De kracht van
een continent
Schilders met een
besmet verleden
Koningen
van Afrika
Magisch
realisme
PZC kunst cultuur
®HHF VRIJDAG 26 JUNI 1992
openlijk voor het als 'links' bestempelde
modernisme met zijn Cobra-expositie,
maar 'rehabiliteerde' enkele jaren later
Schuhmacher, Toorop en Koch door mid
del van overzichtstentoonstellingen.
Mekkink
Inmiddels was men in Arnhem begonnen
met het verzamelen van de magisch rea
listen. Dat is mede te danken aan de schil
der Johan Mekkink, die in 1950 als assis
tent van museumdirecteur De Lorm naar
het Gemeentemuseum was gekomen en
daarna zelf directeur werd. om in 1969
plaats te maken voor Pierre Janssen. In
1970 bestond de collectie uit onder andere
50 schilderijen, en sindsdien is ze aange
vuld. Een merkwaardig Gelders verzamel
-fenomeen, want ook in steden als Nijme
gen en Zutphen legde men zich toe op het
verzamelen van realistische kunst. „Alles
wijst erop dat in Gelderland gekozen werd
voor de 'niet controversiële' traditie van
de figuratieve schilderkunst", zegt de hui
dige directeur Liesbeth Brandt Corstius.
Voor de regelmatige bezoeker van het mu
seum biedt Magisch Realisten en tijdge
noten, dat voor het overgrote deel uit ei
gen bezit bestaat, dus geen echt grote ver
rassingen. maar wel een aangename her
nieuwde kennismaking. Zo is het bijvoor
beeld bijzonder om Vrouwen in de Straat
uit 1974 van Koch te zien hangen naast
zijn zo andere, veel matter en renaissan
cistisch ogende Druivenplukkers van en
kele jaren daarvoor. En zo zijn er meer van
die onverwachte ontmoetingen. Boven
dien biedt een groot aantal mooi vormge
geven vitrines met artikelen, foto's en kri
tieken een extra achtergrond.
„Wanneer je een voorwerp schildert dan
tracht je het te benaderen zoover je kunt,
je tracht het als 't ware van buiten af bin
nen te dringen en toch zal je ontevreden
zijn als je het afbeeldt zoals het er staat,
als ware het een foto", schreef Dick Ket in
1932. Daarmee gaf de schilder een fraaie
omschrijving van zowel het 'magische' als
het 'realisme' dat uit veel van de werken
die in het Gemeentemuseum te zien zijn,
straalt.
Henk Meutgeert
Magisch Realisten en tijdgenoten, tot 24 augus
tus in het Gemeentemuseum, Utrechtseweg 87,
Arnhem. Open dinsdag tot en met zaterdag van
10 tot 17 uur, zondag van 11 tot 17 uur. Catalo
gus f 49,50.
Dat er juist nu een
inzamelingsactie voor
hongerend Afrika wordt gehouden,
daar schrok ze in eerste instantie
van. Alweer beelden van holle ogen,
bolle buiken en kreperende kinderen
op tv, terwijl zij juist de andere kant
van Afrika wil laten zien; het
continent nu eens niet in relatie wil
brengen met hongersdood, aids en
slavernij maar met kunst en cultuur.
Inmiddels heeft Erna Beumers,
organisatrice van Kings of Afrika, de
grootste tentoonstelling van
Afrikaanse kunst ooit in Europa
gehouden, zich met de actie
verzoend. „Misschien is het juist heel
goed dat het samenvalt, is dit het
moment bij uistek om ook het andere
gezicht van Afrika te laten zien. Een
prachtig gezicht!"
Na drie jaar plannen maken en noodge
dwongen weer wijzigen, is het einde
lijk zo ver: vanaf zaterdag (27 juni) is in het
Mecc in Maastricht de indrukwekkende
tentoonstelling Kings of Africa te bezich
tigen. Meer dan tweehonderd maskers,
beelden, tronen en gebruiksvoorwerpen
gunnen de bezoeker een blik op de cultu
rele rijkdom van centraal-Afrika. Men re
kent op grote publieke belangstelling. De
Nederlandse en Belgische Spoorwegen
werken met trein-toegangsbiljetten. De
organisatoren - Erna Beumers en haar
rechterhand/secretaris Jean De La Haye -
rekenen op minimaal 65.000 bezoekers,
maar hopen op veel meer. Gedurende de
expositie vinden in Maastricht allerlei ne
venactiviteiten plaats, zoals concerten,
films over Afrika en een op Afrika afge
stemde stadswandeling.
