len avondje café met live-muziek I Vogels negeren broedpatronen Trekpaard is nog steeds bruikbaar een Engels, want ik droom toch ook in het Nederlands Bl0f staat voor: spelen met woorden, muziek, beelden provincie Ixtiesfestival in Vlissingse sporthal Jynte Hoekstra lat is er nog een ruimte hier /vooraanIk begrijp best ije eerst tien pilsjes achter- [r moet slaan voordat je [ft te dansen, maar dat moet .geen probleem zijn in tien ivijftien minuten? De zanger het Duo Top 100 kijkt ver leid vanaf het podium naar tapende gat van zo'n zestien |r ,iai hem scheidt van de Istafel. Tussen hem en de „icus bevindt zich welge- één prullenbak, maar die nog niet erg meedoen op de ziek. de kwaliteit van het duo ligt niet. Het sixtiesfestival in singen. dit j aai' voor de twee ter in sporthal Baskens- is eenvoudigweg nog niet gang om half negen in de md. Een kleine tweehonderd nis komen"opdagen, maar zit ankerd in een serie witte ostoelen in de beste Holland traditie. De koppen koffie n vlot over de toonbank, arde tap staat nagenoeg stil. vallend is de diversiteit van publiek. Moeders en doch- gaan gezusterlijk aan e'i- rsarm een avondje stappen, geworden rockers laten zich nog een keer van hun beste kant zien. Veel bezoekers van achter in de twintig en begin dertig zijn er, de generatie die veel num mers uit de roemruchte periode kent maar die de sixties net niet protesterend meemaakte. En een opmerkelijk aantal jongeren vertoont zich toch ook op het festival. Rond achthonderd be zoekers druppelen in de loop van de avond de sporthal Baskens- bui'g binnen, ongeveer vier keer zoveel als de avond ervoor. Echte muziek „Dit is pas echte muziek", vindt Richard Notebaart (15). „House muziek kan iedereen maken als hij een synthesizer in huis heeft. Voor rock 'n' roll moetje toeval lig wel een instrument kunnen spelen." De populairste muziek soort van dit moment kan wei nig goedkeuring wegdragen bij Richard, evenals bij zijn maat Daniël van Bloppoel (16). „House draaien veel mensen al leen om erbij te horen. Maar na twee.weken ben je zo'n plaat on wijs zat. Deze muziek bestaat al dertig jaar en het is nog steeds goed." Overigens is Daniël niet erg te spreken over het gebodene van de avond ervoor. „Armand was nog wel leuk, maar Wally Tax zat zo onder de drugs dat er niks behoorlijks meer uit kwam." Ook over de tuintafels-en-stoe len die achter in de zaal staan opgesteld is hij niet bijster en thousiast. „Dat daar achterin is niks. Ze hadden het hele zaakje naar voren moeten halen, want iedereen zit daar gewoon op z'n stoeltje." Dat de sporthal niet het gezelligste oord op aarde is, vindt hij niet zo erg. „Toen het nog in het Arsenaal gehouden werd, was het veel gezelliger. Maar ja, je kan niet alles heb ben." Desondanks vinden Daniël en Richard de avond 'nu al leuk'. Duo Top 100 heeft de meeste nummers erop zitten en speelt bepaald niet slecht. De sfeer is echter nog steeds iets van een verveeld bruiloftsgezelschap dat wacht op bruid en bruide gom. De dansvloer is nog ang stig leeg. Veel mensen tikken op tafelrand of op been de maat mee en fluisteren de tekst mee, de kriebels zitten ook wel in de benen, maar de stoel zit nog vastgeplakt aan het achterwerk. Blijkbaar is er meer nodig voor een gang naar het podium. De volgende act misschien? Zowaar: de volgende act brengt leven in de brouwerij. Henk Hut van café De Hoppit kondigt ze aan: „Oké, jongens. De Bin- tangs." Het toverwoord is ge sproken. Massaal verheft de me nigte zich en staat voor het po dium. Een enkeling danst zich warm aan de zijkant, als een re