PZC
Tuig van de riche
Sanering landbouw beheerst Genève
Iwwi
1 mt
lü
opinie en achtergrond
Lonen verpleegkundigen stijgen nauwelijks
VRIJDAG 13 JULI 1990
Pensioenen
Mager
Drastische ingreep ramp voor bedrijfstak
Superheffing
Sanering
Meetlat
Sleutelen
n u/ Vv i, v -
m
Elleboog
denkwijzer
r
Knuppel
b&S ao2
Wankele vrede ziekenhuizen
Van onze verslaggeefster
Angela van der Jagt)
De rust is weergekeerd aan
het ziekenhuisfront. Bon
den en werkgevers hebben een
cao afgesloten en verpleegkun
digen en verzorgenden voeren
voorlopig geen actie meer.
Maar wat is er nu eigenlijk be
reikt in negen weken van bezet
tingen, zondagsdiensten, werk
onderbrekingen en vele uren
overleg? Een loonsverhoging
van vier procent voor alle gedi
plomeerde werknemers in het
ziekenhuiswezen en van tien
procent voor in-service leerlin
gen per 1 september 1990 en de
belofte dat er geld komt voor
achtduizend nieuwe arbeids
plaatsen ter verlichting van de
werkdruk.
Dat lijkt heel wat, maar de vraag
is of het in de praktijk ook
werkelijk iets voorstelt. De par
tijen zijn het met elkaar eens dat
de tien procent voor leerlingen
iets is waar iedereen tevreden
mee kan zijn. De eerste vier
maanden van hun opleiding krij
gen leerlingen zakgeld. Dat
wordt verhoogd van 395 naar 495
gulden per maand. De rest van
het eerste jaar verdienen ze 1.279
gulden bruto per maand. Het
tweede jaar is dat 1.504 gulden,
het derde en vierde jaar 1.945.
Dat wordt respectievelijk 1.407,
1.654 en 2.140 gulden.
Voor het overige mag echter
nauwelijks van een verbetering
worden gesproken. De nieuwe
cao geldt met terugwerkende
kracht vanaf 1 april 1990. Maar
de salarisverhoging gaat pas in
op 1 september. Dat betekent
over de hele periode tot 1 april
1991 dus geen vier procent, maar
slechts 2,3.
Daarbij komt dat een deel van
de loonsverhoging opnieuw
wordt gefinancierd uit onder
meer een premieverlaging van
het pensioenfonds PGGM. Wan
neer deze sigaar uit eigen doos
van de paar procentjes wordt af
getrokken, blijft 1,4 procent
over. Een eenmalige uitkering
van 675 gulden die uiterlijk in
september wordt uitbetaald,
maakt het een beetje goed, maai
de achterstand die verpleegkun
digen hebben, wordt er niet klei
ner van. Sterker nog, de achter
stand is alleen nog maar groter
geworden. Het Verbond van Ne
derlandse Ondernemingen heeft
berekend dat in de cao's die dit
jaar zijn afgesloten de loonsver
hoging gemiddeld uitkomt op
3,28 procent.
Begin volgend jaar besluiten de
cao-partijen in het ziekenhuis
wezen hoe de loonruimte voor
1991 wordt ingevuld. Dat levert
zeker geen loonsverhoging van
twaalf procent op, dus die ach
terstand blijft voorlopig nog wel.
De AbvaKabo vindt dat het geld
dat bij het PGGM vandaan
komt niet mag worden afge
trokken van de loonsverhoging.
„Pensioenpremie bestaat uit
een werkgevers- en een werkne
mersdeel. Als de premie dus
wordt verlaagd, betalen zowel
de werknemers als de werkge
vers minder aan het PGGM. Met
het geld dat de werkgevers min
der betalen, kunnen ze doen wat
ze willen. Ze kunnen daar bij
voorbeeld nieuwe bedden voor
kopen, maar wij hebben ge
vraagd of ze het geld wilden ge
bruiken om de lonen te verho
gen. Er is dus geen sprake van
een sigaar uit eigen doos, want
het is geld van de werkgevers",
zegt AbvaKabo-woordvoerder
Gerard Veth.
