Waar de verbeelding
wint van de waarheid
Toledo
ANWB
Museum
Amerika
Bahia
PZC
ZATERDAG 30 JANUARI 1993
vrije tijd
Het is warm in Toledo. Maar niet
onaangenaam. Vanochtend stak er een briesje
op dat de ergste hitte uit steegjes en straatjes
blies. Het is zaterdag en de duizenden
schoolkinderen die met hun gewriemel en
geschreeuw de stad een week lang verstopten,
zullen wegblijven vandaag. Toledo is weer van de
Toledanos. En van de eerste voorjaarstoeristen
die op de terrasjes van de Plaza Zocodover een
kaart naar huis schrijven. Op het soezende
pleintje is het is zo stil, dat je hun pennen kunt
horen krassen.
Zoals gewoonlijk aan het
begin van het nieuwe jaar
heeft de ANWB een stort
vloed aan nieuwe folders
uitgebracht. Daaronder:
Actieve Jeugdvakanties,
met daarin de adressen van
een aantal door de ANWB
op deskundige begeleiding,
huisvesting en kwaliteit
van de maaltijden geselec
teerde kindervakantiekam
pen.
Vaarscholen, met informa
tie over alle door de ANWB
erkende zeil-, windsurf- en
motorbootvaarscholen
Jachtverhuurders. Een
overzicht van alle op kwali
teit geselecteerde verhuur
ders van open zeilboten, ka-
juitjachten en motorkrui
sers.
Caravan- en Tentverhuur
ders, waarin per provincie
de door de ANWB erkende
caravan-, vouwwagen- en
tentverhuurders worden
opgesomd.
Fietsverhuurders, met alle
(205) adressen en voorwaar
den van door de ANWB er
kende fietsverhuurders.
Op vakantie met kleine
kinderen, een brochure
waarin de ANWB een aan
tal tips geeft voor gezinnen
die met kleine kinderen op
vakantie gaan. Ook in deze
folder een overzicht van de
schoolvakanties zoals die
zijn vastgesteld voor 1993
en 1994.
Bungalows. Een boekje
met actuele informatie over
door de ANWB gecontro
leerde bungalowparken in
Nederland.
Campings, waarin een over
zicht van door de ANWB
geïnspecteerde Nederland
se kampeerterreinen.
Alle folders, brochures en
boekjes zijn verkrijgbaar
bij de ANWB-kantoren.
Zojuist verscheen de
nieuwe gids Nederland Mu-
seumland met daarin een
overzicht van meer dan 900
musea gerangschikt op pro
vincie en plaatsnaam. In de
gegevens zijn uiteraard
adres, openingstijden, toe
gangsprijzen en telefoon-
ummers opgenomen. Ook
dierentuinen en hortussen
staan vermeld in de van
overzichtskaartjes voor
ziene gids, die te koop is in
de boekhandel. VVV- en
ANWB-kantoren en de gro
tere musea. Prijs: f 12,50.
Jan Doets, zich ook wel noe
mende Mr. America Num
ber One, heeft de Neder
landse vertegenwoordiging
gekregen van Collette
Tours. Deze Amerikaans/
Canadese reisorganisatie
verzorgt - in aansluiting op
de vliegtocht - bustrips over
het Noordamerikaanse
continent. Vlieg-busreizen
zijn voor de Nederlandse
markt niet direct nieuw
(touroperators als My Way,
O AD en ook Doets zelf kwa
men er al eerder mee), maar
het is een segment waarin
volgens de eigenzinnige
Heerhugowaardse tourope
rator nog wel een flinke uit
breiding mogelijk is. Doets
gaat terecht van de veron
derstelling uit dat veel Ne
derlandse toeristen zich on
danks alle individualise
ring nog altijd graag geor
ganiseerd laten rondsjou
wen. Prijzen vanaf onge
veer 3.000 gulden (10-daag-
se tour door Texas, inclu
sief vliegreis,
overnachtingen en maaltij
den I
Overigens heeft het aan
trekken van Collette Tours
Doets er niet van weerhou
den het aanbod van zowel
auto- als kampeerautorei-
zen flink uit te breiden.
Waarbij de vraag kan wor
den gesteld wat goedkoper
is: de USA per auto verken
nen (overnachten in hotels)
of per camper. De huur van
een (kleine) kampeerauto
bedraagt per dag immers al
vlug 90 gulden exclusief de
toeslag van circa 40 cent
per gereden mijl. Daar te
genover staat de absolute
vrijheid te gaan en te staan
waar je wil.
De Braziliaanse provincie
Bahia heeft een Verkeers
bureau geopend in Neder
land. Het is ondergebracht
bij PR Bureau BuroSix en
te bereiken onder telefoon
nummer: 01829 - 4466.
We zagen Toledo het eerst van
af het balkon van de Parador,
het staatshotel dat iets buiten de
stad hoog in de heuvels ligt. In het
late licht van de ondergaande zon
smeulden de gebouwen in tiental
len kleuren bruin, crème en oranje
en vanover de Taag, die zich in een
nauwe, diepzwarte lus om de oude
muren snoert, klonken de geluiden
van het oude Spanje. Uitschieten
de stemmen vol harde g's en slis
sende s'en vermengd met het stac
cato geblaf van schorre honden.
