Grote schoonmaak van de
Rijn veroorzaakt drama
Bioloog Boddeke
PZC reportage
V W V W SBUSBÊBÊBHÊÊÊBBÊBSBÊÊKÊBBBÊÊÊÊIÊSÊBIKÊÊBÊÊKÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊt zaterdag 17 augustus 1991
Wat voor rampen voltrekken zich op het Wad? Waar zijn de kokkels
en de mosselen, wat voor slachting voltrekt zich onder de
eidereenden? Is er sprake van een mysterieuze ziekte, worden er
misschien in het geniep tonnen zwaar gif in het water gestort? De
ongerustheid is groot, ook bij visserijbioloog dr. Dolf Boddeke. Maar in
tegenstelling tot velen heeft hij een verklaring voor de alarmerende
verschijnselen die zich nu in hoog tempo openbaren. Dat is de grote
schoonmaak van de Rijn!
zich ten opzichte van de eidereenden .05
jaar lang netjes opgesteld en zij verdienen
het niet om nu zo verketterd te worden.
Als ik dan een advertentie van de Wad
denvereniging zie waarin wordt opgeroe
pen de eidereend te redden door de mos
selvisserij te verbieden, dan denk ik: this
is no cricket. Een beetje meer niveau, al
stublieft."
Bizar, een ander woord is er niet voor de
opkomst en ondergang van de eidereend
in de Waddenzee. De massale sterfte van
de vogel lijkt vooral te worden veroor
zaakt door parasieten. Deze zitten in de
strandkrabbetjes die de vogels nu uit ar
ren moede eten. „Toen er nog genoeg mos
selen en kokkels waren, aten ze die bees
ten veel minder. Maar nu moeten ze wel en
blijken ze geen weerstand te hebben tegen
de massale besmetting met parasieten.
Dit is een resultaat van onderzoek door
bioloog Cees Swennen van het Neder
lands Instituut voor Onderzoek der Zee
(NIOZ) en maakt slechts een conclusie
mogelijk: de opkomst van de eidereend
was een welvaartsverschijnsel."
Boddeke is er van overtuigd dat er magere
jaren aanbreken voor visserman en vogel.
„Door de afname van de eutrofiëring
groeit de vis langzamer, en is bij voorbeeld
een vierjarige schol vier centimeter klei
ner dan voorheen. Dat betekent wel dat
hij ongeveer dertig procent minder weegt.
Tonglarven eten larven van schelpdieren.
Nu de stand van schelpdieren als kokkel
en mossel zo abnormaal laag is, wat bete
kent dat dan voor de overlevingskansen
van de jongste tongetjes? Vorig jaar was
ontzettend slecht wat de aanwas van
nieuwe tong betreft. Wij weten van dit
soort verbanden helaas veel te weinig."
Wonder
Tong en schol zijn samen goed voor 60 pro
cent van de totale geldomzet van de Ne
derlandse vissersvloot. „Een sterke ach
teruitgang van tong en schol zou dus bete
kenen dat het hele fundament onder de
Nederlandse visserij en industrie weg
zakt. Toch ben ik daar minder somber
over dan over de mosselkweek. Urkers zijn
vindingrijk. Ik heb in mei tegen Klaas
Kramer (voorzitter van de visserij vereni
ging op Urk) gezegd: „Klaas," waar staat
geschreven: gij zult geen 7 gulden betalen
voor een kilo schol?' Nergens dus. Hande
laren en exporteurs klagen wel steen en
been, maar dacht u nou dat de Italiaan
zijn scholfilet voor de pasta zou laten
staan, omdat die een paar gulden duurder
is geworden? Mooi niet. Schol is altijd erg
goedkoop geweest. Maar waar moet een
dorp als Yerseke naar toe? Dat is vrijwel
volledig afhankelijk van de mossel-
kweek."
Vandaar de woede bij Boddeke als kreten
als „helder water én veel vis' de revue pas
seren. „Mensen die zeggen dat een schoon
milieu en veel vis samengaan, zijn gek. Die
weten niet waar ze over praten Ik zeg wel
eens: als je niet in wonderen gelooft ben je
geen realist. Maar er is nu wel een héél
mooi wonder nodig."