De vereniging Verplegenden en
Verzorgenden in Opstand denkt
daar heel anders over. De pen
sioenpremie die de werkgevers
voor hun werknemers aan het
PGGM betalen staat bij de post
loonkosten. Als de premie dus
wordt verlaagd, dalen de loon
kosten voor de werkgever en je
zou dus kunnen zeggen dat het
geld dat voortkomt uit die da
ling van de werknemers is.
Daar komt nog bij dat het maar
de vraag is of het PGGM door al
die premieverlagingen straks
nog genoeg geld over heeft om
de pensioenen uit te keren óf dat
het nodig is de premies in de na
bije toekomst weer te verhogen.
Zo vreemd is die gedachte niet.
Het Algemeen Burgerlijk Pen
sioenfonds heeft ook jarenlang
niets anders gedaan dan de pre
mies voor ambtenaren te verla
gen. Vorige week bleek opeens
dat het fonds daar wat al te
voortvarend in is geweest en dat
de premies nu weer moeten wor
den verhoogd.
Dan de werkdruk, het andere
grote probleem in de gezond
heidszorg, dat overigens niet
los mag worden gezien van de
hoogte van de lonen. In de over
eenkomst staat dat bijna een
miljard gulden extra wordt uit
getrokken om de knelpunten in
de zorgsector op te lossen.
Een deel daarvan moet worden
gebruikt om de grote werkdruk
te verminderen. Met deze toe
zegging kunnen de komende ja
ren achtduizend nieuwe arbeids
plaatsen worden gecreëerd op
afdelingen waar de werkdruk
het hoogst is.
Allemaal leuk en aardig, maar
waar denken overheid, werkge
vers en bonden de mensen van
daan te halen die die arbeids
plaatsen willen innemen? Er be
staat geen instelling in de ge
zondheidszorg waar niet een bak
met vacatures is. En er bestaat
geen opleiding voor verpleeg
kundigen waar zich genoeg leer
lingen aanmelden. Het gaat zelfs
al zo ver dat ziekenhuizen pre
mies uitkeren aan mensen die
een opleiding bij hen willen vol
gen. Zo krijgen nieuwe leerling
verpleegkundigen in het psy
chiatrisch ziekenhuis Delta in
Rotterdam vierduizend gulden.
Dat toont aan dat werkdruk oók
met geld te maken heeft. De
werkdruk is groot omdat er veel
te weinig verpleegkundigen zijn.
De enig juiste oplossing zou zijn
een heel grote loonsverhoging-
voor alle verpleegkundigen en
verzorgenden.
Acties als deze zijn voorlopig van de baan, na het afsluiten van een nieuwe cao (foto Lex de Meester)
Naast de loonsverhoging voor
leerling-verpleegkundigen is
het echt concrete dat is bereikt
met de overeenkomst en het
cao-akkoord dat geen actie
meer wordt gevoerd in het zie
kenhuiswezen. De VVIO roept
daar voorlopig ook niet meer
toe op.
De vereniging heeft haar leden
ook niet opgeroepen massaal te
gen het akkoord te stemmen,
hoewel de 'Opstandigen' verre
van tevreden zijn met de nieuwe
cao.
„We willen onze leden niet fru
streren, want ze hebben weken
lang actie gevoerd voor dit ak
koord. Bovendien is bet een feit
dat we er door de acties toch
meer hebben uitgesleept dan er
eerst inzat", aldus Astrid Slap-
pendel van de VVIO.
De VVIO gaat zich nu richten op
wat overheid, werkgevers en
bonden hebben afgesproken.
