Uitbarsting van geweld bedreigt geheel India Herrijzenis van Kinnock Slechte ouwe tijd opinie en achtergrond Positieve reacties met eerste ervaringen denkwijzer VRIJDAG 20 APRIL 1990 Werkgelegenheid Winter Ineenstorting Witte boorden Voorsprong Rode loper Illusie 'Dubbele moraal' KASHMIRy ■fteHUTAN/""^ I BANGLA J (OESH I 2 Calcutta* Ahmadabad Hyderabad Bombay: Bangalore Madras: 'JlrabiscbeS MALEDIVEN: -1000- Komt 4-daagse werkweek eraan? I Van onze verslaggever Theo Haerkens) De directie van Albert Heijn (Ahold) wil zijn winkelper soneel voortaan vier dagen in de week laten werken. De men sen moeten dan op iedere werk dag wel meer uren maken dan nu. Op die manier wil AH tege moet komen aan de wens van zijn klanten de winkels open te houden tot na zes uur 's avonds. De vakbonden zijn daar mordi cus tegen. De ondernemings raad van het bedrijf is net nieuw gekozen en kon zich nog niet over de plannen beraden. In de vorige ondernemingsraad is een vierdaagse werkweek voor het personeel nog niet aan de orde geweest. „Het kan dus nog alle kanten op", aldus G. Meijer, se cretaris van de raad. De directie van AH wil het perso neel de ene week vier en de ande re week vijf dagen laten werken. In de vierdaagse werkweek moe ten dan wel langere dagen wor den gemaakt. Het is niet voor het eerst dat het aantal werkda gen ter discussie staat. Een aan tal bedrijven in de metaalsector werkt zelfs al enkele jaren vol gens dit systeem. De eerste reac ties zijn positief. Bij Assenburg bv in Tilburg, fa brikant van kantoormeubilair, werkt het productiepersoneel al sinds driejaar niet meer dan vier dagen in de week terwijl de fa briek vijf dagen draait. Voor het assemblagebedrijf van vracht wagens, Scania Nederland bv in Zwolle, geldt dat sinds ruim een jaar, net als voor Holland Hea ting in Waalwijk, een fabriek van onder meer ventilatoren. De mensen maken dagen van 9,5 uur en hebben in ruil daarvoor op wisselende dagen een dag in de week vrij. Wie op vrijdag zijn wekelijkse vrije dag heeft, krijgt die ook op de daaropvolgende maandag en heeft dus een extra lang weekeinde. De werknemers zijn vrijwel uit sluitend positief, aldus het hoofd personeelszaken, J. van Antwer pen. „Als ik vlug ontslag wil, moet ik de zaak terugdraaien en de vijfdaagse werkweek weer in voeren", illustreert hij. Ook in Zwolle zijn de ervaringen gun stig, aldus hoofd personeelsza ken R. van Vliet. „Aanvankelijk wilde de helft van de mensen er niet eens over praten, maar na dat de ondernemingsraad er met hen over had gesproken was vijf entachtig procent van de 1.200 mensen die het betreft, voor in voering van de vierdaagse werk week". De directie van het Tilburgse be drijf, dat bijna 350 man perso neel telt, is eveneens zeer te spre ken over het nieuwe systeem dat werd ingevoerd om een eind te maken aan het veelvuldige over werk eh het inhuren van tijdelij ke krachten. „Aanvankelijk hebben we de invoering van ploegendienst bekeken, maar dat viel hier niet goed". Toen kwam de gedachte om het pro ductiepersoneel in vier dagen tijd 38 uur te laten werken. Na een uitgebreide proef waren per soneel en ondernemingsraad ge wonnen voor deze aanpak. Door de fabriek vijf - langere - dagen te laten draaien, is de productivi teit met 20 procent opgevoerd. De werkgelegenheid nam toe met 10 tot 12 procent. Van Antwerpen verheelt niet dat invoering van het nieuwe systeem niet steeds even een voudig was. Wat moet er bij voorbeeld gebeuren als iemand op zijn vrije dinsdag ziek wordt? En wat als opa op de vrije don derdag wordt begraven? De in geroosterde vrije dag geldt nu als een dag in het weekeinde. Wie op zijn vrije dinsdag ziek wordt, heeft eenvoudig pech ge had. Hetzelfde geldt voor de be grafenis van opa, daar komt geen vrije dag voor terug. Uitgesproken tegenstanders wa ren er ook. Vooral degenen die rekenden op vaste inkomsten uit overwerk, hadden er moeite mee. „Maar daarvoor hebben we een overgangsregeling