PZC Gehucht (7) Olau Line in cijfers Super-veren mikken vooral op vracht De slag op de Noordzee week-in 41 ZATERDAG 19 MEI 1990 Tweede huis Rust Schatbewaarder Veiligheid Trendsetter SIGNALEMENT TURKEYE gemeente: Oostburg ligging: West-Zeeuwsch-Vlaanderen, tussen IJzendijke en Waterlandkerkje aantal (permanente) inwoners: vijftien aantal huizen: 23 voorzieningen: geen Groeten uit Turkeije Elke week staat er wel een toerist met een theedoek op zijn kop bij het plaatsnaambord. Familielid of kennis grijnzend met het fototoestel in de aanslag. Dè plaat van de vakantie wordt hier geschoten, zie je ze denken. De 'Turken' kijken er niet vreemd meer van op. Ze zijn er aan gewend dat mensen het thuisfront graag laten zien dat ze helemaal in Turkeye geweest zijn. De meesten hebben zelfs wel eens oor spronkelijke bewoners van het Bal- kanland aan de deur gehad. Op het ver keerde spoor gebracht door een documen taire op de Duitse televisie kwamen de echte Turken eens kijken bij hun 'landge noten' in Zeeuwsch-Vlaanderen. En hoe wel "ze het niet hardop wilden zeggen, viel van hun gezichten af te lezen dat ze toch wel een beetje teleurgesteld waren geen afstammelingen van Ataturk aan te tref fen. Toen ze het gezond blozende gezicht van mevrouw P. de Greve-Roets aan de deur zagen, probeerden ze het nog even. Maar zeer beslist vertelde de 65-jarige Zeeuws-Vlaamse dat er in het gehucht 'bij niemand nooit niet' Turks eten op tafel verschijnt. En even verderop kweekt boer Wijffels al evenmin Turks fruit. Over de herkomst van de naam Turkeye maakten de mensen zich vroeger niet druk. De laatste 'Turken' hebben wat meer historisch besef. Publicaties in kran ten en tijdschriften en historisch onder zoek van beheerder Charles van de Wijn kei van hét IJzendijkse streekmuseum hebben verschillende verklaringen opge leverd. De mooiste verklaring wordt toe geschreven aan de watergeuzen. Die zou den tijdens de 80-jarige oorlog tot de ver hoging in het landschap zijn doorgedron gen. Met de destijds gevleugelde strijd kreet 'liever Turks dan paaps' op de tong werden de gehate Spanjolen voortdurend bestookt. Turkeye zou dus een letterlijke geuzennaam zijn. Dat er zo'n vier eeuwen terug een militaire versterking op de plaats van het huidige gehucht was gevestigd, staat vast. Prins Maurits zou het 'fort' ook de naam Turkije meegegeven kunnen hebben om zijn ver bond met de Turken te herdenken. Ten slotte lag even verderop ook het fort Con- stantinopel. Een derde theorie vindt ook al zijn oorsprong in de strijd met Philips de Tweede. Alleen zouden de Spanjaar den nu de naam gegeven hebben. Troepen die in Zeeuwsch-Vlaanderen waren gele gerd, zouden eerder al in Turkije aan het front hebben gelegen. Dan is er ook nog een algemene verklaring van het Amsterdamse Instituut voor dia lectologie, volks- en naamkunde voor de zeventien gehuchten en buurtschappen die in Nederland Turkije (met verschillen de spellingswijzen) heten. Plaatsen waar arme mensen of ruwe klanten woonden, kregen die naam nogal eens spottend van het burgermansvolk. Tot op de dag van vandaag leeft die negatieve betekenis nog voort in bepaalde uitdrukkingen. Aan de Turken overgeleverd zijn, betekent 'slecht behandeld, bedrogen, mishandeld worden' stelt de dikke Van Dale. En 'aan gaan als een Turk' staat voor 'heftig uitva ren, razen en tieren'. Turken zelf spelen dus in geen enkele ver klaring een