Het lachen is verstomd in Oost-Europa fSRÊÊtr* Te laat voor democratie Bijna twee jaar na het einde van de communistische heerschappij overheerst de teleurstelling in Oost-Europa. In Polen, Hongarije en Tsjechoslowakije stapelen de problemen zich op, terwijl de omschakeling naar een op westerse, kapitalistische leest geschoeide samenleving veel te traag verloopt. Het wordt er een koude en onrustige winter. De economische achteruitgang leidt tot een groeiende ongelijkheid. De daaruit voorkomende spanningen kunnen het uiteenvallen van bijvoorbeeld Tsjechoslowakije tot gevolg hebben. Zoals verslaggever Louis Burgers constateerde, ligt er ook voldoende conflictstof voor enkele kwaadaardige internationale conflicten. Hij reisde onder auspiciën van de Nederlandse Atlantische Commissie met een groep journalisten door het gebied. De toeristen hebben bezit genomen van Praag. Zelfs op een doordeweek se dag beweegt zich van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat een niet-aflatende stroom mensen op de antieke Karelsbrug over de Moldau in hartje Praag. De terras sen in de oude binnenstad zijn tot laat in de avond overvol. De etalages langs de winkelstraten puilen uit. Wie merkt dan eigenlijk nog de verloede ring op van het Wencelausplein, eens het symbool van de opstand van 1968, waar Jan Palach zichzelf in brand stak en waar de 'fluwelen' revolutie van najaar 1989 plaatsvond? Nu bieden 16-jarige meisjes er hun lichaam aan en zakkenrollers vor men een groeiende plaag. Een onduidelij ke groep donkere mannen houdt zich on deraan het plein bezig met even onduide lijke activiteiten. Het zijn beelden van een overgangsmaat schappij. De communistische dictatuur mag verdwenen zijn, maar dat wil niet zeg gen dat de democratie zich al kon bewij zen. Integendeel, door de economische neergang dreigt het parlementaire sys teem zich te diskwalificeren. De roep om een sterke man groeit in Praag, maar ook in Warschau en Budapest. De Poolse pre sident Walesa zoekt uitbreiding van zijn macht, en de Hongaarse samenleving ver- rechtst. Tsjechoslowakije kan elk ogen blik uiteenvallen. Op het eerste gezicht toont Praag zich, on danks de armoede, als de hoofdstad van een stabiele democratie. Maar dat is schijn. ,.De problemen waar dit land mee kampt, zijn veel groter dan wij hadden verwacht", zegt hoofdredacteur Josef Ve- sely van het dagblad Mlada Fronta Dnes. „Het land bevindt zich in een overgangs fase. Volgende week kan Tsjechoslowa kije al van de kaart van Europa verdwe nen zijn, zodra Slowakije zich onafhanke lijkheid verklaart. De huidige federatie van Tsjechië en Slowakije heeft eigenlijk geen bestaansrecht. Niemand voelt zich er thuis. Het kan zijn dat president Vaclav Havel volgende week al weg is." Digital Praag heeft het dan nog goed. beter dan bijvoorbeeld Warschau. De Tsjechoslo- waakse hoofdstad kwam vrijwel onge schonden uit de oorlog, en is sindsdien op massale schaal gerestaureerd. Dat trekt toeristen, en dat levert jaarlijks miljarden marken, dollars en guldens op. Warschau is na de oorlog herbouwd in die typische, armzalige socialistische stijl. Nu straalt de stad vooral armoede uit. Overal langs de hoofdstraten vind je lege winkel panden. De slecht onderhouden buurt- winkeltjes contrasteren sterk met de en kele luxe winkels. Het verloederde cen traal station staat tussen twee hypermo derne westerse hotels. Vlakbij, aan het pompeus-Stalinistische Paleis van de Cultuur, hangt reclame voor het compu terbedrijf Digital. Polen, Hongarije en Tsjechoslowakije ver trouwen erop dat het westen hen te hulp komt. economisch en politiek. Ze bevin den zich op dit moment in een politiek va cuüm. Een positie die geaccentueerd werd door de mislukte augustus-coup in Mos kou. Enkele weken later doen ze luchthartig over hun schrikreacties, maar de angst zat er in augustus goed in. Warschau bracht het leger in staat van paraatheid. In Praag en Budapest verdwenen boze herinnerin gen aan 1968 en 1956 pas na steunverkla ringen uit Washington, en van de Navo die in Kopenhagen en Brussel met spoed bij eenkwam. Oost-Europa verkeert in een zwakke posi tie. De drie landen hebben de vrijheid te ruggekregen, maar tot midden augustus was het een vrijheid die beperkt werd door de nabijheid van het grote Sovjet-rijk. Sinds de coup is het er in Oost-Europa niet veiliger op