PZC Claus in schaduw Bukman op ontwikkelingstoer Wildwest Homoseksuele kinderen opinie en achtergrond 4 23ste NEDERLANDSE KUNST- EN ANTIEKBEURS BREDA VRIJDAG 17 MAART 1989 TRIJFEL Nico Scheepmaker Aga Khan Parachute zoekt U Gallotti tafels dan vindt u die bij bas+mar de jager denkwijzer Geheim Aanvaarding Het Turfschip, Wan onze redacteur buitenland Bart Jochems) Na een 'dodenrit' van Peshawar naar Heroshah (Pakistaanse chauffeurs moeten uitstekende ral- lye-rijders zijn) is alle aandacht ein delijk voor minister Piet Bukman van ontwikkelingssamenwerking. In een veelkleurige tent wachten zo'n twee honderd kleine boeren al enkele uren geduldig op zijn komst. Tot dan toe hebben de Pakistani er weinig van begrepen dat Bukman - en niet de in zijn gevolg meereizende Ko ninklijke Hoogheid prins Claus - de be langrijkste man is in de Nederlandse delegatie. De prins maakt de reis niet als echtgenoot van de koningin, maar in zijn functie van adviseur van de mi nister. Zijn plaats is tijdens het vijf daagse bezoek in de schaduw van de bewindsman en prins Claus voelt zich daar prettig bij. De Nederlandse ambassade in Islama bad heeft alle mogelijke moeite ge daan de plaatselijke autoriteiten aan het verstand te peuteren dat er derhal ve geen prijs wordt gesteld op officiële, oranje-gekleurde ontvangsten. Het gaat in eerste instantie om de minis ter, Claus stelt zich een ongedwongen visite aan Pakistan voor. De Pakistani begrijpen er weliswaar weinig van, zij schikken zich naar de wensen van de ambassade. In Heroshah komt Bukman de officië le opening verrichten van een irrigatie project, dat eigenlijk al twee jaar in ge bruik is. De feestelijkheden zijn er niet minder om; zeker, aangezien Neder land de financiële hulp aan het project bijna had stopgezet. Volgens Bukman, omdat „het de verkeerde kant dreigde uit te gaan". De Pakistani hadden aanvankelijk het plan opgevat vijftig diepe putten te slaan en de verdeling van het water aan de boeren over te laten. Bukman vond die opzet te beperkt en meende bovendien dat toezicht nodig was op de distributie van het water. Het drei gement de geldkraan dicht te draaien zorgde ervoor dat de Pakistani tot in keer komen. Na een voordracht uit de Koran spreekt de minister: 'Ladies and gent lemen'. Onder zijn toehoorders bevin den zich echter geen 'ladies'; hier wor- Incognito (als adviseur van minister Bukman op reis) ontkomt prins Claus niet aan een 'officiële ontmoeting' met de sjeik van de Aarabische Emiraten. den vrouwen tussen de 10 en 45 jaar geacht zich binnenshuis te vermaken. Komen zij toch buiten, dan alleen ge sluierd. Na zijn toespraak wandelt de minister, omstuwd door plaatselijke autoritei ten, naar een gordijntje dat een pla quette blijkt te verbergen. Een ruk aan het touwtje onthult de tekst, die meldt dat Mr. P. Bukman het project heeft geïnaugureerd. Bukman zet zijn redenen om Pakistan te bezoeken uiteen. De minister heeft iDoor Nico Scheepmakeri Driejaar geleden zat ik 's avonds laat op een terrasje in een smal straatje in Athene. Opeens reed een personenauto, achtervolgd door een politieauto met sirene aan, met een snelheid van zo'n 100 kilometer per uur door dat smalle straatje. De mensen vlogen als verschrikte kip pen opzij, het was een wonder dat niemand door een van de beide au to's gegrepen werd. Aan het eind van het straatje scheurden beide auto's met piepende banden naar links. Onder de Grieken barstte toen een levendige discussie los, die ik niet kon verstaan maar wel be grijpen. Zij waren verontwaardigd over die twee automobilisten (de verdachte en de politie), die ander mans leven door hun idiote rijge drag bedreigden, en zullen zich heb ben afgevraagd hoe