pzc
let spoor van Charlie Company
Roemeense landbouw nationale ramp
Bangkok moet op
een andere plaats
worden herbouwd
Onderwateroever
beschermt duinen
reportage
A
loedbad in My Lai kostte 516 Vietnamezen het leven
art
DONDERDAG 18 MAART 1993
Of Ben Maandag
n van de dieptepunten in de
rlog van de Verenigde Staten
en Vietnam was het op 16
art 1968 aangerichte bloed-
jinMy Lai. De plaats waar 25
r geleden ruim 500 weerloze
itnamezen werden afge-
cht. is tegenwoordig een van
locaties die worden aange-
door toeristen die naar
jtnam gaan en daar ook het
rlogsverleden opzoeken. In
Lai dwingt de sfeer tot goed-
jien, tot excuses, ook al ben
liet bij het bloedbad betrok-
geweest.
nuit Quang Ngai rijd je over
keersweg 1 naai' het noorden.
,een lange brug sla je rechtsaf,
die kant op is het echt, in de
rtting van dat onduidelijke
rdje. De weg is vrijwel on-
raanbaar. Woestenij. Modder
den. De roodbruine kleur van
zandweg of wat daarvoor
oet doorgaan, doet pijn aan de
en in het felle zonlicht. Links
rechts scheuren Vietnamezen
fietsen en brommertjes voor-
behendig langs de plassen
iommend. Verbaasde gezich-
Nieuwsgierig gelach. Heb je
weer een paar die daar willen
ken.
t daar, zo'n twaalf kilometer
itsen en hobbelen verderop, is
'Lai. Nog altijd synqniem met
rlogsverschrikking, volkeren-
lord, uitroeiing, het ergste wat
je bij krijgsgeweld kan voor
dien. Synoniem met Lidice,
ityn, of, vandaag de dag, wie
«tvvat voor plaatsen in Joego-
vié.
groeit weer rijst in My Lai.
touwen zetten op de drassige
stvelden de jonge plantjes uit,
tover hun enkels in het water,
monder de konische bamboe
ten hoeden, symbool van
;tnam, wordt gewezen naar
buitenlandse bezoek,
n beschilderde poort vormt
ide toegang tot My Lai. in het
itrict Son My. De kleuren van
t schilderwerk, voortbrengse-
van de fel realistische, door
regime voorgeschreven
mst, zijn flets geworden en
idderen hier en daar af. In be-
heiden letters is de datum ge-
hilderd, de datum die My Lai
n plaats in de geschiedenis
116 maart 1968.
harlie Company
n gewone morgen. Dat was
t. toen ook. Vroeg nog, rond
nuur of acht. De Charlie Com-
Dit beeld in My Lai herinnert
aan de verschrikkingen van 16
maart 1968.
pany van de speciale gevechts
eenheid Barker, genoemd naar
de bevelhebber, was net geland,
vlakbij My Lai. Er zou zich daar
een complete divisie van de Viet-
cong schuilhouden. Quang Ngai,
een provincie in het noorden van
Zuid-Vietnam, stond te boek als
een van de meest door de Viet-
cong geïnfiltreerde gebieden. De
soldaten hadden de opdracht
die communistische strijders uit
te schakelen. Dat deden ze wel
vaker: woningen uitkammen,
dorpen platbranden, de inwo
ners verzamelen en kijken wie er
iets met de Vietcong te maken
had gehad. Routine.
Maar deze morgen was het an
ders. De manschappen van
Charlie Company waren nog
niet zo lang in Vietnam en had
den nog nauwelijks vijandelijk
vuur ontmoet. Wel waren ver
schillende soldaten slachtoffer
geworden van hinderlagen en
mijnen. Het frustreerde de man
nen. De onzichtbare vijand, die
telkens weer toesloeg, bleef on
grijpbaar. Het ongenoegen uitte
zich in toenemend geweld jegens
de burgerbevolking. Bij elke
Vietnamese vrouwen zetten op de rijstvelden jonge plantjes uit.
ontploffing kwam de schrik er
meer in.