rol. In Turkeye wonen gewone nuchtere Nederlanders. Die kwalificatie geldt overigens alleen veertien bewoners die permanent in de negorij wonen. Sa men met één Belgische zien zij de vier sei zoenen aan zich voorbijglijden in de West-Zeeuws-Vlaamse polders. Zeven huisjes worden permanent bewoond. De andere zestien panden zijn in handen van Duitsers en Belgen die weekeinden en/of vakanties doorbrengen in hun tweede huisje. De huisjes van de buitenlanders zien er allemaal keurig uit, niemand laat zijn gedoetje verkrotten. Er is dan ook geen vaste bewoner van het dorp te vinden die moeite heeft met de buitenlandse overheersing laat staan te gen hen 'aangaat als een Turk'. De proble matiek van kleine dorpen die langzaam ontvolken door het oprukken van tweede huizenbezit doet in Turkeye geen opgeld. Dorpelingen verwijten recreanten-bewo ners dat de voorzieningen uit het dorp ver dwijnen. In Turkeye kan er echter niets meer verdwijnen. Het laatste cafeetje is zo'n tien jaar terug al verdwenen en daar mee was ook de laatste voorziening het dorp uit. Er is nu zelfs geen rode brieven bus meer tussen het groepje huizen te vin den. De bewoners zitten daar over het alge meen niet mee. De rust en de vrijheid zijn veel belangrijker als een winkel naast de deur vindt Ineke Klamer. Drie jaar gele den kwam ze van Groede naar Turkeye. De overgang viel wel mee. Toen ze een kleine twintig jaar daarvoor van Utrecht naar Groede verhuisde had ze meer aan passingsmoeilijkheden. Twee keer per jaar is ze een weekje een beetje in de war en moet ze 'omschakelen'. „In de herfst als de drukte en de uitbundigheid van de zo mer voorbij is en er niet meer zoveel men sen langskomen. En in de lente als ik weer uit die rust wordt gewekt." Klamer (50) is in Turkeye helemaal tot rust gekomen en vindt er inspiratie voor het maken van beeldhouwwerken en schilderijen. Haar huis biedt haar de mo gelijkheid om zelf kleine expositietjes te houden. Mensen zijn altijd welkom om zo maar eens te komen kijken en kletsen. Net als de andere bewoners vindt ze het pret tig dat de mensen de deur niet bij elkaar platlopen, maar wel automatisch voor el kaar klaar staan als dat nodig is of toeval lig zo uitkomt. De buitenlanders vormen wat dat betreft geen uitzondering. Kla mer: „Ook met hen kan ik het prima vin den en ik maak dan ook regelmatig een praatje. Het huis hier.tegenover is van een Duitser die er zelf wel regelmatig is, maar die ook vaak vrienden van het pand ge bruik laat maken. Stuk voor stuk rustige, vriendelijke en behulpzame mensen." Eén van die vrienden is Günter Golombek uit Düsseldorf. Wat moet een Duitser nu met een huisje dat op een half uur rijden van het strand ligt? „Het strand is voor mij helemaal niet belangrijk. Ik kom hier om bij te komen van het jachtige leven als leraar en adjunct-directeur in een 'Gross- stadt'. Ik ben blij dat mijn vriend mij en mijn vrouw al tien jaar de gelegenheid geeft om hier af en toe de accu weer op te laden." Met de buren kan Golombek het prima vinden. Vooral mevrouw 'de Kreve' Is een echte schat. Mevrouw De Greve is niet alleen een schat, ze bewaakt ze ook. Ze kan gerust de schatbewaarster van Turkeye worden ge noemd. Zij heeft van bijna alle tweede wo ningbezitters een sleutel. Ze haalt de brie venbussen leeg, laat de meteropnemer binnen en neemt de schade op als het heeft gestormd. „Het is gewoon zo ge groeid. Nadat