De stiltes zijn spannend
De gouden pen
wijst naar
het zwerk
Lantaarntjes
voor dolenden
PZC
Nieuw
Ensemble
laat China
klinken
kunst cultuur
17
Writers Museum
in Dublin
Tröckener
Kecks
VRIJDAG 1 MEI 1992
Het Nieuw Ensemble trekt
de eerste helft van mei
door Nederland met muziek
van jonge componisten uit
China. De concertreeks in
Maastricht, Den Bosch,
Terneuzen, Den Haag,
Eindhoven en Amsterdam is
het vervolg op het
pionierswerk, dat artistiek
directeur Joël Bons van het
Nieuw Ensemble sinds 1988
heeft verricht. Hij legde toen
contacten met een aantal
Chinese componisten, die zijn
opgegroeid tijdens de Culturele
Revolutie. Dat leidde ertoe, dat
zij muziek voor het Nieuw
Ensemble schreven, die vorig
jaar in Nederland voor het
eerst tot klinken kwam.
Het programma trok sterk de
aandacht en krijgt mede
daardoor begin mei een 'follow-
up'Vier nieuwe stukken voor het
ensemble krijgen dan hun pre
mière; ze zijn geschreven door Mo
Wuping, Xu Shuya, Qu Xiaosong
en de in Parijs werkende Tan Dun.
Op het programma ditmaal ook
twee reprises, composities van Mo
Wuping en Chen Qigang. Dé con
certen staan onder leiding van diri
gent Ed Spanjaard, tot de solisten
horen Ingrid Kappelle, sopraan, de
Chinese bariton Shi Kelong en
fluittist Harrie Starreveld.
- Hoe kivam Joël Bons op het
spoor van deze Chinese componis
ten?
Bons: „In 1988 was ik voor Ne
derland de afgevaardigde naar het
internationale festival voor
nieuwe muziek in Hongkong. Deel
nemers uit bijna alle landen. Daar
kreeg ik een voorproefje van Azia
tische muziek en daar ontmoette
ik al veel mensen. Maar aan dat
festival heb ik voor mezelf een reis
door de Volksrepubliek China
vastgeknoopt. Ben naar de conser
vatoria van Shanghai en Peking
geweest en heb daar contacten ge
legd met verschillende jonge com
ponisten. Toen bleek me dat er
stormachtige en interessante ont
wikkelingen aan de gang waren in
China's nieuwe muziek."
- Hebben de in Nederland geïntro
duceerde componisten een ge
meenschappelijke achtergrond?
Bons: „Allemaal zijn ze opgegroeid
in de periode van de Culturele Re
volutie tussen halverwege de jaren
zestig en medio de jaren zeventig.
Beethoven was verboden, enfin: er
mocht eigenlijk niks, behalve
strijdliederen. Veel componisten
en musici zaten in die tijd op het
platteland en daar speelden ze wel
in een soort ondergrondse orkest
jes. Dat beeld veranderde in de
tijd, dat Deng Xiaoping hervor
mingen doorvoerde. Het klimaat
werd opener en in de muziek wer
den invloeden uit het westen toe
gelaten. Door die grotere openheid
kon ook de nieuwe muziek zich
stormachtig ontwikkelen. Stel je
voor: alleen al in 1978 meldden ze
ventienduizend Chinezen zich aan
voor het conservatorium van Pe
king..."
Programmatisch
- De muziek?
Bons: „Sterker dan in het westen
heeft de muziek van de nieuwe Chi
nese generatie componisten een
programmatische ondertoon. Dat
is trouwens altijd al zo geweest.
Het is een beeldende, evocatieve
muzikale taal. Vaak wordt ze ge
kenmerkt door stiltes, lange stiltes
soms, en altijd: spannende stiltes.
Tegelijk is ze makkelijk toeganke
lijk Je hebt geen bijzondere ken
nis nodig om ze te kunnen volgen.
Van de composities die in mei wor
den gespeeld is Mist. van Xu Qiao-
song een voorbeeld van de span
ningdie stilte kan oproepen. Circle
voor vier trio's, dirigent en publiek
van Tan Dun, geïnspireerd op het
thema dood en reïncarnatie, is een
voorbeeld van spektakel in de
nieuwe Chinese muziek. Voor het
Nieuw Ensemble is een van de
leukste dingen te zien hoe twee
culturen samenvloeien en hoe on
danks taalbarrières de taal van de
muziek opnieuw universeel lijkt."
- Toekomstplannen met de Chi
nese componisten?