Slappendel: „We zullen scherp
in de gaten houden hoe het geld
dat extra wordt vrijgemaakt,
wordt besteed. We zullen er voor
strijden dat dat geld alleen
wordt gebruikt voor verplegen
den en verzorgenden en dan
vooral voor hun lonen en func
tiewaardering. Daarnaast gaan
we proberen voor elkaar te krij
gen dat er een aparte cao komt
voor verplegenden en verzorgen
den. Nu geldt de cao nog voor al
le werknemers in het ziekenhuis
wezen, dus ook voor onder meer
keukenpersoneel en mensen van
de technische dienst".
(Van onze economische
redacteur Jan Harren
De landbouw hangt van
subsidies aan elkaar. En
als er geen geld wordt gegéven
of geëist, zijn er wel andere
maatregelen die de internatio
nale handel aan banden leg
gen. De Europese Gemeen
schap voert er al jaren een bit
tere woordenstrijd over met
vooral de Verenigde Staten.
De Amerikanen vinden dat het
binnen tien jaar afgelopen
moet zijn met de in hun ogen
buitensporige wijze waarop
Europa zijn agrariërs be
schermt. Maar Europa is voor
zichtig, en niet in de laatste
plaats als gevolg van de grote
invloed die de groene bedrijfs
tak politiek heeft.
Onder voorzitterschap van de
Nederlander ir. A. de Zeeuw,
speciaal adviseur van minister
van landbouw Gerrit Braks, is
deze week bij de GATT in Ge
nève het overleg over de subsi
dies hervat. De GATT is het in
stituut waar afspraken worden
gemaakt over de handel en
over tarieven die daarin gel
den. Daarbij gaat het vooral
over exportsubsidies, impor
theffingen en invoerbeperkin
gen. In Houston, waar de rege
ringsleiders van de zeven kapi
taalkrachtigste landen bijeen
waren, werd al een zekere over
eenstemming bereikt. Maar de
eenvoudigste weg is daar niet
aangegeven.
De Zeeuw komt de volgens
landbouwkringen .twijfelachti
ge' eer toe, dat hij het overleg
uit het slop heeft weten te trek
ken. Hij heeft een aantal ideeën
op papier gezet die in Houston
door de Amerikanen als de De
Zeeuw-papers van harte wer
den omhelsd. In Nederland
heeft het Landbouwschap zich
er allerminst positief over uit
gelaten. Het vreest voor een te
snelle afbraak van de subsidies
en andere beschermende
maatregelen. En in het verleng
de daarvan voor een ramp voor
de bedrijfstak.
Dat de subsidie-regelingen
van de EG een veel te grote
smak geld kosten, spreekt zo
langzamerhand niemand meer
tegen. Binnen de EG is daarom
op een aantal punten ingegre
pen. Zo wordt te grote melk-
produktie sinds 1984 afge
straft door de superheffing,
een boete voor elke liter melk
die een boer meer op de markt
brengt dan hem is toegestaan.
De superheffing is gevolgd
door een maatregel die de
graanboeren treft. Die krijgen
nog slechts tot een bepaalde
hoeveelheid de minimumprijs.
Komen ze met méér, dan gaat
de prijs omlaag. Alles met het
doel de produktie van graan te
beperken en overschotten weg
te werken en voor de toekomst
te voorkómen.
Snijden in de beschermende
maatregelen is hachelijk; een
drastische sanering van de be
drijfstak zal het gevolg zijn.
Bij het Landbouw-Economisch
Instituut (LEI) in Den Haag
volgt drs. Siemen van Berkum
de ontwikkelingen op de voet:
„Europa telt nu zo'n 11 miljoen
boerenbedrijven. Je kunt op je
klompen aanvoelen dat er
daarvan een behoorlijk aantal
zal verdwijnen". Maar of het
een kwart zal zijn of meer of
minder, aan zo'n voorspelling
waagt hij zich niet.