mijn man is gestorven, wil de ik er eigenlijk mee ophouden. Maar de mensen drongen er op aan om hun sleutel te houden voor noodgevallen. En je kunt toch moeilijk van die mensen verwachten dat ze even uit Berlijn of Krefeld komen om de meteropnemer binnen te laten of een dakpannetje goed te leggen." Nu is het niet zo dat mevrouw De Greve alles zelf moet regelen. „De anderen hel pen mij net zo goed. Ik doe het liefst zelf, op de fiets, mijn boodschappen. Maar als het niet zou lukken omdat ik ziek ben of het heel slecht weer is, bel ik zo even Riet Wijffels op." Mevrouw Wijffels (43) woont met haar gezin aan de rand van Turkeye. „Eigenlijk is dat al Turkeyeweg en hoort het er niet helemaal meer bij", vindt me vrouw De Greve. De familie Wijffels woont al 180 jaar in Turkeye. Betovergrootvader bewoonde destijds een boerderijtje waar nu het gezin De Jaeger woont. De twee gezinnen zor gen met hun vijf kinderen (drie bij Wijffels en twee bij De Jaeger) voor vers bloed in de gemeenschap. Mathieu Wijffels (10) zou de boerderij van pa met liefde aan de an dere kant van IJzendijke neerplanten. Ma of de buurvrouw brengt hem nu elke dag naar school omdat hij het gevaarlijke kruispunt Parkzicht niet alleen mag over steken. „De buiten is prima, maar ik ga liever zelf weg wanneer ik wil", zegt Ma thieu. Moeder Riet, geboren Mangnus, zou in principe ook wel weg willen. Ze komt uit Vogelwaarde en vindt de mensen in Oost- Zeeuwsch-Vlaanderen 'toch nog iets ge moedelijker'. Maar haar man heeft hier nu eenmaal zijn boerderij en het heeft geen zin om het onvermijdelijke proberen te veranderen. „En ik mag natuurlijk ook niet klagen. Want we wonen hier wel riant hè." René Hoonhorst in hun pakket hebben, volgen in het kiel zog van de Olau en Stena Line. De Regie voor Maritiem Transport (RMT) in Oos tende bijvoorbeeld. De onder de vlag van P O werkende vloot van dat Belgische staatsbedrijf is oud. De Prince Laurent is zeventien jaar geleden in de vaart geno men. De andere vier RMT-schepen die van Oostende naar Dover varen, doen tien tot vijftien jaar dienst. De RMT is wakker geschud door de Kanaaltunnel en de con currentie van collega-veerdiensten. Op de Boelwerf in Temse bij Antwerpen is de vervanger van de Prince Laurent in aan bouw. De veerboot wordt 15 juni 1991 overgedragen. Een tweede is door de RMT in optie genomen. De strijd om de passagiers is belangrijk, maar is eigenlijk niet meer dan een schijn gevecht. Het geld wordt verdiend met het vrachtvervoer. Als de investeringsplan nen niet bedriegen, groeit dat verkeer ex plosief. De beide oude schepen van de Olau Line konden zestig vrachtwagens meenemen. De twee nieuwe hebben ruim te voor twee keer zoveel vrachtauto's. De capaciteit van de Prince Laurent wordt meer dan verdubbeld door de ingebruik name van zijn opvolger. P O heeft voor de dienst Zeebrugge-Dover twee vracht schepen in bestelling bij de Seebeckwerft in Bremerhaven. De eerste is september 1991 klaar. De tweede volgt december 1991. North Sea Ferries heeft aangekon digd tot en met 1994 700 miljoen gulden te investeren in afmeerkades en schepen. De vloot wordt uitgebreid met drie veerboten tot twaalf. De modernisering van de Noordzee-ferries leidt, verwachten des kundigen, de komende jaren tot nagenoeg een verdubbeling van de vervoerscapaci teit. Veerdiensten zijn geen liefdadigheidsin stanties. Zij moeten winst opleveren. De gigantische