Rock 'n roll gaat
over vrijheid
Beastie Boys blijven experimenteren
Ik ga door
tot het einde
PZC
Chris
de Burgh
kunst cultuur
VRIJDAG 26 JUNI 1992 «b 18
De oude en de nieuwe Kiss: We dreigden een karikatuur van onszelf te worden.
De juffrouw van de
platenmaatschappij had er
met open mond naar staan
kijken, maar het schijnt wel
vaker voor te komen. Fans
vragen Paul Stanley niet voor
het eerst om een handtekening
op hun bovenarm, met de
bedoeling die krabbel
vervolgens spoorslags te laten
tatoeëren. Hij schrikt er ook
niet meer van, zo'n blijk van
aanbidding: „Ik vind het een
eer, een compliment. Het is een
kwestie van wederzijds
respect."
KISS in Nederland, dat
ontketent ook na twintig jaar
nog altijd een storm van
enthousiasme. Aanhangers
vertoeven voor dag en dauw
reeds op de trappen van het
Amsterdamse Americain hotel
om een glimp van het kwartet
op te vangen, een vluchtig
woord te wisselen en een
handtekening te bietsen, al dan
niet ter tatoeage.
Ooit, verluidt het, hebben de
rangen van de eigen fanclub,
KISS Army, wereldwijd meer dan
honderdduizend leden geteld. Die
tijd is misschien geweest, maar de
overgebleven volgelingen en dat
zijn er velen - zijn er niet minder
devoot onder. Stanley: „Het is nog
steeds een gekte, ja, very much so.
Het is even wonderlijk als fantas
tisch, na die twintig jaar, maar het
is niets om voor lief te nemen. Je
kunt ook merken dat de fans meer
vastberaden zijn nu we als groep
ook weer wat doelbewuster zijn ge
worden. Revenge is ons beste al
bum sinds lange, lange tijd en het
is dus geen toeval dat dat bij de
fans een nieuwe geestdrift los
maakt. Het album staat nu al weer
op zes in de Amerikaanse lijst: het
is onze historie waardig. En dat be
taalt af."
Paul Stanley, zanger/gitarist, is de
rocker pur sang. Lange, zwarte ma
nen, halsketting, armbanden «met
doodskop), ringen, zwart T-shirt
(met doodskop), zware laarzen.
Nipt jus d'orange. Formuleert
langzaam, voorzichtig, maar
klinkt niettemin vastberaden. Het
is inmiddels negen jaar geleden
dat hij voor het laatst met een wit-
geschminkt gezicht (en een zwarte
ster over zijn rechteroog) als een
groteske Pierrot op een podium
stond, in Rio. Het werd tijd voor
een heel nieuw hoofdstuk in de
pompeuze historie vah KISS, dat
curieuze kwartet hardrockers.
Bombast, schmink, glitterpakken
en plateauzolen (en de bovenmen
selijk lange tong van bassist Gene
Simmons, niet te vergeten) had
den jarenlang de succesformule
bepaald. Maar het was genoeg ge
weest. In '83 liet KISS voor het
eerst zijn ware gezicht zien, zonder
make up dus. Om een indruk te ge
ven: dat naakte feit haalde in de
States destijds coast-to-coast alle
media, inclusief televisiejournaals.
„Het was een noodzakelijke stap",
weet Stanley, overtuigd. „Als we
die make up toen niet hadden afge
zworen, hadden we hier vandaag
niet gezeten. We stonden op het
punt om een karikatuur van on
szelf te worden, een parodie van
wat op zich erg belangrijk voor ons
was, namelijk in een opvallende
rockband spelen. Want vergeet
niet, toen we met die make up be
gonnen stonden we daar wèl hele
maal achter. Er waren geen andere
bands die dat ook zouden hebben
aangedurfd. Ze zouden er als
clowns hebben uitgezien, maar wij
niet."
Volgens de overlevering heeft de
toenmalige platenmaatschappij
nog druk op de heren uitgeoefend
om zichzelf toch vooral niet bloot
te geven, bang als men was voor
een commercieel noodlot, maar te
vergeefs.
„Als we fout zitten, zullen we op
onze eigen voorwaarden sneuve
len, zeiden we. En dat is inmiddels
negen jaar geleden, dus het feit
spreekt voor zich. Als we niet goed
genoeg zouden zijn. ook zónder
make up, hadden we niet meer in
de business thuis gehoord. Ik wil
niet één dag langer meedraaien
dan we verdienen. Waren we een
band gebleven van make up en
rookmachines, dan hadden we ge
woon op moeten krassen."
