De van leed De rozenkrans van Ramiz Iljasin Ontheemden in de trein naar Nederland PZC reportage i;>':ï' :vP ZATERDAG 19 SEPTEMBER 1992 Kinderen troosten hun hui lende ouders in de trein. fotografie Ruben Oreel Medewerkers van het Zeeuwse en het Kroatische Rode Kruis helpen een bejaarde uit de bus. Hij komt als eerste uit de bus op het station van Zagreb. Een verwilderde blik in zijn ogen, moeizaam lopend en een rozenkrans om zijn nek. De vrien delijke manier waarop het Neder landse Rode Kruis Ramiz Iljasin ont vangt, is niet aan hem besteed. Het 45 -jarige slachtoffer van de wrede bur geroorlog in wat anderhalf jaar gele den nog Joegoslavië heette, reageert nauwelijks. Hij grijpt alleen zijn ro zenkrans stevig vast. Zonder terughoudendheid vertelt Ra miz Iljasin later zijn verhaal. April 1991 wordt hij als zoveel mannelijke Bosniërs geïnterneerd in een Servisch kamp. Tijdens die opsluiting komen zijn vrouw en zijn zoon van veertien om het leven bij een Servische mor tieraanval in Vukovar. Na te zijn uit gewisseld voor een Servische gevan gene neemt Iljasin dienst in het Bosni sche leger, dat de oprukkende Ser viërs tot staan probeert te brengen. Op een avond kloppen Servische bu ren. met wie de familie Iljasin het al tijd goed kon vinden, bij hem aan om een borrel te drinken. Het blijkt geen vriendschappelijk bezoek. Ze vragen Iljasin of hij ijzerdraad in huis heeft. De Bosniër zoekt het gevraagde op, wordt door zijn eigen buren overrom peld en met het draad vastgebonden op een stoel. Er komen meer Serviërs binnen. Chet- niks noemt Iljasin ze consequent. Ze halen zijn dochter van negen jaar uit bed. De Chetniks binden haar ook vast en verkrachten het kind voor de ogen van haar vader. Dan onthoofden ze haar en werpen Iljasin het hoofd van zijn dochter in de schoot. Daarna is Iljasin zelf aan de beurt. De Chetniks spijkeren zijn voet aan de vloer vast, zetten zijn geslachtsdelen onder stroom en kerven met een mes in zijn been. Iljasin overleeft deze slacht- en mar telpartij. Hij belandt in een Bosnisch vluchtelingenkamp in de buurt van Zagreb, waar een delegatie van de mi nisteries van Justitie en WVC hem op de lijst zet voor een ontheemdentrans port naar Nederland. Hier moet hij zien te proberen verder te leven. De rozenkrans is de enige steun die hij op dit moment heeft. Ramiz Iljasin laat het snoer van houten kralen niet los. Een verwarde bejaarde wil bij nader in zien de trein niet in. Met een tweede treintransport zijn deze week 468 ontheemden uit Bosnië-Hercegovina vanuit Zagreb naar Nederland vervoerd. Een druppel op de {loeiende plaat: 650.000 ontheemden zijn naar Kroatië Setrokken om de oorlog in hun regio in het voormalige Joegoslavië te ontvluchten. Het Zeeuwse Rode Kruis lorgile in een deel van de trein voor de opvang en begeleiding van de Bosniërs. Voor hen is de burgeroorlog in Joegoslavië ineens geen televisie meer. Het belooft een prachtige dag te wor den in de Kroatische hoofdstad Za greb. Terwijl de Rode Kruis-trein de stad binnen schuift, verschijnt de zon roserood boven de huizen. Een modern spiegelglas kantoorgebouw versterkt het effect. Za greb maakt een welvarende indruk. Gepo lijst natuursteen op het hoofdperron van, het station, een gerestaureerde stoomlo comotief als blikvanger, fraai verzorgde bloemperken. Een in militair uniform ge stoken man stapt op een kiosk met eet- en drinkwaren af. Even kijkt hij aarzelend op de stationsklok. Tien voor zeven. Hij be sluit toch maar een biertje nemen. Een nij vere stad ook. Trams en bussen rijden af en aan en voor het station staan tientallen taxi's om forenzen te vervoeren. De 700 meter lange trein schuift verder naar een goederenperron. Na enig geran- geer staan de wagons in de gewenste posi