Bons: ,Ja, het is de bedoeling, dat
in het Holland Festival van 1994
extra aandacht aan Chinese mu
ziek en Chinees muziektheater
wordt besteedt. Ongeveer op de
manier, waarop een paar jaar gele
den Russische muziek een thema
voor het festival was. De gedach
ten gaan uit naar de produktie van
twee kameropera's, te compone
ren door twee mensen uit de groep
van wie vorig jaar en ook in mei
werk is en wordt gespeeld. Qu Xia
osong en Guo Wenjing. Zo komt
ook die kant van de Chinese mu
ziekcultuur aan bod."
Kees Cijsouw
Concerten van het Nieuw Ensemble
inet Chinese muziek:
zondag 3 mei MaastrichtIntropodium
15.30 uur.
woensdag 6 mei Den Bosch. Schouw
burg Casino, 20.30 uur
donderdag 7 meiTerneuzen, Zuidland-
theater, 20 uur,
vrijdag 8 mei: Den Haag, Korzo Thea
ter. 21 uur;
zondag 10 mei: Eindhoven. Plaza Fu
tura, 16 uur
woensdag 13 mei; Amsterdam, Concert
gebouw kleine zaal, 20 30 uur.
Al ruikt het nog een beetje naar
specie en verf, eindelijk heeft
Dublin dan zijn eigen
schrijversmuseum. Aan de gevel van
Parnell Square nr. 18 wijst een gouden
pen ter grootte van een schild naar het
zwerk. Eronder, in kloeke letters:
Dublin Writers Museum. Een greep uit
de bezienswaardigheden: ze hebben er
de piano van James Joyce, de
typemachine waaruit de rebel Brendan
Behan zijn zinnen mitrailleerde en de
in zilver gevatte whiskeyfles die de
rusteloze adamsappel van de dichter
Oliver St. John Cogarty moet hebben
weerspiegeld. Tot 31 oktober wordt in
het Dublin Writers Museum 'The Great
Book of Ireland' geëxposeerd, een
foliant waaraan 140 hedendaagse Ierse
en buitenlandse schrijvers en 120
beeldende kunstenaars een bijdrage
hebben geleverd.
Terwijl James Joyce, William
Butler Yeats. Oscar Wilde en
George Bernard Shaw vanuit hun
glas-in-loodraam minzaam op ons
nederblikken, wijst Cliodhna Ni
Anluain, een van de leidinggeven
den in het museum, om zich heen.
„Het was natuurlijk ook te gek:
Dublin is een schrijversstad bij uit
stek. Op elk zolderkamertje hier
heeft wel een schrijver zitten zwoe
gen. Dan moét je hier natuurlijk
een schrijversmuseum hebben.
Maar tot voor november 1991 was
dat niet het geval. De mensen hier
hadden kennelijk wel wat anders
aan hun hoofd. Daar komt bij dat
Ieren er vaak het nut niet van in
zien om dingen te conserveren, ze
voelen zich wel thuis tussen de ruï
nes. Dat geldt ook voor zoiets als
de literatuur. Maar de laatste tijd
is er een kentering gaande. Som
migen van ons voelden dat het een
zaak van levensbelang was om ons
cultureel erfgoed te bewaren. Op
initiatief van Dublin Tourism en
met financiële steun van de EEG is
dit museum er dan toch geko
men."
„Het ziet er toch goed uit hier, niet
waar. Met dat prachtige stucwerk
is dit pand niet alleen een waar
dige huisvesting voor schrijvers
maar ook een interessant voor
beeld van de zogenaamde Geor
gian style. De whiskeymagnaat
George Jameson heeft hier nog ge
woond. Bijna was dit gebouw aan
George Bernard Shaw, één van de auteurs
die een prominente plaats in het Dublin
Writers Museum heeft gekregen. foto ANP
Cliodhna Ni Anluain van het schrijversmuseum in Dublin: Op elk zolderkamertje hier heeft wel
een schrijver zitten zwoegen. foto Cees van Hoore
verval ten prooi geraakt, maar met
veel liefdewerk en kunde is het op
geknapt. De Zen-tuin, een ruimte
waar mensen rustig kunnen zitten
en nadenken, is jammer genoeg
nog niet klaar. Morgen gaan we
daar aan verder. Dan sta ik weer
met kaplaarzen aan tegels te leg
gen."
„Het Dublin Writers Museum
moet een levend museum zijn.