getrof fen. Wie dat wilde, mocht gedu rende enige tijd vijf dagen in de week blijven werken". Overi gens is dat nog niet helemaal uit gebannen. Vooral 's winters is er veel animo voor, omdat er met slecht weer buiten weinig lol te beleven is. Het bedrijf vaart er wel bij omdat het 's winters meer dan in de zomer te kampen heeft met ziekte. „Maar we hebben de indruk dat de mensen zich min der vaak ziek melden. Wie be hoefte heeft aan een baaidag, of zich wat gammel voelt denkt al snel: ik houd het nog wel een dagje vol, want dan ben ik toch vrij". Af en toe is overwerk onvermij delijk en dan „is het hemd nader dan de rok. In die gevallen heb- (Door Rajiv Tiwari, Inter Press Service, IPS) Het spook van de jaren '60, toen India gekweld werd door interne conflicten en oor logen, waart opnieuw rond. In dia dreigt een uiterst geweldda dig decennium in te gaan. Het hele noorden van het land, van Assam tot Kashmir, is het to neel van oplaaiend geweld. Het aantal doden zal dit jaar naar verwachting fors hoger uitval len. Veel van de conflicten stonden al jaren op een zacht vuurtje te pruttelen, maar nu hebben zij het kookpunt bereikt. De gren zen van de politieke dialoog zijn overschreden en de opstandelin gen in de diverse deelstaten voe ren openlijk gewapende strijd met de centrale regering in New Delhi. Het gevoeligst liggen de conflic ten in de deelstaat Kashmir. In deze noordelijke deelstaat, waar de meerderheid van de bevol king islamitisch is, dreigt de In diase regering de controle volle dig kwijt te raken. Volgens som mige waarnemers moet India er een oorlog met Pakistan voor over hebben om Kashmir te be houden. Punjab, in het noordwesten, wordt al tien jaar verscheurd door het geweld dat de afschei dingsbeweging veroorzaakt. Volgens de officiële cijfer zijn er vorig jaar 1.160 mensen om het leven gekomen in Punjab. Het ministerie van binnenlandse za ken zegt dat zeker 700 van hen „terroristen" waren. In de bergachtige deelstaat As sam, in het noordoosten, begin nen soortgelijke problemen als in Punjab de kop op te steken. Etnisch geweld tussen de diver se bevolkingsgroepen kost steeds meer mensenlevens. Nog verder naar het oosten, in de af gelegen staten Nagaland en Ma- nipur, neemt het geweld ook toe. In de jaren '60 voorspelden wes terse deskundigen dat de India se unie van deelstaten ineen zou Storten, omdat de regering niet in staat was naar behoren in de basisbehoeften van de honder den miljoenen bewoners te voor zien. Die dreiging is afgewend. Maar 30 jaar later zoeken de In- diers wanhopig naar oplossin gen voor de complexe eisen van de federatieve structuur van het land, een erfenis van de Britse kolonisatie. Het zijn niet alleen de islamiti sche separisten in Kashmir of de Sikh-militanten in Punjab die zich een eigen thuisland willen uitgraven in India. Overal in het land eisen religieuze groepen, kastes en delen van de inheemse stammen dat er meer rekening met hun belangen wordt gehou den. Radicale hindoes en funda mentele islamieten komen steeds scherper tegenover el kaar te staan. Links-extremisten, die opereren vanuit de bossen in centraal In dia, hebben de laatste maanden ook meer van zich laten horen. Onlangs hebben ze een aantal hoge ambtenaren ontvoerd en eisen in ruil voor hun leven de vrijlating van gevangen kamera den. Er is een zwellende roep aan het adres van de Indiase regering om de rust en de orde in het land te herstellen. En er is groeiende roep om de harde hand en de knuppel te gebruiken om de on tevreden bevolkingsgroepen te dwingen zich te onderwerpen. De grenzen van de tolerantie zijn meer dan overschreden. Veiligheidsspecialist S.S. Chan- del vroeg de regering vorige week het leger te bewapenen met een verbijsterende verzame ling nieuw wapentuig, uiteenlo pend van helikopters en tanks tot knuppels, vlammenwerpers en ontbladeringsmiddelen. On bekommerd vroeg Chandel om „alles, behalve kernwapens". Oog om oog, tand om tand; of toegeven en onderhandelen. Het zijn twee totaal verschillende opties. Maar over een ding zijn de voorstanders van beide stra tegieën het eens: India moet op schieten, anders zal het geweld het land overwoekeren.