PZC Hoera, een nieuwe gevangenis?! Lubbers premier of regeringsleider? Asielzoekers: nog 1 onbekend, onbemind opinie en achtergrond zaterdag3november 1990 Herkansing Middelburg Medicijnen Doelwit Onlangs is bekend gewor den dat goedkeuring is ge geven aan de plannen om het oude Huis van Bewaring in Middelburg te vervangen door een nieuw te bouwen grotere inrichting aan de rand van de stad. Het gemeentebestuur was er maar blij mee en hoopt dat dat nieuwe Huis van Be waring werkgelegenheid zal opleveren voor nieuw aan te trekken personeel en dat bij het ontwerpen en bij de bouw Zeeuwse bedrijven zullen worden ingeschakeld. De bouw van de nieuwe inrich ting is welkom, hoera! Het gaat hier echter om een in richting, waarvan de bewoners na hun detentieperiode bij de terugkeer in de maatschappij vaak grote problemen onder vinden en ervaren dat ze niet écht welkom zijn. Het oude Huis van Bewaring biedt plaats aan zo'n 40 gedeti neerden met een personeelsfor matie van 50 mensen. De nieuw te bouwen inrichting zal naar verwachting ruimte hebben voor 144 gedetineerden en daarvoor 100 personeelsle den in dienst moeten hebben. Deze vergelijking maakt met een duidelijk dat het nieuwe Huis van Bewaring aanmerke lijk economischer zal kunnen draaien. De zogenaamde 'over head' kan in verhouding wat kleiner blijven. Eind 1983 moet het nieuwe Huis van Bewaring er staan en kunnen draaien. Wellicht komt er voor de bevolking nog de ge legenheid om tijdens een open dag het huis te bezichtigen. Misschien zelfs kunnen men sen zich, zoals elders in het land gebeurde, aanmelden om als 'gedetineerde' mee te draai en in een proefperiode waarin het personeel de gelegenheid krijgt om de interne gang van zaken, de veiligheid en de pro cedures te testen. Als u zoiets zou overwegen, bedenk dan wel dat zélfs zo'n onschuldig lij kende korte periode behoorlijk kan tegenvallen. Bij het proef draaien in een nieuw gebouwd Huis van Bewaring, 'de Schie' in Rotterdam, moesten enkele 'proefkonijnen' tussentijds af haken. Voor die mensen was het nog geen week vol te hou den... De toenemende criminaliteit en het stringentere vervol gingsbeleid maken uitbreiding van het aantal plaatsen nood zakelijk. Sommigen verklaren die toenemende criminaliteit vanuit de groeiende ontkerke lijking die in onze samenleving waarneembaar is. Dat veron derstelt dat buitenkerkelijken zich minder gelegen zouden la ten liggen aan de maatschap pelijke waarden en normen. Alsof deze groep door zich los te maken van de kerk minder waarden en normen zouden hebben en een criminelere in slag zouden hebben. Een ver onderstelling die mijns inziens moeilijk met harde cijfers te be wijzen valt. Ons huidige strafrecht han teert een aantal rechtvaardi gingen om wetsovertreders een vrijheidsstraf op te leggen. Ver gelding, wraak, correctie, ver betering en ook om de samen leving tijdelijk in bescherming te nemen tegen de wetsovertre der. Een door veel gedetineer den zeer gevreesde straf is het zogenaamde ter beschikking- stellen, TBS (vroeger TBR) een maatregel die in de praktijk een 'open eind' heeft. Je weet niet zeker wanneer je daarvan ontslagen zult worden. Men hoort ook vast wel eens beweren dat de gedetineerden maar een gemakkelijk en luxe leventje zouden hebben in een soort Hilton-hotel, je kunt er al leen niet uit. De dagelijkse gang van zaken in een Huis van Bewaring of een strafgevange nis heeft echter niets weg van een hotel. De beroving van vrij heid is natuurlijk het meest es sentieel. Gedetineerden zijn in hun dagelijkse doen en laten afhankelijk van de interne re gels, het regiem. De mogelijkheden om bezoek te ontvangen, te telefoneren en het contact met 'buiten' te on derhouden zijn zeer beperkt. En die mooie kleurentelevisie is echt niet van rijkswege ver strekt, maar moet door de ge detineerden zelf gehuurd en be taald worden. Een groot