Gezondheidszorg Amerika is ziek
Zorgeloze zorg
In Ruhrgebied gaan de ovens uit
Russische ambassade
in Parijs wil af van
stalinistische bunker
opinie en achtergrond
President Clinton wil drastische hervorming
VRIJDAG 19 FEBRUARI 1993
Als een reden voor hun astronomisch hoge tarieven geven
de Amerikaanse dokters, specialisten en ziekenhuizen
op dat zij zich zo zwaar moeten verzekeren tegen schade
claims, die het gevolg kunnen zijn van het minste geringste
foutje. Zij nemen geen enkel risico en dekken zich aan alle
kanten in.
Bij moeilijke gevallen roept een dokter al gauw advies van
collega's in idie ook betaald moeten ivorden). Er wórden
meer tests gedaan dan vaak nodig is. Een beoordelingsfout,
hoe menselijk ook. kan immers al gauw een schadeclaim van
miljoenen dollars betekenen.
Er zijn speciale advocatenkantoren die alleen artsen en zie
kenhuizen vervolgen en speciale telefoonnummers die pa
tiënten dag en nacht voor juridisch advies kunnen bellen.
Wat de invloed hiervan is op de kosten van de gezondheids
zorg is niet bekend, maar wie de verzekeringspremies ziet,
beseft, om welke bedragen het gaat.
van onze correspondent
in Washington
Hans de Bruijn
Twee jaar geleden werkte
David voor een klein com
puterbedrijf in Virginia. Leuke
baan, plezierige werkgever en
zo'n zestig fijne collega's. Toen
werd David ziek. Hartklachten.
Hij moest geopereerd worden
en lag weken in het ziekenhuis.
Verzekering dekt de schade,
zeggen we dan. David was goed
verzekerd en dat gebeurde dus
ook. De ziektekosten werden
vergoed en na een paar maan
den kon hij weer aan de slag.
Maar toen begonnen de proble
men. Davids bedrijf kreeg de re
kening van zijn ziekte gepresen
teerd. De ziektekostenverzeke
raar verhoogde de premies, die
goeddeels door de werkgever
worden betaald, in 1991 met 90
procent. Vorig jaar kwam daar
nog eens 25 procent bij. Alleen
door de behandeling van zijn
hartkwaal. Dit jaar gaat de pre
mie waarschijnlijk verder om
hoog. Het ziet er nu naar uit dat
Davids verzekering wordt opge
zegd.
Amerikanen verzekeren zich
meestal in 'pools' en per bedrijf.
Er rolt een verzekeringspakket
uit alleen voor dat ene bedrijf.
De premies worden berekend
over het te verwachten risico in
dat bedrijf. Zolang iedereen ge
zond is, is de premie laag. Wordt
iemand ziek, zoals David, dan
moet de rest voor die last op
draaien.
David moet zich nu elders verze
keren. Dat gaat veel geld kosten.
Als er al een maatschappij is die
hem met zijn hart wil hebben,
ook al is hij volledig genezen ver
klaard. Ziektekostenverzeke
raars zijn niet verplicht hem aan
te nemen. Er zijn ook geen zie
kenfondsen voor een 'geval' als
het zijne. Het risico bestaat dat
hij tot zijn pensioen, nog tien
jaar, onverzekerd zal blijven
rondlopen. Tenzij Bill Clinton
zijn zin krijgt.
De lotgevallen van de computer
man zijn de uitwassen van het
Amerikaanse stelsel van ge
zondheidszorg, waaraan de pre
sident een eind wil maken. Een
systeem dat onbetaalbaar is ge
worden, de helft van het al enor
me financieringstekort opslorpt
en miljoenen in de problemen
stort. Als zij het zich al kunnen
veroorloven zich te verzekeren;
37 miljoen Amerikanen (een op
de zes werknemers) zijn immers
helemaal niet verzekerd tegen
ziektekosten.
Als zij een ongeluk krijgen of
ziek worden moeten zij de dok
ter uit eigen zak betalen. Wat
dat betekent, merkte ik toen ik
vorige maand mijn pols brak. De
Nederlandse verzekering dekt
de schade achteraf, maar vóór
de dokter bereid was een paar fo
to's te maken en een simpel gips
verband aan te leggen, moest ik
eerst dokken: bijna duizend dol
lar (1900 gulden). Zonder beta
ling geen behandeling.
