PZC ZATERDAG 30 DECEMBER 1989 2 Talent Alibi's Henk Postma Verval Gran Pavese V Kunst laat zich niet verpakken in het 'produkt Zeeland' direct dan wel indirect, de financiële ruim te schept waarin deze kunst- en kunste naarsinitiatieven gedeien. Een nota 'pro vinciaal cultuurbeleid 1980-1984' belooft weliswaar 'voldoende ruimte' voor 'expe rimenten en bijzondere evenementen', bo vendien 'speciale aandacht' voor 'de posi tie van de scheppende kunstenaars in de ze', maar dit 'voorwaardenscheppend be leid' zal veeleer voorwaardenstellend blij ken: meer subsidieregels in plaats van meer subsidiegelden. Als in de loop van de jaren tachtig de balans wordt opgemaakt, blijkt dat de kunst- en kunstenaarsinitia tieven niet alleen de artistieke, maar ook de budgettaire grenzen hebben over schrijden. 'Wangebruik' van gemeen schapsgelden, vinden de Zeeuwse overhe den. Al 'voorwaardenscheppend' trekken ze hun stroppen nog wat strakker aan. Het risicovol elan, in grote benauwenis geko men, geeft hortend en stotend de geest. Eind jaren tachtig produceren de Zeeuw se bestuurders, na op 'strategische' wijze de toekomst te hebben verkend, een belof tevol geluid. Zeeland moet 'kwaliteitspro vincie' worden. Een 'positief cultureel imago', is de leus, trekt nieuwe bedrijven, nieuwe inwoners en meer toeristen aan. Alsnog erkenning voor 'de waarden die des kunstenaars zijn? Die indruk wordt gevestigd wanneer de provinciale over heid in de loop van 1989 opvallend in eigen kas grijpt: drie ton per jaar voor culturele activiteiten, 'liefst' van een niveau dat 'landelijk uitstraalt'. Kwaliteit dus, waar aan echter een voorwaarde is verbonden: het moet wel bijdragen aan verlenging van het toeristisch seizoen. Aldus wordt in het provinciehuis het stra mien van een September-Cultuurmaand geboren. Het levert Zeeuwsch-Vlaande- ren een stukje Festival van Vlaanderen op en Middelburg een 'Zeeuws' filmfestival. Maar 'broedplaatsen van de kunsten'? In tegendeel: de 'grensverleggende' en 'ver nieuwende' kunsten worden met het snoeimes geconfronteerd. De barometers van Zeelands artistiek kli maat, hoort men heden ten dage dan ook in kringen van Zeeuwse kunstenaars, zijn het afgelopen decennium bepaald niet ge stegen. Begin jaren tachtig krijgen twee kunstenaars, Piet Dieleman en William Verstraeten, een 'aanmoediging' van de provinciale overheid. Ze ontvangen de prijs voor 'jong Zeeuws talent'. De laatste mag die onderscheiding mede beschou wen als 'een vorm van erkentelijkheid voor het feit' dat hij in de Middelburgse Vleeshal tentoonstellingen heeft georga niseerd 'die normaal gesproken alleen in grote kunstcentra plaatsvinden'. Hoe kij ken zij, op de drempel van de jaren negen tig, tegen Zeelands cultureel imago aan? Verstraeten: „Tien, vijftien jaar geleden was er een hausse aan kunst- en kunste naarsinitiatieven. Er konden hoge nor men worden aangelegd. Als je ziet wat toen door enkelingen tot stand is ge bracht, dan is dat voor zo'n klein gebiedje als Zeeland niet niks. Die enkelingen sta ken hun nek uit. De Zeeuwse overheden hebben dat nooit op waarde geschat. Het is altijd afknijpen geweest, er minimaal geld in stoppen en dan net doen alsof dat een gunst is. Men verbindt zich niet aan de kunstenaars, maar probeert op een goed kope manier van hen te profiteren. Schan dalig dat er dan achteraf geëmmerd wordt over tekorten van één of twee ton." Aan Dieleman en Verstraeten zal het niet liggen. Zij proberen ook nu nog 'om af en toe wat injecties te geven aan ons werkkli maat' Dat heeft de afgelopen twee jaar drie exposities