KISS had tot dat moment al meer
albums verkocht dan een gewone
achtertuin kan herbergen. Grote
klappers uit de catalogus waren
het live-album Alive! ('74), Des
troyer ('76) en Rock and roll over
('76). Met de single 'I was made for
lovin' you' en het album Dynasty
('79) flirtte de groep kortstondig en
uiterst succesvol met disco, doch
verder is KISS steeds de (hard-
)rock trouw gebleven.
Ook na twintig jaar in de business
voelt veertiger Stanley zich daar-.
voor nog niet te oud: „Rock gaat
om vrijheid, leven en onafhanke
lijkheid. Een gevoel van: Ik leef
mijn leven op mijn manier, en dat
is voor mij rock 'n' roll. Je eigen
weg gaan, walking your own road,
en zingen over de dingen die je on
derweg tegenkomt. Dat verandert
niet, ook niet als je veertig bent.
Moet ik soms bezingen wat ik op de
achterbank van een auto met een
grietje kan doen om met rock 'n'
roll bezig te zijn? Nee dus, dat zou
absurd zijn. Andere mensen doen
dat misschien wel. Die geven zich
over, zijn bereid hun leven op an
dermans voorwaarden te leven.
Maar nogmaals: deze jongen niet."
Fragiel
Zeker nadat begin vorig jaar KISS
-drummer Eric Carr aan kanker
overleed, bestaat er voor Stanley
meer op de wereld dan een slag
roomtaart met kaarsjes, een paar
onaangekondigde meiden in je ho
telkamer of de volgende gouden
plaat. „Als iemand je op een dag
vertelt dat hij kanker heeft, ie
mand met wie je elf jaar gereisd
hebt, gesprekken gevoerd, lief en
leed gedeeld, en zo iemand sterft
dan zo maar, dan is het verbijste
rend te constateren hoe fragiel en
precair het leven in feite is."
Dan doen ruim 70 miljoen verkoch
te albums er ook niet echt meer
toe: „Het zegt me weinig. Ik ben
wel dankbaar, maar wat is het ver
schil nog op een goed moment?
Twintig miljoen, zeventig mil
joen... Ga je daar anders mee om?
Ik denk het niet. Belangrijker is
het dat we zelf het idee hadden dat
we de laatste jaren tekort schoten
en dat we een volgende keer beter
moesten presteren. Het doet je
goed als blijkt dat je daarin
In 1987 golden ze nog als de
grote voorlopers van de
integratie van rap en rock, maar
wie kent anno 1992 de Beastie
Boys nog? Hun daverende hit
'Fight for your right to party' is
vergeten, het succesvolle
debuutalbum Licensed To III
werd opgevolgd door de
commerciële misser Paul's
Boutique en sinds die tijd leken
ook de Beastie Boys te zijn
ondergegaan in de vloedgolf aan
rap en hip-hop, die ze zelf mede
hadden veroorzaakt.
In zekere zin zijn we inderdaad
weg geweest", geeft Mike D..
de drummer van het trio toe.
Voor de band zelf liggen de za
ken wat anders. Wat de Beastie
Boys betreft was 'Fight for your
right to party' een toevalshit.
Mike D. en zijn collega's MCA en
Adrock zijn nooit van plan ge
weest naarstig naar nog meer
single-successen te zoeken.
Mike D„ die destijds met zijn
collega's de naam van de groep
alle eer aandeed door hotelka
mers te verbouwen, in alle rust:
„Die hit bracht een groot gevaar
voor ons mee, maar dat nu trou
wens wel voorbij is. Het gevaar
was dat de platenmaatschappij
bepaalde commerciële ver
wachtingen ging koesteren. Als
of we een popgroep zijn... We
zouden wel eens even stapels
platen verkopen. Maar wij heb
ben nooit onze energie in de ver
koop van platen willen stoppen.
Met Paul's Boutique waren de
verwachtingen te hoog gespan
nen. Er moest weer een top 40-
hit komen. Voor ons telde alleen
het publiek dat zich tot onze
muziek aangetrokken voelt.
Voor hen wilden we spelen. Wij
vinden dat genoeg. Onze slecht
ste tijd is nu geweest."