tie. De eerste bus met ontheemden uit Bosnië-Hercegovina arriveert. Het leed van de burgeroorlog in het voormalige Joegoslavië krijgt gezichten. Het is nu in eens minder prachtig in Zagreb. De blik ken van de passagiers zijn dof, soms schichtig. Een man met een voet in het verband, een ander mist zijn onderbeen, een kind met een verband op een oog. Een gebroken man stapt huilend uit de bus. Twee kinderen aan de hand en de scha mele bezittingen in twee plastic zakken. Een bijna verlamde vrouw wordt moei zaam uit de bus getild. Een andere vrouw valt flauw. Stickers Even dreigt iets van chaos te ontstaan. In de bus hebben alle ontheemden een ge kleurde sticker op de kleding gekregen, zodat de artsen, verpleegkundigen en hel pers van het Rode Kruis kunnen zien in welke wagon zij moeten instappen. De be doeling van dit systeem is dat passagiers met hetzelfde soort verwondingen of aan doeningen bij elkaar komen. Maar de be- stickering blijkt dwars door familiever banden heen te lopen, zodat in de bus een levendige ruilhandel in stickers ontstaat. Anderen gooien de sticker weg. Daardoor worden sommigen naar de verkeerde wa gon verwezen. Ze lopen vertwijfeld heen en weer langs de trein. Kinderen troosten hun huilende ouders. In hun haast om in de trein te komen ver geten enkele Bosnische vluchtelingen hun bagage uit de bus te halen. Anderen zeulen met koffers, dozen en plastic zak ken. Vrolijk gekleurde sporttassen steken vreemd af tegen de tragiek op het perron. Een bejaarde man met alpinopet en grote schrikogen wil ineens de trein niet in. Zijn vrouw is a'l ingestapt, de man weigert. Met Irage, ongecoördineerde bewegingen gaat hij op de loop. Rode Kruis-mensen en Kroatische politiemannen proberen hem °P andere gedachten te brengen. Psychia ter Frank Kooyman komt erbij. De man is even de kluts kwijt. Wanneer hij wat kal mer is geworden, zegt hij tegen een tolk dat hij in de Eerste en de Tweede Wereld oorlog ook al heeft moeten vluchten en hij is niet van plan dat nog een derde keer te doen. Maar je vrouw zit al in de trein, is de logische tegenwerping. De man is er niet van onder de indruk. Dan zit er maar één ding op. Vier man sterk wordt hij vierkant opgepakt en in de trein gezet. Daar blijft hij de hele reis braaf naast zijn vrouw zit ten. Soms even hand in hand. Zenuwachtig Moeder en dochter Adri Overbeeke-Ver- kerke (56) uit Oostkapelle en Elna Ge- schiere-Overbeeke (32) uit Middelburg wachten de ontheemden in hun wagon op. Twee doorgewinterde Rode Kruis-help- sters. Moeder begon haar werk voor de hulpverleningsorganisatie in 1953 met het smeren van brood voor de dijkwerkers op Tholen na de overstromingsramp. Doch ter heeft het Rode Kruis-werk met de pa plepel binnengekregen. Ze ging al in de wandelwagen met haar moeder mee naar oefeningen en wedstrijden van het Rode Kruis. De avond tevoren waren ze nog een tikkeltje zenuwachtig. Hoe zouden ze zich houden wanneer ze met het lichamelijk en geestelijk leed van de slachtoffers van de burgeroorlog zouden worden geconfron teerd? Van die spanning is niets meer te merken als ze aan de slag moeten. De ont heemden krijgen een coupé aangewezen en worden van een ontbijt voorzien. Hun namen en leeftijden worden genoteerd. Uitgebreide verzorging lijkt niet nodig. Dat constateert ook Ad van Liere (37) uit Goes. Hij is intensive-care verpleegkun dige in het Oosterscheldeziekenhuis. Hij heeft zich als niet-Rode Kruis-lid voor het transport aangemeld, omdat hij had be grepen dat in de eerste trein te weinig ver pleegkundigen waren die met patiënten kunnen omgaan die intensieve zorg verei sen. Naarmate meer bussen met ontheem den bij de trein aankomen, blijkt dat deze categorie passagiers ontbreekt. Voor niets meegegaan dus? „Nee