opgeleverd, goed voor bij na twee ton rijkssubsidie. Dat is aanzien lijk meer Haags geld dan in diezelfde pe riode voor alle andere Zeeuwse cultuur initiatieven is losgekomen. Hoe groot is daarvoor de provinciale dank? Verstrae ten: „De provincie heeft meegewerkt aan ons laatste project. Want dat viel precies in de September-Cultuurmaand. In onze twee vorige projecten zat geen cent subsi die van de provincie, noch van de gemeen te. Er zijn zelfs brieven geschreven waar uit blijkt dat de provincie die het liefst nog had willen verbieden. Je krijgt de indruk dat de overheden steeds meer zelf willen doen. Neem je als kunstenaar initiatieven, dan wordt je vaak meer tegengewerkt dan gestimuleerd. Ze zien je dan gewoon als concurrent." Zeeuwse overheidsinitiatieven. Ze ko men, hoort men kunstenaars zeggen, niet echt voort uit belangstelling voor de kunst of de kunstenaars. Dieleman: „Je krijgt geld om dik te doen met kunst als je het toeristenseizoen wilt verlengen of oor logsmonumenten oprichten. Het zijn ali bi's. Ik zou pas ontroerd zijn wanneer er gezegd wordt: hier heb je veel geld voor een vijftal autonome beelden." „Evenwicht is de grondwet van een houd bare beschaving", zo begint de auteur K. L. Poll zijn essay 'Een dienstreis voor bur gers' (1976). Dat houdt in, schrijft hij: een onafhankelijke positie van de 'onbereken bare verbeeldingskracht', naast die van de rede (techniek of wetenschap) en die van de moraal (waartoe het domein van de politiek behoort). „Kunst moet niets, de kunstenaar is vrij." En: „De meeste kun stenaars laten éich niet vastnagelen op maatschappelijke functies en daarmee op doelstellingen die in de kraam van de overheid te pas komen." Zijn dienen be grippen als 'de goden, de muzen of zelfs de christelijke God'. De Zeeuwse bestuurders weten beter. Hun kunstwerk, daar in de monding van de Oosterschelde, dient de zekerheden van de rede en de tradities van de moraal. En hun kunstenaars? Die krijgen, op de drempel van de jaren negentig, 'strategi sche verkenningen' en 'afstemmingsnoti ties' toegestuurd. En lezen daarin dat de provinciale overheid voor hen in de eerste plaats de functie van promotiemedewer ker ziet weggelegd. In te schakelen bij de verkoop van de schone schijn, de verpak king van een 'produkt' dat Zeeland heet. Foto Wim Riemens >1*/|" achtige kathedralen' schragen IVA Zeelands 'kunstwerk van de eeuw'. Maar het is niet een geloof in de Heilige Maagd, noch een moment van ar tistieke bezieling dat aan de realisering van deze reusachtige sculptuur, in de monding van de Oosterschelde, ten grondslag heeft gelegen. De creatie - ti tel: Stormvloedkering - is in de eerste plaats uit een vertrouwen in techniek en wetenschap geboren. Met de inhuldiging, halfweg de jaren tachtig, wordt de kroon gezet op een Deltaplan dat in dit gewest vooral de technologisch-economische krachten in staat heeft gesteld grensver leggend toe te slaan. Zeelands 'kunstwerk van de eeuw' heeft koninklijke goedkeuring gekregen als 'hoogtepunt in de historie van de Neder landse waterbouw'. Voor hoogtepunten van artistieke ontwikkeling moet men heel wat verder in de vaderlandse geschie denis teruggaan. De vraag hoe het heden ten dage met dat kunstklimaat is gesteld, wordt treffend beantwoord door het tra gisch lot van een plan voor de inrichting van het Oosterschelde-werkeiland Neeltje Jans. Dat plan wordt halfweg de jaren tachtig ontworpen door de Amsterdamse beel dend kunstenaar Louis van Gasteren. Hij probeert, daartoe ingehuurd door de Zeeuwse overheid, zijn verbeeldings kracht te laten