Mensen moeten in- en uit kunnen
lopen. Elke week zijn er hier work
shops. lezingen, muziekuitvoerin
gen. noem maar op. Niet alleen do
de letterkundigen moeten zich
hier op hun gemak voelen, maar
ook de nog levende schrijvers. Een
dichter als Seamus Heany is. voor
dat we zijn portret hier mochten
ophangen, eerst even komen kij
ken waar-ie terechtkwam. Net als
of hij even zijn hotelkamer kwam
inspecteren. Dat is prima. We wil
len dat hij zich hier thuisvoelt. Ja-
mes Joyce, die op het einde van
zijn leven nagenoeg blind was,
hebben we daarom maar een
beetje in het licht gezet."
Smoking
„We hebben hier natuurlijk brie
ven, handschriften en eerste druk
ken, maar de verzameling daarvan
beschouwen we niet als onze voor
naamste taak. Zoiets trekt toch
maar een beperkt publiek. Nee, het
gaat ons ook om gebruiksvoorwer
pen van schrijvers. Zo hebben we
bijvoorbeeld de smoking van
Joyce, maar ook zijn vest. Kijk,
daar hangt het. Als je hem op foto's
ziet staan, denk je al gauw: wat een
stijve man. Maar zo'n prachtig ge
bloemd vest maakt ons duidelijk
dat hij iets joyeus, iets dandy-ach-
tigs had."
..Aan de hand van boeken, eerste
drukken, voorwerpen en schilde
rijen laten we hier de Ierse litera
tuur zien van de beginperiode tot
aan het eind van de negentiende
eeuw. Veel namen die op het conti
nent bekend zijn natuurlijk. Yeats.
Oscar Wilde. Shaw. En ook het
werk van Bram Stoker hebben we,
de schrijver die de figuur van Dra-
cula heeft gecréeerd. Daar links
naast de schoorsteen hangt Chris
tie Brown, bij u misschien niet zo
bekend. Hij was van boven ver
lamd en schreef met zijn linker
voet."
In een van de gangen van het mu
seum hangen indrukwekkende fo
to's van Dublin. Eronder staan
teksten uit het oeuvre van Samuel
Beckett. Fotograaf en schrijver
hebben onafhankelijk van elkaar
gewerkt. Het meeste werk van
Beckett is tot stand gekomen in
Parijs. Uit de harmonie tussen fo
to's en tekst, blijkt hoe scherp Bec
kett zijn geliefde Dublin voor zich
moet hebben gezien. Cliodhna Ni
Anluain: „Afstand verscherpt ken
nelijk de waarneming. Dublin is
het decor geweest van talloze ro
mans. Je hoort mensen wel eens
zeggen dat Dublin een boek is
waar je doorheen kunt lopen. Door
Beckett is dat boek dan misschien
wel eens weggelegd, maar hij heeft
het nooit dichtgeslagen."
Ikoon
Het museum heeft sinds de ope
ning een gestage stroom van bin
nen- en buitenlandse bezoekers ge
had. Een van de grootste trekkers
dit jaar is de expositie 'The Great
Book of Ireland'. Hondertwintig
beeldende kunstenaars. 140 dich
ters en negen componisten hebben
een bijdrage geleverd aan deze fo
liant, waarvan elke dag een pagina
wordt omgeslagen. De bijdragen
van schrijvers en dichters zijn op
perkament vastgelegd. 'The Great
Book of Ireland' moet een moder
ne echo zijn van 'The Book of
Kells'. een in de 9de eeuw door Ier
se monniken vervaardigd religieus
handschrift dat prachtige mi
niaturen en illustraties bevat en
wordt beschouwd als de grootste
schat van Trinity College.
Cliodhna Ni Anluain: ..Je moet dit
boek beschouwen als een ikoon
voor een nieuw Ierland. Het is een
soort 'Who is who in Irish literature
and art', al staan er ook bijdragen
in van buitenlandse schrijvers en
dichters, zoals die van de Russi
sche dichteres Bella Akhmadu-
lina. de Tsjechische schrijver Mi-
roslav Holub en de Britse hofdich
ter Ted Hughes. Een van de mooi
ste bijdragen is een kwatrijn van
Samuel Beckett. Het is het laatste
wat hij heeft geschreven. Hij
maakte dat kwatrijn op verzoek
van de dichter John Montague, hij
was toen al erg ziek. Toen-ie het af
had, gooide hij het met een diepe
zucht van zich af."
Het idee voor dit boek is in 1989
ontwikkeld door Eamonn Martin,
Gene Lambert en Theo Dorgan.
Voor 1.2 miljoen Ierse ponden is
'The Great Book of Ireland' te
koop. Met dat geld moet een
nieuwe vleugel worden bekostigd
voor een revalidatiecentrum en
een Poëzie Centrum in het Temple
Bar District van Dublin worden
opgericht Japan is serieus geïnte
resseerd.