-. CH NA ben we liever eigen mensen dan uitzendkrachten". Het hoofd personeelszaken laat niet na er op te wijzen dat de, veiligheid binnen het bedrijf en ook de kwaliteit van de productie hier wel bij varen. Een ander bijkomend voordeel is dat de mensen langer met vakantie kunnen. „Als je regel matig door de week vrij hebt, hoefje niet zo gauw een vrije dag te nemen en kun je gemakkelijk vier in plaats van drie weken met vakantie". Niet al het personeel van meu belfabriek Assenburg deelt in de geneugten van de vierdaagse werkweek. Veel kantoorperso neel bezet een eenmanspost en die kan niet een hele dag onbe zet zijn. Bovendien kost het af handelen van grotere orders niet meer tijd dan van een kleintje, de omvang van het witte boor den-werk groeit daardoor niet zo hard als het werk in de produc tie. „Bij ons op personeelszaken is het weer anders. De afdeling moet bezet zijn zolang er in de fabriek wordt gewerkt. We krij gen hier de ziekmeldingen bin nen en we ontvangen de uitzend krachten", legt Van Antwerpen uit. „Daarom hebben wij een apart roostertje. De één werkt van half acht 's ochtends tot vier uur 's middags en de ander van negen tot kwart over vijf'. Ook wie ouder is dan 55 of jonger dan 18 j aar werkt hoogstens acht uur per dag en doet niet mee aan de regeling. Voor het kader in de fabriek is het ook even wennen. „De lei dinggevenden hebben het ge voel dat ze er altijd moeten zijn, maar er zijn bazen die het er goed afbrengen en hun werktijd redelijk weten te beperken". Voorstanders noemen verder als voordeel dat men voor winkelen en vrijetijdsbesteding niet steeds is aangewezen op drukke dagen. Wie boodschappen wil doen met zijn partner, hoeft er niet steeds op zaterdag op uit, maar kan dat uitstellen tot een rustige doordeweekse dag. Ook de belasting van het wegennet en het openbaar vervoer wordt meer gespreid. De FME, de federatie van werk gevers in de metaal en elektro techniek, ziet zo mogelijkheden de zaterdag weer bij de normale werkweek te trekken, maar de bonden zijn hier geen voorstan der van. Bedrijfseconomisch ge zien is verlenging van de werk dag - mits die hand in hand gaat met verlening van de bedrijfstijd - aantrekkelijk omdat gebouwen en andere voorzieningen inten siever worden gebruikt, wat kos tenbesparend werkt. Het hoofd personeelszaken van Assenburg is één brok enthou siasme over de nieuwe indeling van de werkweek. Hij meent dat een groot bedrijf als Albert Heijn in staat moet zijn daarop over te schakelen. „Het is natuurlijk passen en meten, maar met wat creativiteit moet het te doen zijn". (Van onze correspondent Cees van Zweeden in Londen) Is Neil Kinnock, leider van de Britse Labour Partij, uit het juiste hout gesneden om staatsman te zijn? De schrijf ster Germaine Greer om schreef Kinnock als een "on handige, vervelende, ongedis ciplineerde aap die er maar niet in slaagt die dwaze grijns van zijn gezicht te krijgen". Andere deskundigen wezen erop dat Kinnock een pro bleem heeft met bijvoeglijke naamwoorden zoals sommige politici een probleem hebben met whisky: hij kan er niet vanaf blijven. Kinnock is zo breedsprakig, erkennen ook partijleden, dat een vergade ring onder zijn leiding drie maal zo lang duurt als onder voorzitterschap van plaats vervanger Roy Hattersley. Bijzonder impopulair is Kin nock onder journalisten. Hij is opvliegend, schreef een krant deze week, en wel zodanig dat zijn vinger maar beter niet te dicht bij de atoomknop kan liggen. In 1986 verkocht hij twee jongelieden een muilpeer nadat dezen hem met een krant op het hoofd hadden ge slagen. In 1988 veroorzaakte hij een diplomatieke rel in eén Afri kaans land door „wilde en ob scene gebaren" te maken naar soldaten die