hoor", vindt Van Liere. „Ik kan me toch wel nuttig ma ken. De mensen hier in de trein zitten geestelijk behoorlijk in de knoop. Daar kunnen we nu wat meer aandacht aanbe steden. Het taalprobleem hoeft geen ob stakel te zijn. Wanneer je je arm om ie mand slaat die het moeilijk heeft, dan is dat meestal al genoeg. Da's een interna tionaal gebaar." De behoefte onder de ontheemden zich te uiten is groot. Sommi gen doen hun verhaal aan alle Rode Kruis -werkers in hun wagon, in het Engels of Duits, met behulp van een tolk of met haastig gekrabbelde tekeningen. Geen televisie De meeste Rode Kruis-vrijwilligers die twee weken geleden voor deelname aan het transport werden gevraagd, hoefden niet lang na te denken. In het kruitvat Joegoslavië ligt Zagreb betrekkelijk vei lig. Bij sommige Rode Kruis-werkers maakten gezinsleden aanvankelijk wat bezwaren. Anneke Kruis uit Middelburg: „Maar mijn zoon van zeven zei al gauw: ga maar, je bent daar meer nodig dan hier." En over haar indruk van de situatie in Joe goslavië: ,,'t Is ineens geen televisie meer." In een van de Zeeuwse wagons heerst op het station in Zagreb even wat teleurstel ling. Dit gedeelte van de trein was be stemd voor hoogzwangere en pas bevallen vrouwen die voor een tijdelijk verblijf in Nederland waren geselecteerd. De Rode Kruis-medewerkers in deze wagon ver heugden 2ich daar zeer op. Baby's wassen in een geïmproviseerd badje van een vuil niszak in een kartonnen doos, dat is toch hartstikke leuk. En wie weet mischien wel een bevalling in de trein. Maar na enkele uren in Zagreb komt de mededeling dat de beoogde passagiers niet komen. Onduide lijk blijft of de vrouwen als groep hebben besloten af te zien van de reis naar Neder land of dat ze niet meer verbleven in de ziekenhuizen waar een delegatie van amb tenaren van de ministeries van Justitie en WVC en Rode Kruis-medewerkers hen hebben bezocht. Eén van de leden van die delegatie is WVC -ambtenaar O. Salakovic. Hij is geboren in Montenegro, een van de deelrepublieken van het voormalige Joegoslavië. Verbij sterd reist hij in zijn voormalige vaderland rond. „Ik ben blij dat ik naar Joegeslavië ben afgevaardigd. Zo heb ik tenminste nog het gevoel dat ik iets heb kunnen doen, ook al is het maar gering." Salako vic spreekt liever niet over selecteren van Bosniërs voor de transporten naar Neder land. „We proberen de ontheemden die de minste kansen hebben zich in de Kroati sche vluchtelingenkampen staande te houden, naar Nederland te laten gaan. Dat betekent gezinnen met jonge kinde ren, bejaarden, gewonden, zieken en zwakken." Overigens wil lang niet ieder een die tot deze doelgroep behoort, ge bruik maken van de mogelijkheid naar Nederland te reizen. Salakovic: „Ze blij ven liever zo dicht mogelijk bij Bosnië in de hoop weer snel naar hun woonplaats terug te kunnen gaan zodra de gevechten zijn afgelopen." Gezinshereniging Het vluchtelingenprobleem in Kroatië is groot. De 4.5 miljoen inwoners tellende re publiek herbergt op dit moment 650.000 vluchtingen, die Bosnië hebben verlaten omdat ze gewond zijn geraakt, hun huizen verwoest of familieleden gedood bij de ge vechtshandelingen tussen Servische en Bosnische milities. Nederland heeft toe gezegd 3000 Bosnische ontheemden tijde lijk op te nemen. Salakovic verwacht dat dit aantal nog wel wat groter zal worden, omdat in het kader van gezinshereniging ook familieleden van in Nederland verblij vende Bosniërs zullen worden toegelaten. Het getal van 3000 is op 500 na bereikt. Waarschijnlijk komen de laatste Bosniërs die Nederland opneemt van het schierei land Istrië, waar ze in vakantiekampen zijn ondergebracht, een behuizing die on geschikt is voor de komende winter. Zij zullen waarschijnlijk per bus reizen. De bus