Voor- en achterkaft van het boek
bestaan gedeeltelijk uit hout van
een iep, een iep die nog door Yeats
is geplant. Cliodhna Ni Anluain:
..Ja. dat is misschien nog wel aar
dig voor u: die iep had de Holland
se ziekte."
Cees van Hoore
Het Dublin Writers Museum is van
maandag tot en met zaterdag open van
10.00-17 00 uur Op zon- en feestdagen
van 14.00 18 00 uur. Van 31 mei tot en
met 14 juli gaat 'The Great Book of Ire
land' voor een expositie naar Canada
De nazit. Twee uur interview zijn
voorbij gegaan. Veel koffie en een
broodje kroket weggewerkt. Elf nieuwe
Tröckener Kecks liedjes
bediscussieerd, gewikt en gewogen.
Dan zegt Rick de Leeuw: „Alles is
natuurlijk allang gezegd in de
popmuziek; alleen nog niet door mij.
En de enige manier om een oeuvre bij
elkaar te schrijven is toch dat je je
niets aantrekt van wat anderen al
gedaan hebben."
Met het pas verschenen album
\ndere Plaats. Andere Tijd.
is aan het verzamelde werk van de
Amsterdamse rockgroep deel acht
toegevoegd. Een plaat die vooral
klinkt als de Tröckener Kecks.
Want, zoals zanger Rick de Leeuw
zelf zegt: ..Je begint aan zon plaat
met het idee dat je het allemaal
eens helemaal anders gaat doen.
Een Motown-arrangement hier.
een soort soulballad daar. Maar
uiteindelijk eindigt het toch weer
heel herkenbaar." Hoe kan het-ook
anders. Ricks stem zal altijd als
krantepapier blijven klinken. En
Kecks-liedjes zijn al meer dan tien
jaar lantaarntjes voor dolenden in
de tunnel tussen weemoed en ver
langen. In een nacht zonder eind.
Want als er geen weg meer terug is,
zingt Rick. „heb dan ook geen
spijt. Een enkele reis naar een an
dere plaats; een andere tijd."
Daarmee is de de toon van het al
bum gezet. Een plaat die thema
tisch veel meer één geheel vormt
dan de voorganger Met Hart en
Ziel uit 1990. Acht jaar geleden be
stond er alleen nog de verwach
ting. 'Iedereen wil naar de top,'
zong Rick. En er was niets dat hem
kon weerhouden een top-voetbal-
ler te worden. Maar met het ver
strijken van de tijd is de verganke
lijkheid de Kecks-teksten binnen
geslopen. Niet meer slechts dat on
gebreidelde verlangen van de be
ginjaren, maar ook de relativering.
De karakters in de nieuwe liedjes
hebben een verleden.
Rockbands
„Naarmate je ouder wordt ligt er
steeds meer tijd achter je", zegt
Rick - 31 inmiddels - en voegt daar
onmiddellijk aan toe dat dat na
tuurlijk een loze opmerking is.
„Maar toch..."
„Misschien komt het ook wel door
dat veel van onze verlangens zijn
ingelost. Ik hoef geen Rob de Nijs
te worden. Niet dat ik iets tegen de
man heb, maar waarom zou je je op
je vijftigste gedragen als iemand
van vijfentwintig die z'n hele leven
nog voor zich heeft?"
Zonder noemenswaardige steun
van radio en televisie werkten de
Tröckener Kecks zich tussen 1981
en '89 op tot een van de best draai
ende rockbands in het Nederland
se clubcircuit. Boegbeeld en
scheurstem Rick de Leeuw. De
zich steeds veelzijdiger ontwikke
lende gitarist Rob de Weerd. Bas
sist en publiekstroetelbeer Theo
Vogelaars. Drummende tekst
schrijver Leo Kenter. In 1990 volg
de het contract met een grote pla
tenmaatschappij, de hit 'Met Hart
en Ziel', nog meer en nog vollere za
len. Rick de Leeuw bij Jan Lenfe-
rink op de buis en daarmee beken
de Nederlander.
„In het begin lijkt het veroveren
van een publiek het moeilijkste.
Maar als dat eenmaal gelukt is.
blijkt het vasthouden ervan min
stens zo moeilijk of nog moeilijker.