Voor de echte armen is er 'Medi
caid', een overheidsprogramma
dat voor hun ziektekosten op
draait. De bejaarden kennen
'Medicare', waarvoor premies
betaald moeten worden. David
moet nog tien jaar wachten voor
hij daarvan kan profiteren. Maar
Medicaid en Medicare zijn zo
duur geworden (ruim 200 miljard
dollar- in 1992), dat Clinton wel
genoodzaakt is ook daar de ko-
van onze correspondent
in Parijs
Hans Gertsen
De Berlijnse muur is geval
len. de supermacht Sovjet
unie bestaat niet meer, maar
wie de gigantische ambassade
van de voormalige Sovjetunie
in Parijs betreedt, bekruipt al
snel het gevoel dat de tijd hier
stil heeft gestaan. De rijkelijk
met kil marmer betegelde hal
van de betonnen kolos aan de
Boulevard Lannes in het sjieke
16e arrondissement boezemt
vrijwel onmiddellijk angst in.
Dezelfde vage angst die toeris
ten voelen als ze de immense
Alexanderplatz, een ander
hoogstandje van stalinistische
architectuur, in het voormalige
Oost-Berlijn oversteken.
Dat effect is destijds bewust op
geroepen door de architect, zo
vertelt Alexander Melnik, pers
voorlichter van de Russische
ambassade. „De bezoeker moest
onmiddellijk voelen dat dit de
ambassade van een supermacht
was, van een land dat over een
verschrikkelijk vernietigingspo-
tentieel beschikte".
De architect is meer dan ge
slaagd in zijn opzet. Het Rus
land van Boris Jeltsin heeft het
gebouw 'geerfd' van de voorma
lige Sovjetunie. De huidige ge
neratie Russische diplomaten
voelt zich, net zo min als bezoe
kers, thuis in de ambassade die
in 1977 door niemand minder
dan Leonid Breznjev met veel
socialistisch feestvertoon werd
geopend.
Als het aan Melnik ligt, verhuist
de ambassade zo snel mogelijk
naar een gebouw met een wat
menselijker maat. „Dit gebouw
ademt te veel de sfeer van de
Koude Oorlog; een tijd die ge
lukkig ver achter ons ligt. De
ambassade is geconstrueerd als
een belegerd fort in een vijan
dige omgeving".
Lenin slaapt
De meeste van de vijftig diplo
maten willen liever vandaag dan
morgen naar een andere stek,
maar of het er ook daadwerke
lijk van komt is de vraag. Rus
land heeft wel andere prioritei
ten en bovendien geen geld. Per
sattaché Melnik zit al een half
jaar zonder visitekaartjes, laat
staan dat een dure verhuizing er
van af kan
Tijdens een rondleiding door 'de
bunker', zoals Melnik het ge
bouw voortdurend noemt, blijkt
de tijd toch niet helemaal stil te
hebben gestaan. Het levensgro
te standbeeld van Lenin boven
aan de imposante trappartij is
verdwenen. Of beter gezegd:
weggemoffeld. De vader van de
revolutie is verpakt in een soort
rechtopstaande marmeren sar
cofaag die met de Russische
vlag omwikkeld is. „Lenin is er
nog, maar hij slaapt", zo grapt
Melnik. „We wilden het beeld
eerst helemaal weghalen, maar
dat leverde een architectonisch
probleem op. Het gebouw is min
of meer om dat beeld heenge-
bouwd. Het simpelweg wegha
len zou een storende leegte heb
ben opgeleverd". Met de geko
zen oplossing kan Lenin, als de
tijden veranderen, zo weer te
voorschijn worden getoverd....