Tijdens weer eens een begrafe
nisplechtigheid voor een omge
komen kameraad, op 15 maart,
de dag vóór de actie in My Lai.
zweepte kapitein Ernest Me
dina. bevelhebber van Charlie
Company, zijn manschappen op
voor de dag die komen ging. De
spanning onder de mannen was
te snijden. Wraak was het enige
dat nog telde. Luitenant William
Calley, een 22-jarige eenvoudige
jongen die na enkele mislukte
pogingen tóch in het leger te
recht was gekomen en zijn kapi
tein Medina volgde als een slaaf,
nam zich voor er daar in My Lai
iets van te maken.
Voor dag en dauw landden de
helikopters. In drie groepen
trokken de soldaten door My
Lai. Eén groep stond onder lei
ding van Calley. Vietcong-strij-
ders waren nergens te bekennen.
Wel vrouwen en kinderen. Calley
gaf zijn mannen de opdracht
niets te ontzien. Binnen enkele
uren was de volledige bevolking
van het dorpje om zeep gehol
pen. Als door het dolle geraakte
beesten hielden de soldaten
huis. Hutten werden in brand ge
stoken. Op ontbijtende kinde
ren werden automatische gewe
ren leeggeschoten. Vrouwen
werden verkracht, aan bajonet
ten geregen of met kogels door
zeefd. Ouderen werd de schedel
ingeslagen, vervolgens kregen
ze het genadeschot. Het vee.
huisdieren - alles werd afge
slacht.
Voor My Lai had de geschiedenis
voor eens en voor al een andere
wending genomen, al zou het
nog een jaar duren voordat er in
de buitenwereld iets bekend
werd van de slachtpartij. Voor
dat Calley en andere soldaten
van zijn compagnie voor de
krijgsraad moesten verschijnen.
Voordat de verontwaardiging
van de wereld goed en wel vorm
kreeg. En voordat Calley. de sul,
in 1974 werd veroordeeld. Alleen
hij.
Hier, tussen de wuivende euca
lyptusbomen, moet het dus zijn
gebeurd, 25 jaar geleden. Een
foto Carolien van Eykelen
enorm, modern gebouw, twee
verdiepingen hoog, detoneert in
het beeld van eenvoudige op
trekjes. rijst en karbouwen. Een
groot rood kruis maakt duidelijk
dat dit een vrij moderne Rode
Kruis-post is. Het geheel maakt
een verlaten indruk. Op een
steenworp afstand ligt de plaats
des oordeels. Een groot hekwerk
moet worden geopend om er te
komen. Uit het niets schiet al ie
mand tevoorschijn om het ijzer
schrapend open te schuiven. Op
naar een wit huisje, met bloem
perkjes ervoor, waar de 23-jarige
Truong Thien Huong staat te
wachten.
Een ruime zaal, veel ruimer dan
je zou verwachten. De thee
wordt ingeschonken in kleine
kopjes. En dan steekt Truong
Thien Huong haar verhaal af.
Met zachte stem. Ze is moeilijk
te verstaan. Aan de muur kijkt
Ho Chi Minh zwijgend toe. Een
lange tafel met achttien stoelen
staat leeg aan de andere kant.
Prevelend zegt de gids haai' lesje
op. Van het Amerikaanse leger.
Van gevechtseenheid Barker.
Van luitenant Calley. Van de 516
doden. Van die vroege morgen in
maart.
Op sommige plaatsen staan
kleine, grijze stenen. Als vette
paddestoelen lijken ze uit de
grond geschoten. ..Dat zijn her
denkingsstenen. We hebben hier
geen graven gemaakt, maar her
denkingsstenen neergezet, op el
ke plaats waar vroeger een huis
stond. In elk huis woonde een fa
milie" Een vrouw knielt een
eindje verderop in hurkzit op de
grond. Roerloos zit ze geruime
tijd stil.
Museum
Dan het museumpje. Wat een
museum. In enkele vertrekken
wordt de tragedie uit de doeken
gedaan. Foto's, waarin het weer
is geslagen, geven vlekkerig een
extra dramatisch tintje aan het
geheel. Alle hoofdrolspelers. Ei
senhower. Kennedy, Johnson,
Nixon. De soldaten. De wreedhe
den die ze al hadden begaan. In
vitrines liggen de stomgeslagen
getuigen van toen. Een gedeuk
te rieten hoed. Gebroken rijst-
kommetjes. Zwartgeblakerde
kleding. Een bril. Een pen. Het
houdt niet op.