wedijveren met het hoog waardig technisch vernuft dat in de stormvloedkering is gestoken. Onder en bij enorme 'eischaaldunne koepels', be denkt Van Gasteren, moet op Neeltje Jans de 'ziel van elke rechtgeaarde Nederlan der worden blootgelegd'; de 'welhaast reli gieuze drang om beide voeten droog te houden'. Dat immers, oordeelt Van Gaste ren, is de drijfveer die schuilgaat achter 'tien eeuwen waterbouwkundige presta ties' bij wier gratie 'dit kleine landje' al die tijd is blijven voortbestaan. De Deltawerken hebben het Nederlandse volk zo'n acht miljard gulden gekost. De elementaire delen van het Plan Van Gas teren stellen zich met honderd miljoen te- vree. Het zal er niet van komen. Er zijn in middels vier jaren verstreken. En voor zover Neeltje Jans in die periode iets van een ziel heeft laten zien, is het die van de bedevaartplaats waar het geloof in de technologie ter kerke gaat, een bron van cultuurscheppende kracht die zich tot nu toe voornamelijk in de komst van een vier tal patat-kramen laat vertalen. Het is met de éerbied voor die Ooster- schelde-stormvloedkering als, negentig jaar technologische vooruitgang eerder, 1980 Piet Dieleman en William Verstraeten in de kloostergang van het Middelburgse Abdycomplex, waar zij eerder werk exposeerden: „Het is in Zeeland altijd afknijpen geweest." gaan, maar zetten de 'krachten die het le ven zin en inhoud geven ('de waarden waarin geloof, hoop en idealen samenval len') onder steeds zwaardere druk. Er is sprake van een 'buitenwereld die de geestelijke leefbaarheid van het bestaan op het spel schijnt te zetten'. En het is, schrijft hij, vooral de moderne kunst die daartegen - hoewel dikwijls krampachtig - een onvermoeibaar verzet laat zien. Op de drempel van de jaren negentig pronkt Zeeland met een technologisch 'kunstwerk van de eeuw'. Maar hoe zit het ondertussen met de de artistieke weer baarheid van dit gewest? Even, geduren de een paar weken in augustus 1988, trot seren vijftig 'koninkrijkjes uit de kunst' op Neeltje Jans de doorgaans straffe wind. Gran Pavese del Mondo per L'Arte! Vijftig dundoeken, levenstekens van evenzovele hedendaagse beeldend kunstenaars vor men op het voormalig werkeiland een in ternationale vaandelgalerij. Initiatiefne mer is de verrotterdamste Zeeuw Peter van Beveren. Hij trekt met dit 'grootste grafiekproject in de geschiedenis van de beeldende kunst' de wijde wereld in. Weg. Eind jaren zeventig is diezelfde Peter van Beveren één van de nieuwlichters van hier en nieuwkomers van elders die elementen aandragen voor een Zeeuws klimaat waarin de kunst op duurzamer wijze kan gedijen. Hij biedt de provinciale overheid dan zijn Art Information Centre aan, een archief met documentatiemateriaal over meer dan tienduizend hedendaagse kun stenaars. Het ministerie van CRM heeft er vijftig mille per jaar voor over om met dit archief een fundament te leggen voor een centrum van hedendaagse kunst. Het wachten is op eenzelfde bijdrage van de provinciale overheid. Maar die aarzelt. Zo lang, dat Van Beveren uiteindelijk elders bestaanszekerheid vindt. In die tijd, eind jaren zeventig, komen in Zeeland tal van levenskrachtige kunst- en kunstenaarsinitiatieven tot ontluiking. Bij voorbeeld een jaarlijks Festival Nieu we Muziek. En een jaarlijkse (beeldende) kunstmanifestatie Forum. De buiten wacht herkent daarin levendig 'broed plaatsen van de kunsten'. Op het 'wereld podium' Middelburg metselen internatio nale reputaties hun stenen. Maar ook her en der in het gewest laten zich fragmenten van deze Zeeland-Suites horen. Het is in hoofdzaak