Mèt het verdwijnen van bedrij
ven zal ook een verschuiving
optreden in de produktiegebie-
den. Frankrijk leent zich nu
eenmaal beter voor het verbou
wen van graan dan bijvoor
beeld Nederland. Het ligt voor
de hand om te veronderstellen
dat de graanteelt in Nederland
zal verminderen ten gunste
van de Fransen. Tegelijkertijd
zal de Nederlandse zuivelpro-
duktie in belang kunnen toene
men ten koste van bijvoor
beeld de Italianen.
Loslaten van de garantieprij
zen zal ook leiden tot goedko
pere boodschappen. Door de
zogeheten 'interventie' liggen
de garantieprijzen hoger dan
de prijs die de boeren er op de
vrije wereldmarkt voor kunnen
maken. Het verdwijnen van de
garantieprijzen zou voor de
boeren dus vooralsnog beteke
nen dat ze met lagere verkoop
prijzen genoegen moeten ne
men.
Recent zijn Nederlandse tuin
ders al tegen zo'n situatie opge
lopen. Paprika's vallen niet on
der een regeling. Daar is men
dus afhankelijk van wat de
markt ervoor wil betalen. Vorig
jaar waren dat mooie prijzen.
Gevolg was dat het teelt-areaal
dit jaar aanzienlijk groter was.
Het grote aanbod paprika's
leidt onmiddellijk tot lagere
prijzen. De vraag is of die ook
een stijgende vraag tot gevolg
hebben.
Het overleg van de G-7, het ge
zelschap dat in Houston bijeen
was, heeft nu een systeem aan
bevolen dat de subsidiestro
men geleidelijk aan zou kun
nen indammen.
Belangrijk onderdeel is de
meetlat die wordt gelegd naast
de inkomens. Die meetlat geeft
aan in welke mate boeren profi
teren van subsidies en andere
maatregelen waardoor de han
del wordt beïnvloed.
Het is geen probleem om vast
te stellen hoeveel geld een boer
méér heeft gekregen door bij
voorbeeld een exportsubsidie.
Ruwweg kun je zeggen: het ver
schil tussen de garantieprijs en
de prijs die deze boer zou heb
ben gekregen op de vrije
markt.
Er moet nu ook een manier
worden gevonden om vast te
stellen in hoeverre deze boer
heeft geprofiteerd van andere
vormen van steun. Hoe groot
bijvoorbeeld moet de bijdrage
worden geacht van een maatre
gel die de import beperkt? En
hoe groot zijn voordeel doordat
hij gebruik maakt van gesubsi
dieerd onderzoek aan de Land
bouwuniversiteit in Wagenin-
gen of door een proefstation, of
door het Landbouw-Econo
misch Instituut?
Het gaat daarbij om interne
steunmaatregelen, waartoe de
minimumprijzen behoren
maar ook subsidies op investe
ring, vernieuwing, herinrich
ting. Nog moeilijker heeft de
G-7 het gemaakt door er tege
lijkertijd bij af te spreken dat
ook de economische en sociale
verschillen in de landbouw van
de staten in acht moeten wor
den genomen.
Als de uitkomst is gevonden,
kan het inkomensdeel dat aan
steunmaatregelen te danken
is, geleidelijk aan worden ver
laagd.
In Genève vergadert deze
week een ander forum dan in
Houston. De G-7 beperkt zich
tot de Verenigde Staten, Cana
da, Japan, Frankrijk, (nu nog)
de Bondsrepubliek Duitsland,
het Verenigd Koninkrijk en
Italië. In Genève is het gezel
schap groter. Maar ontegen
zeggelijk zal de invloed van de
daar aanwezige G-7 landen, de
belangrijkste EG-gebieden,
groot zijn. Hoewel de reactie
van de anderen ,ze moeten
niet denken dat ze in de G-7 al
les kunnen bedisselen' on
miskenbaar zal doorklinken.
Er zal zeker aan de subsidies
worden gesleuteld. De Zeeuw
heeft de vergadering een aan
tal voorstellen voorgelegd. Ui-
1É% -#*'
terlijk 1 oktober wil hij van de
deelnemende landen weten of
zij op basis van zijn voorstellen
verder willen onderhandelen.