En dan de afgrijselijke foto's van
legerfotograaf Haeberle, die mee
was in My Lai en alle gruwelijk
heden heeft vastgelegd. Stapels
lijken. Soldaten die met het ge
weer losjes in de handen door de
omgeving slenteren. Van die
veel te grote helmen op kleine
koppies.
Truong Thien Huong heeft het
allemaal niet meegemaakt.
Maar ze heeft wel familie die zich
nog het een en ander weet te her
inneren. Een tante was erbij en is
omgekomen. Op weg naar het
zaaltje, waar een opdracht moet
worden geschreven in het gas
tenboek. zegt ze het onaange
daan. zoals alles. „Een van de
Amerikaanse soldaten heeft
zo'n spijt gekregen, dat hij is te
ruggekomen, om te werken in de
Rode Kruis-post", zegt ze. „Hij is
hier nu. werkt aan de elektrische
voorzieningen daar."
De veteraan zit vol spijt. Over
wat hij precies heeft gedaan laat
hij zich nauwelijks uit. iets met
schepen, voor de kust, maar hij
baalt van die oorlog. Zijn hele
gedrag tegen de Vietnamezen is
doordrenkt van berouw. Zo'n
houding van: mijn gedrag van
toen. dat zal me niet nog eens
overkomen. Hier heeft iemand
iets goed te maken.
Coöperatie Turea groeit tegen de privatisering in
van onze correspondente
in Budapest
Runa Hellinga
Kijk, daar is land onbe
bouwd. En daar en daar.
De privatisering van de land
bouw is een nationale ramp.
Moet u al die piepkleine per
ceeltjes zien. Op tien bij veer
tig meter, daar kun je toch
geen landbouw op bedrijven?"
Landbouwkundig ingenieur
Michael Schirkon.ver schudt
zijn hoofd terwijl hij in de ver
te wijst. „Ooit was dit land de
graanschuur van Europa. Nu
moeten we tarwe uit Honga
rije en Amerika importeren."
Het landschap om ons heen
strekt zich uit als een schaak
bord van kleine akkertjes. Hier
steken de kale stelen van on-
geoogste mais boven de
sneeuw uit. daarnaast is een
stukje verwilderd en begroeid
met stug gras. Bij het akkertje
even verder breekt de donkere
aarde van geploegde voren
door de sneeuw heen.
Sehirkonyer ziet het met lede
ogen aan. Tot enkele jaren ge
leden viel al deze grond onder
zijn bevoegdheid. Toen was hij
voorzitter van de plaatselijke
landbouwcoöperatie in Turea,
die in het totaal drie dorpen
omvatte. En hij was een goede
voorzitter, daar is iedereen het
over eens.
De landbouwkundig ingenieur
keek toen al verder dan zijn
neus lang was en wist, met in
Roemenie ongebruikelijke
landbouwmethodes als wissel
bouw en kritisch gebruik van
meststoffen, oogsten binnen te
halen die drie tot vier keer zo
hoog waren als in de omliggen
de dorpen. En dankzij die
goede oogsten verdienden de
dorpelingen ook beter dan hun
buren. Dat bracht hem nog in
conflict met het regime, dat
vond dat hij te veel betaalde.
Elders kregen coöperatiewer
kers zo'n laag inkomen dat op
het platteland regelrecht on
dervoeding heerste.
Toen hij bijna driejaar geleden
waarschuwde dat het zeer on
verstandig was de landbouw
grond in het kader van de pri
vatisering op te delen, werd er
dan ook naar hem geluisterd.
In Turea, een van de drie dor
pen van de oorspronkelijke
landbouwcoöperatie, besloten
de boeren hun grond gezamen-
hjk te blijven bewerken. Door
slaggevend was ook dat een
Duitse hulporganisatie finan
ciële en materiele steun voor
dat project toezegde.