We waren moe na een lange reis
over de eindeloze wegen van La
Mancha, maar hoe zou je bij zo'n
schouwspel tot de andere dag kun
nen wachten? Een half uur later al
doorkruisten we de stad op het
grillige ritme van almaar wente
lende, kerende en draaiende
straatjes. We aten brokjes harde
ham in de betegelde Bar Royal,
vlak naast de fietsenwinkel van
Federico Bahamontes, de eerste
Spaanse wielrenner die de Ronde
van Frankrijk won, en we dronken
op een donker terras bier uit een
wijnglas.
Zo nu en dan heel zelden slechts
heb je een moment waarop je je
volstrekt gelukkig voelt. Nu over
kwam ons dat enkele dagen ach
tereen. Het was begonnen in Alma-
gro, vijfentwintig kilometer ten
zuidwesten van Ciudad Real. De
route er heen was van een droevige
schoonheid. Kaarsrechte, golven
de wegen, rode aarde en miljoenen
stijf in het gelid staande olijfbo
men met kruinen als uitgezakte
permanenten. Soms een stuwmeer
met langs de oever zwijgende, in
elkaar gedoken vissers en eens in
het uur een tegenligger.
Klooster
We bereikten Almagro tegen de
avond en namen onze intrek in de
Parador die bleek te zijn onderge
bracht in een voormalig Francis
canen-klooster. Om meteen ver
liefd op te worden. Zeker toen we
de luiken van onze duistere, koele
kamer hadden opengeduwd en uit
zicht kregen op een wit ommuur
de, met honderden bloemen en
planten overwoekerde patio. Een
van de veertien binnenplaatsjes,
bleek later, die het hotel had.
We aten 's avonds op de Plaza
Mayor. Een rechthoekig plein vol
winkeltjes, bodega's en cafés dat
aan de ene kant wordt afgesloten
door het gemeentehuis waarvan
de klok waarschijnlijk al jaren stil
staat op 11.02 en aan de andere
kant door het machtige stand
beeld van Diego de Almagro Ade-
lantado (1487 - 1538) in leven Capi-
tan General van de koning van
Chili, het land waar hij overleed.
Spaanser hadden we het op onze
reis nog niet meegemaakt. Fris ge
wassen Maya-meisjes in jurkjes als
lampekappen, opgedofte jongetjes
stiekem spuitend met waterpi
stooltjes en daar statig tussendoor
schrijdend, in rijen van vier en vijf,
de kwebbelende mensen van het
dorp. In de taverne waar we ham,
asperges en sla bestelden, luister
den jonge mannen naar een plaat
van Rod Stewart en keken oude,
onderuit gezakt in trijpen fau
teuils, misprijzend naar de televi-
De brug van San Martin id Toledo.
sie die een stierengevecht uitzond.
„Malo" hoorden we er eentje na het
afzichtelijke optreden van de pica
dor zeggen, „slecht" en hij maakte
het internationale wegwerpge
baar.
Misschien hadden we nog langer in
Almagro moeten blijven, wie zal
het zeggen. Maar nergens is de ho
rizon zo spannend als op de hoog
vlakte van La Mancha. Het jaagt
de reiziger voort. Zelfs als die in de
vroege morgen in ademloze be
wondering door Almagro's schitte
rende openluchttheater loopt,
laatste herinnering aan 's stads
gouden jaren (tweede helft veer
tiende eeuw) toen een Duitse ban
kier het onaanzienlijke plaatsje
uitbouwde tot het belangrijkste
handelscentrum van Spanje. Dus
reden we naar het westen waar de
Rio Guadiana door zo'n woest
landschap schuurt dat zelfs de
Spanjaarden het links laten lig
gen.
Vier uur rijden, drie tegenliggers.
Pijlsnel overstekende hagedissen,
vogels die we niet thuis konden
brengen en hagen vol witte roosjes.
Hier en daar hoogpoorten en bor
den met verwijzingen naar hacien
da's die soms schetterend wit op
lichtten in het wrede middaglicht,
maar dan weer verborgen bleven
achter eindeloze rijen heuvels. Een
keer zagen we een troep loom gra
zende vechtstieren waarvan we ei
op eerdere reizen door Andalusie
en Salamanca zoveel meer hadden
gezien. De dieren zullen, als ze een
maal tussen de 4 en 7 jaar waren,
ergens in Spanje tegenover een
steeds van hen wegdansende
moordenaar komen te staan en
uiteindelijk na een kansloos ge
vecht worden gedood.
We lunchten in Horcajo de los
Montes. een lelijk dorp van bak
steen met een bar die Las Vegas
heette. We wilden brood, kaas en
water, maar kaas was er niet
foto Spaans Verkeersbureau
ham wel. We vroegen of die met de
snijmachine 'zo dun mogelijk' kon
worden gesneden en kregen met
een de wind van voren. Domme ex-
tranjeros. Als je van iemand houdt
leg je hem niet onder de guillotine.