servespeler die elk moment kan invallen. De meesten houden voorlopig echter beide voeten stevig op de grond bij het geweld van de Nederlandse rock 'n' roll- muziek. Het optreden van de Bintangs lokt nog niet iedereen op de dansvloer. Een tienjarig jongetje kijkt, staande op zijn stoel, van een veilige afstand naar het spektakel en een bezoeker van rond de vijftig jaar beziet het schouwspel als een veldheer. Andere ietwat bedaagdere six- ties-liefhebbers maken een ron dedansje op de vierkante meter, maar sommigen storten zich vol overgave in het strijdgewoel, zo als A. Lodder (50). „Ik moest wel mee, want een vriend had kaartjes gekocht", zegt hij bijna verontschuldi gend. „Ik vind het ook wel goed om weer eens de deur uit te gaan, want voor je het weet zit je op je enige vrije avond voor de buis. Langzamerhand krijg je het steeds drukker en dan begint een avondje naar de kroeg er bij in te schieten. Ik moest gewoon weer eens ergens heen, anders kom ik nergens meer. En reken maar dat ik straks nog ga dan sen." Voor Henk Hut, een van de orga nisatoren van het sixtiesfestival, is juist dit soort overwegingen een reden om elk jaar het festival te organiseren, „Kijk. wij zien hier vanavond mensen verschij nen die zo goed als nooit meer in een café of kroeg komen. Dat was nou net onze bedoeling. We wilden hier, net als in de jaren zestig, een groot café maken. Mensen moeten niet komen voor een band, maar bij live-muziek van diverse bands lekker kun nen kletsen. Je ziet dat heel veel mensen hier nu hun sociale con tacten weer eens aanhalen. Veel van hen komen elkaar nauwe lijks tegen, omdat ze inmiddels bijvoorbeeld een andere stam kroeg gevonden hebben. Van avond komt alles weer bijeen en daarover zijn we best tevreden." Over de publieke belangstelling- heeft hij gemengdere gevoelens, zeker over de schamele twee honderd liefhebbers van de vrij dagavond. „Voor zo'n aantal kun je een dergelijk festival nau welijks organiseren. Waar het aan ligt dat de mensen niet ko men? Ik heb al horen klagen dat er te weinig ruchtbaarheid aan gegeven is en dat de sporthal te ver uit het centrum ligt, Maar de mensen denken te veel terug aan de periode dat het festival nog in het Arsenaal was. Dat was na tuurlijk een unieke plek. maar dat moet je nu gewoon verge ten." Hoe lang het nog mogelijk is een sixtiesfestival te organiseren, weet Hut niet. „De bands uit de jaren zestig beginnen uit te ster ven. Misschien moeten we lang zamerhand naar een seventies- festival toe." Voorlopig zijn de sixties echter nog goed voor ruim voldoende publiek. Dat blijkt als rond half twaalf de Au stralische band The Easybeats ('Friday on my mind') een vrolijk dansende massa op de been weet te krijgen. Ieder op zijn ei gen manier: van de bedaagde veertiger die bijna zover gaat de blauwe blazer te laten voor wat 'ie is tot het veertienjarige ventje dat de eerste voorzichtige pogin gen tot 'stage-diving' doet. Dit is pas echte muziek! ibliekslaat dan wel voor het podium, de voeten blijven nog stevig op de grond bij het geweld van de Nederlandse rock 'n' rollmuziek. fotografie Ruden Riemens MAANDAG 13 SEPTEMBER 1993 door Marco van Barneveld Vraag het een willekeu rige boer en hij zal zeg gen dat de man achter het paard de belangrijkste fac tor is bij het omploegen van land met trekpaarden. Ad Phernambucq, secretaris van Stichting Het Werkend Trekpaard Zeeland, meent echter dat de perfecte com binatie van paard, man. en materiaal de doorslag geeft. Zaterdag 18 september kun nen toeschouwers bij een demonstratie ploegen door trekpaarden zelf