Het eindresultaat liegt er niet
De privatisering van de Roemeense landbouw resulteert in versnippering. De opbrengsten zijn drastisch gedaald. Achter de ploeg
lopen vooral oude mensen. foto Lex de Meester
om. Terwijl de opbrengst van
de Roemeense landbouw de af
gelopen jaren is gehalveerd,
produceren de boeren van Tu
rea inmiddels ongeveer het
tienvoudige van hun buren. In
die zin kan Sehirkonyer op suc
ces bogen. Toch is er in het
dorp nog steeds verzet tegen de
nieuwe coöperatie.
Slacht
Als er een sector niet geprofi
teerd heeft van de Roemeense
revolutie, dan is het de land
bouw. Was die onder Ceauses-
cu in een slechte staat, nu is de
toestand simpelweg desa
streus. Direct na de revolutie
raakte het bezit van de land
bouwcoöperaties versplinterd.
Dorpelingen haalden de
koeiestallen leeg en namen het
vee mee naar huis. Dat was op
zich nog niet zo'n ramp ge
weest. als een groot deel van de
dieren niet onmiddellijk was
geslacht. De gevolgen zijn nog
steeds merkbaar in een chro
nisch tekort aan melk en zui-
velprodukten.
Stallen, opslagplaatsen en ma
chines raakten in verval. Dat
proces werd versterkt toen de
Roemeense regering als eerste
in Oost-Europa tot privatise
ring van de landbouwgronden
besloot. Daarbij werd een voor
waarde gesteld: niemand zou
meer dan tien hectare terug
krijgen.
En dat is, constateert Sehirko
nyer, de grootste ramp geweest
die het land had kunnen over
komen. „In West-Europa zie je
overal bedrijven van tientallen
hectaren en ook die werken sa
men in coöperaties om goed te
kunnen functioneren. Boven
dien. in West-Europa zijn boe
ren vakmensen. Hier werd de
grond teruggegeven aan men
sen die geen enkel idee hadden
wat het inhield een eigen be
drijf te hebben."
Toen in Turea werd voorge
steld de coöperatie in stand te
houden, was zeker niet ieder
een voor dat idee. Het was niet
makkelijk om de grond die ze
na zoveel jaren terug hadden
gekregen, weer in een gemeen
schappelijke pot. te stoppen.
Toch is het volgens Sehirko
nyer de meest logische oplos
sing.
Landbouwmachines, tractoren
lenen zich niet voor de bewer
king van kleine lapjes, en dat
geldt ook voor moderne land
bouwmethoden. „Bovendien,
welke eigenaar van vier of vijf
hectaren grond kan zich per
mitteren om westerse kunst
mest en insecticiden te kopen
of investeringen te plegen?"
De afgelopen drie jaar draaide
de nieuwe coöperatie <of asso
ciatie zoals de dorpelingen lie
ver zeggen) uitstekend. Sehir
konyer is dan ook vol optimis
tische plannen. Eerst is de
kerk. onder meer met steun
van de gereformeerde kerk in
Maarssen. opgeknapt Nu
wordt er gewerkt aan een
nieuw schoolgebouw. Dat is
hard nodig: in de huidige
school staan teiltjes op de
grond om het doorlekkende
smeltwater op te vangen. Als
laatste hoopt Sehirkonyer ooit
een nieuw cultuurhuis te rea
liseren.
Maar er is een donderwolk op
gedoken. In Bukarest wordt op
dit moment gepraat over de
tweede fase van de landbouw-
privatisering, te weten de trac
toren en andere machines die
tot vandaag nog steeds staats
bezit zijn.
Graaien
En nu dreigt de directeur van
het machinepark in Turea roet
in het eten te gooien. „Hij
meent dat de machines zijn ei
gendom zijn en weigert ze aan
de coöperatie over te doen. Hij
heeft er intussen zelfs een paar
verkocht", verzucht Sehirko
nyer. Als de coöperatie de ma
chines kwijtraakt, is dat een
ramp. Dan wordt het dorp af
hankelijk van een paar tractor
eigenaren en Sehirkonyer
voorziet dat die straks woeker
prijzen voor hun diensten zul
len gaan vragen.