geworden. Polen, Tsjechoslowakije en Hongarije grenzen tegenwoordig aan de verschillen de opvolgerstaten van de Sovjetunie. Het zijn stuk voor stuk republieken, waarvan nog maar afgewacht moet worden of ze zich democratisch, autoritair dan wel dic tatoriaal zullen ontwikkelen. Ook is niet duidelijk hoe ze zich tegenover hun buren zullen opstellen. Instabiel Dat leidt tot instabiliteit in de hele regio. Na twee wereldoorlogen bestaan vrijwel alle grenzen uit kunstmatig getrokken lij nen, waarbij geen rekening is gehouden met de etnische verdeling. Conflicten, die het geweldsniveau van Joegoslavië kun nen bereiken, zullen onder die omstandig heden gemakkelijk ontstaan. Warschau, bijvoorbeeld, zal zich genood zaakt kunnen voelen de Poolse minder heid in Litouwen te hulp te komen, wan neer de discriminatie van Vilnius tegen over deze grote bevolkingsgroep door gaat. President Walesa heeft zich ook al beklaagd over het gedrag van de Litou wers tegenover de Polen. Litouwen bear gumenteert dit door te verwijzen naar de steun die de Polen gegeven zouden heb ben aan de Moskouse coup. Volgens de Poolse parlementariër Jacek Szymanderski kan het minderheidspro bleem leiden tot spanningen tussen de twee republieken. „De meer dan een half miljoen Polen hebben niet alle rechten ge kregen. Na de oorlog zijn ze bijvoorbeeld uit de hoofdstad Vilnius gezet, ze leven nu rond de stad. Wij zullen alles doen om dit gebied rustig te hopuden. maar de kans is dat de Polen daar gebruikt worden om Li touwen te de-stabiliseren". Inmiddels hebben de Poolse Litouwers Warschau al om hulp gevraagd. Tussen Polen en de Oekraïne bestaat ook de mogelijkheid van etnische conflicten, terwijl met Wit-Rusland het bloedige on derlinge verleden tot problemen aanlei ding kan geven. Zelfs Tsjechoslowakije wordt door Warschau niet geheel ver trouwd: in de Tweede Wereldoorlog werd dat land gebruikt als springplank Van haar kant kent Praag eigenlijk maar één grote vrees: het op korte termijn uit eenvallen van de federatie. Minister van buitenlandse zaken Dienstbier wil dat. net als vrijwel alle Praagse politici, niet Oost-Europa volgt met argusogen de strijd in Joegoslavië, waar etnische problemen uitmondden in een bloedige burgeroorlog. Hier treuren leden van de Kroatische Nationale Garde om de dood van hun wapenbroeders (foto Adrian Popescu) Maart 1989, Budapest: Tienduizenden Hongaren vieren een nationale vrije dag onafhankelijkheid van de Sovjetunie. Nu, in 1991, overheersen politieke en economische problemen, (foto DPAIRTR) Lech Walesa: regeren kan alleen met De Hongaarse premier Jozsef Antall: Vaclav Havel: president van een fede- meer macht. met argwaan bekeken (foto EPA) ratie zonder bestaansrecht tAPi uitsluiten. „Wij kunnen deel gaan uitma ken van het instabiele deel van Europa. Ik weet alleen zeker dat Slowaken en Tsje chen niet op elkaar zullen schieten", zegt hij met enige overtuigingskracht. Een vergelijking met Joegoslavië wijst Dienstbier dan ook af: „Er zijn bij ons geen minderheden die op eikaars grondgebied wonen (zoals Serviërs in Kroatië, red.)". Ingrijpen van het leger om de eenheid te bewaren is ook ondenkbaar, zegt generaal Karei Pezl, de Tsjechoslowaakse chef staf. „Het leger zal nóóit ingezet worden om politieke problemen op te lossen. Deze processen moeten door de politiek opge lost worden." Splijting Een uiteenvallen van Tsjechoslowakije betekent dat een nieuw etnisch conflict ontstaat, en wel rond de enkele honderd duizenden Hongaren die in Slowakije wo nen. Volgens Budapest worden die slecht behandeld. Praag vreest dan ook dat een splijting voor Hongarije aanleiding kan zijn het Verdrag van Trianon van 1920 (waarbij Budapest onder andere Slowa kije verloor) op te zeggen. Die mogelijk heid is zelfs aanzienlijk indien een onaf hankelijk Slowakije „niets anders blijkt te zijn dan een zwakke partner van de Ukrai ne", aldus woordvoerder Egon Lansky, de rechterhand van president Havel. Vooral Hongarije wordt door talloze buur landen argwanend bekeken, sinds de uit lating van premier József Antall als ie mand die "vijftien miljoen' Hongaren ver tegenwoordigt, Hongarije zelf telt niet meer dan tien miljoen inwoners, de rest woont verspreid over Slowakije. Roeme nië en Joegoslavië. Budapest probeerde later de schade te be perken door te zeggen dat de uitspraak van Antall slechts cultureel (en niet poli tiek) bedoeld was, maar helemaal overtui gend klonk dat niet. 