bepalen hoe het komt dat de één kaarsrechte voren van gelij- minder. Terwijl de trekpaar den-technologie hoog ont wikkeld en daarom zeer bruikbaar is." Phernambucq ziet vooral mogelijkheden voor trek paarden in Afrikaanse lan den. Regelmatig lopen stu denten van de landbouwuni versiteit in Wageningen bij zijn stichting stage om ver volgens in Afrika boeren de kunst van het ploegen met paarden bij te brengen. „Vooral voor kleine bedrij ven is die methode veel voor deliger dan werken met trac toren", aldus Phernambucq. Bij de laatste demonstratie van het Werkend Trekpaard, twee jaar geleden, won Adri Verhage uit Serooskerke het provinciaal kampioenschap. Ook ditmaal zal hij het strijdtoneel betreden, om zijn titel te verdedigen. ke diepte en breedte trekt, terwijl de ander hier en daar een steekje laat vallen. Zes spannen paarden zullen zich bij de Blauwedijlc in de Wilhelminapolder nabij Goes inspannen om zo mooi mogelijk te ploegen. De menners zijn allen medewer kers van de stichting, die zo'n vijfjaar geleden is opge richt tot behoud van de trek paarden-traditie. Phernam bucq: „Mensen die nog op deze manier werken - en in Zeeland gebeurt dat nog bij een stuk of twintig kleine be drijven - worden steeds ou der en het worden er allengs Ad Phernambucq. Zeeuwse batids die Nederlandstalige popmuziek maken, daar zijn er niet zo veel van. Aan slaande vrijdag treden er twee - Bl0f en In geval van nood- op in de Walk-Inn in Vlissingen. Zingen in je moerstaal; het lijkt zo voor de hand te liggen, maar tvat beiveegt muzikanten het ook werkelijk te doen? Twee profielen. [Jn geval van nood: muziek en tekst vormen eenheid ■EIOI ■esU'J1 certify loor Ernst Jan Rozendaal In geval van nood - Neder landstalige pop staat op de roze omslag van hun demo. Verder twee Vlissingse tele foonnummers, waarboven een Kwartje is geplakt. „Dat is de blikvanger", zegt zanger/toet senist Frank Engels. „Maar als je liet eraf peutert, staat er nóg een telefoonnummer onder: 06- 11. Een beetje cynisch. Zo van: iln geval van nood, dan maar een Nederlandstalige band 'bellen. Maar wel een kwartje erbij, anders doen ze het nog [hiel." Drammer Joost de Waal doet >g een schepje bovenop: kwartje zorgt ervoor dat mensen de cassette niet weg gooien, Nederlanders niet, ten minste." |De twee bandleden van In ge- j'alvan nood (verder bestaande juit Leon Caron - zang, Bob Enijnenburg - bas, Patricia de jMeulmeester - saxofoon en |ferry Spier - gitaar) schertsen, want in werkelijkheid hebben ze over het reilen en zeilen van bun band niet veel te klagen. Binnen een jaar nadat ze hun Engelstalige covers in de prul lenmand gooiden en overstap ten op een Nederlands reper toire komen ze met een demo bieklinkt als een klok. Daarop vonden vier van de elf num mers die ze tot nu toe schreven een Plaatsje. Allemaal prima den ze. Omdat het publiek alles kan verstaan, wordt het ge dwongen aandachtig te luiste ren, met het gevolg dat dingen die niet kloppen eerder worden opgemerkt. „Bij veel bands zijn de teksten ondergesneeuwd door het muzikale geweld. Voor een Engelse band is het niet zo erg als ze onverstaan baar zijn, voor ons is het een re gelrechte ramp", aldus De Waal. „Het is ook belangrijk bij het arrangeren", vult Engels aan. Hij is verantwoordelijk voor de teksten en vrijwel alle muziek Toch een voor de hand liggen de vraag, Waarom zingen ze in bet Nederlands? „Als iemand m wil weten, moet ik altijd meuken aan een kreet die Joost slaakte toen ik in de oefenruim- 10' te voorstelde dat we voortaan - m het Nederlands zouden gaan jjji zuigen", vertelt