De rondleiding voor de pers - de
eerste in de geschiedenis van de
ambassade, verzekert Melnik -
beperkt zich tot de eerste verdie
ping, die bestaat uit een serie
grote, hoge en Spartaans gemeu
bileerde zalen. In de jaren '70
verdrong dé hele Parijse 'beau
monde' zich in zalen als 'de zaal
van de vriendschap der volke
ren' om de zoveelste verjaardag
van de oktoberrevolutie te vie
ren met kaviaar en Russische
champagne. Sinds de val van
het communisme dienen de za
len nauwelijks nog ergens voor.
Geld voor feesten en partijen
heeft de ambassade niet meer en
bovendien valt er weinig meer te
vieren.
Een verzoek om ook de werkver
trekken op de vijfde en zesde
verdieping van 'de bunker' te
mogen bezichtigen, wordt be
leefd maar resoluut afgeslagen.
Daar bevindt zich het hart van
de ambassade en ongetwijfeld
ook een forse afdeling van de
voormalige KGB. De Sovjetunie
mag dan niet meer bestaan, de
spionage-activiteiten gaan ge
woon door. zo blijkt uit rappor
ten van de Franse binnenlandse
veiligheidsdienst. Bij de opvol
ger van de KGB blijven de deu
ren dus dicht voor de westerse
pers. „Wat mij betreft zouden we
daar ook kunnen gaan kijken",
zegt Melnik, „Helaas zijn veel
van onze medewerkers nog door
drongen van het oude veilig
heidssyndroom. Het is net als
met de baard van een dode. Die
groeit ook nog een hele tijd
door".
mende jaren het mes in te zetten.
De hervorming van de gezond
heidszorg is een van zijn hoofd
doelen geworden. Hij heeft zijn
vrouw Hillary belast met een
plan. dat in april klaar moet zijn.
„Als we niets doen, zal de ge
zondheidszorg dit land bankroet
maken", zei hij onlangs. „Er is
dan geen geld voor onderwijs,
milieu of industriebeleid", zegt
ook prof. Henry Aaron van het
Brookings Institution, een in
vloedrijke denk-tank.
De Amerikanen geven dit jaar
940 miljard dollar uit aan hun ge
zondheidszorg, elf procent meer
dan vorig jaar. Over vijf jaar is
dat 1700 miljard dollar, eenvijfde
van elke dollar die in de VS
wordt besteed. De groei van de
ziektekosten is vier maal zo
hoog als de inflatie. De dokter
starieven stijgen ongeremd, een
dagje ziekenhuis dreigt onbe
taalbaar te worden, medicijnen
zijn duurder dan waar ook ter
wereld.
Miljoenen mensen zijn doods
bang om een griepje te krijgen.
Dat kan immers een dure grap
worden. En de kindersterfte in
de VS is ondanks al die kostbare
zorg de hoogste van alle geïn
dustrialiseerde landen. Miljoe
nen kinderen in de VS zijn niet
ingëent tegen kinderziekten.
Het dubbele
Een doorsnee gezinspolis kost al
gauw 3500 dollar (6500) gulden
per jaar, het dubbele van in Ne
derland. Velen nemen dan ook
de gok: zij verzekeren zich niet,
hopend dat de uitgespaarde pre
mies ooit tegen de kosten van
een behandeling zullen opwe
gen. Gevolg: alleen wie geen ver
zekering nodig heeft omdat hij
nooit ziek is, kan zich er een ver
oorloven. Wie ziek is en zorg no
dig heeft, valt buiten de boot.
Het geval van David is slechts
één illustratie. Wie in een klein
bedrijf werkt, met een kleine
'pool', heeft pech. Grote onder
nemingen hebben grote pools en
gespreide risico's. Omdat vooral
de werkgevers de premie beta
len, zullen zij sollicitanten met
een medisch verleden niet gauw
aannemen.
Vrije markt
Het huidige stelsel is een uit
vloeisel van het vrije-marktprin-
cipe: wie weinig zorg nodig heeft,
betaalt weinig, wie veel ziek is
betaalt veel. „Economisch is dat
juist, sociaal niet", zegt Aaron.
Er zijn al staten (New York, Ha
waii) met een wet. die verzeke
raars verplicht elke nieuwe
cliënt aan te nemen, ook als die
ziek is. Vooral aids-patiënten
zijn blij met zo'n wetgeving.
