pzc Liever een knor dan een blije geit Woldhek heeft het beste voor met vogels Rijk de Gooyer peelt Pinter kunst cultuur 25 VRIJDAG 11 SEPTEMBER 1992 Een repetitieruimte aan de Amsterdamse Da Costakade. De Nederlandse vertaling van De Thuiskomst wordt doorgenomen. De centrale vraag: bekt de vertaling wel goed? Natuurlijk: Engels is geen Nederlands, en er zullen misschien wat aanpassingen volgen, maar sjoemelen met Pinters tekst is hier uit den boze. „Goeie jus ligt stil", zei Rijk de Gooyer tijdens zijn werk in de film De Avonden, waarin hij de vader van Frits Egters zo ontroerend heeft neergezet. Deze wijsheid van de gestampte pot, die De Gooyer zo vaak aan de eettafel in zijn ouderlijk huis had gehoord, werd een van de bekendste one-liners uit De avonden. Bij De Thuiskomst zal zoiets niet mogelijk zijn. Pinter wordt naar de letter genomen. Rijk de Gooyer: Je suster op 'n gaaspedol... foto Nieuw Aneto De Gooyer. een van de meest gevraag de acteurs in den lande, ziet er on danks zijn zevenenzestig jaren nog steeds link uit. Een beetje malicieus hoofd heeft- ie. Geen man tegen wie een skinhead in een automatiek zou zeggen: 'Hé opa. geef mij dat kroketje 'ns effe'. Terwijl we aan stalten maken om naar een Amsterdams café te gaan, liefst een etablissement waar hij niet bij elke consumptie 'Foutje, be- daaankt!' krijgt te horen, klopt hij op zijn buik. „Kijk nou eens, jongens, ik krijg, ge loof ik, een Zwitserlever." Na de rol van Fred Schuyt in In voor- en tegenspoed en die van de vader van Frits Egters in De Avonden opnieuw dus een karakterrol voor De Gooyer. Maar nu een hele zware. Een rol die ooit door een to neelgigant als Guus Hermus werd ge speeld. Hoe is dat zo gekomen? De Gooyer nipt voorzichtig van zijn jus d'orange. een verversing die o, groot is onze wankelmoedigheid. Heer! later vervangen zal worden door een transpa ranter soort geel. Dan, wegkijkend: „Olga Zuiderhoek heeft mij voor deze rol ge vraagd. 'Okay', zei ik, 'ik wil het doen. Maar ik heb geen zin om tweehonderd voorstellingen te spelen. Dat duurt mij te lang. Dan wordt het een sleur. Ik wil het niet meer dan vijftig keer doen en dan zo veel mogelijk in de grote steden. Anders ga ik op de automatische piloot'. En bo vendien vind ik dat gereis door het land heel vervelend. Met die files van tegen woordig moet je al om vier uur weg. En dan ben je pas om één uur 's nachts thuis. Je zit langer tussen de wielen dan op het toneel." -Max, de figuur die u moet spelen, lijkt wel wat op Fred Schuyt. „Ja, hij is net als Fred Schuyt een kanke raar. Maar het stuk van Pinter gaat diep er. Max is veel moeilijker om te spelen. Hij is echt gek, gestoord. Zijn broers waren dat ook. Het zit in de familie. Bovendien is hij een enorme opschepper. Hij zegt dat hij een kenner is van paarden, dat-ie kind aan huis was bij de paardenraces. Met één oogopslag kon hij zien of een paard iets mankeerde. Hij genas ze, met hypnose. 'Praat mij niet over paarden', zegt-ie te gen Sam, zijn broer, 'ik weet alles van paarden, jij kent ze alleen maar uit de krant. Ik heb hun manen gestreeld'. Dat liegt-ie allemaal. Maar hij gaat mee in zijn eigen fantasie." „Max is een moeilijke rel. Ik ben zelf nog vrij springerig, ik heb niet de motoriek van een oudere man. Tim Luscombe zei tegen me: 'Rijk, niet zo vitaal, die man is lojiger'. Dat is moeilijk om te spelen. Ik ben nog snel. Terwijl ik niks aan sport doe." Getourmenteerd „Omdat ik een wat getourmenteerd ge zicht heb. vragen ze me voor dit soort rol len. En dat is dan hard werken. Als je echt een knappe snuiter bent, drijf je op je schoonheid. Maar zo'n vileine man als Jack Nicholson bijvoorbeeld, die is niet echt knap. Die moet het hebben van zijn talent. Maar dat niveau bereik je als Ne- derlands acteur natuurlijk nooit. Je hebt je taal niet mee." - U speelt vaak losers. Waarom toch? U bent zelf behoorlijk geslaagd. „Ik vind 'losers' veel interessanter dan mensen die succes hebben. Ze werken op mijn lachspieren, die mensen die zich gro ter voordoen dan ze zijn. Ik prik er door heen. Ook in het normale leven. Als er weer eens eentje zit op te pijpen, wil ik soms zeggen: 'Meneer, als u allemaal bent wat u zegt dat u bent, waarom heeft u dan die foute schoenen en dat foute pak aan? En waarom moet iedereen weten wat u doet?" Kaartje „Een acteur die niet veel werk had, gaf me laatst eens zijn kaartje. 