hem bij vergis sing hadden opgepakt. En nog diezelfde dag verbrouwereer- de hij de mede-passagiers van zijn vliegtuig door luidkeels enkele liederen aan te heffen. Zelfs de kranten die Labour welgezind zijn, lopen niet weg met Kinnock. De man draagt „foute" jasjes van Marks and Spencer en op zaterdagavon den kijkt hij met zijn kinderen naar de video. Hugo Young van de Guardian, een gedood verfd criticus van Thatcher, schreef dat niet veel verwacht kon worden van „iemand die aan het University College in Cardiff is afgestudeerd in in dustriële betrekkingen". En in de London Review of Books stelde een andere linkse jour nalist dat Kinnock geen pre mier kan worden „omdat hij in Oxford noch Cambridge heeft gestudeerd". vgêmÊmsimiilllii De Britse Labourleider Neil Kinnock foto AP) Uiteraard heeft Kinnock ook bewonderaars. Als er nu ver kiezingen gehouden zouden worden, zou de Labour-leider zijn bescheiden woning in Ea ling mogen inwisselen tegen de ambtswoning van de pre mier in Downingstreet. Hij zou in het regeringspluche kunnen wegzakken met een parlement achter zich dat voor twee-der- de uit partijgenoten bestaat Nooit eerder hebben de opini- peilers op de Britse eilanden een zo grote voorsprong voor een oppositieleider gemeten. Labour zou zelfs de zetel van Thatcher in het Noordlonden- se kiesdistrict Finchley be dreigen, een kiesdistrict dat de premier gegeven is omdat de Conservatieve Partij er al tijd wint. Steeds meer economen in de City, het grootste financiële centrum van Europa en niet bepaald een bolwerk van so ciale vooruitstrevendheid, vallen voor Kinnock. Door het weekblad The Economist naar hun mening gevraagd, bleken de gekrijtstreepte pakken in hun air-conditioned torenflats van mening te zijn dat een La- bour-regering geen kwaad kan voor de Britse economie. Van de ondervraagde financiële experts vond 51 procent dat het beleid van Kinnock heil zaam zou zijn voor het land, terwijl 12 procent van mening was dat een Labour-regering in elk geval niet slechter was. Kinnock ontleent zijn popula riteit voor een niet onbelang rijk deel aan de impopulariteit van Margaret Thatcher. Mil joenen Britten hebben de waarde van hun huizen de af gelopen anderhalf jaar zien kelderen, terwijl hun woonlas ten bijna verdubbelden. De hypotheekrente is boven de 15 procent gestegen en uit de as lijkt vooralsnog geen feniks op te rijzen. Deskundigen voor spellen dat inflatie deze zomer de magische grens van 10 pro cent zal passeren, onder meer door de invoering van een dure en gehate belasting: de poll tax. In de City is John Major, That chers minister van financiën, de gebeten hond. De financië le experts hadden Major gead viseerd de belastingen te ver hogen ten einde de inflatie te smoren, maar die raadgeving sloeg de minister in de wind. Slechts een kwart van de Ci ty-economen gaf Major in de opiniepeiling dan ook een vol doende. Kinnocks 'schaduw- minister van financiën' daar entegen, John Smith, werd goedgekeurd door 45 procent. John Smith was deze week in Washington om te peilen of het Witte Huis al bereid is om de rode loper uit te leggen voor Kinnock. Smith zelf werd op ministersniveau ontvangen en tegenover de Times verklaar de president Bush deze week dat ook Kinnock welkom was. In het Verenigd Koninkrijk was deze tijding uit de Ovale Kamer van Bush groot nieuws. Niet dat de Neil Kin nock een grootser onthaal be reid zou worden dan Hans-Jo- chen Vogel van de Westduitse SPD, Jacques Chirac van de Franse RPR of enige andere oppositieleider van het oude continent, maar voor Reagan was Kinnock toch altijd een onmens gebleven. Bush voelt zich ideologisch minder verbonden met That cher dan zijn voorganger. „Als er zoiets bestaat als een spe ciale band met Engeland", zei Bush, „dan ben ik er zeker van dat die (onder een Labour-re gering) zal blijven bestaan". Maar Bush had ook nog een vaderlijke waarschuwing voor Kinnock. Hij wenste zijn be leid niet op