Meer dan bloed op de camera
Het geweten van de wereld
PZC
Samenwerking Nederlandse
makers van special effects
reportage
27
Dertig jaar
Amnesty
International
ZATERDAG 6 JULI 1991
Films zijn illusie. Een flink deel van de schone schijn
komt van de special effects. De man die door het raam
springt, het bloed dat er vloeit, knallen uit geweren, regen,
storm en sneeuw, mensenetende spinnen, sprekende
paarden, futuristische computers, ontploffende auto's. Die
effecten worden in Nederland gemaakt door een kleine
groep specialisten.
Een aantal van hen heeft de Dutch Special Effects
Association gevormd. Die belangenvereniging wil het
aanzien van de branche verbeteren, zegt voorzitter Arthur
van Oest uit Amsterdam. De club richt een dringende
boodschap aan de filmproducenten, die nog wel eens
beunhazen willen inschakelen en uit een soort snobisme
Engelsen en Amerikanen inhuren. „Terwijl wij minstens zo
goed zijn, maar wèl alle benodigde vergunningen in huis
(moeten) hebben en beschikken over alle machines om te
maken wat de klant vraagt. We kunnen elke concurrentie
aan".
Een illuster gezelschap is bijeen. Neem
Hammie de Beukelaer. Zijn stunt
team staat sinds 1956 wijd en zijd bekend
en bouwde wereldfaam op met de tv-serie
'Floris'. Zijn zoon Willem verleent de ron
de onderdak in zijn gezellige kroeg 't Mar
kerveerhuis aan de Monnickendamse ha
ven en is lid van het team. In die hoedanig
heid liet hij zich laatst als Hennie Huis
mans stand-in van de 52 treden tellende
trap in de 'Soundmixshow' vallen.
Verder Robert Leerink. Hij begon in 1976
als stagiair van de kunstacademie AKI in
Enschede bij de verfilming van het oorlog
sepos 'Een brug te ver' in zijn woonplaats
Deventer en werd leverancier van knallen
en boemen voor het Nederlands Omroep
Bedrijf (NOB). Daar moest hij wegens be
zuinigingen weg; sinds 1 januari heeft hij
zijn eigen bedrijf in de stad aan de IJssel.
Zijn specialiteiten zijn pyrotechniek (ge
controleerde branden, losse flodders) en
atmosferische effecten zoals regen, wind,
in toenemende mate voor spectaculaire
feestjes van het bedrijfsleven.
Last nut not least Leerinks vriend en col
lega Arthur van Oest, die tien jaar geleden
debuteerde bij de film 'Oorlogswinter' en
eigenaar is van een enorme collectie wa
pens en rollend materieel uit de Tweede
Wereldoorlog.
De vier werken veel samen, hoewel ze ook
individueel optreden, afhankelijk van de
vraag. Hun namen komen voor op de afti
teling van ontelbare biscoopfilms en tv-
series in de afgelopen 20 jaar. Een zeer
kleine greep: 'De zomer van '45' (NCRV),
'Goede tijden, slechte tijden' (RTL 4), Ju
les Unlimited (VARA), 'De Brug' (KRO),
'Verona' (Spaan Vermeegen, Veronica)
en 'Mevrouw Ten Cate' (VPRO).
Leerink omschrijft het kwartet als de rui
ge tak van de branche. „De mannen die
zorgen dat het bloed op de camera spat.
De meeste regisseurs die eenmaal een film
van Sam Peckinpah ('The Wild Bunch') of
Brian de Palma ('Dressed to Kill') hebben
gezien, vragen daarom".
Knal-boem
Niet dat de Deventernaar daar echte pro
blemen mee heeft. „Maar verhalen over
special effects gaan meestal over ons, de
knal-boemsectie. Dat is jammer voor de
collega's van het fijne werk, de technische,
mechanische en digitale effecten, puppe
teers (bij voorbeeld 'Spitting Image'), ma
quettebouwers en grimeurs. Ik ben wel
eens jaloers als ik hun werk zie, zo inge
nieus. De poppetjes uit die bekende bier
commercials, complete steden op schaal
nagebouwd, robots en computers die alles
kunnen, dat spul zit verdraaid knap in el
Een subtiele toepassing van special effects is de winterse sfeer in Eline Vere, waarvoor de straten voor het Haagse paleis Lange
Voorhuis .besneeuwd' werden (foto Cees Zom)
kaar dat het zonde is dat er maar een paar
seconden van is te zien".