de rijksoverheid die, Het nieuwe decennium zet weinig hoopvol in. De verhoudingen tussen Oost en West bereiken een vriespunt. Gespierde taal wordt er gesproken. Door de Amerikaanse president Car ter bijvoorbeeld. In scherpe bewoor dingen wordt de Russische invasie van Afghanistan - een paar dagen voor de jaarwisseling - veroordeeld. Er worden ingrijpende politieke, eco nomische en culturele sancties afge kondigd. In de zomer van 1980 blijkt het dreigement van Carter - ook al weer uit protest tegen de Russische inval - de Olympische Spelen in Mos kou te boycotten, geen loze kreet. De VS houden, net als tientallen andere landen, hun atleten thuis. Nederland gaat wèl. Geweld in alle delen van de wereld. Irak valt 20 september Iran binnen. Het is het begin van een acht jaar du rende afschuwwekkende oorlog waarbij gifgassen worden ingezet, kinderen de mijnenvelden worden in gestuurd. Februari: in Suriname grijpt het leger de macht. In maart wordt aartsbis schop Romero in Sal Salvador ver moord. Een poging van president Carter om 70 Amerikaanse gijzelaars in de ambassade te Teheran te bevrij den loopt in april op een mislukking uit. Aan het eind van het jaar wordt ex-Beatle John Lennon in New York op straat doodgeschoten. Ook de natuur deed zich gelden. Grote ontreddering in Algerije en Italië, waar in oktober en november zware aardbevingen in totaal bijna 25.000 dodelijke slachtoffers eisen. Geweld ook dichter bij huis. Felle straatgevechten in Amsterdam tus sen krakers ('Geen woning, geen kro ning') en politie tijdens de inhuldi ging van koning Beatrix op 20 april. In april komt het eerste grote gif- schandaal aan het licht. In Lekker- kerk blijkt een complete nieuwbouw wijk te zijn gebouwd op een stort plaats van chemisch afval. Valt er dan helemaal niets leuks te melden? Jawel: Joop Zoetemelk wint 20 juli de Tour de France. Eindelijk. met de aanbidding van de dynamo. Tij dens de wereldtentoonstelling, waarmee Parijs de nieuwe eeuw inluidt, wordt het ding - vijfduizend paardenkrachten sterk - door miljoenen bezoekers bewonderd. De dynamo belichaamt het geloof in tech nische vooruitgang als drijfriem voor wel vaart en geluk. De criticus van het tijd schrift Revue des Deux Mondes is één van de weinigen die benadrukt dat ook de roerselen in de menselijke ziel een ere dienst behoeven. Ieder volk. schrijft hij, dat niet méér weet te bieden dan rijkdom en techniek, zal de bezoekers van een we reldtentoonstelling in het jaar 2000 een kolossale spiegel voorhouden. En die zul len daarin dan slechts het 'geestelijk ver val' van hun 'vermaak biedende gasthe ren' kunnen zien. Prof dr P. J. Bouman - ooit een aantal ja ren docent aan de Rijks HBS te Middel burg - zal de gedachtengang van deze Franse criticus dankbaar aanhalen in zijn boek 'Cultuurgeschiedenis van de twin tigste eeuw', dat - hij is er vroeg bij - begin jaren zestig verschijnt. Zoals hij ook een reactie van de Amerikaanse econoom Henry Adams citeert: het geloof in de Hei lige Maagd geeft aan de mensen in de Mid deleeuwen de kracht om een kathedraal van Chartres te bouwen; alle energie van alle stoomwerktuigen of elektrische ma chines ter wereld is tot iets dergelijks niet in staat. Technologische vooruitgang, gepaard aan 'doelmatigheids- en nuttigheidsprin cipes', constateert Bouman, hebben voor de westerse volksmassa's een wereld van luxe en (sociale) zekerheid doen-open- Iraanse soldaten vieren de overwinning, nadat zij een Iraaks dorp met de grond gelijk hebben gemaakt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1989 | | pagina 26