ver huurbedrijf is daar goed mee. De gevolgen van een gevange nisstraf zijn vaak niet gering en dienen zich meestal al tijdens het verblijf in het Huis van Be waring of de strafgevangenis aan. De relatie met een partner loopt vaak op de klippen en ook het contact met eventuele kinderen komt onder spanning te staan. Voor partners van ge detineerden is de situatie ook zwaar, want zij worden er even eens op aangekeken. Veel vrienden en kennissen laten het afweten. Het beleid van justitie is erop gericht om de mogelijkheden die de gedetineerden in zich hebben zoveel mogelijk te ont wikkelen om daarmee een goe de terugkeer in de maatschap pij te bevorderen. Er bestaan mogelijkheden om te sporten, er zijn onderwijsfaciliteiten, er is een geneeskundige dienst, sociaal cultureel werk, maat schappelijk werkers/reclasse ring en geestelijk verzorgers. De eisen die gesteld worden aan de huidige bewaarders zijn niet meer te vergelijken met die van de cipiers van vroeger. Het zijn nu Penitentiair Inrich tingswerkers (PlW'ers) gewor den, waarvan het werk steeds meer te vergelijken is met dat van een inrichtingswerker. In inrichtingen van justitie zijn mensen in dienst die geestelij ke verzorging en bijstand bie den vanuit de kerken en het hu manistisch verbond. Gedeti neerden kunnen in geestelijk opzicht te maken krijgen met belangrijke vragen rond de er kenning van hun misdaad, hun schuld en boete. Zingevings- vragen, wezenlijke bestaans- vragen: wie ben ik eigenlijk; wat heb ik gedaan; hoe kan ik daarmee verder leven; hoe geef ik dat een plaats; hoe ziet mijn toekomst eruit; wat voor keu zes maak ik daarin? Bij de terugkeer in de maat schappij krijgen ex-gede tineer den te maken met een andere, niet formeel opgelegde straf. Zij ontmoeten dan vaak het spreekwoord en vooroordeel 'eens een dief, altijd een dief. Onze zogenaamde zorgzame samenleving is ook een wraak zuchtige en weerbarstige die maar moeilijk kan vergeten, laat staan vergeven. Tijdens een symposium een paar jaar geleden over het nut van straf fen vertelde een ex-gedetineer de over de problemen die hij te genkwam: problemen om een huis te huren bij een woning bouwvereniging, een lening om zich weer in te richten kon hij niet krijgen bij de bank, verze keren kon hij zich alleen maar als hij bereid was hogere pre mies dan normaal te betalen, fatsoenlijk werk kon hij niet meer vinden. Deze straf die de maatschappij hem oplegde was nog veel erger dan de ge vangenisstraf waartoe hij ver oordeeld was. Wanneer is het genoeg? Wanneer is er boete gedaan? Het beleid van justitie is er tij dens de detentie op gericht om terugkeer in de maatschappij mogelijk te maken en te bevor deren. De samenleving, u en ik, kunnen daar ook heel veel aan bijdragen. Door bijvoorbeeld onze domme vooroordelen eens te vergeten. Zonder dat we hoeven goed te keuren wat iemand 'op zijn kerfstok heeft' kunnen we ons toch ook realiseren dat een mens méér is dan de misdaad die hij ooit gepleegd heeft. We kunnen die mens toch als méns respecteren? Bovendien: men sen kunnen veranderen en ver anderen ook. Als wij ex-gedetineerden daad werkelijk de ruimte geven om weer volwaardig deel te nemen aan de maatschappij helpen wij misschien herhaling te voorkomen. Eigenlijk een een voudige manier van misdaad preventie die niet eens geld kost, wél een beetje begrip en tolerantie. G.J.Wolters levensbeschouwing i M i i i 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 (Van onze parlementaire redacteur Henri Kruithof) Premier Lubbers voelt zich te klein onder de groten. Al thans zo lijkt het als je de brief wisseling' tussen hem en zijn mi nister van buitenlandse zaken leest. De minister-president wil ook weieens alleen naar het bui tenland en niet steeds Hans van den Broek als chaperonne naast zich hebben. Dat is - eenvoudig gezegd - het dilemma. Telkens wanneer er