opiniepeilingen te stoelen, en hij wenste er zelfs geen voorspellingen op de ba seren. „Ik weet niet wat Orte ga's opiniepeiler nu voor baan heeft", verklaarde Bush, „en ik weet ook niet wat die knaap nu doet die in de zomer van 1988 zei dat ik de verkiezingen niet kon winnen omdat ik een achterstand van 17 punten had in de opiniepeilingen". Zeventien punten is ook That chers achterstand. Verkorting van de werkweek; verlenging van de werkdag. Een toekomstbeeld? De discussie erover komt op gang (foto Ruben Oreel) Door René Diekstra) De jeugd van tegenwoor- dig is ordeloos, onopge voed tuig. Ze vertikken het een voudig om naar de raad van hun ouders of opvoeders te luisteren. Doen op allerlei terreinen, voor al in sexueel opzicht, maar raak en hebben geen enkel ontzag meer voor autoriteit of ander mans eigendom. Maar eigenlijk kun je het ze niet eens kwalijk nemen want het gezinsleven is niet meer wat het vroeger was. Veel gebroken gezinnen, echtge noten die er geen been in zien om andere relaties te beginnen, moeders die hun heil steeds meer in buitenshuisactviteiten gaan zoeken, en misbruik van kinderen, ook in seksueel op- - zicht". Deze verzuchting, die een mo derne cultuurpessimist of amb tenaar van het ministerie van wvc niet zou misstaan, werd in 1830 aan het papier toever trouwd door de Franse psychia ter Jean Pierre Falret. Blijkbaar dweepten ze toen ook al met een goeie ouwe tijd, net zoals veel mensen wetenschappers en politici niet uitgezonderd te genwoordig nog altijd doen. On langs verscheen er een zeer le zenswaardig boek onder de titel La Familie (Het Gezin) van de hand van de jonge Brusselse so ciologe Pascale Martin. Daarin maakt ze korte metten met het idee dat vroeger, dat wil zeggen in de loop van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw, het gezin een betrouw baar, stabiel instituut was dat aan kinderen orde, regelmaat en hoogstaande morele opvat tingen bood. Gejammerd wordt er tegen woordig bijvoorbeeld veel over het toenemende aantal gebro ken gezinnen. Een paar dat van daag de dag naar de ambtenaar van de burgerlijke stand gaat, moet er serieus rekening mee houden dat hun huwelijk binnen een jaar of tien tot vijftien op de klippen loopt. Daardoor worden vele tienduizenden kinderen ge troffen, wat betekent dat ze vaak met een ouder, in plaats van met twee ouders moeten opgroeien. Maar hoe zat dat vroeger? Uit onderzoek in bijvoorbeeld Enge land blijkt, dat rond 1850 zo'n 18 procent van de huishoudens met kinderen één-ouder gezinnen was. Ter vergelijking: in 1985 was in dat land 9 procent van de huishoudens met kinderen één- ouder gezinnen, terwijl in ons land dat percentage op 10 ligt. Hoofdoorzaak van het gebroken gezin was honderd jaar geleden de dood van een ouder. Eén op de drie echtparen werd binnen twintig jaar na de huwelijksslui ting door de dood gescheiden. We weten niet precies hoeveel huwelijken werden ontwricht doordat de ene huwelijkspart ner de andere verliet (als het ge beurde was het meestal met stil le trom), maar zeker is wel dat het geen zeldzaamheid was. Alles bijeen genomen is dus de kans dat een kind het met één ouder moet stellen nu zeker niet groter dan toen, alleen de reden verschilt. Ook het idee dat een kind van wie een ouder overleed of wegliep vroeger meestal wel in een opa of oma een vervan gende (en vaak mildere) ouder vond, omdat die toch inwoonde, berust op een fabeltje. In de eer ste plaats hadden veel kinderen geen grootouders, eenvoudig omdat ze overleden waren, wat gezien de veel kortere levensver wachting ook voor de hand lag. Verder kwam het zogenaamde drie generatie-gezin maar be trekkelijk zelden voor. Rond 1850 woonde in landen als Ne derland, België en Engeland hooguit 15 procent van de be jaarde ouders bij hun getrouwde kinderen in. Het percentage mensen boven de 65 jaar, dat rond 1875 alleen woonde was even groot als rond 1975! De gedachte dat in elk geval de onderlinge