De metamorfose van
De Staalmeesters
Een componist in ongenade
Grauwsluier
na restauratie
verdwenen
Theodorakis
Het college van Staalmeesters te Amsterdam, zoals het jaren te zien is geweest mèt de beroemde 'gouden, transparante schijn'.
PZC kunst cultuur
Helder witte kragen in plaats van
gele, oplichtende kleuren in het
tafelkleed en voorwerpen die eerder
nauwelijks te onderscheiden waren.
Een complete metamorfose
onderging de afgelopen maanden
Rembrandts schilderij De
Staalmeesters. Met de restauratie
verdween de beroemde 'gouden
transparante schijn'. „Ik denk dat we
niet meer het vernisje aanbrengen
om de kleuren te temperen. De
toekomst zal moeten leren of dit ook
een interpretatie is", aldus directeur
Behoud en Beheer/Collecties van het
Rijksmuseum in Amsterdam, J.
Filedt Kok.
De omvangrijke restauratie van De
Staalmeesters en zes andere schilde
rijen van Rembrandt, deed opnieuw een
oude discussie opleven op welke wijze de
ze moest plaatsvinden. Was het in de vori
ge eeuw gangbaar Rembrandts 'donker'
te restaureren, inmiddels is dat proces on
gedaan gemaakt. De heldere kleuren en
grotere contrasten zijn voornamelijk ont
staan door het verwijderen van de oude,
gele vernislaag en de retouches.
Bij de schoóm'haakbeurt blewk het
groepsportret van de Amsterdamse Staal
meesters twee maal te zijn gesigneerd en
gedateerd. Aanvankelijk ging men af op
de zichtbare datering 1661 van de schil
der. Nu kwam in het tafelkleed in kleine
stipjes de datum 1662 tevoorschijn. Een
andere grote verrassing in datzelfde ta
felkleed, vormde een gele bijna expressio
nistisch geschilderde driehoek. Bij een
eerdere restauratie was die verdwenen,
maar nu weer duidelijk in beeld. Een voor
werp dat voorheen werd aangezien als een
stempel, bleek een handschoen te zijn.
Veranderingen
Uit al in 1956 gemaakte röntgenfoto's was
gebleken dat Rembrandt slechts weinig
van zijn werken zovaak veranderde als
dat van De Staalmeesters. Zo bleek de po
sitie van een bediende wel vijf keer te zijn
veranderd. Andere personages keken aan
vankelijk verschillende kanten op. Bij de
restauratie gaf dat veel problemen, omdat
sommige schimmen daarbij weer door
kwamen.
In september vorig jaar werd begonnen
met het omvangrijke restauratieproject
van zeven late schilderijen uit de Rem-
brandt-collectie van het Rijksmuseum. Al
eerder kwamen Titus als monnik' uit 1660
en Zelfportret als de Apostel Paulus uit
1661 gereed. Het eerste werd schoonge
maakt met aceton. Voor het tweede schil
derij werd alcohol gekozen als schoon
maakmiddel. Ook bij deze beide doeken
verdween de gele gloed en vond een aan
zienlijke oplichting van de kleuren en een
grotere dieptewerking plaats.
Bij het Zelfportret als de Apostel Paulus
De laatste hand wordt gelegd aan de metamorfose van De Staalmeesters. Stilleven met pauwen wordt op dit moment gerestaureerd.
De komende maanden wordt begonnen
met Het Joodse bruidje (omstreeks 1662)
en De verloochening van Petrus 1660) De
anatomische les van Dr. Deyman (1656) is
volgend jaar zomer aan de beurt. Een uit
gebreide werkgroep begeleidt de restau
ratiewerkzaamheden.
Problemen
De grootste problemen doen zich op dit
moment voor bij de restauratie van het uit
ongeveer 1639 daterende schilderij Stille
ven met Pauwen. Met name de buitenran
den stellen de restaurateurs nog voor de
vraag hoe deze zo oorspronkelijk mogelijk
teruggebracht kunnen worden. Door een
beschadiging in de vorige eeuw. waren
aan die randen nieuwe stukken linnen op
gezet.
..De vraag was of die randen oorspronke
lijk nu wel of niet hoorden in het schilde
rij". verklaart het hoofd Restauratie M.
Bijl het dilemma. ..Uiteindelijk wisten we
zeker dat die randen wel degelijk in de
compositie hoorden. Dat was onder meer
ook af te leiden uit de onderzijde van het
doek. De bloedsporen van één van de pau
wen. bleken oorspronkelijk veel groter.
Uit moeten, afkomstig van het spanraam.
konden we afleiden dat ook de zijranden
erbij hebben gehoord. Op advies van een
lid van de werkgroep is begonnen de ran
den bij het schilderij te betrekken. Het re
sultaat lijkt bevredigend, maar de vraag
blijft bestaan of Rembrandt dit wel zo be
doeld heeft", Een definitieve beslissing of
de restaurateurs op deze weg zullen voort
gegaan, moet nog genomen worden.
