dam
di kommen ok de karren an
me op het veurood ivat een pech
Di zakt. ineens die karre iveg.
Een oop geschreeuw, vee gevloek.
Dat eurje goed in eel d'n oek.
eeuw was het een verdedigings
linie. Vóór die tijd was het een
smalle zeearm, die het moge
lijk maakte vanuit zee via het
Zwin en het toen bestaande Co-
xysche Gat (ten zuiden van
Oostburg) naar IJzendijke te
varen. Passageule is eigenlijk
een 'dubbelop'-benaming,
want 'geul' is al waterloop en
'pas' heeft een verwante bete
kenis. Het duidt op een nauwe
doorgang tussen twee eilanden
of ook wel twee zandbanken. Er
is bijvoorbeeld in de Wester-
schelde een Pas van Terneu
zen.
De Passageule was op enkele
plaatsen met schansen ver
sterkt. Twee van die redoutes
heetten Groot- en Klein-Tur-
keyen. Turkeye is nu nog een
buurtschap tussen IJzendijke
en Waterlandkerkje. De namen
van de schansen lijken wat
merkwaardig in dit gebied.
Misschien moeten we die zien
als een grap van de vroegere
geuzenbezetting van de fortjes.
Deze lieden voerden namelijk
als leus in hun strijd tegen de
Spanjaarden 'Liever Turks dan
Paaps'. Ze noemden nu met
spottende fierheid hun vesting
Turkeyen, waarmee ze het sys
teem van de geuzennaam toe
pasten, door iets negatiefs in
gunstige richting om te buigen.
Het aardige is. dat dit eerder
gebeurde en wel met de naam
'geus' zelf. wat oorspronkelijk
'schooier' betekende.
'Liever Turks dan Paaps'. Je
hoort dat tegenwoordig toch
niet veel meer in de buurt van
IJzendijke.
IJzendijke, zoals weergegeven
op de Visscher-Romankaart
uit de zeventiende eeuw.
De Driefstang brengt eerste demo uit
Mare Noleboom, Albert de Jonge, André Vink en Emile Janse (v.l.n.r) van Du Driefstang hebben er sinds het opnemen van hun
'afscheidsdemo' weer lol in. foto Willem Mïeras
door Ad Steketee
en Lo van Driel
Uzendijke ligt in de polder
terzijde van de grote weg
tussen Breskens en Terneuzen.
Is dit eigenlijk een stad Mo
gelijk niet volgens sommige
definities, maar wel voor de
gewone bezoeker, die geen
strenge eisen stelt aan gege
vens over inwoneraantal of
bezigheid van de beroepsbe
volking. Als je op het centrale
marktplein staat en je kijkt
om je heen, dan is het aspect
onmiskenbaar stedelijk.
Kleinschalig natuurlijk, maar
toch. Bovendien heeft IJzen
dijke ooit stadsrechten gekre
gen, zeer waarschijnlijk zelfs
twee keer.
'Meester' Cornelis heeft in zijn
boek 'IJzendijke oud en nieuw'
gesignaleerd, dat er geen pre-
cies jaar is aan te wijzen, maar
dat het zeker is dat de neder-
zetting al in de twaalfde eeuw
een 'keur' ontving, waarmee de
stedelijke rechtspositie offi
cieel werd bevestigd. De stad
maakte een gunstige ontwik
keling door in deze periode en
was zelfs lid van de 'Vlaamse
Hanze van Londen', een han
delsverbond van onder meer de
steden Gent., Brugge, Sluis en
Oostburg. Vooral de wolhandel
was zeer profijtelijk. Maar als
zo vaak, keerde het gunstig
economisch getij door een paar
verwoestende stormrampen.
Weggevaagd
De Sint-Elisabethsvloeden
tussen 1404 en 1424 verander
den de situatie in Zeeuwsch-
Vlaanderen radicaal. Waterlo
pen tussen de eilanden waaruit
het gebied toen bestond wer
den verbreed en uitgediept en
veel polders verdwenen totaal.
Biervliet werd een klein eiland
je en de stad IJzendijke werd
zelfs geheel weggevaagd. In de
Tachtigjarige Oorlog legden de
Spanjaarden wat zuidelijker
een veldverschansing aan, die
de kern is geworden van het
nieuwe IJzendijke. Tijdens die
■ÜÜJIIIHI
Wordt het bedieningshuis van de Middelburgse Schroebrug over
het Kanaal door Walcheren overbodig? foto Lex de Meester