een Europese ministerraad is, zitten de groten der Europese aarde bij elkaar en zetten de gro te lijnen voor het Europa van de toekomst uit. Mitterrand, That cher en Kohl hebben daarbij hoogstens hun minister van bui tenlandse zaken bij zich om af en toe een vriendelijk adviesje te geven. Maar Lubbers is gewoon afhankelijk van Van den Broek, want die gaat grondwettelijk over het buitenlands beleid. En dat steekt Lubbers. Het steekt hem dat hij 'slechts' de minister-president is. Letterlijk vertaald 'de voorzittende minis ter'. Lubbers heeft geen zeggen schap over de andere bewinds lieden. Die hebben elk hun eigen beleidsterrein. Over belangrijk- se zaken wordt in de minister raad beslist, waarbij de stem van elke minister gelijk telt. Wel is Lubbers bij de Grond wetswijziging in 1983 een coördi nerende bevoegdheid toege kend. Hij moet zorgen voor de eenheid van kabinetsbeleid en voor de presentatie ervan. Een beetje badinerend gezegd: hij moet zorgen dat de ministers niet openlijk ruziën en hij mag elke week een persconferentie geven over het kabinetsberaad. Enkele maanden geleden schreef minister Dales (bnnen- landse zaken) een notitie aan haar collega's, waarin zij min of meer de zijde van de premier koos. Ook zij vond dat Lubbers in zekere zin zelfstandig moet kunnen optreden in het buiten land. Van den Broek reageerde daar nogal geprikkeld op. Hij zag het gevaar voor zich van een loopjongen van de premier en daar voelt hij niets voor. Lubbers deed er in de ogen van Van den Broek nog een schepje bovenop toen hij in een brief aan de ministerraad de discussie probeerde te sussen. Een Grond wetswijziging om meer formelfi bevoegdheden aan de premie:, toe te kennen, vindt Lubben niet nodig. Maar ,,het is echteii wel duidelijk dat de minis ter-president in vergelijking mei collega's in het buitenland niei gehandicapt mag worden in in formatie, contacten, presenta tie, status enz". Het effect was averechts. Var den Broek zat bovenop de kast Hij reageerde furieus. Volgens hem probeert Lubbers de positie van 'bovenbaas' te krijgen in plaats van die van 'eerste ondei zijns gelijken'. Van den Broek meent dat versterking van de positie van de premier slechts mogelijk is door wijziging van de Grondwet. Maar dat is uiteraard niet Lub- bers' bedoeling. Als hij moei wachten op een Grondwetswijzi ging, maakt hij zelf niet meei mee dat zijn positie wordt ver stevigd. Volgens Van den Broek creëert de premier „ten aanzier van mijn taak een zodanig on duidelijke situatie dat het bin nen het kader van de bestaande constitutionele praktijk vooJ mij niet aanvaardbaar is". Met andere woorden: als de premier doorzet en daarbij de steur krijgt van de rest van de minis ters, kan hij op zoek naar een an dere minister van Buitenlandse Zaken. Zover zal het waarschijnlijk niet komen. Lubbers probeert al ja ren zich een steviger positie te verwerven. Telkens weer was het vooral Van den Broek die zich daartegen verzette. De noti tie van Dales komt erop neer dat de Grondwet gewijzigd moet worden, want zij wil de premiei een aanwijzingsbevoegdheid ge ven. De minister-president zot in haar visie de andere bewinds lieden opdrachten moeten kun nen geven. Dat lijkt echter een heilloze weg Om te beginnen, wil Lubbers zo lang niet wachten (een Grond wetswijziging neemt al snel eer jaar of vijf in beslag), maar bo vendien lijkt het in strijd met ons politieke bestel. Ons land wordt nog altijd geregeerd dooi coalitiekabinetten bestaande uit twee of meer partijen. Het zoude stabiliteit ervan niet ten goede komen. "ZA: kan er niet meer tegen Arts-gijzelaar in Baghdad geeft op Van onze Haagse redactrice Mirjam van Zuilen Een enorme stroom asielzoe kers komt ons land binnen. Een bijna even zo grote stroom protesten is over de hoofden van de vluchtelingen uitge stort. Onophoudelijk. Zowel regering als de instanties die de asielzoekers opvangen, zitten met de handen in het haar. Het wachten is op de uit slag van de commissie-Mulder, een door de regering ingestelde club van wijze mannen en vrou wen, die een advies zal uitbren gen over het asielbeleid. 