is goedkoper en sneller dan een spe ciale trein. Die doet 22 uur over de reis naar Nederland; een bus kan het in 18 uur. De trein is wel zo comfortabel. Alle coupés zijn voorzien van slaapbanken. Vijftien medewerkers van WagoiïLits zorgen voor de inwendige mens. Dit bedrijf heeft bij de Nederlandse treinreiziger geen al te beste naam door de povere dienstverlening in de Intercity-treinen. De inzet van de Wa gon Lits-ploeg in de Rode Kruis-trein zui vert deze blaam geheel. Geen moeite is te veel. De stewards en stewardessen zijn voortdurend in de weer met maaltijden en frisdrank en sandwiches voor tussendoor. Vrijwel de voltallige Wagon Lits-ploeg die het eerste ontheemdentransport mee maakte, heeft zich vrijwillig gemeld voor de tweede reis. Een enkeling heeft er zelfs zijn vakantie voor verzet. Terrassen De bussen lossen een voor een hun trieste lading op het goederenperron. In zonnig Zagreb gaat het leven zijn gewone gang. Toeristen komen met een plattegrond van de stad uit het station. De terrassen zijn goed bezet. Het enige opmerkelijke in het straatbeeld is de aanwezigheid van veel militairen in camouflagepakken zonder rangonderscheidingstekenen. Mira Cisa- nivic wacht op de tram. Ze schudt onge duldig haar zwarte haar bij het horen van de constatering dat er wel een erg groot contrast is tussen de vrolijke bedrijvig heid in de stad en de oorlog enkele tiental len kilometers naar het zuiden. „Wat moe ten we dan? We moeten toch verder le ven", zegt ze. „De situatie is al ernstig ge noeg. Daar kunnen we toch niet de hele dag om lopen te huilen?" Dat Nederland 3000 vluchtelingen uit Bosnië opneemt, was haar niet bekend. Ze is verrast dat een klein en ver land als Nederland zich be trokken voelt bij het vluchtelingenpro bleem. „Andere landen zouden dat ook moeten doen. We kunnen het onmogelijk alleen." Tegen enen zet de trein zich weer in bewe ging. Met 468 passagiers aan boord: 32 minder dan de bedoeling was. Het verschil wordt veroorzaakt door de zwangere en pas bevallen vrouwen die het hebben la ten afweten. Het was niet mogelijk tijdig de formaliteiten voor 32 andere ontheem den te regelen. Het eerste deel van de reis is de sfeer onder de passagiers gespannen. Ze hebben verhalen gehoord over strenge controles bij de Sloveense grens. Alleen de kinderen komen los. Een lach breekt door hun strakke gezichtjes, het speelgoed dat het Rode Kruis heeft meegenomen, vindt gretig aftrek en een paar kinderen maken zich verdienstelijk door de bemanning van de trein een handje te helpen. Grüss Gott Na Jesenice aan de Sloveens-Oostenrijkse grens breekt ook voor de oudere passa giers de ban. De trein duikt in Slovenië een kilometers lange tunnel in en komt er in Oostenrijk weer uit. „Grüss Gott", klinkt het door de gangpaden in de trein. Rode Kruis-werkers worden omhelsd. Hier en daar worden tranen weggepinkt en neuzen gesnoten. Dan komen de verha len los. Over de Servische terreur, het le ven in kampen, mishandelingen, marte lingen, beschietingen, verwoestingen, de vlucht, de angst. Het woord erg klimt voortdurend de trappen van vergelijking op en af. Families, die gezien hun kleding van het platteland afkomstig zijn, proberen in de trein weer iets van een gezinsleven te be ginnen en sluiten de deur en de gordijnen van hun coupé. Een gezin van tien perso nen (vader, moeder en acht kinderen tus sen 11 jaar en 14 maanden) weigert eerst zich over twee naast elkaar gelegen cabi nes te laten spreiden. Ze redden het wel in de zespersoons coupé, verzekert de vader Hij zwicht pas na enige aandrang. In het gangpad leert een Rode Kruis-man een peuter de eerste woordjes Nederlands: boom, gras, huis. Ben Jansen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1992 | | pagina 21