Maarten PennewaarcJ
Van huis uit ben ik een vrolijk mens -
vraag maar aan m'n vrouw. Maar
wat de Waddenzee betreft kan ik niet an
ders concluderen dan dat we voor een
menselijk en dierlijk drama staan. Ik heb
in februari 1990 gezegd: de eidereenden en
de mosselkwekers gaan straks vechten
om de laatste mossel. Nou, dat stadium
hebben we nu al bereikt."
De grote kaalslag op het Wad voltrekt
zich. Alarmerende berichten over massale
sterfte van de eidereend en scholekster,
die geen mossel of kokkel meer aantreffen
in het kweldergebied. Natuurbescher-
1 mers priemen hun beschuldigende vinger
in de richting van de vissers, die de na
tuurlijke rijkdommen van de kwetsbare
zeebodem zouden hebben geschraapt.
Visserijbioloog Dolf Boddeke schudt het
hoofd. Flauwekul. De dramatische afna
me is te wijten aan het rigoureus verwijde
ren van fosfaat uit het Duitse rioolwater
en dus uit de Rijn in de afgelopen jaren.
Paradoxaal? Zeker. Enkele decennia lang
heeft de rivier die bij Lobith ons land bin
nenstroomt immers bekend gestaan als
het grootste open riool van Europa. Maar
tussen alle chemisch afval, zware meta
len, landbouw- en industriële vergiften za
ten ook enorme hoeveelheden fosfor en
stikstof, die verdund in het water van de
Noord- en de Waddenzee een dankbare
voedselbron vormden voor plantaardig
plankton. En dat is weer de basis van vele
soorten zeeleven.
Kletspraat
Al enkele jaren verkondigt Boddeke,
sinds 1959 in dienst van het Rijksinstituut
voor Visserij Onderzoek (RIVO), dat het
schoonmaken van de Rijn enorme conse
quenties zou hebben voor de Nederlandse
visserman. „Maai- het sterven van die ei
dereenden gaat me net zo aan het hart, ik
ben lid van elke vogelorganisatie in Ne-
derland. Milieufanaten kunnen nu wel
zeggen: fijn, we gaan weer terug naar de
natuurlijke situatie, maar dat noem ik de
magogische kletspraat. Er is in Nederland
nergens meer een „natuurlijke situatie'.
Het betekent wel het sterven van duizen
den en duizenden eidereenden. Daar kan
ik niet vrolijk van worden."
Boddeke is overtuigd van de parallel tus
sen de kunstmatige bemesting via de Rijn
en de enorme groei van de visserij-op
brengsten. Aan de hand van statistieken
van de opbrengsten van de Noordzeevis
serij. die al sinds 1903 worden bijgehou
den, valt ook weinig anders af te lezen.
Tussen 1903 en 1955 is de totale vangst
van bodemvis in de Noordzee zeer con
stant geweest. Jaarlijks werd zo'n 400.000
ton vis gevangen. In de jaren zestig, zeven
tig en tachtig steeg dat cijfer echter explo
sief tot meer dan 1 miljoen ton.
Daarbij moet wel worden aangetekend
dat niet alle vissoorten zo'n bevolkingsex
plosie kenden. Het ging vooral om de vis
soorten die hun „kinderkamer' in de Ne-
derlands-Duitse-Deense waddengebie
den hebben: tong, schol en schar, maar
ook wijting en kabeljauw. Bovendien
werd vooral de zuidelijke Noordzee visrij-
De eidereend als welvaartsverschijnsel foto GPDDe mosselkvvekers en de eidereenden moeten straks slag leveren om de laatste mossel (foto Wim Riemens
Het verwijderen van fosfaat uit de Rijn veroorzaakt een grote kaalslag op de Wadden
(foto KLM Aerocartoi
ker; in het Skagerak en in de noordelijke
Noordzee werd niet meer vis gevangen
dan voorheen.