Engels. „We ^arentoen nog één van de vijf- "g Zeeuwse bands die cover- Bos spelen. Hij zei: 'Ik heb er Soon moeite mee. want ik worn ook in het Nederlands.' En zo is het. Waarom zou je ^ooilijk doen met Engelse tek sten. als je sinds je geboorte al eigen taal tot je beschik king hebt?" Kwetsbaarder on Nederlandstalige band _J lz'cl1 kwetsbaarder op. vin- I*1 van In geval van nood. „Muziek en tekst moeten een eenheid vormen. Als ik zing dat ik droef ben, moet de muziek ook droef klinken. Het nummer 'Regel maat' is daar een perfect voor beeld van." Alles moet gestmktiireerd geregeld en verantiooord zijn Alles ongeïnspireerd, berekend en afstandelijk zijn Het Jeugdjournaal, Sesamstraat, Studio Sport, Nova laat. de ochtendkrant,je huisje baan, joggen op zondag, de stand van de maan 's Ochtends stond hij op en loenste dat het middag was de prikklok wachtte ongediddig. dus marcheerde hij braaf in de pas Koffie om half elf, de schaft van twaalf tot half één zo bouwde hij zijn leven op, dag na dag, steen na steen „De muziek bij dit nummer is zo monotoon mogelijk. Mensen die niet naar de tekst luisteren, zeggen dat 'Regelmaat' een heel saai nummer is. Dat klopt, dus dan hebben ze toch goed geluisterd." In de rustige nummers van De Dijk, daar zijn muziek en tekst ook prachtig verweven, vindt Engels. En die groep straalt ook emotie uit, een voorwaarde voor goede muziek. Maar beïn vloed? Nou misschien door Harrie Jekkers van Het klein orkest of Ivo de Wijs, twee 'woordkunstenaars'. De Waart, schaterlachend: „Frank komt wel eens met teksten en ideeën die wat cabaretachtig zijn. Maar dan zetten wij er een goeie dreun achter, dan lijkt het nog iets." Hun muziek omschrijven ze als pop, maar zelfs dat begrip is nog iets te eng, meent Engels. „Bij een optreden merken we soms dat kinderen van veer tien ons te gek vinden, maar een vriend van me heeft een bandje aan zijn moeder gege ven. Die is tachtig en vond het ook prachtig. Zo breed willen we ook zijn. Dus pop? Het liefst zou ik het gewoon muziek noe men," Blöf met (vlnr) zanger/gitarist Pascal Jakobsen, bassist/zanger Peter Slager, pianist/zanger Bas Hennis en drummer Henk Tjoonk. Nederlandstalig roek-collectief uit Zeeland: In geval van nood. foto Ruben Oreel door Frank Balkenende Nee, niet weer De Dijk! Van die wederkerende asso ciatie worden de heren van Blöf nu echt een beetje moe. Kan zanger Pascal Jakobsen het helpen dat Dijkhoofdman Huub van der Lubbe hem zo sterk gelijkt in klank en kleur? d'Accord, maar is het ook toe val dat Blöf zo'n hoog polder- rock-gehalte heeft, dat sprake lijkt van een heimelijk ver bond tussen The Scene, De Dijk en Frank Boeijen? „We spelen de liedjes eerst op ver schillende manieren en kiezen dan de beste vorm. Dat de structuur en de klank vervol gens aan bekende bands doen denken, is geen opzet. Het gaat onbewust", verweert Pascal zieh. Genoeg vuur aan de schenen. De vier Zeeuwen van Bl0f ma ken gewoon luisterrijke liedjes met schwung. „Het is swoeng, meneer." In hun moerstaal dus. Niet draaien, als je geen kippevel blieft! Lachen om haar schoonheidI Oogverblindend, hard en zacht En ik val voor al haar charmes /En haar allerzwakste kracht (De duivel in liet bloed De genius achter de strofen is bassist Peter Slager, de aan stichter van het Blöf-project. „Ik wilde al langer Nederlands talige rock maken. Ik dacht: wat De Dijk en The Scene kun nen, kan ik ook. Klinkt arro gant, maai' die richting moest ik op; wilde ik iets vertellen." Kritischer Toen hij teksten ging schrij ven, ontdekte Peter dat hij zich beter in het