Meerdere stijlen
Een waar woord, want de Beas
tie Boys brachten recent een
De Beastie Boys, geen hits, wel progressieve muziek.
mooie nieuwe cd uit, die Check
Your Head heet en waarop het
trio zich niet alleen als echte
muzikanten ontpopt, maar ook
overtuigend aantoont de fase
van rap en hip-hop mijlenver
achter zich te hebben gelaten.
Check Your Head is in de goede
zin van het woord een progres
sieve roek-plaat, waarop rap
slechts één van de stijlen is.
De relatief grote hoeveelheid or
gelpartijen op het album komen
voor rekening van de vierde
Beastie Boy, die letterlijk en fi
guurlijk per ongeluk aan de
band werd toegevoegd: Mark
Ramos Nishita.
„We ontmoetten hem in Los An
geles. Ik kreeg daar een onge
lukje met de auto, reed tegen
een hek. Een geluidstechnicus
wist wel een monteur en hij
haalde Mark er bij en wat bleek:
hij speelde keyboards. Nadat hij
de zaak had gerepareerd, zag ik
dat hij zijn orgel achter in de
auto had staan en nodigde hem
uit even in de studio te komen
spelen. Hij had zo'n kleine Les
lie. Een prachtig geluid. Het
klonk zo goed samen. De week
daarop wilden we met de opna
men van Check Your Head be
ginnen en zelf zo veel mogelijk
instrumenten bespelen. We no
digden hem uit mee te komen
spelen. Hij zit nu bij de band. Op
tournee nemen we bovendien
Juanito Vazquez mee, een per
cussionist. Hij is een menselijke
geluidsgoochelaar, want hij kan
met zijn lijf en trommels elk ge
wenst geluid voortbrengen."
Voor de opnamen van Check
Your Head konden de Beasties
voor het eerst gebruik maken
van hun eigen studio in Los An
geles, waar de New Yorkers een
paar jaar geleden neerstreken.
Een eigen studio bleek noodza
kelijk gezien de manier van
werken van de heren.
Niet efficiënt
„Het meeste materiaal op het al
bum is ontstaan tijdens de op
namen zelf. En we nemen voort
durend op. De band loopt altijd.
We hebben miljoenen uren mu
ziek op de band staan, Of we
daar ooit nog iets van kunnen
gebruiken, is een open vraag. Ik
acht de kans groot dat wanneer
we terug zijn van deze tournee
en aan de volgende plaat begin
nen, we iets compleet anders
willen maken. We zijn lang niet
efficiënt genoeg. Dat is de voor
naamste reden dat er zo veel tijd
lag tussen de vorige plaat en de
ze. Maar onze werkwijze is nu
eenmaal zo dat opnemen voor
ons ook leren betekent. Wat ons
zo aantrekt aan werken in de
studio is juist dat alles nieuw is.
We experimenteren er lustig op
los en nemen overal ruim de tijd
voor. De meeste artiesten weten
precies wat ze gaan doen wan
neer ze de studio in gaan. Elk
pad is uitgestippeld. Bij ons dus
niet."
„De teksten zijn er soms wel van
tevoren. Maar andere keren
ging het bij Check Your Head zo
dat we een week lang opnamen
maakten, die vervolgens afluis
terden, de beste momenten er
uit pikten en dan nog eens over
teksten gingen nadenken."
Mike D. is uitermate tevreden
over het soort publiek dat de B-
Boys tegenwoordig trekken.
„Wat mij aanspreekt is dat het
publiek dat bij onze concerten
komt kijken zo'n gevarieerde
smaak heeft. Het zijn dezelfde
mensen die ook naar Bad
Brains, Fugazi en Public Enemy
gaan. De rap-kids staan te pogo
-en. Het wordt allemaal geïnte
greerd. Prima."
Zelf luistert hij tegenwoordig
het liefst naar jazz. Ornette Co
leman bijvoorbeeld. Al kostte
het moeite. „Ik luister naar Erik
Satie, ik luister naar Stockhau-
sen. Maar ik weet dat ik daar
nog niet echt aan toe ben. Ik
schat pas over een jaar of acht.
Zo ging het ook met Ornette Co
leman. Die heb ik een jaar moe
ten draaien voor ik het mooi
ging vinden."
Theo Hakkert
Concert Beastie Boys: maandag 29
juni Paradiso Amsterdam
Een van de nummers op Chris De
Burghs nieuwe cd Potoer of Ten is
een soort bericht aan zijn fans: 'It's all
right I'm not lost/ I've got a reading on
the Southern cross/ And I've been
listening to the radio/ For signs of new
life.' „Die regels zijn geschreven vanuit
het standpunt van een piloot, die 's
nachts door het noodweer vliegt en
zegt: ik ben er nog, en ik ga door tot het
einde. Het is mijn manier om tegen
mijn fans te zeggen: ik ben er nog niet
mee opgehouden, ik kom sterker dan
ooit terug en ik zie jullie binnenkort
weer op het podium."