'Denk eens aan me, als je wilt', zei hij. En dan krijg je dat kaartje en dan staat daarop zijn naam. en daaronder: 'acteur'. Daar moet ik om la chen. Want dat houdt in dat je wel moet weten dat-ie acteur is." „Je hebt een heleboel acteurs die maar thuis blijven zitten. Die denken: laten ze me maar bellen. Maar zo werkt het niet. Je moet het gaan opzoeken, zelf wat onder nemen. Met In voor- en tegenspoed van Johnny Speight heb ik echt lopen leuren bij de omroepen. Maar iedereen zei: nee, dat is besmet. De VARA heeft uiteindelijk na al die jaren de uitdaging aangenomen. Ik heb er als een bulldog op gezeten. En op een gegeven moment hoorde ik: Marcel doet het. En toen het een succes werd, zei den ze bij de VARA: je had het niet eerder moeten doen en niet later. Ach, dat gelul ken ik uit mijn hoofd. Leuk is leuk." -- Hoe zit het met het schrijven? „Ze vragen me telkens naar een vervolg op Gereformeerd en andere verhalen. Maar ik heb enorm veel moeite om me te con centreren als ik alleen werk. Ik moet altijd mensen om me heen hebben. Dus dat lukt voorlopig niet. Maar misschien begin ik er wel aan als ik wat minder ander werk heb. Ik heb stof zat." Accent -- Ook over Utrecht, over wijk C? „Jazeker. Toen de vrouw van de regisseur Karl Guttmann erachter kwam dat ik Bartels had gedaan - weet je wel, van 'Goejndaag Baaartels' - kreeg ik een be paalde rol niet. So what. Met dat Utrecht se accent verdien ik nog steeds goed mijn brood. Kijk maar naar: 'Foutje, bedankt'. Ik kreeg laatst eens een tekst van Reaal en die beviel me niet. Dat ging over dat spotje waarin ik in een sportwagen wegrij. Ik zeg: 'Jongens, dat vind ik niks'. 'Okay', zei die reclameman. 'Verzin zelf dan maar wat'." „Ik dacht: het moet iets rijmends zijn. Want zowel in Utrecht als in Amsterdam wordt er altijd gerijmd. Als iemand hier Als Arie Snoek in Hoge hakken, echte liefde. zegt: 'Je ligt in mijn bed', dan zegt een Am sterdammer: Ja, je vader met een jockey pet'. Het slaat op niks. Dat is het geestige En toen zei Max Pam ineens: 'Ja, je zuster op een gaspedaal'. Ik dacht: die moet ik hebben Je suster op 'n gaaspedol." - Max moet koken in 'De Thuiskomst'. Dat komt mooi uit. U kookt zelf ook erg graag. „Ja. dat klopt. Ik heb het een beetje ge leerd van Hugh Jans. Ik ga altijd naar de beste slagers als ik voor mensen moet ko ken. Maar ik kook nooit voor meer dan zes mensen Ik ben gek op wild: fazant, eend. noem maar op. Ik ga af en toe wel eens op een culinaire strooptocht in Belgie. In Bel- gie is goed eten normaal. Hier in Neder land moet je dankbaar zijn dat je geen voedselvergiftiging oploopt. En dat ge fluister in een sterrenrestaurant hier - daar word ik gek van. Het lijkt wel of je in een soort kathedraal zit. Als je ergens in Belgié slecht zou koken, mag je daar niet bestaan als kok. In het eenvoudigste res taurant eet je goed. En dan die serviele obers hier. Ik heb wel eens dertig asbak ken gehad voor een sigaret. Ze blijven maar nieuwe neerzetten. Terwijl een beetje smerigheid bij eten hoort." - Zijn er nog Nederlandse romans ivaar- van U vindt dat ze verfilmd moeten ivor- den? „Kees de Jongen van Theo Thijssen zou den ze moeten verfilmen Dat is een van mijn lievelingsboeken. Die prachtige dag dromen van die jongen. Maar ik heb niet zo'n hoge pet op van de Nederlandse lite ratuur. Ik denk dat Vals Licht van Theo van Gogh erg goed wordt. Theo mag ik heel graag. En weet je wat ze ook moeten verfilmen? Pietje Bell. Ik denk wel eens dat al die Nederlandse cineasten te hoog grijpen." Cees van Hoore Vogels, schrijvers en politici. Dat zijn de drie onderwerpen van tekenaar Siegfried Woldhek (Emmen, 1951). Bij Galerie Jas in Utrecht is recent werk van Woldhek te zien waarin de drie aspecten van zijn werk keurig zijn vertegenwoor digd. Wat daarbij onmiddellijk opvalt is dat de drie thema's ook drie verschillen de kanten van zijn kunstenaarschap la ten zien: liefdevol (ten aanzien