Een eerste indicatie wil hij
daarvan krijgen in de vergader
cyclus die voor het einde van
de maand moet zijn afgerond.
Midden in het schootsveld lig
gen de exportsubsidies. Die ga
randeren de boer een bepaalde
minimumprijs. Wil het buiten
land (buiten de EG) minder
dan die minimumprijs betalen
omdat het op de wereldmarkt
goedkoper terecht kan, dan
schokt de EG bij. Zakt de we-
reldprijs dan wordt de EG-sub-
sidie hoger, stijgt de wereld-
prijs dan wordt de subsidie la
ger.
Voorstel van De Zeeuw is nu
om de importheffingen op een
vast bedrag vast te leggen en
daarna over te gaan tot een ge
leidelijke verlaging van dat be
drag. Dan merkt de Europese,
en de Nederlandse boer ook de
invloed van de wereldmarkt en
zal hij zich moeten aanpassen.
Onvermijdelijk zal dat leiden
tot een zelfde maatregel in de
sfeer van de exportsubsidies.
Die zouden allengs ook naar
een vast bedrag toe moeten in
plaats van de variabele bijdra
ge, afhankelijk van de wereld
marktprijs.
Ander voorstel is om import
belemmerende regelingen te
vertalen in bepaalde tarieven
('tarification'). Importheffin
gen worden al in een bepaald
bedrag (al dan niet vast) uitge
drukt, maar nu zouden ook be
perkingen in hoeveelheden die
van een bepaald produkt mo
gen worden ingevoerd, in hef
fingsbedragen moeten worden
vertaald. En ook dan zou tot
een geleidelijke verlaging daar
van moeten worden overge
gaan. Tot nul als het even kan.
Het is niet gering waar in Genè
ve over wordt onderhandeld.
Van Berkum: „Het is jammer
dat de mensen er zo weinig van
weten en dus ook niet kunnen
beseffen hoe diep dit zal ingrij
pen. Bijna iedere boer is afhan
kelijk van de EG en haar subsi
dies. Negentig procent van wat
geproduceerd wordt, valt on
der markt-ordenende regelin
gen. Natuurlijk, in de VS wordt
ook gesubsidieerd, maar daar
is men toch veel meer afhanke
lijk van de ontwikkelingen in
de markt. Bij ons is dat niet zo.
Als hier aan de maatregelen
zou worden gesleuteld, zal dat
heel diep in de agrarische sa
menleving ingrijpen".
(Door René Diekstra)
k heb over mensen in het
algemeen weinig ontdekt
dat 'goed' is. In mijn ervaring
zijn de meeste van hen tuig"...
Deze bemoedigende uitspraak is
afkomstig van de misschien wel
grootste psycholoog die ooit
heeft geleefd heeft: Sigmund
Freud.
Die uitspraak schoot me te bin
nen toen ik een tijdje geleden ge
tuige was van de volgende scè
ne. De trein met bestemming Am
sterdam, waarin ik zat, stond
nog op het perron toen een in een
wolk van parfum verkerende
dame hijgend de coupé kwam
binnen stuiven. Enkele tassen
met zich mee zeulend. Aan de an
dere kant van het gangpad plof
te ze neer naast een jongeman,
die druk in gesprek was met een
jongeman tegenover hem. Het
lawaaierige binnendringen van
de dame in hun territorium deed
het gesprek even stokken. Ver
volgens hoorde ik de ene jonge
man met een uitgestreken ge
zicht tegen de ander zeggen, ter
wijl hij op zijn horloge keek:
„Zeg, hoe laat precies komen we
eigenlijk in Rotterdam aan?"