ernstig de mis daad diende te zijn voordat het te genover onschuldige wandelaars (vrouwen, kinderen, ja zelfs man nen), moreel geoorloofd was om met zo'n snelheid door een smal straatje te jakkeren waar iedereen, op dat uur van de dag (tegen 12 uur 's avonds), op de middenweg flaneer de. Een moord ja, een ontvoering ja, een heroine-deal misschien, een au todiefstal nou nee, door rood licht rijden nee.... Hoe groot is immers niet de kans dat de man die achtervolgd wordt in zijn zenuwen van de weg rijdt, te gen een boom op knalt, en ook ande re mensen de dood in jaagt of voor altijd invalide maakt? Politie die maar een ding voor ogen heeft: kos te wat kost de verdachte te achter halen, speelt geen politie maar film cowboy. Kranten spreken in zulke gevallen ook altijd van een Wild West-achtervolgingschreef ik toen drie jaar geleden in een Trijfel. Weer terug in Nederland zag ik in de Volkskrant een berichtje dat daar naadloos op aansloot: ZWOLLE - Twee 23-jarige mannen uit Dordrecht zijn maandagavond op de A-28 ter hoogte van Zwolle met een snelheid van meer dan tweehonderd kilometer per uur op een voorligger gebotst. Een van de twee mannen raakte daarbij le vensgevaarlijk gewond; de be stuurder van de voorligger, een 59- jarige man uit Koekange, lie-fi ern stige verwondingen op. De twee werden achtervolgd door een Por sche van de rijkspolitie, omdat ze in Putten benzine hadden getankt zonder te betalen. Ze hadden de auto op 11 september in Delft gesto len. Waarom kom ik hier nu op terug? Omdat ik gisteren in het Engelse dagblad The Independent las, dat die achtervolgingsraces door de Engelse politie langzamerhand een verontrustend aantal slachtoffers hebben geëist. In 1987 was de politie bij 279 ernstige ongevallen betrok ken. Zestien burgers werden daar bij gedood, en acht politiemannen. Het afgelopen jaar. 1988 dus, von den er alleen in Londen al 5440 on gelukken plaats waarbij politieau to's betrokken waren. In 1295 van die gevallen lag de schuld geheel oj gedeeltelijk bij de politie. Tachtig burgers kwamen daarbij om het le ven, waarvan de helft als inzitten den van een auto, en de andere helft als voetganger. En het is er dit jaar niet beter op ge worden. Alleen al in de laatste twee weken zijn vijf mensen gedood en een groter aantal zwaargewond ge raakt bij achtervolgingen door de politie. Zoals altijd in zulke geval len, mankeert er weinig of niets aan de richtlijnen van Scotland Yard. Die zeggen dat een politieauto al leen de achtervolging van een ver dachte auto mag inzetten als dat 'absoluut essentieel' is, waaraan dan nog wordt toegevoegd 'dat het veel beter is een misdadiger te laten ontsnappen dan onschuldige men sen te doden of te verwonden' Het hoofdredactionele kommen- taar over deze kwestie van The In dependent begint aldus: „De achtervolging per auto is voor de huidige generatie het ideale ver vangingsmiddel van het Wildwest duel op het pistool, een perfecte are na waarin het goede het kwade kan overwinnen temidden van veel op winding en gevaar. In films en op de televisie valt vrijwel geen politie man meer te bekennen die iemand zonder piepende banden weet te overmeesteren. In het werkelijke le ven echter, annonceren die piepen de banden maar al te vaak het hui len van familieleden die iemand verloren hebben". „Meer en meer rijst de verdenking", gaat het hoofdartikel verder, „dat onze politiemensen niet minder dan anderen vatbaar zijn voor de infan tiele agressie en gevoelens van al macht die bezit kunnen nemen van een man achter zijn stuur. De publieke zorg betreft met name de achtervolgingen per auto waarbij het opjagen van de misdadigers er toe leidt dat zij nog gevaarlijker en crimineler