Met uitzondering van het Stilleven met
Pauwen, zijn de overige zes schilderijen
vanaf vandaag in het Rijksmuseum te
zien. De Staalmeesters overigens slechts
tot en met 25 augustus. Dan verhuist het
doek. samen met vijf andere schilderijen
van Rembrandt naar Berlijn. Daar begint
op 11 september de grote Rembrandtten-
toonstelling, die op 4 december in Amster
dam zijn vervolg krijgt.
De kaartverkoop voor de tentoonstelling
in het Rijksmuseum gaat op 1 augustus
van start Per blokken van een uur zijn 650
kaarten te koop. Wie eenmaal in het mu
seum is. mag daar blijven voor de rest van
de dag. Het museum heeft voor de exposi
tie in totaal 617,000 kaarten in de voorver
koop.
Thea van Beek
werd een beschadiging bij de neus zicht
baar. Een kleine breuk, die weer kon wor
den gerestaureerd. Een zwaard in het
kleed van de geschilderde figuur werd
door de schoonmaakbeurt weer goed
zichtbaar. De ervaring die bij de restaura
tie van beide schilderijen werd opgedaan,
kwam goed van pas bij het veel omvang
rijker en complexer schilderij van De
Staalmeesters.
Drie concerten van Mikis Theodorakis in
het kader van het Athene-festival hebben
vorige week opvallend weinig publiek
getrokken. Schril was het contrast met de
jaren vóór en na de kolonelsdictatuur, toen
men elke keer weer in drommen optrok naar
de theaters en stadions waar zijn muziek
weerklonk, gretig belust op herkenning van
het oude of vol nieuwsgierigheid naar het
nieuwe dat hij had geschreven.
Angstaanjagend waren vaak de incidenten bij
de ingang, waar men zich verdrong om binnen
te komen, verwarring waaraan alleen de
componist zelf met zijn hoge gestalte een eind
kon maken, bijvoorbeeld door alle
overtolligen op de grond te laten plaatsnemen.
Bij de première voor Griekenland van
Theodorakis' de Zevende Symphonie
(vraag naar niet naar zijn Vierde tot en
met Zesde, die moeten nog worden ge
schreven) zei iemand: „Er zijn meer uit
voerenden dan luisteraars". Dat was wat
overdreven, maar het ontliep elkaar niet
veel. Nog geen duizend getrouwen waren
naar het Herodes Atticus-openluchtthea-
ter gekomen om te luisteren naar de an
derhalf uur durende Lentesymfonie, gro
tendeels op tekst van de dichter Jannis
Ritsos en uitgevoerd door solisten, kooi
en orkest van de Griekse Radio Omroep.
Theodorakis' 'Levensmotief Fa-Mi-Re
domineert het zeer lange en weinig aan
sprekende eerste deel. Hoewel de finale
wordt beheerst door een lyrische en ty
pisch Theodorakiaanse melodie, was er
na afloop niet meer dan een bedaard suc
ces. Dat moet de componist, onder het pu
bliek aanwezig, nog niet vaak hebben
meegemaakt.
Volgens het programma van het Athene
Festival zou hij later die week twee uitvoe
ringen van zijn oratorium Canto General
dirigeren in hetzelfde theater, maar na de
ze Zevende liet hij weten dat dit onmoge
lijk was vanwege een aanval van gordel
roos. Dit verhinderde hem niet als minis
ter mee te gaan met, premier Mitsotakis op
diens reis naar de Sovjetunie, zodat de
twee concerten in zijn afwezigheid plaats
vonden, hetgeen een wat spookachtig ef
fect teweegbracht.
Canto General trok was meer publiek dan
de Zevende, misschien ook omdat de toe
gangsprijzen lager waren. Dit weer dank
zij Shell, die de concerten sponsorde. Een
pikant fenomeen, gezien het feit dat me
de-multinational United Fruit Company
in de zeer linkse tekst van de Chileen Pa-
blo Neruda geheel onderuit wordt ge
haald.
Maar de opkomst was toch nog altijd bit
ter laag in vergelijking met de eerste uit
voering voor Griekenland, die in 1976
werd uitgevoerd in het propvolle stadion
van Olympiakos. Dat was de tijd dat men
niets van Theodorakis wilde missen. Men
kende het Spaanstalige werk nog niet: na
elk deel was wel veel applaus, maar men
vond het lang (de componist heeft het
sindsdien nog langer gemaakt) en men
ging flaneren over de atletiekbaan, een
omvangrijke, rustige promenade. Dat was
prachtig-zuidelijk. maar Theodorakis was
kwaad. Hij vatte het op als een belediging
Een paar dagen later deed hij het concert
over in een kleiner stadion, ook dat liep
vol, en van deze uitvoering is het schitte
rende dubbelalbum (een latere. Zweedse,
opname bevalt me veel minden
Canto General is voor velen Theodorakis'
belangrijkste werk en het zal niemand
verbazen als het later zou worden erkend
als het grootste vocale werk van deze
eeuw, desnoods samen met Stravinsky
Symfonie des Psaumes. In zijn eigen land
heeft het oratorium niet. echt aangesla
gen. maar het kreeg vorige week wel een
ovatie van de getrouwen, ondanks het feit
dat de twee vaste zangers, Maria Faran-
douri en Petros Pandis. deze keer waren
vervangen door operazangers die een wat
sterker vocalistisch effect najaagden: Ki-
ki Morphoniou en Frankiskos Voutsinos.