De vrije markt betekent ook dat
iedereen elke dokter en elk zie
kenhuis kan kiezen. Wie drie
specialisten wil raadplegen,
mag dat. De verzekering betaalt.
Dokters en ziekenhuizen kun
nen rekenen wat zij willen. Clin
ton wil nu naar een systeem van
'beheerste concurrentie', waar
bij de overheid bemiddelt tussen
burgers en verzekeraars, die met
elkaar moeten concurreren om
cliënten te krijgen.
De verzekeraars zouden in een
bepaald gebied samen met zie
kenhuizen en dokters een 'pak
ket gezondheid' moeten bieden,
dat wordt beoordeeld op effi
ciëntie en kostenbeheersing.
Clinton wil de gezondheidsuit
gaven per staat aan een plafond
binden. De overheid zal daar
door een grote greep krijgen op
de gezondheidszorg, wat niet al
leen verzekeraars, dokters en
ziekenhuizen, maar ook de Ame
rikanen huiverig maakt.
De gezondheidswereld heeft,
zich lang verzet tegen elk her
vormingsplan, dat neerkomt op
meer overheidsbemoeienis. Pas
eind vorig jaar kwamen er teke
nen dat de verzekeraars willen
praten over een ander stelsel, zo
als een basispakket, dat via be
lastingmaatregelen betaalbaar
gehouden kan worden. Boven
dien zou men belasting moeten
betalen over wat men méér
krijgt dan het basispakket.
Zending
Maar de Clintons zullen nog veel
zendingsarbeid moeten verrich
ten. De dokters voelen niet voor
door de overheid vastgestelde
tarieven. En de medicijnenfabri
kanten zien hun enorme winsten
inzakken als Clintons plan voor
maximumprijzen doorgaat. Hij
hekelde vorige week nog het feit
dat de medicijnenindustrie jaar
lijks een miljard dollar meer uit
geeft aan reclame dan aan on
derzoek.
Het vaccineren van kinderen te
gen kinderziekten kostte in 1982
nog zeven dollar per kind, nu is
dat 90 dollar. Een simpel polio-
vaccin, in Nederland twee gul
den, kost in de VS tien dollar. Er
valt dus heel wat te besparen,
geld dat Clinton wil gebruiken
om 37 miljoen onverzekerde
Amerikanen aan een polis te hel
pen.
Belasting op verzekeringspre
mies en 'bovennormale' zorg zou
werkgevers en werknemers kun
nen dwingen goedkope verzeke
raars te zoeken. Maar het is de
vraag of de burgers die last wil
len dragen. Enquêtes zijn weinig
hoopgevend. Het is ook moeilijk
aan de belastingbetaler uit te
leggen dat hij nu dieper in de
portemonnee moet tasten om te
zorgen dat zijn gezondheidszorg
op den duur goedkoper wordt.
van onze correspondent
in Berlijn
Hans Hoogendijk
Als het in het Ruhrgebied
brandt, heeft de Rijn niet
genoeg water om het vuur te
blussen. Dat zei eens Konrad
Adenauer, de eerste naoorlog
se Duitse kanselier.
Het brandt nog niet in het Re
vier, zoals Europa's grootste
industriegebied tussen Rijn
en Ruhr wordt genoemd, maar
het scheelt niet veel. De crisis
in de auto-industrie heeft ook
hier hard toegeslagen. Meer
dan 10.000 arbeidsplaatsen
zullen verdwijnen. In de toch
al dramatisch ingekrompen
mijnbouw staan 8000 banen
op het spel.
Maar de grootste klap dreigt
te vallen in de staalindustrie.
Daar zijn naar schatting
40.000 werknemers acuut be
dreigd. In de toeleveranciers-
sector dreigen als gevolg van
deze klappen ook nog eens
15.000 mensen hun werk ver
liezen.
„Wij worden het armenhuis
van de republiek, terwijl wij
het land ten koste van onze ge
zondheid hebben opge
bouwd", voorspellen sombere
vakbondsbestuurders. Waar
eens het 'Wirtschaftswunder'
begon, heerst nu een crisis
stemming. Het herstructure
ringsproces, waardoor in toe
komstgerichte industrietak
ken tienduizenden nieuwe ba
nen voor vrijkomende 'staal-
kokers' en kompels moeten
worden geschapen, komt
maar traag op gang. De so
ciaal-democratische regering
van Noordrhein-Westfalen, al
jaren geplaagd door een gigan
tisch begrotingstekort, moet
machteloos toekijken hoe de
kaalslag doorgaat.