worden dan zij al waren toen zij ontdekt werden. De kunde en training van de politiechauf feurs is nog een extra argument te gen deze achtervolgingen. Want als zij tot aan de grenzen van hun be kwaamheid rijden, zullen de ach tervolgde en desperate misdadi gers bijna zeker de grenzen van hun bekwaamheid als chauffeur ver overschrijden" zich voorgenomen de tien program- malanden, waar het merendeel van de Nederlandse hulp naartoe gaat, te be zoeken in de vier jaar van zijn ambts periode. Pakistan kan jaarlijks op 60 miljoen gulden rekenen. Op deze reis wil de minister vooral kij ken naar de kwaliteit van de ontwikke lingshulp, met het oog op een beleids notitie die in mei het licht moet zien. „Volgens sommigen valt de projec thulp in de 'afdeling onzin'", meldt de minister. Maar hij neemt daar stelling tegen. Financiering van kleine projec ten werkt in veel gevallen goed. Als voorbeeld haalt Bukman het Pak Holland Metal Project aan. „Platte landsontwikkeling vraagt ook andere dan agrarische projecten". De land bouwactiviteiten leveren immers niet voldoende werkgelegenheid op. Van uit Peshawar rijden mobiele werk plaatsen door het land om de Pakista ni vertrouwd te maken met metaalbe werking. Maar tijdens een ontmoeting met Ne derlandse ontwikkelingswerkers moet Bukman zeer kritische opmerkingen over projecthulp pareren. Het moet een 'openhartig gesprek' worden, wordt de minister niet moe te herha len. Na enige aarzeling steken de Ne derlanders van wal. Wie beoordeelt eigenlijk of een project wel of niet wordt voortgezet? Dat is niet duidelijk en het resultaat is dat projecten min of meer automatisch doorgaan. „Dat is een zwak punt", meent een van de deelnemers. Ook voordat wordt besloten een project te beginnen, moet een onderzoek de le vensvatbaarheid aantonen. Met de Pakistaanse wederpartij dient eerst overeenstemming te worden bereikt over de invulling en doelstelling van het project. „Pas daarna mag besloten worden er geld in te steken". Evaluatie van projecten vindt alleen plaats door Nederlanders, luidt een ander bezwaar. De missies die daartoe worden afgevaardigd, blijven veelal niet langer dan vier of zes weken. In die tijd is het onmogelijk een goede eva luatie uit te voeren. En: „Als je Jantje vraagt om Pietje te evalueren, weet je vantevoren wat de uitkomst is", illu streert iemand de 'collegialiteit' onder Nederlanders. Het verzoek meer geld te steken in on derzoek, kan door de minister niet worden gehonoreerd. Geldgebrek is de reden. De minister onderschrijft dat onderzoeksmissies een internationa- ler karakter moeten hebben. En coör dinatie tussen de donorlanden is nood zakelijk. Het mag bovendien niet zo zijn dat verschillen van opvatting tus sen de westerse organisaties leiden tot ruzies die door de plaatselijke, Pakis taanse, autoriteiten moeten worden opgelost. De ontwikkelingswerkers tonen zich na afloop niet bijster tevreden over het gesprek. „Wij zitten met specifieke problemen. Met de minister kan alleen een algemene discussie worden ge voerd. De theorie ziet er meestal mooi uit, maar voor onze praktische proble men is in zo'n gesprek geen ruimte". Die geluiden zijn de minister bekend van gesprekken met andere Nederlan ders in ontwikkelingslanden. Maar hij kan natuurlijk niet worden geacht op de hoogte te zijn van alle gedetailleer de problemen. De ambassade dient in eerste instantie als aanspreekpunt voor de ontwikkelingswerkers. En die argumenteren dan weer dat de ambas sade te weinig ambtenaren met des kundige kennis in huis heeft. pas. Met het bijeengebrachte kapitaal, nu aangegroeid tot 51 miljoen rupees, kopen de boeren tractoren, irrigeren ze gronden en brengen ze produkten naar de