pzc Idealen zijn mooi, maar... reportage ZATERDAG 28 MAART 1992 2 3 Wordt het piloot, of toch maar brandweerman? Elk kind heeft een periode in zijn leven dat hij droomt over de toekomst. Voor Hayati Akdag was de keuze niet moeilijk: Politicus. Gebrand, bezeten is hij om situaties te veranderen. „Je moet de wereld kunnen wijzigen." Zijn streven bracht hem meermalen in conflict met zijn omgeving. Hij botste met de oproerpolitie in zijn vaderland, bracht maanden door achter de tralies en voerde een verbale strijd met zijn vader over ideologieën. In zijn pogingen zich te profileren in de Middelburgse PvdA-fractie kwam het andermaal tot een meningsverschil. Hij is een warm, maar kritisch pleitbezorger van de minderheden, een groepering die in het verleden is doodgeknuffeld door de Nederlanders. Wellicht ook om die reden is hij uitgenodigd om mee te discussiëren in het nationale minderhedendebat van minister Dales. Terug naar Turkije wil hij alleen als hij op politiek niveau aan de slag kan. Een portret van een Turks politicus in Zeeland. Qp een prikbord aan de wand van zijn krapbemeten kantoor ipeldde hij in 1986 een poster vast. Als iemand roept, alle buitenlanders erug naar hun land van herkomst iké, dat zou kunnen naar dan wel consequent Imerika voor de Indianen izië voor de Aziaten lustralië voor de Aboriginals hiid-Afrika voor de zwarten )e Zuidpool voor de pinguins Nederland weer onder water' Hij stuitte tijdens een cursus, opgezet om medewerkers van een gemeente lijke sociale dienst ('minimaal hbo-ni- veau') te leren omgaan met minderheden, op vooroordelen. Zij zijn het kaf, daaraan moetje geen aandacht besteden, kreeg hij te horen. Om ze met hun bekrompen zienswijze te confronteren, vertoonde hij een videofilm van de Anne Frank-stich- ting en deelde het affiche uit. „Ik ben", zal hij later zeggen, „continu aan het worste len om de situatie van de migranten te verbeteren." Nee, helemaal gewend raakt hij nooit aan vooroordelen. Achttien jaar al woont hij in Nederland. Bijna dagelijks - als hij de kranten openslaat - staren vette krante koppen hem aan. Is het niet Frits Bolke- stein die de buitenlanders het land wil uit zetten na het plegen van een misdrijf, dan is het wel BVD-topman A. Docters van Leeuwen die waarschuwt dat de grootste dreiging voor de nationale veiligheid te verwachten is uit de fundamentalistisch- islamitische hoek. Mismoedig constateert Hayati Akdag (38), één van de twee provinciaal consu lenten buitenlanders, dat onwetendheid en populaire uitspraken scoren in de me dia en het nog altijd winnen van waarhe den. „Geloof je nu echt dat een doorsnee buitenlander problemen wil krijgen met de samenleving? Welnee. Hij wil met we derzijds respect en begrip naast de Neder lander leven." De integratie gefaald? Nonsens, vindt hij. Zolang de buitenlanders niet dezelfde po sities hebben verworven op het gebied van arbeid, onderwijs en rechtspositie kun je niet spreken van integratie. „De werkloosheid onder hen is veel hoger. De achterstand in het onderwijs is enorm. De leefsituatie onder buitenlanders is veel slechter. Eerst moeten alle fundamentele voorzieningen zijn geïnstalleerd, zodat de allochtonen de achterstand kunnen inha len en uiteindelijk een zelfde positie kun nen krijgen als de Nederlanders. Als de buitenlanders daarna nog niet geïnte greerd zijn, zeg ik: inderdaad, er is iets mis, de integratie heeft gefaald. Onder de Nederlanders heb je a-sociale gezinnen, maar onder de buitenlanders ook. Waar om zou je tegen hen geen dwangmaatrege len mogen treffen als de voorzieningen er zijn? Ik zou - als stok achter de deur - geen seconde twijfelen." Doodgeknuffeld Hayati Akdag. foto Wim Riemens Nederland kent pas sinds 1982 een min derhedenbeleid. Daarvoor werd de aan wezigheid van 'gastarbeiders' beschouwd als een welkom fenomeen van tijdelijke aard. Nederland, zegt Akdag, heeft de mi granten doodgeknuffeld. Moest een brief je naar de werkgever worden opgesteld? Drie vrijwilligers stonden