De metaalbewerkers zijn het
gesol met hun arbeidsplaat
sen nu zat. "Wij zijn niet zo
agressief als de boeren en we
hebben ook geen eieren. Maar
we hebben staal en daarmee
kunnen we ook naar Bonn
trekken", klinkt het dreigend.
Waartoe de staalwerkers in de
'Ruhrpot' in staat zijn beleef
de Duitsland vier jaar geleden
toen Krupp dreigde de hoogo
vens in Duisburg-Rheinhau-
sen te doven. Burgemeesters,
geestelijken en middenstan
ders trokken hand-in-hand
met tienduizenden arbeiders
door de steden. Uiteindelijk
zegevierden ze. Maar toen ging
het om één fabriek, nu staat
volgens de voorzitter van de
machtige vakbond IG-Metall,
Franz Steinkühler, de staalin
dustrie in heel Duitsland op
het spel.
De Duitse staal verkeert na
acht min of meer vette jaren
De Duitse staalindustrie is er beroerd aan toe.
op de rand van het faillisse
ment. De gigant Krupp-
Hoesch leed vorig jaar een ver
lies van meer dan 550 miljoen
gulden, dat dit jaar waar
schijnlijk alleen maar groter
uitvalt. Klöckner is dankzij
staatssteun en een gedeeltelij
ke sanering van de schulden
door de banken op het nipper
tje aan het faillissement ont
snapt. Thyssen verliest dit
jaar in de staalsector tussen de
500 miljoen en een miljard en
gaat een hoogoven sluiten. De
toekomstvisie van de mana
gers is somber: uiteindelijk
zullen in heel Duitsland een of
twee staalconcerns kunnen
overleven. Van de nu nog
180.000 banen in Oost-en West-
Duitsland zullen er tussen de
30.000 en 40.000 moeten ver
dwijnen.
Toch kunnen de managers en
de vakbondsleiders niet hele
maal verrast zijn door de cata
strofale ontwikkelingen. Een
blik op de eigen produktie en
die van de concurrentie had
hen al jaren geleden ongerust
moeten maken. De Europese
staal heeft, immers een overca
paciteit van meer dan 30 mil
joen ton. waarvan alleen al een
kwart in Duitsland. Sinds de
revolutionaire veranderingen
in het Oostblok wordt West-
Europa ook overstroomd met
spotgoedkoop staal uit Polen,
Rusland. Tsjechië en Slowa
kije. De prijzen zijn maar liefst
40 procent gedaald. Staal is
net zo goedkoop als in 1980.
IG Metal voorzitter Franz
Steinkühler geeft toe dat hij
bijna machteloos is. Hij kan
weinig meer bieden dan de op
roep aan de regering een natio
nale staalconferentie bijeen te
roepen. Alleen een nationaal
concept en een Europees anti-
orisisbeleid kan de staal red
den".
Vernietiging
Vanuit Bonn liet de nieuwe
minister van economische za
ken Rexrodt prompt weten
niets te zien in zo'n nationale
staalconferentie: „Als staat
kunnen en willen wij de bedrij
ven niet voorschrijven wat en
hoeveel ze moeten produce
ren". In de praktijk betekent
dit dat de staalconcerns hun,
zoals Steinkühler zei, 'genade
loze, kortzichtige vernieti
gingspolitiek' kunnen voort
zetten. De arbeiders kregen
van hun voorzitter te horen
dat zij zich niet door de werk
gevers uiteen mogen laten
drijven. Maar hoe lang houdt
de solidariteit stand als je
weet dat het schrappen van
banen bij de concurrentie mo
gelijk het behoud van de eigen
werkgelegenheid betekent?