markt. Onder collectief beheer wor den de kale vlakten herschapen in groene valleien. Bijna honderd pro cent van de leningen wordt terugbe taald. Volgens Bukman een modelvoorbeeld van de manier waarop ontwikkelings samenwerking in de praktijk eigenlijk moet. „Beginnen waar je bent en niet beginnen waar je wezen moet", her haalt Bukman een van zijn credo's. Aansluiting zoeken bij de sociaal-cul turele situatie. Claus merkt later op daar al 25 jaar voor te pleiten. Zo reist de delegatie door het land. Zorgvuldig geselecteerde projecten worden bezocht. Zij moeten illustre ren dat de Nederlandse ontwikke lingsgelden in Pakistan goed worden besteed. Maar de minister sluit de ogen niet voor mislukkingen. Daarom benadrukt hij keer op keer dat de dis cussie over de kwaliteit van de ont wikkelingshulp hoge prioriteit moet krijgen. Een zakelijke discussie moet het wor den. Geen vrijblijvend gepraat, maar nadruk op het management van pro jecten en het economisch nut van de hulp. Met het ongecontroleerd 'para chuteren' van ideëen moet het afgelo pen zijn. „Je weet immers niet of dege ne die het bedenkt, ergens in het veld. wel weet wat ermee te doen", aldus Bukman. Op de terugreis naar Nederland moe ten diverse tussenstops worden inge last. In Sharjah, een van de Arabische Emiraten, staat de sjeik weer op het platform te wachten. Op de heenreis was hij ook al van de partij. Bukman speelt een bijrol; alle aandacht is hier wederom voor prins Claus. Op de bank keuvelt de sjeik met Claus over koffie, bloemen en kaas. De sjeik meldt als belangrijkste wapenfeit in 1968 Alk maar te hebben bezocht. Ook in Koeweit staat een afvaardiging van de plaatselijke sultan op het plat form. Claus houdt zich aan zijn af spraak. Het onderhoud met het ont vangstcomité duurt kort. De prins ver ontschuldigt zich; hij had de pers een gesprek beloofd vóór aankomst in Ne derland. Bukman speelt de tweede viool, maar hij mort niet; in Pakistan trok hij vol op belangstelling. Na een opsomming van de posten die hij in het verleden bekleedde, voegde premier Benazir Bhutto hem zelfs toe: „Zo, dan moet u een heel belangrijk man zijn". Advertentie Prins Claus wil nog naar het Aga Khan-project, dat is opgezet onder de boeren in het noorden van Pakistan. Dat bezoek blijkt echter niet in het reisschema te passen. Er wordt een film over het project gedraaid. Agrariërs in het onherbergzame noor den van het land worden aangemoe digd te investeren. Enkele banken le verden kredieten ter waarde van 200.000 rupees (ongeveer 20.000 gul den) als startkapitaal. De banken had den het geld al afgeschreven 'Die boe ren gaan er toch mee vandoor'), maar worden aangenaam verrast. Het Aga Khan-project is een privé-ini- tiatief, de overheid komt er niet aan te kapelle 01102-43810 (Door René Diekstra) /k kan er gewoon niet bij hoe het komt dat mijn zoon homofiel is. tic heb almaar het gevoel dat ik iets ontzettend verkeerd heb gedaan dat het mijn schuld is dat hij zo is. Ik denk niet dat ik het ooit kan accepte ren". Een ontredderde moeder van een 35-jarige homoseksuele man aan het woord. Ze is één van de 700 ouders met een homoseksueel kind die geïnterviewd loerden door onderzoekers van de universiteiten van Georgia en North Carolina in de Verenigde Staten. De studie was bedoeld, aldus de onder zoekers Skeen, Walters en Robinson in een onlangs gepubliceerd verslag, om na te gaan hoe ouders met dat ge geven omgaan en hoe ze uiteindelijk tot een aanvaarding daarvan ko men of, als dat niet lukt, waarom niet. Uit het verslag blijkt dat de meeste ouders een heftige emotionele shock ondergingen en een soort rouwperio- de doormaakten toen ze voor het eerst hoorden dat hun dochter les