Als door een zenuwprik getrof
fen griste de dame haar tassen
bij elkaar, panisch uitroepend:
„kotterdam! Rotterdam? Oh
God, ik dacht dat dit de trein
naar Amsterdam was.'". Als een
raket schoot ze de coupé uit en
het perron weer op. Heel even
was het stil in de coupé. Toen be
gonnen beide jonge heren onbe
daarlijk te lachen.
Hoewel ik hun truc om de dame
te lozen eigenlijk meer dan
schandalig vond, zat ook ik tien
minuten later nog af en toe te
hikken van de napret. Blijkbaar
beleven wij mensen meer dan
fatsoenlijk plezier aan het on
deruit halen, voor schut zetten of
in de val laten lopen van ande
ren. Er is waarschijnlijk niet
eens veel anders te vinden dat
ons zoveel genoegen verschaft
dan precies dat.
die we zelf ook regelmatig a
den willen uitkuren. Vaak
wij ons van die behoeftes bij oi
zelf niet bewust, maar ook ais,
dat wel zijn houden we ze in i
dagelijks leven goed verborgt
Van kinderen vinden we hetn
enigzins acceptabel, hoewel o
niet echt leuk, dat ze uit frush
tie elkaar proberen te pesten.
in te luizen of pijn te doen. Ma
als volwassenen worden we v<
ondersteld voldoende zem
heersing, zelfcontrole te hebb
om ons niet meer op die mani
te laten gaan.
Toch is de werkelijkheid i\
wijls anders: in veel gevallen
een volwassen lichaam ni
meer dan een vettig pakpapi
om een vat vol met vroeg en lal
opgedane frustraties en spa
ningen. Stelt u zich eens vo
wat er zou gebeuren als door e
of andere toevallige aanleidt
al die rondwandelende vaten i
hetzelfde moment zouden spri
gen. De ramp zou niet te ovi
zien zijn.
Een nog betrekkelijk onschuld
voorbeeld daarvan zien we c
kinderen elkaar na het oven
den van hun ouders in de har
vliegen over de erfenis. Opee
is er even geen rem meer (o
rem was de ouder altijdom
die als kind opgedane frustr
ties eronder te houden. Wat
dan aan vuiligheden wordt u
gebroed en uitgehaald, hoe
van het daaruit voortvloeien.
De afgelopen maand heeft het
grootste deel van de mannelijke
en een groeiend deel van de
vrouwelijke wereldbevolking
voor de buis of op de tribune een
behoorlijke portie vuiligheids-
vermaak zitten verorberen.
Want daar, uiteindelijk, gaat het
bij voetbal natuurlijk om. Een
doelpunt of een combinatie kan
mooi zijn. Maar wat het spel
spannend maakt, ons ophitst,
wat ons echt boeit is een knallen
de ruzie op het veld.
Zo een waarbij geniepig zoordt
geschopt, met de elleboog tegen
een neus wordt teruggeramd en
met agressieve gebaren wordt
weg- en teruggeduwd en heen en
weer gespuwd. Waarbij een
scheidsrechter met een gezicht
dat van spanning uit z'n vel
knapt overspannen naar een
rooie kaart zoekt, maar eerst
een gele laat vallen en pas na
veel gestuntel de juiste kleur te
pakken krijgt. Om 'm dan voor
de neus te houden van iemand
die zich als een 'maar-hoe-is-
het-nou-mogelijk' misdienaar
omdraait. Zogenaamd om zijn
rugnummer te laten zien. In
werkelijkheid laat hij, nu het
toch niet meer beroerder kan,
heel even zijn broek zakken.
Waarna zijn maten aan een
borst-aan-borst belegering van
de kaar tentrekker beginnen en
zijn supporters steun verlenen
door een liefkozend „hi, ha, hon-
delu..".