De machineverkoop is feitelijk
volslagen illegaal, dat weet hij
ook. Maar hij ziet het aan met
de gelatenheid die veel Roeme
nen eigen is. Aan dat soort on
recht is toch weinig te verande
ren.
Er is een man die daar anders
over denkt. Paul-Jürgen Porr,
de voorzitter van het Democra
tische Forum van Duitsers in
Roemenië in Cluj, maakt zich
razend over de tractor-kwestie.
Porr, een jonge, energieke arts,
is de man die ervoor gezorgd
heeft dat Turea. een dorp dat
voor zeventig procent uit Hon
garen en voor dertig procent
uit Roemenen bestaat, finan
ciële steun uit Duitsland en
Oostenrijk krijgt.
Oostenrijk heeft Turea welis
waar enkele tractoren toege
zegd, maar Pon' vindt dat feite
lijk onzin: „Er zijn al machines
en er zijn mensen die ermee
kunnen werken. Als aan die
Oostenrijkste apparaten wat
kapot gaat. kan niemand dat
repareren. Bij de Roemeense
tractoren is dat geen probleem.
En het is toch waanzin dat we
om hulp moeten vragen, alleen
maar omdat sommige mensen
denken een vette slag te kun
nen slaan en de wet aan hun
laars lappen?"
De opbrengsten in Turea zijn
voor Porr het bewijs dat de
ideeën van Sehirkonyer klop
pen, dat coöperaties in de Roe
meense situatie beter func
tioneren dan privé-bedrijven.
Waar de arts niet over uit kan,
is de kortzichtigheid en de
graai-mentaliteit die hij in dor
pen op het platteland is tegen
gekomen. „Het is typisch voor
Roemenië op dit moment, ie
dereen pakt wat hij krijgen
kan, en of het land er beter van
wordt, interesseert niemand."
„Neem al die mensen die hun
stukje privé-grond terugwil
den. De jongeren weten niet
eens wat ze ermee aanmoeten,
ze hebben geen idee meer van
de landbouw. Daarom zie je in
de herfst alleen maar stokoude
mensen die zich nauwelijks
nog staande kunnen houden
achter de ploeg. Voor de rest is
het alleen maar een kwestie
van hebben. Ze willen die
grond niet eens bewerken, ze
hebben toch hun baan in de fa
briek. Ze willen alleen maar het
bezit. Met dat soort mensen is
gewoon niet te praten. En zo
lang dat niet verandert, heeft
het ook geen zin om hulp te ge
ven. Je moet mensen pas hel
pen als ze ook geholpen willen
worden."
door
Yuli Ismartono (IPS)
De Thaise hoofdstad Bang
kok wordt op een nieuwe
plaats herbouwd. Luchtvervui
ling en toenemende onleefbaar
heid brengt de Thaise regering
ertoe de hoofdstad te verplaat
sen. Bangkok telt nu 6,5 miljoen
inwoners, van wie een belang
rijk deel dagelijks uren in de fi
les staat. Veel steden in de Der
de Wereld kampen met hetzelf
de probleem. Echter alleen
Bangkok lijkt nu ernst te willen
maken met de oplossing ervan.
De luchtvervuiling is enorm en
veel woonwijken zijn overbe
volkt. De stad telt 2 miljoen au
to's. Per dag komen er 500 bij.
Bangkok werd 211 jaar geleden
gesticht. Daarvoor resideerden
de Thaise koningen in steden als
Sukhothai, Ayuthaya en later in
Thonburi.
Sinds de afschaffing van de ab
solute monarchie in 1932 hebben
elkaar opvolgende militaire re
gimes herhaaldelijk voorgesteld
het regeringscentrum te ver
plaatsen, Maar geen enkele jun
ta kreeg de kans het plan uit te
voeren omdat steeds een nieuwe
groep militairen aan de macht
kwam.