Daar komt dan nog bij dat er
in de ex-DDR ook nog hoogo
vens en andere staalbedrijven
zijn, die zwaar onder de prijs
leveren. En of het nog niet ge
compliceerd genoeg is heeft de
IG Metal de Oostduitse werk
nemers beloofd dat hun loon
binnen afzienbare tijd op het
niveau van de Westduitse col
lega s zal komen. Voor dit jaar
foto Archief PZC
zou dat een loonronde van
meer dan 25 procent beteke
nen, terwijl de arbeidsproduk-
tiviteit slechts een kwart van
die in het Westen bedraagt.
Steinkühler weet dat hij deze
spagaat niet vol kan houden
en dat de sluiting van com
plete fabrieken onvermijdelijk
is. „Het zou wel erg zelfingeno
men zijn, als wij zouden doen
alsof we een pasklare oplos
sing hebben", verzucht hij.
De staalarbeiders in het Ruhr
gebied verliezen met de dag
het vertrouwen in hun bond.
De voor 26 maart aangekon
digde lange mars naar Bonn is
voor hen mosterd na de maal
tijd. De voorzitter van de on
dernemingsraad van Hoesch:
„Franz. je komt te laat. Wij
verzuipen hier". De stemming
aan de basis wordt snel radica
ler. Wegen worden geblok
keerd, stille marsen georgani
seerd, bedrijfsbezettingen zijn
niet langer uitgesloten. Het
vertrouwen in de politiek heb
ben ze al lang opgegeven.
„De acties van vier jaar gele
den zullen kinderspel zijn ver
geleken wat hier gaat gebeu
ren als ze ons laten barsten",
klinkt het dreigend. De miljoe
nen aan Rijn en Ruhr vertrou
wen. misschien wel tegen be
ter weten in, op hun eigen
kracht. „Niet bedelen, niet
vragen, maar vechten", stond
er woensdag op een spandoek.
En vechten willen ze. Nog
brandt het niet in het Revier,
maar de rooksignalen kan nie
mand meer negeren.
Meneer, ik zie u vaak met de
hoofdzuster praten, weet u
misschien wie de dokter van
mijn kind is?. De jonge moeder
die mij de vraag stelt, kijkt daar
bij diep onderdanig. Alsof ik de
ziekenhuisdirecteur zelf ben in
plaats van gewoon maar de ou
der van een patiëntje, net als zij.
„Maar iveet u dat dan niet?",
reageer ik verbaasd omdat ik
haar al een paar zoeken iedere
dag trouzo aan het bed van haar
zoontje heb gezien, „hoelang ligt
uw zoontje hier al?"
„AZ drie en een halve zoeek", zegt
ze gelaten „en ze hebben toen ge
zegd dat hij na zo'n week of drie,
vier naar huis zou mogen en ik
vraag me nu iedere dag af..."
„En al die tijd hebt u geen dokter
gesproken?"
„Nee', zegt ze, „de zusters zeggen
dat hij heel weinig tijd heeft...".
Dit gesprek vond een aantal ja
ren geleden plaats op de afde
ling heelkunde kinderen van
een groot ziekenhuis. Mijn zoon
tje was daar opgenomen van-
zoege een dijbeen breuk. Twee
dagen na de opname had ik aan
de hoofdzuster gevraagd wie
zijn behandelend arts zoas en of
ik hem te spreken kon krijgen.
Ze had gezegd dat dat moeilijk
was omdat hij meestal aan het
opereren zoas, maar dat ik voor
vragen altijd bij haar terecht
kon. Zij zou die, als het tenmin
ste nodig zvas, zoel weer aan hem
voorleggen.
Ik had me daarmee een dag la
ten afschepen, maar bedacht
toen dat ik verdorie gewoon zelf
van hem wilde horen hoe het er
met mijn zoontje voorstondhoe
lang hij vermoedelijk in het zie-
kenhuis moest blijven, enzo
voorts. De eerstvolgende keer
dat ik de hoofdzuster weer zag.