Even een korte cursus „visproduktie-: de
voedselketen start met de vorming van
plantaardig plankton. Planten met blad
groen - in zee vooral bestaand uit micro
scopisch kleine algen - groeien door met
behulp van zonne-energie uit kooldioxyde
en water nieuw weefsel te vormen. In dat
proces is echter ook een zeer kleine hoe
veelheid stikstof en fosfor nodig. Denk nu
niet dat fosfor in de vorm van fosfaat al
leen in zee stroomt via de wasmachine: de
Noordzee is van nature zeer rijk aan beide
stoffen. En om een ton algen te krijgen heb
je niet meer dan 170 gram fosfor nodig en
1200 gram stikstof, in een verhouding van
circa 1 op 7.
Terug naar Dash, Omo en Persil. in de tij
den dat de fabrikanten nog geen enkele
milieubewustzijn was opgedrongen.
Sinds 1955 heeft de Westeuropese samen
leving een paar steentjes bijgedragen aan
de algenproduktie. De natuurlijke hoe
veelheden werden via de wasmachine,
maar ook via de industrie en de landbouw
vermeerderd met maximaal tien procent.
Dat maximum werd bereikt in 1980 en het
ging daarbij om 1,2 kilogram per seconde,
die via de Rijn in zee spoelde. Dank zij for
se ingrepen van de Duitse overheid liep
die stroom fosfor en stikstof enorm terug,
tot 0.2 kilo per seconde in 1990. Daarmee
was de toevoeging op hetzelfde niveau als
in 1960 gekomen.
Men heeft zich sterk verkeken op het ef
fect van de kunstmatige toevoeging nu
triënten aan het zeewater, aldus Boddeke.
„De redenering was: van tien procent
meer voedingsstoffen in zee kun je nauwe
lijks een effect op de visproduktie ver
wachten." Maar nu komen we bij de crux
van het verhaal. De stoffen kwamen zeer
geconcentreerd terecht in de kustgebie
den. en nog meer in het bijzonder in het
ondiepe Nederlands-Duits-Deense kust
gebied. Het ging daar niet om tien procent
meer fosfor en stikstof, maar om een ver
drievoudiging van de natuurlijke hoeveel
heden. In precies de juiste verhouding van
1 op 7. Meer plankton, meer wormen, meer
vislarven (schol, tong en kabeljauw) en
meer schelpdieren (mosselen en kokkels)
en vooral ook veel garnalen langs de kust
tussen Hoek van Holland en Den Helder.
Vreugde dus in Urk en Yerseke, maar ook
in de kolonies eidereenden in de Oostzee,
die vanaf de jaren zestig in steeds groter
getale naar de Waddenzee togen om te
overwinteren. „Voor de jaren zestig waren
dat er naar schatting maar enkele duizen
den". merkt Boddeke op. In de jaren tach
tig werden er 150.000 geteld. De conclusie
ligt voor de hand: de massale aanwezig
heid van de eidereend was een welvaarts
verschijnsel.
Rijkdom
„De stijging van de biomassa is niet alleen
ten gunste van de visserman gekomen",
zegt Boddeke. „In de vette jaren hebben
vissers en vogels de rijkdom broederlijk
gedeeld: de mosselkwekers ongeveer drie
keer zoveel als de eidereenden. En nu kan
iedereen wel roepen: de natuurlijke tijden
keren terug, maar dat betekent wel een
enorme achteruitgang van zowel de vis-
als de vogelstand."
-T\
Het chemieconcern DSM heeft voor Bod
deke eens uitgerekend wat de nitraten en
fosfaten die jarenlang via de Rijn bij Hoek
van Holland in zee zijn gestroomd, op
kunstmestbasis waard zijn. „Dat zou per
jaar zo'n 300 miljoen gulden zijn", vertelt
Boddeke. Als de totale eutrofiëring van de
Noordzee via de rivieren (Theems. Elbe)
gefinancierd zou moeten worden, zou het
gaan om 750 miljoen gulden per jaar. De
industrie en de wasmiddelenbranche heb
ben de visserij en de eidereend de afgelo
pen decennia dus flink gesubsidieerd.
Boddeke kan zich bijzonder ergeren aan
de verwijten die de mosselkwekers nu
naar hun hoofd geslingerd krijgen van de
kant van natuurorganisaties. „Ze worden
beticht van milieuvandalisme, nounou,
dat noem ik nogal wat. De vissers hebben