Revenge heet dus niet zonder re
den Revenge. Gene Simmons heeft
zijn part-time filmcarrière weer
aan de kant geschoven (Stanley:
'Hij was zichzelf kwijt, hij deed het
allemaal om zijn ego te laten stre
len') en met gitarist Bruce Kulick
en de nieuwe drummer Eric Singer
staat de groep steviger in zijn laar
zen dan het afgelopen decennium,
volgens Stanley.
Kalm: „Dat is iets waar ik me nog
over kan verbazen, dat is verba
zingwekkend, datje na zo'n tijd sa
men sterker bent dan de vooraf
gaande vijftien jaar. Verder verrast
niets me nog."
Een handtekeningensessie wacht.
Met een busje worden de bandle
den door de Amsterdamse binnen
stad vervoerd naar platenwinkel
Fame in de Kalverstraat. De eerste
fans stonden hier vanmorgen voor
openingstijd al voor de deur. Ze
zijn inmiddels in aantal gegroeid
tot drie-, misschien wel vierhon
derd. Geduldig wachten ze op hun
idolen. Af en toe schreeuwen ze
mee met het refrein van de nieuwe
single, die door de boxen van de
winkel schalt: 'Un-holy!'
Buiten arriveert het busje, de he
ren stappen uit. Een vader en moe
der in KISS-shirt duwen hun doch
tertje van, pakweg, vijf naar voren.
Het schaap - óók in KISS-tenue
mag vier rode rozen uitdelen.
Moeder legt het glorieuze ogenblik
vast met de klikklak. Paul Stanley
hurkt vaderlijk naast de bedeesde
hummel neer en spreekt vertederd
een woord van dank in haar rich
ting. Dan kijkt hij even naar het
vogeltje en vraagt keurig: „Did
you get that picture?"
Ton de Jong:
De Burgh heeft alle reden om
zijn aanhangers erkentelijk te
zijn. Al voordat hij met 'The Lady
in Red' in 1986 een wereldhit scoor
de, kon hij aan zijn carrière bou
wen dank zij een wereldwijde scha
re trouwe fans, die vooral geïnte
resseerd is in zijn elpees. Zijn mu
ziek is door de jaren niet veel ver
anderd. Degelijke, volwassen pop
muziek met verhalende, vaak zeer
persoonlijke teksten. „Soms lijkt
het alsof ik me schuldig zou moe
ten voelen dat de muziek op mijn
platen niet al te verschillend is",
zegt De Burgh. „Maar ik ben niet
geïnteresseerd in modegrillen. Op
het moment dat die over zijn, is het
met je carrière ook gedaan."
Ook op Power of Ten, zijn tiende
studioplaat, laat De Burgh zich
weer horen als de twintigste-eeuw-
se elektrische troubadour met een
voorliefde voor romantische en
historische onderwerpen. Na
Flying Colours heeft het drieënhalf
jaar geduurd voordat er een nieuw
studio-album uitkwam. Vandaar
het 'bericht aan de fans'. „Het is
trouwens maar een van de manie
ren waarop je het nummer kunt
uitleggen. Je kunt het ook lezen als
de woorden die een man tegen een
vrouw zegt: zonder jou ben ik ner
gens. En ik heb gemerkt dat er ook
nog een derde mogelijkheid is, na
melijk een religieuze uitleg. Zon
der Jezus aan je zijde lukt het
niet."
De Burgh, die zijn christelijke le
vensovertuiging niet onder stoelen
of banken steekt, heeft die laatste
bedoeling er niet zelf in gelegd,
zegt hij. „Al dacht ik wel, toen ik
het schreef, dat het zo opgevat zou
kunnen worden. Ik vond meteen al
dat het iets van een gospel-song
had."