klaar om het kattebelletje te schrijven en te verzenden. Moest de Turkse buurvrouw soms naar de dokter? Buurman stond klaar met de auto om haar te brengen en het woord te voe ren. „Ik heb via mijn werk nog nooit meege maakt dat de minderheden niet willen in tegreren. Als mensen te maken krijgen met vreemdelingenhaat, gaan ze op zoek naar veiligheid en zekerheid bij hun eigen land- en lotgenoten. Dan kun je inderdaad de conclusie trekken dat de mensen niet willen integreren. Als je je onveilig voelt, leef je het liefst onder je eigen mensen. Daar word je beschermd. Daar word je ge holpen. Het heeft ook grote nadelen. Als een Turk naast zijn landgenoot leeft, praat hij dagelijks met hem. Hij gaat voor zijn levensmiddelen naar een Turks win keltje. Voor zijn vrijetijdsbesteding gaat hij naar een Turks café. Die mensen trel£ ken dan inderdaad de conclusie: Waarom zou ik Nederlands moeten leren?" De grootste werkloosheid onder de mi granten is te vinden onder de tweede ge neratie. Jongeren, die de middelbare school hebben afgemaakt, maar deson danks niet aan de bak komen „Als ie mand pas na twee jaar Nederlands kan le ren - in de grote steden is sprake van een grote wachtlijst - denkt hij ook dat het geen zin meer heeft, omdat zijn landgeno ten die wel Nederlands spreken ook geen werk hebben Dat werkt ontzettend de motiverend." Het is niet helemaal juist, zegt hij. dat de minderheden zich nog niet hebben aange past. Zij hebben in Nederland een enorme ontwikkeling meegemaakt. Ze betalen huur. weten hoe ze met een telefoon moe ten omgaan en rijden op fietsen. „Een Turk uit Oost-Turkije heeft in zijn dorp nog nooit een fiets gezien. Ja. één keertje misschien als de acrobaten kwamen om op hun fietsen kunstjes te vertonen. Maar hier leren ze fietsen. Dat geeft de Neder lander geen voldoening. Waarom niet? Die dingen zijn voor een Nederlander niet toereikend. Nederlanders verwachten veel meer. Ze verwachten dat buitenlan ders leven als de Nederlanders. Als je die dingen niet ziet - en de buitenlanders heb ben al stappen genomen om te participe ren in de Nederlandse samenleving - werkt dat de integratie tegen." Spreiding Het proces van samen leven zou veel ge makkelijker gaan als de buitenlanders verspreid door de steden wonen. „Dan worden de mensen ook eerder geconfron teerd met Nederlanders. Dan moeten ze de taal wel leren om te kunnen commu niceren. Je kunt van een Nederlander niet verwachten dat hij de Turkse of Arabische taal gaat leren." Meermalen drong hij bij de vier grote Zeeuwse gemeenten aan op een spreidingsbeleid. Tot op heden zonder succes. „Als een woningbouwvereniging een buitenlander een woning zou aanbie den. tegen dezelfde huur. maar in een wijk waar weinig buitenlanders wonen, denk je dat hij zou weigeren? Tuurlijk niet. Hij kijkt ook naar de voor- en nadelen. Geloof me. een doorsnee-buitenlander is niet dom! Hij zou 'm onmiddelijk accepteren'." Hoewel hij inmiddels jaren werkt met mi granten. verbaast hij zich nog steeds over een gebrek aan beleid. „Wat ik altijd heb gemist is dat de Nederlandse overheid geen waterdichte afspraken heeft ge maakt met de betrokken landen. Ik zou het bijvoorbeeld schitterend vinden als de migranten vooraf informatie krijgen over Nederland, over de maatschappelijke si tuatie. de aanpassingen, noem maar op. Het is best mogelijk dat mensen op basis van die informatie besluiten dat het immi gratieproces voor hen te moeilijk is en dat ze besluiten om maar niet te gaan. Als ze informatie krijgen zijn ze voorbereid op moeilijke situaties." Zelf had hij geen enkele moeite om zich aan te passen. Hij vertelt dat hij na een lezing kennismaakte met een oudere Mo- lukker. die zich in de jaren vijftig had ver baasd dat 'lange, blonde' Nederlanders achter de vuilniswagen liepen. „In zijn land was dat het laagste beroep wat je je maar kunt voorstellen." De enige 'cul tuurshock' die hij zich kan herinneren is de goedgevulde Nederlandse winkels en de tolerante houding van