vertelde ik haar dat ik erop
stozid een afspraak met hem te
maken. Opnieuzv probeerde ze
me af te schepen. Uiteindelijk
zoist ik haar naam en telefoon
nummer van de dokter in het zie
kenhuis afhandig te maken. Om
te voorkomen dat ik weer afge
scheept zou worden, liet ik mijzi
secretaresse het nummer bellen,
zeggen dat ze de secretaresse
van titel die en die zoas en dat die
graag dokter zus en zo wilde
spreken. Binnen de kortste ke
ren had ik beet en de zeer vrien
delijke arts gaf me al de informa
tie die ik me wenste plzis de toe
zegging dat ik altijd kon bellen
zoanneer ik dat nodig vond. Zo
wel voor mijn gezin als mijzelf
had de informatie en de open
stelling van een informatielijn
een geruststellend en onzeker-
heidsverminderend effect. Maar
tegelijkertijd hield ik er ook het
onbehaaglijke gevoel aan over
dat er iets niet helemaal klopte.
Het leek zoat al te veel op een ziit-
zonderingsbehandeling op
grond van oneigenlijke argu
menten.
Dat het dat ook zoas, werd me
pas echt duidelijk door het ge
sprek met de jonge moeder zon
der titel en zonder voldoende as
sertiviteit) die al wekenlang met
allerlei vragen rondliep zoaarop
ze graag en terecht van de arts
zelf een antzooord wilde.
Dubieus
Ik heb haar overigens aan de
arts geholpen, maar op een ma
nier die op zichzelf behoorlijk
dubiezis was. Het toeval wilde
dat ik precies de dag na het ge
sprek met haar was ziitgenodigd
door een groep tweedejaars stu-
denten geneeskunde voor een
discussie-bijeenkomst over het
belang van psychologie in het
ziekenhuis. Aan die bijeenkomst
nam ook een vijftal medische
specialisten deel, die allen vóór
mij het zvoord voerden. Stuk
voor stuk beklemtoonden ze het
grote belang van psychologi
sche processen bij ziekte en ge
zondheid. Al luisterende, met het
verhaal van de vrouw en mijn ei
gen ervaring in het achterh
begon ik hoe langer hoe fa
te worden. Op een bepaaldi
blik hield ik het niet meer,j.
om de microfoon en vertelq>
het er psychologisch in eer
kenhuis zoerkelijk kon toep-
Het werd doodstil in hetho
de leeuw. Toen ik uitgespn
zvas, gebeurde er iets da
merkzvaardig maar ook u
kere zin vertederend vozii
specialisten die eerder hat
gesproken, reageerden op
verhaal en in die reacties l;
iedere keer iets van een w
schuldiging door. Alsof#
stuk voor stuk beschaamd*
den over het feit dat zulkt
gen in hun directe werkm
ving konden gebeuren.
Maar het meest opmerkelijk
beurde een paar uzir later,]
ik mijn zoontje ging l
Terzoijl ik de zaal op liep, b.
vanuit een zijkamertje de k
zuster op mij af en vroeg, a
dat ook azidere ouders he\
ben moeten kunnen horen
neer Diekstra, zvilt zi
dokter spreken?".
Het voorval is inmiddels allt,
denkwijzer
TT
TT
René Dieks
elkaar zo 'njaar of zeven gu
en ik zou het vermoedelijk
uit mijn herinnering hebba
gegraven als ik onlangs me.
een kennis een vrijzvel ida
verhaal had gehoord.
Verstoord
Er is voor mijn gevoel nogc
iets fundamenteel mis rus
georganiseerde gezondb
zorg. Het evenzoicht tzissa
technische genezen, de 'curt
als dat heet, en de zorg of li
re', het zorgzaam en zorgr
omgaan met mensen is vols
verstoord. Dat is in firm
opzicht zo; wie aan 'cure'
krijgt veel meer betaald d>
'care't'. En dat is ook in zm
ring zo; de status van de'a
specialismen is duidelijk h
dan die van de 'care'-me,
Nog altijd bestaat er de o;
ting dat 'zorg' iets vaags, get
sachtigs is, terzvijl de techm
sche geneeskunde tenminsh
doet voor de mensen. Boveii
heeft zorg iets van: een j
troostprijs.