Op zulke momenten zitten halve
volkstammen op de punt van
hun stoel wippend te hopen dat
het nu eens een echte voltallige
mepperij wordt. Je kunt bijna de
zuchten horen die uit teleurstel
ling in talloze huiskamers wor
den geslaakt, als de boosdoener
uiteindelijk toch met hangende
schouders het veld afstapt en
zijn collega's hun zelfbeheersing
hervinden. Op slag schenken we
hun onze medelijden en sympa
thie. Ze moeten het immers op
nemen tegen een getalsmatig
overmachtige vijand. Iedere vol
gende vuile actie waarmee ze
van nu af aan het aangedane
'onrecht' betaald weten te zet
ten, schenkt ons een diepe bevre
diging. Eigenlijk zouden we zelf
de uitvoerders van de ge
rechtvaardigde wraak willen
zijn. Maar het kunnen ervaren
van een soort van plaatsvervan
gende genoegdoening is ook al
iets.
Het is precies vanwege dit soort
dingen dat voetbal ons zo fasci
neert, ook als het vertoonde spel
voetbaltechnisch om te huilen is.
Op het veld staan twee en twin
tig mannen die met stilzwijgende
toestemming van de halve mens
heid allerlei frustraties uitleven,
ifMNPliillMt
'succes' wordt genoten, is son
met geen pen te beschrijven.
Vanaf de vroegste tijden hebbi
mensen zich daarom gerea
seerd, dat het voor een enigszh
vreedzame samenleving nod
was om zodanige uitlaatkleppt
voor innerlijke spanningen t
frustraties te verzinnen dat u
elkaar niet onderling zoudi
gaan aftuigen of afmaken. Et
veel gebruikte uitlaatklep m
oorlog voeren tegen vreemde
tegen personen van wie je ni
afhankelijk bent.
Maar voor degenen die niet ac
een oorlog deelnamen, moestt
creatieve ideeën worden b
dacht. De oplossing was te dot
alsof, te spelen alsof het oorlt
was. Het 'panem et circensei
het brood en spelen van de ft
meinen had precies die fundi
Het brood diende voor het stille
van de honger en de spelen die
den voor het stillen van de bloet
dorst. De Romeinen vatten dt
laatste nogal letterlijk op en
gen er geen been in om mense
elkaar echt te laten afslachten i
dat door wilde beesten te late
doen. Trouwens in een versla
van een voetbalwedstrijd uit o
zeventiende eeuw wordt nog gi
sproken van een slachtveh
waar de spelers vandaan kome
met bebloede koppen, gebroke
beenderen, uit de kom getrol
ken ledematen en verwondinge
die hun leven verkorten.
Zo bont maken wij het dus nu
meer. Maar nog altijd make
spelen, vooral sportspelen zoal
het voetbal, duistere driften it
onze ziel los; soms hebben di
maar heel weinig nodig om it
echte bloeddorst om te slaan
Maar waarom nou net bij sport
Het antwoord ligt in het feit da
in de loop van de eeuwen het nu.
nopolie op het uitoefenen van It
chamelijk geweld (gelukkig!) i'
handen van de staat of de ove 1
heid is komen te liggen. De ind
viduele burger heeft niet he
recht zijn buurman met eet
knuppel het rechte pad op t
slaan, maar de ME mag dat oj
gezag van de staat wel. Alleen A
sport vormt een uitzondering o]
het staatsmonopolie van ge
weid. Onze vecht- en wreed
heidslust vindt in sportwedstrij
den een maatschappelijk geac
cepteerde emotionele uit
laatklep. Het kijken naar eer
handjevol medemensen die bin
nen een duidelijk afgebakendt
speelruimte en volgens strengt
regels tegen elkaar tekeer uw
gen gaan, biedt ons de mogelijk
heid al onze wrede of agressieve
lusten innerlijk in een soort
van dagdroom bot te vieren
zodat wij zelf geen gevaarlijke
dingen hoevengaan doen. En
als het dan toch een keer uit de
hand loopt, gebeurt dat, onder
invloed van drank of de massa,
natuurlijk niet op maar langs de
rand van het veld. Want langs de
richel, op de tribune of voor de
buis, zit het echte tuig.
Advertentie
(caafV