Van Oest schat dat ongeveer 50 Nederlan
ders hun dagelijks brood verdienen als ef
fectenmakers bij film, tv en theater. Van
hen hebben op dit moment 23 zich aange
meld voor het lidmaatschap van de, offi
cieel op 1 juni opgerichte, Dutch Special
Effects Association (DSEA). Onder de as
pirant-leden zijn bekende instanties als
de maquetteafdeling van NOB Design
Hilversum, de Marten Toonder Studio's in
Nederhorst den Berg, Team Players uit
Almere, Snoey Snoey uit Laren en
Harry Wiesenhahn uit Rotterdam. De
laatste heeft aan de wieg gestaan van de
Nederlandse special effects, volgens Van
Oest.
De vereniging, onder voorzitterschap van
Van Oest en met als secretaris Leerink.
heeft grote plannen. Zo wil zij een jaarlijks
galafeest houden, waar de beste special ef
fects worden onderscheiden en ze wil een
catalogus maken. Er zijn mooie doelen ge
formuleerd: de leden technische en be
roepsmatige ondersteuning bieden, vak
kennis plus nieuwe ontwikkelingen
bevorderen en de samenwerking, de on
derlinge contacten plus uitwisseling van
kennis en informatie stimuleren.
Nestor Hammie de Beukelaer vertaalt dat
op zijn eigen wijze: „Mijn team bestaat uit
knapen die kunnen duiken, motorcros
sen, van gebouwen af kunnen vallen, uit
een brandende auto kunnen springen en
kunnen vechten. Ze worden opgeleid op
mijn eigen sportschool en zijn bedreven in
een groot aantal vechtsporten. Stuk voor
stuk specialisten, anders zou ik niet wil
len. Die kant willen we ook op met de As
sociation. Dat moét. Daarom werken wij
vieren veel samen; we vertrouwen op el
kaar. Als Robert of Arthur aangeeft dat de
auto over drie tellen zal ontploffen, ge
beurt dat. Anders zou je de stuntmannen
onnodig in gevaar brengen".
Sluitpost
Bestuurslid Willem: „We weigeren te
werken met beunhazen, wij bellen alleen
Arthur of Robert". Van Oest en Leerink
hebben de behoefte daarin een nuance
aan te brengen. „De Nederlandse special-
effectsmakers hebben zich langzamer
hand een goede positie verworven, het
meeste kaf is tussen het koren weg. Punt
is dat de Nederlandse film een pure bud
getteringsaangelegenheid is en blijft,
waarbij special effects een sluitpost is. Wij
komen op de begroting na de post maaltij
den. Als alles is geregeld, denkt een produ
cent plotseling van 'Hé, ik heb nog special
effects nodig'. Dan wordt soms een ama
teur ingeschakeld".
„Een brandweerman kan geen regen ma
ken. Ook geen fik. Het publiek ziet het
eindprodukt en denkt 'die bui komt uit de
slang', 'die brand lijkt op de slecht aange
stoken open haard bij ons thuis'. Een op
dracht om 1.200 vierkante meter echt lij
kende sneeuw te maken in nog geen twee
uur kan alleen worden uitgevoerd door
een collega met de desbetreffende, dure
machines. De gevestigde producenten we
ten dat anno 1991 wel. Helaas tonen de
producentjes die net van school komen
nog de neiging om steeds weer het wiel uit
te vinden. 'Pietje heeft een vriendje met
een zwemdiploma, die kan de duikscène
voor zijn rekening nemen".
De Beukelaer senior weet wat er vervol
gens gebeurt. „Ze ontdekken dus altijd
dat goedkoop duurkoop is, waarop wij
worden gevraagd het over te doen".