de politie. „Ik was in Amsterdam met een Portugese stu dent affiches aan het plakken over de An jerrevolutie. toen wij de politie tegen kwa men. Ik dacht dat ik er geweest was. Tot mijn verbazing hielp die agent ons." Tralies Hij wordt in 1954 geboren als oudste in een gezin met drie jongens en twee meisjes. De familie Akdag woont in Karaman, de pro- vinciehoofstad. Zijn vader beheert en ver pacht land Op het plaatselijke lyceum ontpopt hij zich als een politiek actief scholier. Ondanks een verbod treedt hij toe tot de CHP, de Republikeinse Volks partij. Als de studentenstrijd vanuit Pa rijs in 1969 overslaat naar Turkije is hij één van de vele duizenden jongeren die zich openlijk verzetten tegen een verbod op boektitels die het regime niet welgevallig zijn. Beschuldigd van het gooien van een molotovcocktail naar de oproerpolitie verdwijnt hij in maart 1970 zonder enige vorm van proces voor drie maanden ach ter de tralies. „De daders hebben ze nooit kunnen vinden. Ze hebben gewoon het he le groepje opgepakt." In die tijd botst hij ook regelmatig met zijn vader. Overtuigd van zijn idealen pro beert hij zijn vaders landarbeiders te over tuigen van hun belangwekkende rol in de klassestrijd. Hij zet ze op. Stelt hen voor om a#n het einde van het jaar. zoals ge bruikelijk is. niet drie schapen te vragen voor bewezen diensten maar tien „Vanuit mijn idealen moest de rijkdom eerlijk ver deeld worden. Ik vergeet nooit de woede van mijn vader. Hij zei: 'Je manipuleert ie dereen Wat is dat voor flauwekul. Wat ik heb. wat ik verdien, is allemaal voor jullie. En nu ga jij stoken'. Er zijn momenten ge weest dat ik niet naar huis durfde. Ik ging pas als het donker was en mijn vader al op bed lag. Ik was zeer idealistisch. Wilde de mensen wakker schudden. Zij zeiden te gen mijn vader: 'Jouw zoon komt bij ons met rare praatjes Ik ging hen verwijten maken. Vertrouwde hen niet meer. Zij be seften niet dat ik voor hun belangen op kwam. Ik vond het een stelletje schapen. Zonder hersens." Zijn vader zag de politieke activiteiten van zijn zoon met argusogen aan. „In de periode dat ik sociaal-democraat was. werd ik onmiddellijk geassocieerd met het communisme. Een middenweg be stond niet. Ik was een klassiek marxist. Ik bén nog steeds marxist. Communisme was in de volksmond - nog steeds trou wens bij een groot deel van het volk - een eng, goddeloos begrip." Zijn vader, zegt Akdag. ondersteunde zijn idealen, maar zag meer in de weg der geleidelijkheid. „Hij zei bijvoorbeeld: 'Zo zit de wereld nu eenmaal in elkaar'. Ik vond dat paterna listisch. Je moet de wereld kunnen wijzi gen." Boetekleed Na de militaire coup in 1971 worden hon derden linksgerichte studenten aange houden. De militairen beschuldigen dui zenden van 'subversieve activiteiten' De oproerpolitie krijgt de vrijheid om zonder enige aanklacht huiszoekingen te verrich ten en personen op te pakken. Omdat wel duidelijk is dat Hayati Akdag politiek ac tief is. valt de oproerpolitie zijn ouderlijk huis binnen. In een dichtgespijkerde ruimte onder de parketvloer worden ver boden boeken van Marx en Engels gevon den. Jk moest het boetekleed aantrekken om mijn broertjes en zusjes te sparen. Ik was de oudste. Zo hoort dat In mijn ogen was ik ook de oorzaak van alle ellende." Bijna negen maanden brengt hij door in de gevangenis. Wie de film Midnight Ex press' in herinnering oproept, heeft onge veer een beeld van wat zich afspeelde in Turkse gevangenissen. „Je hebt één voor deel: je kunt met veel mensen in de tuin praten. Verschillende kamers bestaan met. Als politiek gevangene had je het he lemaal niet prettig. De grootste ellende is datje besmet was. Men keek extra naar je. Je had collaborateurs onder de gevange nen. Je moest oppassen met wie je sprak Zijn invloedrijke familie weet hem uitein delijk vrij te krijgen. Achteraf lacht hij om de verbale strijd met zijn vader Relativeert hij de puberale op standigheid. Idealen hebben is mooi. maar ideeën opdringen aan mensen die