investeringen moeten op z'n minst terug te verdienen zijn. Dat een hoofdrol is weggelegd voor het vervoer van auto's, geven de transportcijfers van de Olau Line aan. Het aantal vrachtwa gens en personenauto's blijft gestaag toe nemen, terwijl het passagiersaanbod sinds 1985 stabiel is. Hartmann heeft er al le vertrouwen in dat de ingebruikname Auto's Vracht Bussen Passagiers 1975 42.425 13.149 530 224.236 1980 65.745 33.544 2.576 467.821 1985 106.014 53.920 5.208 643.880 1988 108.413 72.674 4.211 637.861 1989 114.742 75.001 4.012 627.435 van de Olau Britannia II meer vakantie gangers naar Vlissingen en Sheerness lokt. De grote handicap van de Olau Line blijft de ligging van Vlissingen. De Stena Line heeft in Hoek van Holland de dichtbevolk te Randstad naast de deur. Die veerdienst beschikt bovendien over een prima trein verbinding met onder meer Duitsland. De Olau Line mist node een goede aanslui ting op het openbaar vervoer. Hartmann heeft zijn hoop echter gevestigd op een in West-Duitsland vaak gebruikt systeem: transport van trucks per spoorwegen. Hij droomt van een rechtstreekse truckspoor lijn van West-Duitsland naar Vlissingen. De Olau-directeur verwacht op dat punt iets van de Nederlandse Spoorwegen. Dat bedrijf wil immers veel investeren in het milieuvriendelijke goederenvervoer met de trein. Het vrachtverkeer is de kurk waarop de Olau Line en de andere veerdiensten drij ven. Dat gaat altijd door. Het passagiers vervoer is niet zo zeker. Het ongeluk met de Herald of Free Enterprise zorgde voor een flinke teruggang. De vraag is of de fa tale brand aan boord van de Scandina vian Star dezelfde reactie oproept. Hart mann maakt zich ontzettend kwaad over die affaire. De veerdiensten zijn naar zijn mening in diskrediet gebracht door ern stige nalatigheid. De rederij, de beman ning èn de Deense en Noorse scheepvaart inspecties zijn allemaal in gebreke geble ven. De Olau-directeur neemt het vooral de overheidsinstanties kwalijk dat ze de Scandinavian Star vooraf niet grondig hebben gecontroleerd. Hij vindt het onzin dat een internationale bemanning slecht is. Veel oefenen, daar gaat het om. De zee varenden moeten op elkaar ingespeeld ra ken. De Olau Line houdt daarom weke lijks trainingen. Over de veiligheid aan boord van de Olau-schepen behoeven passagiers zich, aldus Hartmann, niet ongerust te maken. De nieuwe veerboten voldoen aan de aller laatste veiligheidseisen. Om dat te bewij zen haalt hij een onderzoek aan van de Ne derlandse Consumentenbond en de Duit se Stiftung Warentest. De Olau Hollandia en Britannia II zijn als zeer goed uit de bus gekomen. Voor de Olau Line is dat een aardige opsteker in de strijd met, wat Hartmann noemt, vrienden-concurren ten. Harmen van der Werf De veerdiensten op de Noordzee zijn in de aanval. De Kanaaltunnel moet nog voor de ingebruikname worden afgetroefd. De Olau Line neemt maandag het tweede Jumbo-veerschip, de Olau Britannia, in de vaart. De Duitse veerdienst is klaar voor de strijd met de Kanaaltunnel en collega- bedrijven. De slag om het vervoer op de Noordzee is in volle gang. De directeur van Olau Benelux, D. Hartmann, haalt de schouders op. „We zien wel of die Kanaaltunnel iets wordt." De Olau-manager beseft gelijk dat zijn reactie wat al te laconiek is. De bouw van de Kanaaltunnel verstoort zijn nachtrust niet, maar hij onderkent ge vaar. „De kosten mogen niet te sterk