Het wordt minder, maar nog altijd moeten
Het spectaculaire slot van Amsterdamned wordt beheerst door special effects.
de vier enkele keren per jaar eerst goed
praten wat de klungelaars hebben ver
pest. Soms met grote gevolgen. „Dit jaar
ging een decor in de hens. Vorige week
schoot iemand met losse flodders op
NOB-cameraman Peter Jong. Z'n gezicht
kapot, veel bloed. Komt de special-ef-
fectsafdeling in de negatieve publiciteit",
herinnert Leerink zich,ja, dat dankt je de
koekoek. Vuurwerkfabrikanten zijn geen
collega's, ook al hebben ze op hun visite
kaartje SPFX staan, special effects. Ze
hebben hun eigen vuurwerkbelangenver
eniging".
Het belangrijkste doel van de DSEA is
dan ook 'de verbetering van het aanzien
van special effects in Nederland, de
rechtspositie van haar leden, alsmede de
behartiging van de belangen van haar le
den in de ruimste zin van het woord'.
Trend
De toevoeging 'in Nederland' vraagt om
een nadere verklaring. „Mede door enkele
slechte ervaringen met beunhazen is de
trend bij de Nederlandse producenten om
Engelse en Amerikaanse special-effectsfi-
guren in te huren. Die zijn zo prima... Flau
we kul. Fabeltjes, gebaseerd op achter
haalde ideeën. De Nederlandse filmtradi
tie, en daarmee die van special effects, is
van na de Tweede Wereldoorlog, terwijl in
Groot-Brittannië en de VS al 70 jaar erva
ring is. Die achterstand hebben we inge
haald".
Het steekt Van Oest in dit opzicht ook dat
hij overal vergunningen voor moet heb
ben en daar jaarlijks fiks leges voor be
taalt. „Om wapens te gebruiken en te ver
voeren moet ik ontheffingen hebben van
de ministeries van binnenlandse zaken en
verkeer en waterstaat. De controle is
streng. Haalt de producent een stel Engel
sen, heerst blijkbaar de gedachte van 'dat
zit wel goed' en wordt nergens naar geke
ken. Plotseling zijn de papiertjes niet
meer doorslaggevend".
Snobisme
Het is ook een vorm van snobisme van de
vaderlandse producentenstaf om buiten
landers aan te trekken. „Voor reclamefilp-
jes wordt een beroep gedaan op Engelse
cameramensen. Om te pronken met een
naam, niet omdat de Nederlanders slech
ter zouden zijn".
Het viertal hoopt dat al deze verschijnse
len gauw verdwijnen met de komst van de
DSEA. „Makkelijker kunnen de produ
centen het niet krijgen. Ze kloppen bij de
vereniging aan en wij bieden ze een keuze
uit de winkel, geheel op maat gesneden.
Het pakket kan klein zijn, zeg één knal,
maar ook allesomvattend, van het eerste
pistoolschot tot de allesverterende vuur
haard in het ruimteschip".
Julio de Pena Valdez was vakbondsleider in de
Dominicaanse Republiek toen hij in 1975 in handen
van de politie viel. Naakt werd hij opgesloten in een
ondergrondse cel van de gevangenis in Santa Domingo.
Maar de buitenwereld vergat hem niet, en spoedig
kreeg de gevangenisdirecteur brieven waarin om zijn
vrijlating werd gevraagd.
„Toen de eerste tweehonderd brieven binnen waren,
gaven ze me mijn kleren terug", herinnert hij zich. „Na
de volgende lading van tweehonderd brieven kreeg ik
bezoek van de directeur. Toen er drieduizend waren
bezorgd, werd de president ingelicht. Maar de brieven
bleven komen, en uiteindelijk gelastte de president
mijn vrijlating".
De Pena Valdez werd ontboden bij de president,
Joaquin Balaguer. „Hoe is het mogelijk dat een
vakbondsleider zo veel vrienden over de hele wereld
heeft?" wilde de president weten. Het antwoord was
eenvoudig: Amnesty International.
Sinds oprichting van Amnesty International,
dertig jaar geleden, heeft de mensenrechtenor
ganisatie 42.000 slachtoffers van regeringsterreur
getracht te helpen. De meeste pogingen faalden
jammerlijk, maar soms was het succes opmerkelijk.