'Den Haag' hoopt met dat advies in de hand een hoop problemen te kunnen oplossen en de procedu res aanzienlijk te kunnen ver korten. Zolang de wijze mannen en vrouwen het ei nog niet heb ben uitgebroed, zullen wij met z'n allen een beetje moeten in schikken om de asielzoekers een plekje te geven. En dat is moeilijk. Wie herinnert zich niet de felle protesten van bewoners in vooral kleine dor pen toen WVC vorig jaar dreigde daar asielzoekerscentra te vesti gen. Er werd zelfs hier en daar gesuggereerd dat asielzoekers een negatieve invloed op de dorpsgemeenschappen zouden hebben. Om nog maar te zwijgen van ergere beschuldigingen. Zo langzamerhand kwam daar verandering in. Een aantal ge meenten bood zich spontaan aan om asielzoekers op te van gen. Daar waar al hier en daar wat vluchtelingen een eerste op vang werd aangeboden, bleek dat deze mensen totaal niet voor meer overlast zorgden dan ieder ander. Er zijn gemeenten waar de asiel zoekers een volledig geaccep teerd beeld vormen in de samen leving. Vrijwilligers die lessen Nederlands verzorgen, sport clubs worden opgericht en aller lei actviteiten zijn gestart om van eikaars cultuur kennis te ne men. Maar in Middelburg maakt on bekend nog steeds onbemind. Het asielzoekers centrum dat WVC wenst te bouwen aan de Kruitmolenlaan heeft al het no dige stof doen opwaaien. Een aantal bewoners heeft zich fel te gen het plan gekeerd. Vermeen de waardedaling van hun hui zen, is één van hun drijfveren. Maar ook angst voor aantasting van het woon- en leefklimaat, wat dat ook moge zijn. De pro testen aan de gemeenteraad hebben niets uitgehaald. Een aantal Middelburgers probeert nu via de Raad van State de bouw van het centrum tegen te houden. Nu heeft natuurlijke iedere Ne derlander recht om gebruik te maken van de mogelijkheden die de rechtspraak hem of haar (Van onze speciale verslaggever Maurice Wilbrink in Baghdad) In het Ibn Al-Bitarziekenhilis in Baghdad vragen enkele tientallen gijzelaars van presi dent Saddam Husayn zich af hoe lang ze zijn regime nog moe ten steunen. Het Ibn Al-Bitar, een vrij klein hospitaal, wordt sinds 1983 gerund door met na me Westeuropeanen. Een Ne derlandse arts: „Ik ben hier in juli aangekomen om de Irake zen te helpen. Nu werk ik al der tien weken als gijzelaar." De jonge dokter, die met een flin ke dosis idealisme in het leven wenst te staan, maakt een uitge bluste indruk. „Ik weet dat ik goed werk doe, ik help mensen, ik verlicht hun pijn, ik opereer, maak ze beter. En tegelijkertijd is alles wat ik doe een steun voor Saddam Husayn. Ik kan er niet meer tegen." Hij laat een stilte vallen en ver telt dan dat hij deze week voor het laatst werkt. „Ik heb het mijn familie laten weten. Ze zijn behoorlijk ongerust, want mijn besluit betekerjt dat mijn positie hier nog onzekerder wordt dan ze nu al is. Ik heb dan geen recht meer op huisvesting van de Iraakse staat. Ik krijg in dat ge val ook geen gratis voedsel meer in het ziekenhuis. Maar ik neem de stap." Zijn Engelse en Ierse collega's knikken instemmend. De Neder lander, die even uitrust tijdens zijn werk, kiest zijn woorden zorgvuldig als hij in het Engels praat. Er zijn altijd Iraakse ver taalsters in de buurt die voor het contact met de patiënten zijn in gehuurd, en geen van hen is te vertrouwen: „Kritiek op de pre sident wordt bestraft met op hanging of tien jaar werkkamp en je weet hier nooit wat ervan je uitspraken wordt doorgebriefd." Het Ibn Al-Bitar werd zeven jaar geleden op verzoek van de Iraak se regering opgezet door de Ierse organisatie Pare. Irak kampte door de uitputtingsoorlog tegen Iran met problemen in de