band tussen gezins leden honderd jaar geleden veel beter was, en de kloof tussen de generaties niet zo groot was als nu, is een illusie. In de eerste plaats verlieten kinderen het ou derlijk huis op veel jongere leef tijd dan tegenwoordig. Vaak moesten ze ruim voor de leeftijd van 16 jaar een baan zoeken. Uit verschillende studies blijkt dat conflicten tussen jongeren en hun ouders, bijvoorbeeld wan neer het ging om het zelfverdien de geld of om uitgaan en te laat) thuiskomen, niet van de lucht waren. Ook huwelijks- of relatieproble men waren vermoedelijk niet zeldzamer dan nu het geval is. Uit allerlei documenten kunnen we opmaken dat gewelddadig heid van gehuwde mannen ten opzichte van hun vrouwen toen een veelgehoorde klacht was. Er zijn sterke aanwijzingen dat ge loeid tegen kinderen, inclusief seksueel misbruik, zelfs vaker voorkwam dan nu. Hetzelfde geldt voor sterke verwaarlozing van de g ezinsi-verzorging s- )plichten. Een van de belang rijkste reden daarvoor was, vooral in de kansarme groepen, de zeer hoge alcoholconsumptie. Maar voor alle lagen van de be volking gold dat kinderen niet of nauwelijks contact hadden met hun vader en dat het vaak voor al angst en niet liefde was die de verhouding tussen kind en va der kenmerkte. Ook met de moraal, het onder scheid tussen goed en kwaad en vooral het handelen en wande len op grond van dat onder scheid, was het indertijd minder rooskleurig gesteld dan veel mensen nu graag zouden willen geloven. In elk geval op het punt van de echtelijke trouw. Welis waar werden meisjes uiterst preuts opgevoed en seksueel nauwelijks voorgelicht (jongens ook trouwens) en waren de ge volgen daarvan een uiterst be perkt seksueel leven in de bur gerlijke slaapkamer, maar dat was slechts een kant van de mo raal. Prostitutie was wijdverbreid en voor een deel goed georgani seerd. Ook kinderprostitutie was geen zeldzaamheid. Slecht betaalde arbeidsters of werkloze vrouwen, ongehuwde maar ook gehuwde, zagen vaak in de pros titutie een middel om hun le vensstandaard naar een wat draaglijker niveau te tillen. Hun klanten kwamen daarbij uit alle lagen, maar toch vooral toch uit ■de gegoede middenklasse. Hoe 'dubbel' de moraal wel was toont een studie van archieven in Edinburgh, Schotland aan. Daaruit blijkt, dat de bordelen het meest ta doen hadden als de kerk van Schotland zijn jaar lijkse vergadering hield. Niet alleen tijdens het huwelijk, maar ook ervoor was 'rotzooien' schering en inslag. Halverwege de vorige eeuw kwamen in veel Europese landen meer dan de helft van de eerstgeborenen bui tenechtelijk ter wereld. Ten slotte werden gezinnen veel vaker getroffen door leed als dood en ziekte van gezinsleden veel kinderen haalden hun vijfde verjaardag niet en eco nomische onzekerheid en ar moede dan nu het geval is. En voor de meeste mensen was 'het geloof, waarvan wij nu maar denken dat ze dat in elk geval wel hadden, maar een schrale troost. De negentiende eeuwse Franse schrijver Victor Hugo merkte eens sceptisch op dat voor de meeste van zijn tijdgeno ten het geloof geen bevrijding bood in nood, maar wel een knel lende band in het dagelijkse le ven. Waarmee hij doelde op het feit dat de kerken via hun ge- en verboden de mensen allerlei be perkingen oplegden, waardoor hun leven er in het algemeen niet gemakkelijker op werd. Alles bijeen genomen lijkt het er dus op, dat er nooit zoiets is ge weest als een 'goeie, ouwe tijd'. Dat is een nostalgische verzinsel van 'ouwe' idealisten, die zich nog een tijd kunnen herinneren die nooit precies zo bestaan heeft. En die zich maar moeilijk neer kunnen leggen bij het on ontkoombare feit dat iedere nieuwe generatie in haar ver langen naar een betere wereld niet in het verleden maar in de toekomst moet zoeken. Voor hen heb ik een schrale troost: dat zoeken houdt nooit op. Geen ontzag meer voor andermans eigendommen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1990 | | pagina 4