Nederlands dan in het Engels kan uitdrukken. „M'n bedoelingen komen beter over. Je wordt wel kritischer. Met Engels kun je sjoemelen, je propt er hier en daar wat flau wekul tussen. Als het lekker rijmt, valt het niemand op." Peter heeft een plus: hij stu deert Nederlands. Taal houdt, hem echter al lang bezig. Hij schrijft brieven, verhalen, ge dachten. Thema's diept hij op door om zich heen te kijken. „Zoals ieder kritisch mens. Dan zie je dat de wereld vaak een puinhoop is." Hij heeft ook een neoromantische inborst, een voorkeur voor de donkere kroeg, onbereikbaar geluk, een mild sarcasme. Hij weigert zichzelf te sparen. „Ik schrijf ook dat ik me soms een lui voel." Ik vind mezelf terug/Op een heel vervelend feest In een onbekende kamer/Waar ik nooit eerder ben geioeest Toch ga ik hier niet weg/Mijn benen wegen zwaar als lood En ik blijf hier dus maar zitten Ach, ik ga wat moeilijk dood (Moeilijk Dood) Het luchtige arrangement heft de somberheid in Moeilijk Dood op, al vindt zanger Pas- cal het persoonlijk toch een nuchter nummer. „In mijn ogen gaat het gewoon over een saai partijtje. Zing ik 'Moeilijk dood, een zinkend schip ver laat ik pas laatste', dan bete kent het voor mij dat ik tegen beter weten in blijf plakken." Toch zijn de strofen voor veler lei uitleg vatbaar. Een kennis van Peter betrok het op haar pas beëindigde relatie. „Voor haar is het zinkend schip een metafoor voor scheiden." Dat het publiek zijn teksten ver schillend ervaart, noemt hij een compliment. Als gedreven mqsicus/schrij- ver, is Peter verrukt wanneer Bipf verdriet en humor weet te .verenigen. Op dit punt is Ran dy Newman zijn grote inspira tor. „Humor is een raadsel, het is mooi, maar moeilijk vind baar. We doen een-poging door onder een melancholische tekst een vrolijke ritme te stop pen. Je krijgt dan een verschil tussen vorm en inhoud en dat geeft die bijzondere spanning. Als het lukt, wordt het onder werp des te schrijnender Ik hang aan het biljart van de ze donkerbruine kroeg En langzaam ivordt het licht/is het nog laat of ahoeer vroeg Het is stil op straatlde barman spoelt, de glazen om Jij drinkt nog een bierIen ik zie al het rechte krom (Laatste Ronde Spelen met woorden, muziek, beelden, dat is Bldf ten voeten uit, waarbij muzikaal egoïsme verboden is. Als kan worden volstaan met pianobegeleiding- zoals in De Laatste Ronde, het meeslepende titelnummer van de live opgenomen demo, kermt geen der muzikanten. Drummer Henk Tjoonk: „We zijn een collectief, spelen in dienst van muziek en tekst. Daarbij streven we naar dyna miek: van heel zacht tot bikkel hard. Dat is de kracht van Bl0f." Pascal vult aan: „Het Nederlandstalige is ons han delsmerk: de tekst moet te ver staan zijn. Dat lukt niet als je voortdurend blaast." En pretenties? „Ach", zegt Pe ter, „gewoon mooie toeganke lijke liedjes maken. Succes komt als het komt." door Ben Jansen Is het een mismaakt zebrapad, een overbodig' parkeerter rein, een landingsbaan voor ul tra lichte vliegtuigen of heeft hier iemand het afsluitende werkstuk van de cursus Crea tief met Schelpen gemaakt? Het streeppatroon op de noordelij ke aanzet van de stormvloedke ring Oosterschelde roept veel vragen op. In elk geval trekt het aandacht. De banen lichte en donkere schelpen naast de weg zijn be dacht door het bureau voor landschapsarchitectuur West 8 uit Rotterdam. Dit bureau heeft in opdracht van Rijkswater staat een plan gemaakt voor de landschappelijke en natuur- technische afwerking van delen van de Oosterscheldekering. De landschapsarchitecten wa ren niet mild in hun oordeel