ge zondheidszorg. Het had te wei nig medische technologie in huis om moeilijke operaties te ver richten. Bovendien mocht nie mand voor bijvoorbeeld open hart-chirurgie of niertransplan taties het land uit. De Ieren gin gen destijds in op het verzoek van de Iraakse president en bouwden een ziekenhuis met 200 bedden. Medici, ziekenverzor gers en andere assistenten uit al lerlei landen hielden het insti tuut zeven jaar lang draaiende. Toen Irak op 2 augustus Kuway t binnenviel, kwam er geen vraag van Saddam Husayn om alstu blieft door te werken in het be lang van de zieken. Het enige dat de buitenlanders te horen kre gen was dat ze het land mochten verlaten als ze zouden worden vervangen door andere Euro peanen. Er kwamen geen vrijwil ligers opdagen. Veel gijzelaars bleven doorwer ken, met de moed der wanhoop. Ongeveer zeventig medewer kers stopten echter, omdat ze er niet meer tegen konden, een slechte relatie kregen met de Iraakse patiënten, en vaak om dat hun contract met Pare was afgelopen, waardoor ze zonder inkomen kwamen te zitten. Het Ibn Al-Bitar, waar de bui tenlandse pers alleen onder ge leide van een functionaris van het Iraakse ministerie van infor matie mag komen, is geheel ge lijkvloers gebouwd. Het hart van het ziekenhuis bestaat uit een open binnenplaats, waar patiën ten in de overvloedige najaars zon zitten te wachten tot ze wor den toegelaten in een van de af delingen die rond het binnen- pleintje zijn gesitueerd. Het zie kenhuisje behoort tot de mo dernste medische instellingen van Irak. Er staat zeer geavan ceerde medische apparatuur, het is schoon, er liggen niet meer dan zes patiënten op een kamer. De organisatie staat echter op instorten. Van de tweehonderd bedden zijn er nu nog vijftig tot zestig bezet, gezien het steeds groter wordende personeelste kort. De afdeling oncologie (waar kankerpatiënten worden behandeld) is helemaal geslo ten. Er zijn geen steriele leidin gen meer voor nierdialyse. Ook Voltaren, een pijnstiller voor bot- en spierziekten, is op. Be paalde laboratoriumtesten kun nen niet meer worden uitge voerd. Toch is er niet aan alles gebrek. Nadat het ziekenhuis begin sep tember door bijna al zijn voorra den medicijnen heen was, kwa men er plotseling grote hoeveel heden farmaceutische produk- ten binnen die door de Irakezen waren weggehaald uit Kuwayt. Later arriveerden er twee ladin gen uit Ierland, zodat het Ibn al- Bitar nu voor de meeste medicij nen een voorraad heeft van ongeveer twee jaar. De vraag is echter of het zieken zijn erg primitief. Een Neder landse arts die andere zieken huizen heeft bezocht, vertelt over gebouwen van elf verdie pingen hoog, waar patiënten over de trap worden vervoerd, omdat de liften niet meer func tioneren. Familieleden van pa tiënten houden er 's nachts infu sen in de gaten, terwijl er in de nachtelijke uren slechts een zus ter in het hele gebouw aanwezig is. Het komt voor dat er zestig patiënten op een kamer worden ondergebracht. Tot overmaat van ramp spelen sommige be zoekers, voor wie het begrip computer vaak nog geheel onbe kend is, met de knopjes van me dische apparatuur waar patiën ten mee worden bewaakt. De Nederlanders in Ibn al-Bitar hebben ook geen hoge dunk van de vaardigheden van Iraakse artsen. „Laatst was er iemand die twee ribben had gebroken. Er bleek een long lekgeprikt. zo luidde onze diagnose. Maar een Iraakse dokter schreef antibioti ca voor, op basis van een rönt genfoto. Dat is absolute waan zin!" De Nederlanders kunnen zo nog vele voorbeelden noemen, het een nog schrijnender dan het an dere. Onlangs werd een jongetje van achteren aangereden door een taxi-chauffeur die wild de stoep op kwam rijden. In een zie kenhuis in Baghdad werden fo to's gemaakt en de Iraakse art sen meenden dat er niets ern stigs aan de hand was. Twee uur nadat de jongen thuis kwam, viel hij op de grond, met