bisch of hun zoon homofiel was. Meer dan de helft van de ouders had angst voor de toekomst van hun kinderen, en zeiden het zo verdrietig en spijtig voor hen (de kinderente vinden. An dere ouders raakten zo volkomen overstuur dat ze in een min of meer ernstige depressie schoten. De sta dia in dat rouwproces van shock en ontkenning via schuldgevoelens en boosheid tot in veel gevallen ge lukkig acceptatie worden in het verslag uitvoerig en vaak heel in voelbaar uit de doeken gedaan. De meeste ouders zeiden dat ze aan vankelijk zeer geschokt waren toen ze ontdekten dat hun kind homosek sueel was. Een moeder vertelde dat ze volslagen hysterisch raakte en een paar dagen in bed moest blijven alvorens ze weer een beetje bij zin nen was. Ongeloof en gevoelens van hulpeloosheid zijn typerend. Voor veel ouders werden hun kinderen plotseling vreemden, en ze hadden grote angst voor de risico's van een homofiele levensstijl ivaarvan ze zelf weinig of niets wisten. Ouders waren vaak ook bezorgd dat hun kinderen een verandering van geslacht (langs operatieve weg) zouden willen, ze waren bang dat hun andere kinde ren homofiel zouden zijn, waren bang dat ze het zelf hadden veroor zaakt, en voelden zich eenzaam om dat ze meestal geen andere ouders kenden met ivie ze daarover zouden kunnen praten. Ouders waren ook heel bezorgd over hoe ze het voor hun familieleden, vrienden en hun collega's verborgen zouden moeten houden. Er waren ouders die zich zorgen maakten over hun eigen loopbaan en over wat an deren van hen zouden denken als ou der van een homofiel kind. Sommige ouders merkten dat wanneer ande ren eenmaal van het feit op de hoog te waren, ze soms via-via commenta ren kregen als dat verbaast me niks met zulke ouders", of „nou, ik vond het er bij die vader ook altijd al een beetje inzitten". Gevoelens van gekwetstheid, ver driet en depressie kwamen steeds sterker op de voorgrond te staan bij de meeste ouders als de aanvankelij ke schok afnam. Het verdriet van veel ouders had te maken met het feit dat hun kinderen geen gewoon hu welijk zouden hebben en ook zeif geen kinderen zouden hebben, en dat op de lange duur de samenleving hen zou discrimineren. Verdriet was er vaak ook over het feit dat ouders moesten constateren hoe lang hun kind al met de weten schap of het geheim van z'n homo seksualiteit had rondgelopen en wat een last dat voor hem of haar ge weest moest zijn om er met niemand of met slechts enkele mensen over te kunnen praten. Een moeder zei het zo: „Ik vond het zo beroerd voor hem dat hij al die jaren met dat probleem helemaal alleen had moeten rondlo pen, dat hij nou nooit een normaal gezinsleven zou hebben en dat hij een leven zou moeten leiden dat hem waarschijnlijk in veel opzichten pijn en afwijzing zou brengen. Ik was bang dat hij nooit zou weten wat lief de was". In deze periode bleken ouders sterk de neiging te hebben om de werke lijkheid voor zichzelf te ontkennen. Ze trachtten zich almaar in te pren ten dat het een voorbijgaande fase was waarin hun kind zat, dat het rit zo zou blijven, dat hun zoon of doei ter vroeg of laat wel iemand van lit andere geslacht zou ontmoeten ms wie hij of zij een intieme relatie a ontwikkelen. Sommige ouders hiel den het er voor zichzelf op dat ht zoon of dochter geivoon iets aan U uitproberen was, of gewoon in dj war was en niet precies wist wat lij of zij nou werkelijk wilde. Maar naarmate de realiteit van 4 seksuele voorkeur van hun kin meer en meer onontkoombaar weri kwamen andere emoties op de voot- grond te staan. „Een tijdlang want mijn gevoelens verward en ivistil niet precies wat er aan de hand was, had ik nog hoop", zei een moedet. „Omdat hij ons vroeg er niet overt