van de vo gels», geïnteresseerd en geamuseerd (de schrijvers) en kritisch (de politici). Kortom, als vogel ben je bij Woldhek het best af. als schrijver loop je niet meteen gevaar (hooguit blijk je onder zijn pen in een tamelijk vreemde vogel veranderd), maar politici zien zichzelf nogal eens te rug. geportretteerd als vileine schurken of onnozele halzen. Woldhek, van origine bioloog en sinds 1990 directeur van het Wereld Natuur Fonds in Zeist, is als tekenaar autodi dact. Hij maakt sinds 1976 schrijverspor tretten voor het weekblad Vrij Neder land en tekent sinds 1980 politieke kari katuren voor NRC Handelsblad. Hoe mooi sommige van de vogeltekenin gen ook zijn, ik heb op de expositie het meest genoten van Woldhek's schrijver sportretten die niet alleen heel knap ge troffen zijn, maar soms ook bijzonder geestig. Zo vliegt bijvoorbeeld Jan Wol kers (lijntekening. 1991) in blote billen en poedelnaakt piemeltje door het lucht ruim, als een mollige cupido op leeftijd. Hartjes Titel 'Jan Wolkers zwevend'. Ik kan niet eens uitleggen waarom, maar Woldhek heeft hier iets essentieels van Wolkers' schrijverschap getroffen. Misschien de levenslust die uit zijn boeken spreekt. Siegfried Woldhek moet wel een enthou siast lezer zijn, want in zijn tekening 'Multatuli geplaagd door 't Harten' uit 1990 laat hij prachtig zien hoe ambiva lent de houding van Maarten 't Hart is tegenover de door hem evenzeer bewon derde als verguisde schrijver Multatuli. Terwijl twee 't Hartjes zich knuffelig te gen de schouders van Multatuli aan- vleien. springt een derde 't Hartje op de achtergrond als een ondeugende school jongen op en neer. De grote schrijver zelf laat het zich allemaal aanleunen met let terlijk lede ogen die van flink uitvergrote wallen zijn voorzien. Met die ogen is bij Woldhek trouwens toch iets aan de hand. Zijn de koppen van de geportretteerden al onevenredig groot in verhouding tot de rest van het lichaam, de ogen springen er nog eens extra uit. Vaak weet Woldhek in vorm en stand van de ogen zozeer iets karakteris tieks van zijn onderwerp te vangen, dat je hem of haar onmiddellijk herkent. Statements Heel duidelijk is dat ook in 'Kabinet Lubbers-Kok' (lijntekening 1989). waar 'Trix' als een lieve, trotse schooljuf te midden van haar boys poseert Je kunt moeilijk ernstig blijven als je dat stelletje ongeregeld zo bij elkaar ziet staan. Alle maal ondeugende jongetjes, met links achter twee flinke meiden: Hedy d'An- cona en Ien Dales. Rechtsachter lukt het meisje drie. Hanja May-Weggen, nog net om over de schouder van een van haar mede-ministers heen te kijken. Ze is uit sluitend herkenbaar aan: haar ogen. Dat Woldhek niet alleen hilariteit weet op te roepen, maar met zijn karikaturen ook serieuze statements brengt, is met een duidelijk bij de tekening die als num mer I is opgehangen op deze qua om vang bescheiden maar qua invalshoeken veelzijdige verkoop-expositie. De Zuid- afrikaanse mimster van buitenlandse za ken Pik Botha is geportretteerd met even volle als vuile handen. Met de ene hand steekt hij een zwarte man de ogen uit. met de andere hand trekt hij zijn slachtoffer hardhandig aan zijn tong. Toelichting verder overbodig. Veel van Woldheks werk is in boeken op genomen: Literaire tekeningen (1980) en Getekende schrijvers (1986). Hij illu streerde bovendien diverse boeken van Koos van Zomeren, en een jeugdboek van Jacq. Vogelaar (Het geheim van de bolhoeden). De boeken liggen op de ex positie ter inzage. De tekeningen van Woldhek die op de expositie hangen, zijn allemaal te koop. voor zover ze nog niet van eigenaar zijn verwisseld- Dat laatste is bijvoorbeeld het geval met de recente karikatuurtekening van Dirkje Kuik, die wel te zien is maar al is aangeschaft door de kunstenares zelf. Inge van den Blink Expositie Siegfried Woldhek. tekeningen Te zien bij Galerie Jas. Nachtegaalstraat 3. Utrechttot en met 23 september 1992. Open dinsdag Um vrijdag 10.00-17.30 uur, zaterdag 10.00-17.00 uur. Met Thom Hoffman in De Avonden. foto Willem ten Veldhuys In de film Grijpstra en de Gier met Rutger Hauer.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1992 | | pagina 25