een van af zijn nek volledig verlamd li chaam. In het Ibn al-Bitar con stateerden de Nederlandse ar- sten dat de jongen zijn nek had gebroken. „Als ze hem meteen naar ons hadden gebracht, dan was de breuk recht gebleven. Maar toen wij hem voor ons had den, was er niks meer aan te doen. Het jongetje zal altijd ver lamd blijven en gruwelijke door- ligwonden krijgen." Bij het verlaten van het zieken huis wijst een van de artsen op de militaire basis die vlak naast het gebouw is gevestigd. De mili tairen hebben tot taak een tv- zendinstallatie te bewaken die achter het Ibn al-Bitar staat. „Als het echt oorlog wordt, dan zijn die basis en de zender een belangrijk doelwit. Wij van het ziekenhuis kunnen dan geen kant op." «I biedt. Daar is dezeimmers voc Toch rijst de vraag of in dit gev; niet wat meer piëteit met dV asielzoekers geboden is. w| kan zo'n centrum voor verderft*» lijke invloeden hebben op dp omgeving? Waardedaling vaw de huizen? Dat lijkt onzin. Imi mers het centrum wordt na vijl jaar weer opgedoekt, zo heefl WVC beloofd. En zo daar noJ aan getwijfeld wordt, is daar in- derdaad de staatsraad die de helpende hand kan toesteken door daar in zijn uitspraak de nadruk op te leggen. Het argument dat het centring niet in de omgeving past, is oolfd niet opportuun. Het gebouw tel® slechts één verdieping. Niet stol render dan een reguliere middel n grote middelbare school. Zou p den daar ook protesten tegerJ zijn gekomen? Nee, de pijn zij meer in het onbekende. De advo l caat van de omwonenden dieptej tijdens de Raad van State-zit-j ting een paar uitspraken op vanj een directeur van een asielzoe-j kerscentrum. Zij contateerde! overlast door criminaliteit in eni rondom 'haar' centrum. WVC.j dat 26 centra beheert, kent dij klachten niet. Sterker nog, deg! politie in de 26 gemeenten waaiL de centra zijn gevestigd, infor-fj meert WVC regelmatig over de situatie, die altijd naar tevre denheid is. „Er gebeurt natuur-, lijk wel eens wat in de centra Dat is logisch. Maai- niet meer ol minder dan in de gewone samen- i| leving", aldus de woordvoerder1 van het ministerie. Misschien ig'B de angst van omwonenden votra het onbekende een beetje te be-K grijpen. In een rustige wijk ko-jjl men plotseling 275 mensen wo-a nen uit allerlei onbekende en|J verre landen. Ze zien er anders;]' uit, praten anders, eten andersIS enzovoorts. Toch hadden die J Middelburgers ook eens kunnedl denken aan de motieven van die: j-J mensen om in een voor hen to|y taal vreemd land neer te strij- r ken. In de meeste gevallen zij ze gevlucht voor de regering ia eigen land. Worden ze vervolgt of gezocht door de autoriteiten,.;. Het is voor de Middelburgse be z zwaarmakers te hopen dat zij nooit en nergens ter wereld hoe ven te vluchten om wat voor re-; den dan ook. Dat zij nooit van de? 'gastvrijheid' van een ander land gebruik moeten maken. Stel je voor dat ze in dat land het tijde lijke onderkomen voor de vlucb): telingen niet zien zitten. Das dan wel lastig. huis zelf nog zolang zal draaien. Vorige week hebben de artsen in opleiding besloten allemaal met het werk te stoppen als hun con tract met Pare erop zit. Ze wor den daarin volledig gesteund door de specialisten. Dat bete kent dat 95 procent van de art sen er voor de jaarwisseling de brui aan geeft. De kans is groot dat het hospitaal dan dicht moet, tenzij de Irakezen het overeind houden. Maar de Ne derlandse artsen achten dat laatste erg onwaarschijnlijk. Irak zal dan beroofd zijn van een belangrijk medisch centrum. In het land zijn er verder maar heel weinig voorzieningen waar com plexe operaties kunnen worden uitgevoerd en in een geval van oorlog zal dit gemis heel hard aankomen. De meeste Iraakse ziekenhuizen Baghdad, ogenschijnlijk vredig beeld van een stad in oorlogssfeer (foto AP)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1990 | | pagina 4