daar niet vatbaar voor zijn, niet overtuigd willen worden van de noodzaak van de klassestrijd. is niet de juiste weg. Het drukte - jaren later - een stempel op zijn werk. Projecten ontwikkel je niet over de hoofden van mensen, maar samen mét mensen. Zijn omgeving noemt hem een pragmaticus Hij gaat uit van de feiten, idealen, ideologieën spelen een onderge schikte rol Na zijn middelbare schooltijd kiest Akdag voor een studie politieke economie aan de Universiteit van Ankara. Na zijn kandi daatsexamen zendt de overheid hem uit om zich in het buitenland verder te be kwamen Hij kan kiezen tussen Denemar ken. Engeland of Nederland Akdag kiest voor de Vrije Universiteit in Amsterdam Na weer een nieuwe machtswisseling raakt hij zijn studiebeurs kwijt. „Als in Turkije een nieuw kabinet aantreedt, ver dwijnen ook gelijk alle ambtenaren." Hij verhuist naar Den Haag, waar hij in dienst treedt bij een remigratieproject. Hij inter viewt migranten die terug willen naar hun land van herkomst en legt daar de basis voor zijn verdere loopbaan. Conflict Nog tweemaal komt hij in conflict met de Turkse overheid Als hij voor het links geörienteerde dagblad Milliyet een ver haal schrijft waarin hij de besteding van Nederlandse ontwikkelingsgelden in Tur kije in twijfel trekt, belandt hij andermaal achter de tralies. In 1977 bezoekt hij voor een korte vakantie zijn ouders. Als hij van af het vliegveld in Ankara naar Nederland wil reizen, wordt hij gearresteerd en ge blinddoekt weggevoerd. „Vijf dagen heb ben ze me geïntimideerd Me vragen ge steld. Wie ik was? Wat voor activiteiten ik in Nederland ontplooide tegen Turkije? Na vijf dagen hebben ze me zonder enige vorm van proces netjes teruggebracht naar het vliegveld." In 1984 moet hij in mi litaire dienst In plaats van de afgespro ken vier maanden, stuurt defensie hem voor anderhalf jaar naar de grens met Rusland. „Dat heeft mijn hele carrière planning verstoord." Via de Stichting Begeleiding Buitenland se Werknemers Dordrecht komt Akdag uiteindelijk aan het einde van de jaren ze ventig in Zeeland terecht bij de Stichting Buitenlandse Werknemers Zeeland Hij verhuist naar Oostburg en wordt lid van de PvdA, hoewel de PSP meer beant woordt aan zijn idealen. „Binnen de PSP zou ik minder invloed kunnen uitoefenen om de positie van de minderheden te ver beteren. De PvdA heeft liberalen, maar ook echte socialisten als lid. De partij was toen de op één na grootste van het land. De macht van het getal was op dat mo ment voor mij belangrijker." Hij voelt zich niettemin nog steeds thuis bij de PvdA. „Maar nog steeds hoor ik - vanuit mijn ideologie - aan de linkervleugel." Hij trouwt met een Zeeuwse, krijgt twee kinderen Akdag voedt ze - voorzover mo gelijk - tweetalig op. Religie speelt een on dergeschikte rol. „Mijn vader heeft ons nooit gedwongen onze religieuze verplich tingen na te komen. Hij heeft nooit ge zegd: jullie móeten. Ik ben opgevoed als moslim, maar ik ben net zo veel moslim als een doorsnee-Nederlander christen is. Op tijd wil ik mijn borreltje kunnen drin ken. Ik ben een liberale, kritische moslim. Als je gelooft, geloof je. Op mijn manier kóm ik ook de verplichtingen van de islam na. Vijf maal per dag bidden doe ik niet. Alleen tijdens de religieuze feestdagen ga ik naar de moskee. De opvoeding van onze kinderen zal doorslaggevend zijn voor hun toekomstvisie." Politiek Het afdelingsbestuur West-Zeeuwsch- Vlaanderen vraagt hem zich in 1986 kan didaat te stellen voor de gemeenteraads verkiezingen. Hij weigert uit praktische overwegingen. „Ik wist dat ik op den duur moest verhuizen naar Middelburg, omdat ik werk kreeg bij de Stichting Zeeland." In 1990 doet de partij andermaal een beroep op hem. Hij twijfelt. „Tijdens het gesprek met de kandidatenstellingscommissie heb ik gevraagd: word ik kandidaat van wege mijn achtergrond of vanwege mijn kwaliteiten? Als ze me om mijn achter grond hadden gevraagd, had ik gewei gerd. Als ik gekozen zou worden, wilde ik ook het liefst