Volgens de ex-voorzitter van de
Thaise Architectenvereniging
Mati Tungpanich „is de bevol
king bereid naar een gezondere
plek te verhuizen." Over de
exacte plaats zal nog moeten
worden beslist. Het ministerie
van Binnenlandse Zaken heeft
de plannen al klaar liggen, maar
het wacht nog op de goedkeu
ring van het kabinet van pre
mier Chun Leekpai
Maar er is ook veel kritiek op de
voorgenomen operatie. Want
niet alleen zullen de overheids
instanties moeten verhuizen,
ook een groot deel van de indus
trie zal de voorkeur geven aan
een andere vestigingsplaats. Nu
is 75 procent van de nationale in
dustrie in Bangkok gevestigd.
De stad eist 58 procent op van de
energie die het land in totaal ver
bruikt.
Ook de verplaatsing van de be
volking is nodig om de nieuwe
stad tot leven te wekken. „Maar
als er geen banen zij n zal er nooit
een leefbare stad van de grond
kunnen komen", vindt Dr. Api-
chat Wongkaew. voorzitter van
de Thaise Vereninging van Ste
debouwkundigen. „Er zouden
eigenlijk vertegenwoordigers
van diverse inkomensgroepen
moeten komen wonen om er een
leefbare stad van te maken",
zegt Wongkaew.
Een ander nog niet opgelost pro
bleem is de watervoorziening
van de nieuwe stad. Drinkwater
is schaars in Thailand en de kos
ten om miljoenen mensen van
water te voorzien zullen astrono
misch zijn. zo menen stedebou
wers.
Een totaal nieuwe stad zal ech
ter ook beslag leggen op land
bouwgrond die steeds schaarser
wordt in Thailand. Een nieuwe
stad zou binnen een straal van
100 kilometer van Bangkok
moeten liggen. In dat gebied ligt
een aantal provincies die hun
welvaart in de eerste plaats te
danken hebben aan de rijst
bouw, Slechts 30 procent, van
het Thaise grondgebied is goede
landbouwgrond. Maar dat'wordt
elk jaar kleiner door de toene
mende urbanisatie.
Volgens sommige berichten zou
minister van Binnenlandse Za
ken Chavalit Yongchaiyudh de
nieuwe locatie al vastgesteld
hebben. Het zou gaan om Cha-
choengsao, een plek halverwege
Bangkok en een nieuwe indus
triële zone op 100 kilometer ten
zuiden van Bangkok. In deze in
dustriële zone staan olieraffina
derijen en andere industrieën,
die uitgerust zijn met de nieuw
ste technologie. De zone was be
doeld om Bangkoks havenge
bied Klong Toey te ontlasten,
een haven uit de vorige eeuw.
Tenslotte zal het bouwen van
een nieuwe stad ongelooflijk
veel geld kosten. Nog is niet dui
delijk of de regering de kosten
zal betalen, of dat het particulier
initiatief de noodzakelijke inves
teringen moet doen.
onderwatersuppletie
door Dora Rovers
De kust van Terschelling
krijgt in april een nieuwe
versterking. Rijkswaterstaat
legt daar de eerste 'onderwate
roever' aan. In plaats van het
via pijpleidingen op het strand
spuiten van zand, strandsupple-
tie, zal 600 meter voor de kust
twee miljoen kubieke meter
zand worden gestort. Het zand
op de onderwateroever moet
voorkomen dat de kust afkalft.
Het is een nieuw wapen in de
strijd tegen de zee.
De nieuwe methode heet onder-
wateroe versuppletie. Het moet
voorkomen dat recreanten en
badgasten tijdens het badsei
zoen worden omringd door pijp
leidingen. Ook verwacht Rijks
waterstaat dat de nieuwe me
thode financieel voordeel ople
vert. Maar dat is volgens Roe
land Hillen. projectleider kust-
verdedigingsbeleid van de
dienst getijdewateren van Rijks
waterstaat. nadrukkelijk het
laatste argument om de nieuwe
methode te beproeven. Voorop
staat een efficiënt beheer van de
Nederlandse kust.
De 250 kilometer lange kustlijn
bestaat voor driekwart uit dui
nen. Samen met het strand en de
onderwateroever vormen die de
waterkering. De waterkering is
voortdurend in beweging. Op de
ene plaats gaat de kust vooruit,
op de andere plaats achteruit.
Maar' per saldo is sprake van ver
lies.