Antropologe Erna Beumers, in het dage
lijks leven conservator bij het Volkenkun
dig Museum in Amsterdam, is de laatste
die wil ontkennen dat Africa met grote
problemen te kampen heeft. „Maar dat
weet iedereen al. De kant van het verhaal
die wij nu laten zien, kent bijna niemand."
Beumers wordt al van jongs af aan door
Afrika gefascineerd en bezoekt het conti
nent jaarlijks. Ze is er blij mee dat ze deze
bijzondere tentoonstelling heeft kunnen
organiseren.
Het is voor het eerst dat in Europa zo'n
grote verzameling van Afrikaanse kunst
schatten te zien is. Dat werd mogelijk toen
Donkere wolkenluchten, bijna verlaten
landschappen en straten, een rijtje
schedels of schijnbaar doelloos wachtende
vrouwen voor een hek. Maar vooral:
herkenbaar en geschilderd in een techniek
ontleend aan de Vlaamse schilderkunst, de
Italiaanse renaissance of de Hollandse
meesters uit de zeventiende eeuw. Het is niet
verrassend dat in NSB-kringen veel
waardering bestond voor 'magisch realisten'
als Willink, Schuhmacher en Hynckes. Vooral
ook omdat één van hen, Pyke Koch, zich
bekeerde tot het nieuwe 'geloof en zich sterk
maakte voor het werk van zijn vakgenoten. En
zo was het ook geen verrassing dat na de
oorlog hun werk door velen besmet werd
verklaard en Carel Willink zich genoodzaakt
zag om in de verdediging te gaan door middel
van zijn artikel 'De schilderkunst in een
kritiek stadium', daarin bijgevallen door de
schrijver W'.F. Hermans.
Tot op heden blijft het nog onduidelijk
of Pyke Koch. die lid van de NSB was
geworden, zich in zijn werk zelf propagan
dist van de Nieuwe Orde heeft getoond. In
het Gemeentemuseum Arnhem hangen
zijn schilderijen tussen die van Willink,
Schuhmacher. Ket, Mekkink. Hynckes.
Charley Toorop en Edgar Fernhout op de
tentoonstelling Magisch Realisten en tijd
genoten. In de catalogus stelt inleider
John Steen, in navolging van eerdere on
derzoekers. dat Koch zich in een aantal
werken, waaronder het uit 1937 daterende
Zelfportret met zwarte doek een bewonde
raar van het Italiaanse fascisme toont.
Maar verderop in het boek zegt Carel Blot-
kamp. die promoveerde op het werk van
de vorig jaar overleden Koch. dat zijn affi
niteit met het fascisme slechts blijkt uit
een enkel werk. namelijk Marsgezang uit
1940. dat is vernietigd en nog slechts als
foto bestaat. Een kwestie van interpreta
tie, waarover het laatste woord vast nog
niet gezegd is.
Het werk van de magisch realisten is de
laatste jaren weer volop in de belangstel
ling gekomen en dat is mede te danken
aan het onderzoek van vooral in Utrecht
afgestudeerde kunsthistorici. De algehele
oplevende belangstelling voor het realis
me in de kunst heeft uiteraard zijn werk
ook gedaan. Het Arnhemse Gemeentemu
seum presenteert nu een catalogus van de
werken die ze van de magisch realisten en
verwante kunstenaars bezit en knoopt
daar de tentoonstelling aan vast. Een
groot deel van het bezit is te zien, aange
vuld met een aantal bruiklenen.
Divers
Op de tentoonstelling in Arnhem is te zien
hoe divers het werk van de hier gepresen
teerde kunstenaars is, ook al gaat het
maar om een kleine groep. Gemeen heb
ben ze de aandacht voor de realiteit, het
detail, het vakmanschap als schilder.
Maar tussen het werk van bijvoorbeeld
Willink en de vroeggestorven Dick Ket.
die vanwege zijn hartziekte veel binnens
huis verkeerde en daardoor een beperkte
onderwerpkeus van (zelfportret en stille
ven had. bestaat een enorm verschil.