met andere portefeuilles dan de minderhedenkwestie belast zijn. Als het gaat om een multi-culturele samenle ving. moeten ook de Nederlanders hun verantwoordelijkheid dragen." Het moet een bittere deceptie voor hem zijn geweest dat de politiek niet alles kan regelen. Tot twee maal toe ('afschuwelijk dat een politiek besluit wordt genegeerd') moet hij een bittere pil slikken- als burge meester mr C. Rutten besluit het honora rium van Deltanutsbedrijven te accepte ren en als korpschef K. de Vos op zijn stre pen gaat staan en de vreemdelingen dienst toch onderbrengt bij zijn eigen korps, hoewel een raadsmeerderheid de dienst bij het bureau burgerbevolking wil hebben. „Je kunt wel zeggen dat de poli tiek alles bepaalt, maar niet als mensen zich verschuilen achter juridische regel tjes." Pas na lang aandringen wil hij antwoord geven op de vraag wat voor hem het diep tepunt was in zijn nog korte periode als Middelburgs raadslid. Omdat de kwestie is uitgepraat met de fractie schroomt hij niet een kritisch oordeel te geven over het eerste half jaar. Hij stelde zich bijvoor beeld meerdere malen de vraag of het niet beter was te stoppen met het raadswerk voor de PvdA. Of het niet juister zou zijn onafhankelijk van de fractie te opereren. „Ik had het gevoel dat alles werd bepaald en besloten door de oude garde. Ik heb zelfs overwogen af te treden Ik heb wel 's gedacht: wat doe ik hier eigenlijk? Als de nieuwelingen naar een bestuurs- of com missievergaderingen gingen om over een bepaald onderwerp het woord te voeren, werd onmiddelijk ingegrepen, werden ze afgekraakt door de oude garde. Dat kan niet. Dat mag niet gebeuren Want wat ge beurt er dan? Als iemand van alle kanten zo'n grote mond krijgt, denkt hij een vol gende keer: bekijk 't maar. Als we op zo'n manier doorgaan, kom ik niet meer." Tevreden Een stevige discussie met de fractievoor zitter voorkwam dat het conflict naar bui ten kwam. Wel heeft de verkokerde partij cultuur sporen achtergelaten bij Akdag. Hij is dan ook uiterst tevreden dat het PvdA-congres deze maand de rijen sloot door Rottenberg en Vreeman te aanvaar den als politiek leiders „Juist die zoge naamde intellectuelen - de mensen die dachten er alles vanaf te weten - zijn ge stopt. In moeilijke periodes verwacht je juist dat ze de partij door dik en dun trouw blijven. Daarom neem ik het hen kwalijk - zij zijn naar mijn mening ook geen echte socialisten - dat zij als eersten de hand doek in de ring hebben gegooid." In Mid delburg. vindt hij. is sprake van een af spiegeling van de landelijke politiek. „We zeuren in het gemeentehuis wel dat we van de ene naar de andere vergadering moeten rennen met dikke pakken papier onder onze armen, maar hoeveel is nu her kenbaar voor de mensen? De mensen kij ken zeer argwanend naar de politiek. Zij moeten - in het kader van de sociale ver nieuwing - een rol spelen, zodat ze einde lijk ook dingen kunnen herkennen." Het raadswerk is. beklemtoont hij, een eerste stap. Als je geen politieke ambities hebt. zei hij ooit. moet je je niet beschikbaar stellen „Dan kun je na vier jaar ook be danken. omdat je je werk hebt gedaan. Ik ben jong. Stel dat in de toekömst een mi grant kamerlid zou zijn. of wethouder, of gedeputeerde. Stel dat in de toekomst een migrant burgemeester zou zijn. Waarom niet van Vlissmgen? Of van Middelburg? Een migrant kan toch ook een burgerva der zijn voor de bevolking? Als de partij me zou vragen, zou ik met weigeren." Het idee om ooit naar Turkije terug te gaan i 'als ik niet met een Zeeuwse was ge trouwd was ik allang weg uit Zeeland') is een beetje achterhaald „Ik heb geen dui delijke plannen om te remigreren. Ik doe mijn werk hier met plezier. Ik zou alleen naar Turkije teruggaan als ik daar op poli tiek niveau aan de slag zou kunnen. Ik ben lid van de SHP, de socialistische volkspar tij. Als zij een beroep op mij zouden doen, zou ik teruggaan." Ab van der Sluis

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1992 | | pagina 23