Sinds 1990 is het beleid er op ge
richt te voorkomen dat hectaren
kust verdwijnen. Dat betekent
dat jaarlijks 5 tot 7 miljoen ku
bieke meter zand op de stranden
wordt gespoten. De kosten daar
van bedragen 60 miljoen gulden
per jaar.
De buffer van zand moet voorko
men dat het oorspronkelijke
zand verdwijnt. Hillen: „Supple
ren lijkt een noodverband, een
tijdelijke oplossing. Maar als de
kosten worden afgewogen blijkt
het toch een verantwoorde actie
te zijn."
Volgens Hillen is het onderhoud
van een kilometer duinkust via
de methode van zandsuppletie
goedkoper dan het onderhoud
van een kilometer rijksweg. Ook
zou de bouw en het onderhoud
van dijken vele malen duurder
zijn. „Niemand wil de kust asfal
teren. Het zou misschien wel af
doende zijn maar het zou het ka
rakter van onze kust geweld
aandoen. Bovendien moet ook
asfalt onderhouden worden."
Hillen legt uit dat er in de loop
der jaren meer begrip is geko
men over de kustprocessen. In
de eerste helft van deze eeuw
werden dijken gebouwd en
strandhoofden aangelegd Maar
deze methode van harde kust
verdediging leidde er toe dat op
andere plaatsen een sterkere er
osie plaatsvond. Sindsdien
wordt geprobeerd de kust zo na
tuurlijk mogelijk op haar plaats
te houden. „Eigenlijk moetje de
natuur voor je laten werken", al
dus Hillen.
Brekers
Dat komt bij uitstek naar voren
in het experiment bij Terschel
ling. Het zand dat 600 meter voor
de kust wordt gestort, wordt
door de golven in de richting van
het strand gespoeld. Maar ook
als het grootste deel op de zeebo
dem blijft liggen vervult het
daar een belangrijke functie
door de golven in een vroegtijdig
stadium te breken. Hierdoor
beuken ze minder hard op kust
en duin. De Landelijke Vereni
ging tot behoud van de Wadden
zee onderschrijft de milieu
vriendelijkheid van onderwate-
roeversuppletie. Volgens H. Re
vier is die te prefereren boven de
strandsuppletie. Maar het blijft
afwachten of de methode werkt
en vaker kan worden toegepast.
Als het experiment bij Terschel
ling slaagt, wil Rijkswaterstaat
de methode ook bij de andere
Waddeneilanden en overige de
len van de kust toepassen.
Op dit moment is de directie
Friesland van Rijkswaterstaat,
bezig met de aanbesteding voor
de onderwateroeversuppletie.
Naar verwachting zal het werk
zes maanden duren, afhankelijk
van de grootte van het materieel
dat door de aannemer wordt in
gezet.
Net als bij strandsuppletie
wordt op 20 kilometer voor de
kust zand van de zeebodem ge
zogen. Maar in plaats van ver
voer naar een koppelpunt waar
vandaan het zand via een pijp
leiding op het strand wordt ge
spoten, zal het schip de lading
voor de kust storten. De metho
de grijpt minder in op de ecolo
gie en levert een enorme tijd
winst op. Rijkswaterstaat gaat
er vooralsnog van uit dat de on
derwatersuppletie twee maal zo-
1 veel zand vergt als strandsup
pletie.
Niet alleen in Nederland maar
ook in Duitsland en Denemar
ken start dit jaar een proef met
onderwateroeversuppletie. De
landen zullen de resultaten uit
wisselen. Met subsidie van de
Europese Gemeenschap wordt
een uitgebreid volg-programma
opgezet. Dat is van belang om te
meten wat de effecten zijn op de
kustlijn. Rijkswaterstaat wil
daarbij niet alleen kijken naar
het gedrag van golven, stromin
gen en het transport van zand,
maar ook naar de effecten op de
ecologie.
Onderwatersuppletie kan niet-
overal worden toegepast. De me
thode is bij uitstek geschikt bij
een gesloten kustlijn. In de
buurt van zeegaten of op plaat
sen waar de oever steil is. kan be
ter een andere methode worden
toegepast.