Toorop en Fernhout vallen zelfs buiten
het magisch realisme.
Ook de manier waarop de kunstenaars
kwamen tot hun realistische stijl ver
schilt. Hynckes, Koch en Willink gaven de
idealen van een naar abstractie neigende
schilderkunst op. De laatste betuigde in
1930 zelfs zijn spijt over zijn abstracte
jeugdzonden. Daarentegen hadden Toor
op. Schuhmacher. Ket en Fernhout geen
afkeer van het modemisme. Fernhout be
landde in de late jaren vijftig zelfs bij de
abstracte schilderkunst.
Het is mede om die reden dat de tentoon
stelling in Arnhem begint met een 'ab
stract' schilderij van Willink, Compositie
uit 1924. In het portret van zijn eerste
vrouw met de titel Ariadne uit 1926 zijn de
sporen van die abstractie ook nog te zien,
maar in 1930 kwam hij uit bij zijn vorm
van realisme. Schuhmacher ging zijn weg
van een soort kubo-expressiomsme naar
realisme, net als Ket. Raoul Hynckes.
wiens nog op het kubisme geïnspireerde
fraaie Cello uit 1924 is te zien, belandde er
ook in de jaren dertig.
Benamingen
De term 'magisch realisme' ontstond in de
jaren dertig, maar daarnaast hebben de
benamingen 'neo-realisme' en 'fantas
tisch realisme' ook bestaan. Pyke Koch
omschreef de stroming in de jaren zeven
tig als één die gebruik maakt van voorstel
lingen „die wel mogelijk, maar niet waar
schijnlijk" zijn. Daarmee is alles ook nog
lang niet gezegd, want de zelfportretten
het Erna Beumers lukte één van de be
langrijkste Afrikaanse kunstcollecties ter
wereld in bruikleen te krijgen: de verza
meling kunstschatten uit Zaire van het
Museum fur Volkerkunde in Berlijn.
Tweeëneenhalf jaar geleden, toen de plan
nen voor Kings of Africa al vaste vorm
hadden, kwam de geschiedenis haar te
hulp. Door de hereniging van Duitsland
kon ze haar expositie uitbreiden met een
veertigtal stukken uit Kameroen en Gha
na.
Tegenslagen
Er waren ook tegenslagen. Zo werden een
bijbehorend internationaal congres en
culturele expositie twee weken geleden af
geblazen. „Uit tijdnood", verklaart Jean
Lahaye. „We kregen de organisatie niet
meer rond. Er was ook een financieel pro
bleem. min of meer toegezegde sponsor
gelden kwamen niet af. We hebben ervoor
gekozen om geen concessies te doen aan
de opzet van de tentoonstelling. Want die
was en is hoofdzaak." De stichting heeft
een totaalbudget van 2,5 miljoen, dat ge
baseerd is op subsidies en entreegelden.
De in het Mecc tentoongestelde kunst
schatten zijn eind vorige en begin deze
eeuw bij elkaar gebracht door Duitse ont
dekkingsreizigers en antropologen. De
eerste ontdekkingsreizigers die centraal
Afrika binnen drongen, verbaasden zich
over de machtige koninkrijken. Kunst
voorwerpen zijn voor heersers en notabe
len een manier om te laten zien hoe mach
tig ze zijn. In de koninkrijken ontdekten
de Duitsers paleizen boordevol prachtige
kunststukken. Tronen, scepters, muziek
instrumenten, koningsfiguren en voor
werpen uit het dagelijks leven van vorsten
vormen de kern van Kings of Africa. Ver
der worden objecten uit vooroudervere
ring, begrafenisrituelen en geneeskunde
getoond.
Zes koninkrijken vormen het hart van de
presentatie: Bamun en Tikar (gelegen in
Kameroen), De Kongo (gelegen in Kon
go), Luba en Kuba (gelegen in Zaïre), Tjo-
kwee (gelegen in Angola).
De verbazing en fascinatie van de ontdek
kingsreizigers bij hun kennismaking met
deze koninkrijken, zal voor de bezoekers
van de tentoonstelling begrijpelijk zijn.