De oude Atheners kenden het ostracisme,
het schervengerecht. waarmee ze beken
de openbare figuren die hen niet langer
aanstonden uit hun stad konden verban
nen. Het overkwam onder anderen de
voortreffelijke Aristidis de Wijze. In de on
genade die Theodorakis deelachtig is ge
worden. zit ook een element van ostracis
me. maar in zijn geval kan men zeggen dat
hij in eigen optreden en uitlatingen niets
heeft nagelaten om het uit te lokken.
Zijn ruk naar rechts en zijn deelneming in
het kabinet, van Mitsotakis (als minister
zonder portefeuille hetgeen hem ook nog
de spotnaam 'Meneer Zonder' heeft opge
leverd) heeft hem veel linkse vrienden en
aanhangers gekost. Bovendien komen er
beschuldigingen dat hij deze positie ge
bruikt om zijn werken uitgevoerd te krij
gen op officièle festivals, ook nu er weinig
aandacht meer voor is.
Ernstiger was dat hij afgelopen winter,
toen de middelbare schooljeugd massaal
de schoolgebouwen bezette, partij koos
voor zijn collega van onderwijs, die kort
daarop moest worden vervangen. Dit
heeft, hem zowat de hele jeugd gekost, van
links tot rechts. De man wiens liederen
werden gezongen tijdens de enigszins ver
gelijkbare bezetting van de Polytechni
sche Hogeschool in 1973. besefte niet dat
het ook hier om een generatieconflict
ging. zonder politieke indoctrinatie.
Vijanden
Maar de meeste vijanden heeft hij ge
maakt door, op een officieel bezoek aan
Ankara, een pleidooi te houden voor een
Turks-Griekse federatie en het gezamen
lijk exploiteren van de olie onder de Ae-
geïsche Zee. Er moest een einde komen, zo
zei hij, aan de voordelen die waterhande
laren aan dit burenconflict ontleenden.
Hoewel hij al eens eerder dergelijke gelui
den had laten horen, stak er nu een ware
storm van verontwaardiging op. De socia
listische oud-adjunct-minister voor bui
tenlandse zaken, Pangalos. vond dat hij
wegens hoogverraad in de gevangenis
moest worden gegooid (een instituut dat
hij uit het verleden reeds al te goed kent).
En het vunzige populistische krantje
Avriani zag weer een 'joodse vinger' in
Theodrakis' gedragingen het was niet
toevallig een jood geweest - Servan
Schreiber - die hem tijdens de kolonelsdic
tatuur uit het concentratiekamp had be
vrijd en het was evenmin toevallig dat hij
al enkele keren Israél op concerttoernees
had aangedaan, aldus het blad.
Ook premier Mitsotakis kwam in een
moeilijk parket en om hem te ontlasten
zei Theodorakis dat het vooralsnog om
'visioenen' giftg en dat eerst de Cyprus-
kwestie moest worden opgelost, wilde er
enige toenadering tussen de twee landen
komen. Hij was geen 'turkofiel' maar 'fiel-
helleen'. zei hij, maar dat leidde tot nieuw
gebrul: was hij dan geen Helleen?
Theodorakis wordt steeds meer een we
reldburger Hij gaat de Olympische hym
ne voor Barcelona schrijven, hij heeft een
eigen koor in Zweden, hij wordt in Turkije
populair in sneller tempo dan hij het in
dertijd in Griekenland werd. Maar dat
laatste leidt weer tot beschuldigingen dat
zijn hele optreden commercieel is be
paald: voor de grammofoonplaten.
Nachtmerrie
De zaak is, dat het voor Theodorakis een
nachtmerrie is bij zijn mede-Grieken uit
de gunst t*e raken. ..Niet ik ben veran
derd". zegt hij de laatste tijd, ..zij zijn het".
Er is één lichtpunt: hij is hier nog niet. als
tijdens de junta, voorwerp van censuur.
Voor zijn nieuwe muziek moge dan erg
weinig belangstelling zijn. zijn talloze
klassieke stukken blijven gehoord wor
den. zelfs in de kring van zijn ergste vijan
den.
Onlangs was er in Patras een grote de
monstratie van de Pasok, wier leider, An
dreas Papandreou, in zijn toespraak de
componist-minister andermaal beschul
digde van uitverkoop naar de Turken. Na
dat hij klaar was. kwam er muziek uit de
luidsprekers. Eerst OrfT. waar de Pasok
een abonnement op lijkt te hebben. Maar
daarna Théodorakis' meesterwerk 'Mars
van de Geest', gezongen door Maria Fa-
randouri (Pasok-afgevaardigde) op tekst
van de dichter Sikelianos: ..We moeten de
zon uit het slijk tillen". Dit heeft Theodo
rakis bereikt: dat men zich nauwelijks
meer realiseert dat deze muziek van hem
is. Zij is van de Grieken!
Frans van Hasselt