Druk
„Het lijkt er niet op, maai- ik heb in
de afgelopen drieënhalf jaar zeker
niet stil gezeten. Ik heb het zelfs
erg druk gehad. Na het uitkomen
van Flying Coloursin september
'88, ben ik ongeveer een jaar op
tournee geweest. Daarna ben ik
meteen de studio in gegaan voor
het opnemen van een paar num
mers voor de verzamel-cd Spark
To A Flame. De eerste drie maan
den van 1990 ben ik bezig geweest
met het produceren van de live-cd
High On Emotion. En de tweede
helft van dat jaar dacht ik: m'n
neus uit. Ik had m'n buik vol van
de hele muziekindustrie, dus ben
ik er een half jaar tussenuit ge
weest. Als een bergbeklimmer die
halverwege een brede richel tegen
komt en daar even van het uitzicht
geniet."
„Je moet niet vergeten dat ik al
vanaf 1974 non-stop bezig ben met
het maken van platen en het geven
van concerten. Ik heb nu een jong
gezin en daar wil ik tijd aan beste
den."
„Het was dus niet zo dat ik op een
dood punt zat. In mijn hoofd zat al
leen een klein mannetje dat bleef
zeggen: niet schrijven. Dat heb ik
dus ook niet gedaan, omdat ik wist
dat het dan niet uit mijn hart zou
komen. Verleden jaar heb ik be
steed aan het opnemen van Power
of Ten. Eerst de liedjes geschreven.
Dat gaat bij mij heel gediscipli
neerd, vier of vijf uur per dag. Daar
na hebben we alles in vijf maanden
opgenomen."
Celibaat
Aan het uitkomen van de nieuwe
plaat wordt weer een wereldtour
nee gekoppeld. Op 20 oktober
speelt De Burgh in Ahoy'. „Mijn
bedoeling met Power of Ten was
een plaat te maken met nummers
die stuk voor stuk ook live uitge
voerd kunnen worden. Met die ge
dachte heb ik ze geschreven en op
genomen. Wat trouwens niet wil
zeggen dat ik ze ook alle twaalf zal
spelen, waarschijnlijk een stuk of
acht."
„'Brother John' zal er zeker bij zijn.
Het nummer gaat over het celi
baat. Het hele idee van het celi
baat staat me enorm tegen. Een
man kan nu eenmaal niet ontken
nen Wat er in hem omgaat, dat deel
ontkennen dat ervoor moet zorgen
dat het menselijk leven op deze
planeet blijft bestaan. Ik kan niet
begrijpen waarom zoiets als het ce
libaat wordt gehandhaafd als het
zoveel moeilijkheden veroorzaakt.
Iedereen weet dat de ene na de an
dere priester om die reden het
priesterschap opgeeft of er stie-
kum een vriend of vriendin op na
houdt."
„Brother John is een middeleeuw
se monnik die wordt verleid door
een meisje dat in de kloostertuin
werkt. Zij verleidt hem, maar het is
zijn keus om er aan toe te geven of
niet. Wanneer ze hem roept, kan hij
zich tenslotte niet bedwingen. Het
liedje zelf is overigens niet vrese
lijk serieus bedoeld. Ik stel me voor
dat we er op de bühne ontzettende
lol mee kunnen hebben. Hetzelfde
geldt voor 'Making the Perfect
Man', waarin ik een monster van
Frankenstein wil laten opdraven."
Krachtiger
Power of Ten is voor De Burgh nog
te vers om de plaat te kunnen
plaatsen in het rijtje van tien. „Ik
heb minstens een jaar nodig om er
weer een beetje onbevangen naar
te kunnen luisteren. Maar ik ben
heel tevreden met het resultaat.
Flying Colours is een soort tussen-
album geweest. Het stond een
beetje in de schaduw van Into the
Light, met 'Lady in Red' als enor
me hit. Het was ook een plaat die
nogal in mineur was. Power of Ten
is weer veel krachtiger."
De fans krijgen via 'By My Side'
een hart onder de riem. Hoort De
Burgh wel eens iets terug? „Een
van de dingen die ik in dit vak het
moeilijkste kan accepteren is dat
je een plaat uitbrengt en dat nie
mand je ooit eens opbelt om je te
vertellen wat hij ervan vindt. Het
klinkt een beetje lullig, maar als ik
op straat wordt aangehouden of
als ik een brief krijg met een com
pliment, vind ik dat heerlijk. Voor
sommige mensen ben je toch blijk
baar iemand die ergens vertoeft
waar je onbereikbaar bent. Maar
een persoonlijke brief van iemand
uit Borneo, Thailand of China zegt
me veel meer dan de laatste cijfers
van de plaatverkopen uit de Ver
enigde Staten. Die brieven zijn
echt, dat andere doet er veel min
der toe."
Kees Groenenboom
Chris de Burgh: Piloot in noodweer...