'Puur toevallig' vlo gen enkele dagen later twee Joegoslavi sche militaire vliegtuigen enkele minuten boven Hongaars grondgebied, hetgeen Hongarije deed vrezen betrokken te wor den bij de onverkwikkelijke burgeroorlog in Joegoslavië. Hongarije moet nu al een groeiende stroom vluchtelingen verwerken, terwijl ook van tijd tot tijd een 'echt' grensinci dent plaatsvindt. Dat ook Budapest niet helemaal onschuldig is aan de groeiende spanningen langs de grens, blijkt wel uit een opmerking van de nationale veilig heidsadviseur. professor Csaba Ferencz. Hij sprak over 'onbevestigde berichten' dat Serviërs vanuit Joegoslavië infiltreren in de Servische gemeenschap van rond 20.000 mensen bij het Balatonmeer. Defensieminister Lajos Für stelt daarbij vast dat de toekomst van de Hongaren minderheid in Joegoslavië (die vooral in de provincie Vojvodina wonen) Budapest niet onbezorgd kan laten. Een militair in grijpen wijst hij echter van de hand, maar „als het om de toekomst van de Hongaren gaat, dan kunnen wij niet neutraal blij- ven." Triangel Zolang Oost-Europa een dergelijk wes pennest van etnische conflicten blijft, be staat er weinig kans op dat de landen snel lid zullen worden van de Navo. Ook de EG - zo is de overtuiging in Warschau, Praag en Budapest - ziet voorlopig een toetre ding van deze staten niet zitten. Wel zul len ze snel geassocieerd worden, ondanks het schandalige veto dat de Fransen on langs daarover uitspraken. Gedeeltelijk zijn deze nieuwe democra tieën op elkaar aangewezen. Dat vertaalt zich in een samenwerkingsverband, de zo genoemde triangel, waarbij op internatio naal terrein met elkaar wordt samenge werkt. Het is niet de bedoeling dat een nieuw bondgenootschap eruit voortkomt, daarvoor zullen de banden te los blijven. De politieke lijn is echter heel duidelijk. Geen lid van de Navo, maar wel rekenen op steun vanuit het bondgenootschap in dien er een bedreiging vanuit het oosten zou groeien. Een lidmaatschap van de EG is ook iets voor de langere termijn. Men praat over 'rond het jaar 2000'. Warschau, Praag en Budapest rekenen ondertussen wel op economische steun vanuit West-Europa, Of, zoals minister Dienstbier het zegt, „als West-Europa de Sovjetunie voedselhulp wil geven, waar om kopen ze het dan niet in onze landen. Dan snijdt het mes aan beide zijden De noodzaak van grootschalige westerse steun blijkt op vrijwel elke straathoek. Vooral in Polen, maar ook in de andere landen, prijzen kleine handelaren enkele goederen aan in een poging de magere in komens wat op te vijzelen. Zelfs in Tsje choslowakije, dat er relatief het best voor staat, moeten man en vrouw beide werken om te overleven. In heel Oost-Europa groeit de werkloosheid, en ook de inflatie blijft - behalve in Tsjechoslowakije - veel te hoog. Lonen en pensioenen verliezen daardoor snel hun koopkracht. Investeringen Maar westerse investeringen komen veel te traag. Slechts de groeiende Duitse in- •vloed is onmiskenbaar. Dat veroorzaakt nog eens extra problemen, want meer dan veertig jaar lang was voor de communis ten (West-)Duitsland de bron van alle kwaad in Europa. Nu moeten Polen en Tsjechoslowaken - die nooit kans kregen de oorlog te verwer ken - zich in snel tempo aanpassen en Duitsland zien als de redder in nood. Voor de Hongaren ligt dat gemakkelijker: zij kozen in de oorlog de Duitse zijde. Poolse woordvoerders zeggen stuk voor stuk dat zij zich volkomen veilig voelen, nu Warschau en de Bondsrepubliek alle conflictstof in een verdrag geregeld heb ben. „Maar hoe dat over twee generaties gaat, weten we niet." De Polen vrezen dat met de groeiende invloed van Duitsland op den duur de dreiging vanuit het westen zal toenemen. De Tsjechoslowaken denken er eigenlijk net zo over. Bij hen spelen anti-Duitse ge voelens, afgunst en bewondering een be langrijke rol. Maar zeker in het Tsjechi sche deel van het land kunnen de traditio nele banden met Duitsland en Oostenrijk niet verloochend worden. Het straalt van de huizen en de monumenten. Duizenden toeristen uit de oude en de nieuwe deelsta ten maken duidelijk dat na de val van het Sovjet-imperialisme in Oost-Europa een nieuwe tijd aanbrak, Louis Burgers

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1991 | | pagina 21