over de toestand die ze aantroffen. „De gang van zaken bij de af bouw van de kering heeft gere sulteerd in een chaotische ruim telijke situatie, waarin de kwali teit van de Oosterschelde niet goed beleefbaar is", stelden ze vast. En: „Bovendien wordt de leefbaarheid van dit unieke wa terbouwkundige werk aange tast door de restanten van zand- depots, opslagterreinen en de •grillige waterlijn." Gelukkig wisten ze raad. Ze op perden de damaanzetten aan weerszijden van de kering en het eiland Roggenplaat te bedek ken met schelpen. Het resultaat zou tweeërlei zijn: de schelpen- vlakten zouden een mooi broed gebied voor kustvogels zijn en door verschillende soorten schelpen te gebruiken zou een boeiend patroon kunnen wor den gemaakt. Het plan voorzag in een dambord-patroon op Rog genplaat en strepen op de da maanzetten. Van de ideeën van West 8 is tot nu toe maar een klein deel uitge voerd. Alleen de strepen aan de oostkant van de damaanzet op Schouwen zijn aangelegd. Ook aan de westkant hadden schel- penstrepen moeten komen. Het resultaat had een rechthoek met strepen in de lengterichting moeten zijn. waardoorheen de bocht van de weg loopt. M. Bakker, medewerkster na tuur en landschap van Rijkswa terstaat in Zeeland, weet niet of het ooit zo ver zal komen. Ze is nog steeds gecharmeerd van het plan van de landschapsarchitec ten. Bakker: „Je krijgt algauw zo'n geijkte afwerking van dit soort gebieden. Gras en een paar;; bomen of misschien een poeltje. - Dit is weer eens wat anders," Z Nadelen Er zitten alleen een paar nadelen aan deze methode. Schelpen in de hoeveelheden die voor de uit--' voering van het hele project no dig zijn, blijken toch een prijzig!! materiaal te zijn. Ook moet er nogal wat onderhoud aan wor den gepleegd. Of het nu komt." omdat een onderlaag van folie ontbreekt of omdat de schelpen! zuinig dun zijn gestrooid, in het; proefvlak aan de Schouwse kant- van de stormvloedkering heb-!, ben nogal wat wilde planten zich; op de schelpen gevestigd. Door die begroeiing dreigt het', strepenpatroon op den duur gro tendeels te verdwijnen. Dat doet- niet alleen afbreuk aan het vi-.. suele effect, een begroeid schel- penveld spoort ook niet met de. bedoeling kustvogels er een broedterrein te bieden. Vogels als grote stern, visdief, dwerg- stern, kluut en strandplevier maken hun eenvoudige nesten bij voorkeur op kale vlakten. waarom zo? 'I I I I i I I I Tussen planten voelen ze zich niet op hun gemak. Het is onduidelijk of de ongewil de begroeiing van de schelpen- strook er de oorzaak van is, of de ligging van het terrein pal aan de weg, maar broedende sterns, vis- dieven, kluten en strandplevie- ren zijn nog niet gesignaleerd. Ze hebben het bordje 'Broedge bied' hooghartig genegeerd. Slechts wat scholeksters heb ben er voor nakomelingschap gezorgd. Die zijn op de schelpen- strepen natuurlijk ook welkom, maar deze soort kan op genoeg andere plaatsen in het Deltage bied terecht. Rijkswaterstaat beraadt zich binnenkort over de vraag hoe het verder moet met de afwer king van de damaanzetten. Doorgaan met de schelpenpa tronen of een andere oplossing kiezen? De landschapsarchitec ten van West 8 worden er waar schijnlijk weer bij betrokken. De bouw van de stormvloedkering was iets bijzonders, de afwer king mag ook wel opmerkelijk zijn. is nog steeds de redenering. Omdat er nogal wat wilde plantengroei is op de schelpenstrepen aan de voet van de kering, laten veel vogels de broedplaatsen voor watzezijn. foto PieterHonhoff m'

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1993 | | pagina 27