Twee voormalige slachtoffers brachten het zelfs tot
president van hun land: Robert Mugabe (Zimbab
we) en Vaclav Havel (Tsjechoslowakije).
Individuele slachtoffers die door Amnesty worden
'geadopteerd', weten zich gesteund door de hon
derdduizenden leden van de organisatie. De presi
dent van Colombia werd laatst in een week tijds
onder 20.000 brieven bedolven. En een Westafri
kaans staatshoof klaagde dat hij geen dissident
meer kan oppakken zonder een vloedgolf van brie
ven en kaarten te ontketenen.
Maar het succes van de in Londen gevestigde orga
nisatie reikt verder dan een paar duizend indivi
duele vrijlatingen. Amnesty is het geweten gewor
den van de wereld, een organisatie waar regeringen
niet meer omheen kunnen.
Furieus
Drie jaar geleden stelde Amnesty vragen over een
incident in Gibraltar waarbij drie ongewapende le
den van de IRA door het Britse leger werden dood
geschoten. Premier Thatcher was furieus. Het on
derzoek was „in een woord schandelijk" en ze wei
gerde de vragen te beantwoorden.
Thatcher reageerde zo opgewonden omdat het Am
nesty was die de vragen stelde. Het Wereld Natuur-
fonds kan doodgezwegen worden, Greenpeace ge
negeerd, maar een organisatie met de reputatie van
Amnesty International niet.
Die reputatie is er een van betrouwbaarheid en vol
strekte onafhankelijkheid. Amnesty International
weigert geld aan te nemen van regeringen om niet
gecorrumpeerd te kunnen worden. En medewer
kers die onderzoek in landen doen, mogen nooit de
nationaliteit van die landen hebben. In Israël is een
Italiaan belast met het onderzoek, in Engeland een
Canadees.
Mede daarom werd Amnesty in de Sovjetunie als
een mantelorganisatie van de CIA omschreven, ter
wijl Zuid-Afrika haar als communistisch brand
merkte. Omdat Amnesty weigert een rangorde aan
te brengen in aard van de schendingen van de men
senrechten, heeft zij zelfs de toorn van Westerse re
geringen over zich afgeroepen Het doodschieten
van vermeende terroristen in Noord-Ierland om
schrijft de organisatie als „buitenrechtelijke execu
ties". Daarmee wordt het democratische Engeland
in dezelfde categorie geplaatst als bijvoorbeeld
Irak, waar de schendingen de vorm van volkeren
moord aannemen. „Waarom zouden we het Ver
enigd Koninkrijk anders moeten behandelen dan
andere landen", zegt woordvoerder Richard Reoch
eenvoudig.
Het was afgelopen maand dertig jaar geleden dat
het Britse zondagsblad The Observer een pagina
groot artikel publiceerde van de advocaat Peter
Benenson. De kop luidde 'De Vergeten Gevange
nen' en in het artikel kondigde Benenson een we
reldwijde campagne aan voor amnestie voor poli
tieke gevangenen. Daarmee was de organisatie ge
boren.
In 1961 had Amnesty een budget van 20.000 gulden
voor haar werk. In 1977 stond Beneson, die juist
met pensioen gegaan was, op zijn boerderij een koe
te melken toen de telefoon ging: Amnesty had de
Nobelprijs voor de Vrede gewonnen. In 1978 pas
seerde het ledental de grens van 100.000. Anno 1991
heeft Amnesty 1,1 miljoen leden en overschrijdt het
budget de 30 miljoen gulden. Dertig jaar later is
Amnesty een multinational geworden.
Maar anders dan een echte multinational hoopt
Amnesty dat zij wegens succes opgeheven kan wor
den. De actrice Glenda Jackson, vertolkte onlangs,
ter gelegenheid van de viering van het 30-jarig be
staan, de gedachten van velen toen ze zei: „Laten
we hopen dat in de 30 nu volgende jaren het prachti
ge werk van Amnesty niet meer nodig zal zijn".
Cees van Zweeden
Een brug te ver kende talloze speial effects, van schiettuig met losse flodders tot rook, veel bloed en ontploffende tanks (foto Arthur Bastiaanse)