Dat zijn ernstige misvattir,
Zorg of 'care' kan het besl
den begrepen als een posii
emotionele en onderstem
reactie op de toestand of sit\
van andere mensen. Voo:
mand zorgen betekent een
der onze tijd, aandacht, syi
thie en de mogelijke hzdp gi
om de situatie dragelijk U
ken en er hoe dan ook vol
zorgen dat hij of zij zich zm
de steek gelaten voelt. Dat
wezen wat de jonge moedi
kwestie gebeurde: ze wast
het systeem en daarmee doe
genen die verantivoordelijk
voor het systeem in de steel
laten. Ze hadden het te druk
'cure' om nog tijd voor
over te houden.
Ik ben het volstrekt eens met
niel Callahan in zijn boek
Kind of Life. waar hij sch
care moet altijd priority
ven 'cure' krijgen en wél of
meest voor de hand liggend
den: er is nooit enige zeken
dat onze ziekten kunnen wc
genezen en onze dood afgeu
Uiteindelijk zullen en moeit
triomferen. Onze overwin
op ziekte en dood zijn altijdi
lijk. maar onze behoefte
steun, aan zorg, wanneer ut
die txvee geconfronteerd i
den, is blijvend."
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
Hoofdredactie: M. P. Dieleman, algemeen hoofdredacteur;
C. van der Maas, hoofdredacteur commentaar;
A. L. Oosthoek, adjunct-hoofdredacteur.
Eindredactie: K. Cijsouw en J. D, van Scheijen.
Bureauredactie provincie: F. P. J. Doeleman;
M. E. Ernens-Abrahamse; B. Goudswaard; P. C. de Jonge;
M, T. O. van der Vleuten; I. D, A. M. Russel;
J. P. van de Sande; J. P. Verbeek.
Redactie binnen- en buitenland: M. S. van Reems (chef);
G. J. Kers; J. P. H. Noot; C. J. Schets; W. P. Staat.
Redactie bijlagen: A. L. Kroon (chef); J, van Damme;
J. A. M. Tabbers; A. Zevenbergen.
Sportredactie: J. M. van den Berg (chef); J. F. D. Bakker,
E. L. Ramakers; R Thannhauser; T. J. van den Velde.
Vormgeving: A. A. Adriaanse: N. Geelhoed; A. F. Schreurs;
W. M. J Verstuyf.
Systeembeheer: C. W M. Keuning.
Nieuwsdienst: A. J. Snel (chef).
Algemeen verslaggevers (Vlissingen): M. Antonisse (plv. chef
nieuwsdienst); J. C. M. Cats; A. M. van der Jagt; B. Jansen:
H. O. Postma; M. J. Schrier; M. van Zuilen (Den Haag).
Regio Bevelanden/Tholen (Goes): W. J. van Dam (chef);
F. B. Balkenende; M. A. de Jongh; L. J. Meinardi;
M. E. Woudenberg.
Regio Schouwen-Duiveland (Zierikzee): M. van Houten (chef):
A. W. C. Mullink; I. M. Dekker.
Regio Walcheren (Vlissingen): A. A. van der Sluis (chef);
Y. Hoekstra; N. J. C. Kluijtmans (Ondernemend Zeeland):
E. J. Rozendaal; C. M. J. Sondervan; H. van der Werf.
Regio Zeeuwsch-Vlaanderen (Terneuzen): W. A. Bareman (chef).
C A. M. van Gremberghe. J. J. Heijt; R. E. A. Hoonhorst;
M. Modde.
Correspondenten Gemeenschappelijke Persdienst (GPD):
A. Knol (Brussel); P. de Vries (Brussel);
H. B. Hoogendijk (Berlijn): J W. M. Gertsen (Parijs):
C. van Zweeden (Londen); R. Hellinga (Boedapest);
A. Bloemendaal (Tel Aviv). E. J A. van der Linden (Rome):
S. van Rijn (Willemstad); J. A. Geleijnse (Moskou):
D. R, M. de Wit (Madrid);
J. A. M de Bruijn (Washington); F. J. M. van der Houdt (Nairobi):
P. G. W. van Nuijsenburg (Johannesburg)
W Bunschoten (Paramaribo).
Een harttransplantatie in de operatiekamer van het universiteits-ziekenhuis van Linda, Californië.
foto AP