Ham moetje eten in brokken die je
vasthoudt in je vingers. En je moet
er niet alleen van genieten met je
papillen en je neus, maar ook met
je ogen. Nooit eerder kregen we tij
dens een lunch een beter advies.
De dieprode, bijna zwarte ham van
Las Vegas in Horcajo de los Mon
tes is zo hemels, dat we er al
moesten we nog een heel eind rij
den - een glas wijn bij namen.
Granada
Waarom gaan Nederlanders wel
naar de Costa's en niet naar Span
je? De dappersten, het luieren op
het strand moe, rijden op zekere
dag vanuit Torremolinos per bus
naar Granada, slenteren met tien
duizenden mensen rond in het Al-
hambra, laten zich fotograferen bij
de Patio de los Leones, bereiken
misschien nog net de tuinen van El
Generalife, maar worden dan al
weer naar de rokende, rochelende
en stinkende touringcars gecom
mandeerd voor de terugreis. Van
de schoonheid (zo broos als een to-
verslot, vond Louis Couperus) van
het Alhambra na vijf uur 's mid
dags als 95 procent van de toe
risten is verdwenen hebben ze
geen weet; van El Albaicin, de
Moorse wijk aan de andere kant
van de Moors babbelende Rio Dar-
ro al helemaal niet. „Geef hem een
aalmoes vrouw, want niets in dit
leven is erger dan blind te zijn in
Granada" (Francisco de Icaza).
Vraag nooit naar de plek waar de
stad op z'n mooist is, want de ant
woorden zullen als lottoballen
over elkaar heentuimelen. De Pla-
ceta de Santa Ines Alta met zijn
onvergetelijke uitzicht op het Al
hambra dat op zijn beurt weer
wordt overkoepeld door de eeu
wige sneeuw van de daar achter
liggende Sierra Nevada? Het plein
voor de San Nicholaskerk mis
schien? De Cuesta de Alhacaba?
Dat pleintje zonder naam bij de
Puerto Nueva. Of wellicht toch
maar de Plaza Bib-Rambla tijdens
de paseo, het flaneeruurtje. Loten-
verkopers die met bittere stem
zoete dromen verkopen; groepen
mannetjes met strooien hoedjes,
goud gemontuurde zonnebrillen
en tot vlak onder de borst opge
sjorde pantalons die met ernstige
gezichten de toestand in de wereld
bespreken. En overal rondom ons
de opzwepende klanken van de fla
menco, ook als ze er niet zijn. Want
dan hoor je ze wel in je verbeelding.
Hier duizelt Andalusie in duizen
den geuren en kleuren door de
straatjes die 'als deinende tenta
kels van een inktvis (schreef Fede
rico Garcia Lorca) over de heuvel
kronkelen'.
Kasteel
Maar daar niet alleen natuurlijk.
Op doorreis naar Cazorla en het
nog veel leukere La Iruela, waar
vandaan we in drie, onvergetelijke
uren naar de uit okeren rotsen ont
springende Rio Guadalquivir zou
den lopen, zagen we hoog boven
ons, op een brutaal vooruitsprin
gende rots, het kasteel en de mu
ren van Homos. Onze reisgidsen
hadden nooit van het dorpje ge
hoord; wijzelf en de toerist even
min. Maar waar is Spanje Arabi-
scher? In Cordoba? In Granada
misschien? Van de waanzinnige
Moorse versierdrift die de bezoe
kers van paleizen en moskeeën in
Granada, Sevilla en Cordoba de
hand voor de mond doet slaan, valt
in Homos weinig terug te vinden,
maar hoe stil en wit ligt het knik
kebollende plaatsje Arabisch te
wezen in het hete licht van Andalu
sie.
En nu, in het zinsbegoochelende
Toledo, met zijn onwaarschijnlijke
mengeling van joodse, Romeinse,
Moorse en christelijke bouwstij
len, grijpt Spanje ons opnieuw
naar de keel. Net als gisteren en
vanochtend toen we door La Man
cha reden, het land van Don Qui-
chot, de Ridder van de Droevige
Figuur, het land ook van Sancho
Panza z'n trouwe schildknaap en
het land natuurlijk van Rossinant,
door de wereldberoemde edelman
na vier dagen prakkizeren zo ge
noemd omdat het in diens optiek
'het ros der rossen' was, 'het beste
paard ter wereld'.
Ooit verkneukelde ik mij over
veertig verdrietige Engelsen die bij
Meiringen in Zwitserland, met de
pet in de hand de plek bezochten
waar Sherlock Holmes volgens z'n
bedenker Sir Conan Doyle de dood
zou hebben gevonden. Nu stonden
we vanmiddag in El Tobeso zelf in
het huis waar Cervantes de door
Don Quichotte zo driftig aanbeden
Dulcinea geboren liet worden. En
luisterden we met ernstige gezich
ten naar de gids die de overtuiging
uitdroeg dat De Geestrijke Ridder
waarlijk tegen windmolens en zak
ken rode wijn had gevochten.
Geen heerlijker land. dan een land
waai' de verbeelding het wint van
de waarheid.
Rob van den Dobbelsteen
Het Plaza Mayor in Almagro.
foto Spaans Verkeersbureau/Ramón LópezAlonso