De metershoge koningsbeelden en rijke
lijk versierde tronen hebben in het moder
ne Mecc nauwelijks iets van hun machtige
uitstraling verloren. De krachtbeelden die
een grote rol spelen bij bezweringsritue
len, lijken een soort oerkracht uit te stra
len. De talloze maskers fascineren de Wes
terse bezoeker, rijk versierde gebruiks
voorwerpen zoals kammen, wekken be
wondering.
Spanning en fascinatie zijn ook het uit
gangspunt van de manier waarop de
schatten gepresenteerd worden. De ver
maarde Italiaanse vormgever Ettore Sott-
sass tekent voor het ontwerp van de expo
sitie. Hij kreeg nadrukkelijk de opdracht
om er geen elitaire presentatie van de ma
ken. De organisatoren mikken op een
groot publiek. „Zowel op het gezin dat in
Valkenburg op de camping staat als op de
kunstkenner", aldus Beumers. Sottsass
maakte van Kings of Africa geen tentoon
stelling in de gebruikelijke zin van het
woord. „Hij heeft beslist geen Afrika nage
bouwd", haast Beumers zich te zeggen,
„maar een soort labyrint. Een andere we
reld waarin hij de spanning van de voor
werpen laat voelen. Ik vind het heel fijn
dat Afrika op zo'n mooie manier, met heel
veel liefde, aan een groot publiek wordt
getoond."
Ook met kinderen is rekening gehouden.
Zij maken via een speurtocht kennis met
de kunstwerken. Bovendien loopt er over
de hele expositie een twintig centimeter
hoog spoor, waardoor ze de kunstschaten
op eigen hoogte kunnen zien. Een 'multi-
mediashow' geeft de bezoeker een beeld
van het leven in de zes koninkrijken en
laat zien wat voor rol de getoonde kunst
voorwerpen er spelen.
Mariëtte Stuijts
Kings of Africa in het Mecc Maastricht, duurt
van 27 juni tot en met 27 augustus en is dagelijks
geopend van 10 tot 17 uur, op donderdag tot 21
uur. De toegansprijs bedraagt 12,50 gulden,
voor kinderen van vier tot elf 5 gulden en voor
cjp'ers en 60-plussers 9 gulden.
Spleettrommel, Bamileke Kameroen, lengte 362 centimeter. foto Erik Hesmerg Krachtfiguur, Vili Kongo, hoogte 45 centimeter.
voor zijn collaboratie een kort expositie
verbod, net als Koch.
Anderen kon echter moeilijk iets te ver
wijten zijn. Willink, Schuhmacher en
Toorop die. omdat ze geen lid van de Kul
tuurkamer waren, niet mochten expose
ren, hadden zich teruggetrokken in hun
ateliers (Toorop dook onder) om daar
vooral aan portretten en stillevens te
werken. De schilder Paul Citroen bracht
het werk van Willink in 1945 in verband
met dat van Hynckes en Koch als uiting
van het fascisme. In 1950 koos Sandberg.
directeur van het Stedelijk Museum.
van Ket of de stillevens van Hynckes val
len zo bijvoorbeeld uit de boot.
Het is zeker sinds de oorlogsjaren een
vraag geweest of de schilders van het ma
gisch realisme met hun voorkeur voor de
lege ruimte, dreigende wolkenluchten,
schedels: het macabre en het verval in het
algemeen, een reactie hebben gegeven op
de crisis die in de jaren dertig voelbaar
was. John Steen durft die vraag met een
'ja' te beantwoorden, hoewel die verban
den vooral zijn gelegd door critici en
schrijvers en niet door de kunstenaars
zelf. In ieder geval is het duidelijk dat
Charley Toorop in haar werk uit de oor
logsjaren wèl bewust reageerde op de om
standigheden.
Het moet voor een aantal van de magisch
realisten een klap zijn geweest dat hun
werk na de oorlog in diskrediet kwam en
als reactionair werd afgedaan. Koch had
inderdaad met de bezetter en NSB samen
gewerkt, maar moest daarbij niets hebben
van een 'Germaanse kunst' en legde de
nadruk op het 'Nederlandse' karakter van
het magisch realisme. Hij werd in 1944
zelfs in het kader van de Arbeitseinsatz
naar Duitsland gestuurd. Hynckes kreeg
Pyke Koch, Vrouwen in de straat, olieverf op doek, 1962-1964.