Eerst sta je jarenlang voor zaaltjes
met tachtig mensen. Maar als je
dan opeens overal voor een uitver
kocht huis speelt, dan ben je niet
meer dat sympathieke jongens
bandje. Dan leggen de mensen je
langs dezelfde meetlat als Herman
Brood. En als je langs die lat geme
ten net zo populair bent als Her
man Brood, dan zit je op het punt
datje publiek al begint te klappen
en juichen voordat je één noot ge
speeld hebt. Het gevolg daarvan is,
dat je die spanning anderhalf uur
lang ononderbroken moet vast
houden en kanaliseren, anders
zeggen de mensen achteraf nog dat
het maar niks was."
Poppenspeler
Als hij zelf niet hoeft te spelen, be
zoekt hij de laatste tijd graag thea
tervoorstellingen, vertelt Rick.
Liever dan popconcerten; dat weet
hij nou wel. „Ik vind het leuk om te
zien hoe andere mensen in andere
disciplines hun dingen doen. Ca
baret. toneel, maar ik ben pas ook
naar een poppenspeler geweest.
En of het boeit blijkt telkens weer
van dezelfde dingen af te hangen:
of iemand overtuigd is van zichzelf
en of hij die overtuiging over weet
te brengen. Het enige dat ik niet
begrijp is. dat die theatermakers
zichzelf niet uit dat notabele, kopje
-koffie-in-de-pauze. stoffige trut
tigheidscircuit weten te halen. De
echte sfeer ontbreekt in die thea
ters. Die mensen weten niet wat ze
missen. De afstand tussen publiek
en podium is er zo veel groter dan
bij popconcerten. Wat dat betreft
ben ik blij dat ik niet met een
akoestische gitaar in de Muzeval
in Emmen sta, maar met een bak
herrie in het jongerencentrum En
dat hoop ik ook nog lang te blijven
doen."
Toch zette Rick de Leeuw afgelo
penjaar samen met Jan Rot Annie
MG. Schmidts 'Op een mooie
Pinksterdag' op de plaat en nam
hij voor het nieuwe Kecks-album
Boudewijn de Groots 'Als de Rook
om je Hoofd is verdwenen' op. „Ja.
je komt er op den duur toch achter
datje deel uitmaakt van een muzi
kale traditie", zegt hij. „En wat tra
ditie betreft voel ik mij meer ver
want met Boudewijn de Groot dan
met Peter Koelewyn."
Peter Bruyn
Concerten. 9 mei Leiden iLVC). 22 mei
Utrecht iTivolii 28 mei Zundert (café
Stuivesantlfestwal). 12 juni Tilburg
iNoorderligt), 13 juni Sliedrecht iBon-
kelaan. 19 juni Breda <Graanbcursi. 20
juni Den Haag (Paard). 27 juni Amster
dam (Paradiso)
Tröckener Kecks, van bo
ven naar onder: Rick de
Leeuw, Leo Kenter, Theo
Vogelaars en Rob de
Weerd.
Simon Vestdijk: De toekomst
der religie (Meulenhoff Pocket
Editie. 326 blz„ f24.90). Zesde druk
van Vestdijks essay over de gods
dienst. geschreven tijdens zijn ver
blijf in het gijzelaarskamp Sint-Mi
chielsgestel in 1943.
J. M. A. Biesheuvel: De angst
kunstenaar (Meulenhoff Pocket
Editie, 200 blz., f15,-). Pockether-
druk van Biesheuvels verhalen
bundel De angstkunstenaar, ter
gelegenheid van het televisiepor
tret dat de VPRO op 24 mei uit
zendt.
Primo Levi: Is dit een mens/Het
respijt (Meulenhoff. 438 blz..
f 34,50. vertaling Frida de Matteis-
Vogels). Twee onlosmakelijk met
elkaar verbonden titels uit Levi's
werk in herdruk: Is dit een mens,
het relaas van de schrijver van zijn
ervaringen in Auschwitz, en Het
respijt, het verslag van zijn zes
maanden durende terugreis naar
Turijn. Op 5 april was het vijf jaar
geleden dat de Italiaans-Joodse
schrijver overleed.
Vive la France (Novella, 128 blz.,
f 14,90). Bloemlezing van verhalen
die Nederlandse auteurs schreven
over Frankrijk. Bijdragen van on
der anderen J. M. A. Biesheuvel,
Tim Krabbé, Simon Carmiggelt
ben Cees Nooteboom. Bij dezelfde
uitgever verscheen het boekje Bel
la Italia (f 14,90), waarin een selec
tie van de mooiste verhalen over
Italië van onder anderen Michel
van der Plas. Hermine de Graaf en
Louis Couperus.
Van links naar rechts de Chinese componisten Mo Wuping, Chen Qigang, Xu Shuya en de bariton Shi Kelong.
foto Joël Bons