praten, hadden we een strohalm vai hoop om aan vast te grijpen. Mm uiteindelijk werd ons duidelijk da ive ons er bij zouden moeten gaai neerleggen". Op dat punt aangekomen voelen di meeste ouders zich schuldig en da ken zelf de oorzaak te zijn van de to moseksualiteit van hun kind. „Alle wat ik kon denken was", zei een va der, waarom wij? Wat hebben n verkeerd gedaan? Ik dacht dat hé een ziekte of een stoornis was, ver oorzaakt door iets wat ik verkeen gedaan had of wat ik gewoon niet gi daan had". Andere ouders voelen zich schuldi over het feit dat ze zelf bepaalde aj wijzende, negatieve houdingen tei opzichte van homoseksuelen heb ben, die op volle sterkte terugkoma en het contact tussen hen en kind een tijdlang echt kunnen be dreigen. Een andere vader zei hetze: „Mijn hele leven heb ik homofiela eenvoudigweg genegeerd. Mijn we reld niet. Afwijkend, vies zelfs. En nou is het wel mijn wereld en wal moet je dan met zulke ingewortelde overtuigingen" Een andere ouder: „Eén van de din gen die maar steeds in m'n hoofd te rugkwamen was: hoe kun je nou ho moseksueel en gelukkig zijn?" Vei ouders raken op dit punt boosti zichzelf vanwege die opvatting), Soms ook, ook al zeggen ze dat niet gemakkelijk, boos op het kind do hun dat aandoet, en boos op elkaar als ze een zondebok zoeken. Het ma- formatie over homoseksualiteit en alles wat er mee samenhangt waar door ouders geleidelijk ontdekken dat zij niet de oorzaak zijn, dathetl mogelijk is voor homoseksuele man- nen en vrouwen om een gelukkig/e ven te leiden. Hoe meer ouders zich met homosek sualiteit bezighouden en er met hun kind of met vrienden of vriendinnen daarvan openlijk over praten, hoe meer aanvaarding van de realiteit geleidelijkaan mogelijk werd. Hoe langer ouders zich blijven vastklam pen aan hun eigen bestaande fanta sieën over huwelijk, gezin en een he teroseksuele levensstijl voor hun kinderen, hoe langer het rouwproces duurt en hoe moeilijker het ivordt hoe groter de kans op een onover brugbare verwijdering van hun kin deren. Veel ouders zijn bang, vanwege de aids-epidemie, dat hun kind in dal opzicht grote risico's loopt en zij zelj op den duur mogelijk ook. Maar uil het onderzoek blijkt dat het openlijk bespreken daarvan met elkaar een belangrijke factor is van het wegne men van onredelijke angsten in dal opzicht. Bij een overweldigende meerderheid van de ouders blijkt dat het contact met andere ouders in dezelfde situa tie een enorm positief effect kan heb- ben op het omgaan met de werkelijk heid en het aanvaarden daarvan, Zoals een ouder dat uitdrukte, naja- renlang met dat probleem gewor steld te hebben en uiteindelijk tot een acceptatie en een goede verstand houding met het homoseksuele kind te zijn gekomen: „Je denkt, hij heejl een afwijking, hij is mijn kind, moet er bij mij ook het een en ander mis zijn. Wat afwijkend is is minder waardig, dus mijn kind en ik zijn bei den minderwaardig en dat zal nooit meer veranderen. Het heeft me heel wat gekost om uiteindelijk te ontdek ken dat afwijkend anders is. En an ders is anders, niet meer, en zeker ook niet minder. Een homoseksueel kind is hetzelfde kind als dat watje hebt gebaard en waarvan je gisteren hield. De wetenschap van vandaas verandert hem of haar niet, en mag het dus ook niet die gevoelens veran deren". Advertentie In een grote tent bij de opening van een iirigatieproject in Pakistan toetst minister Bukman de theorie van de Nederland se ontivikkelingsssamenwerking aan de praktijk Openingstijden: Dagelijks 14-22 uur, Zondag, Goede Vrijdag, Paaszaterdag en beide Paasdagen 11-18 uur. Chasséveld, Breda. Tel.: 076 - 222888

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1989 | | pagina 4