stij gen. De kans bestaat dat de Britse en Franse overheid dan bijspringen. Dat zou funest zijn. Een gesubsidieerde Kanaal tunnel plaatst veerdiensten in een ongelij ke concurrentiepositie." De Kanaaltunnel hangt als een donkere wolk boven de veerdiensten tussen het Europese vasteland en Groot-Brittannië. Hoe dichter bij Calais en Dover des te meer concurrentie kan worden verwacht. Nederland ligt relatief gunstig, maar de Olau Line en de Stena Line in Hoek van Holland blijven niet buiten schot. A. F. C. Carlebur, medewerker van de stichting Coördinatie Maritiem Onderzoek in Rot terdam, constateert dat. Hij baseert zich op een onderzoek van P. H. Visser en J. Vlak, studenten economische bedrijfs- techniek aan de Hogeschool Rotterdam. Alleen North Sea Ferries zit goed. Dat be drijf vaart vanuit Europoort op Hull in het noorden van Engeland. De klanten van North Sea Ferries hebben weinig aan de zuidelijk gelegen Kanaaltunnel. Visser en Vlak hebben becijferd welk ver lies de Olau Line en de Stena Line zullen incasseren. Carlebur neemt die bereke ningen met een korreltje zout. De veer diensten zitten niet met de armen over el kaar. Zij zijn volop in de aanval. Zij kiezen allemaal dezelfde taktiek: grotere veer schepen met meer comfort. „Die tendens is al jaren aan de gang", zegt Carlebur. „Voor de rederijen zijn grotere schepen voordelig. Het aantal bemanningsleden neemt niet evenredig toe. De nieuwe veer boten kunnen meer vervoeren, vooral meer vrachtwagens, en de loonkosten da len verhoudingsgewijs." De Olau Line staat model voor de pijlsnel le ontwikkeling van de ferries op de Noordzee. De Deen Ole Lauritsen opende nog maar zestien jaar geleden de lijn dienst van Vlissingen op Sheerness. De Olau Dana was één van de eerste schepen en mat 7672 brutoregisterton. Anno 1990 varen onder de Duitse vlag 'ruimteveren' van 35.000 brutoregisterton. Olau-direc teur Hartmann spreekt met gepaste trots over die gigantische groei. Zijn bedrijf was, volgens hem, begin jaren tachtig de trendsetter op de Noordzee. De oude Olau Hollandia en het zusterschip Olau Britan nia kwamen acht jaar geleden in de vaart. Zij waren gebouwd naar het voorbeeld van de comfortabele veerboten die op de Oostzee actief zijn. De TT-Linie uit Ham burg die in 1978 de Olau Line kocht, heeft daarin de hand gehad. Zij heeft een op de Oostzee beproefd concept naar de Noord zee gebracht. Langer. Breder. Luxueuzer. Een veerschip met alleen eetzalen, slaapstoelen en hut ten kan niet meer. 'Britain begins on board', laten de reclamemakers weten. De passagiers moeten het gevoel hebben dat de vakantie al aan boord begint. Om dat idee te voeden, zijn veel ingrediënten no dig. Een bioscoop, een zwembad, bars en eetgelegenheden in diverse stijlen, confe rentiezalen. De nieuwe Olau Hollandia en Britannia zijn voorzien van al die com mercieel noodzakelijk geachte facilitei ten. De Prinses Beatrix van de Stena Line heeft ook al die moderne snufjes. De eerste 'cruiseschepen' zijn ingezet op de langere routes naar Engeland. De maatschappijen die kortere overtochten De groei van de Olau Line in beeld: De nog geen tien jaar oude Britannia is duidelijk een maat kleiner dan de nieuwe Hollandia. Vanaf dit weekeinde wordt ook de 'oude' Britannia vervangen door een nieuwe super-ferry (foto Lex de Meester foto wim riemens

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1990 | | pagina 41