taatsbezoek an Beatrix n Claus week-in 29 ZATERDAG 22 OKTOBER 1988 ederland ontdekte het land. De Britten zetten ater voet aan wal, claimden et gebied en dumpten er hun evangenen. Australië rekent angzaam af met een weehonderd jaar bestaand inderwaardigheidscomplex. Sydney, de hoofdstad van Australië. Betrekkingen Stamboom Rian van Kuppenveld zc ifsstïs IfSSï ii=: 11= :¥-hm Hl*» -1 x\ x Australië ontdekt nieuwe wereld naast de hoed en de bierfles Vlak voor de landing op de luchthaven Kingsford Smith van de Australische hoofdstad Sydney, gaat de steward met een spraytje rond. Er wordt wat in de rondte gespoten en vooral de ruimte bo ven de bagageluiken krijgt extra aan dacht. De passagiers wordt geadviseerd de contactlenzen uit te doen: het gaat hier om een desinfecterend middel. .Australië is een land waar exotische ziek ten niet voorkomen en dat willen we zo houden', leert de folder, .daarom worden alle vliegtuigen van overzee bij aankomst bespoten om vliegende insekten te do den'. De passagiers moeten bovendien een was lijst van vragen naar waarheid beant woorden: ,Hebt U de afgelopen drie maan den in het buitenland een boerderij be zocht, bent U in aanraking gekomen met vee of hebt U een slachthuis dan wel vlees- conservenfabriek bezocht? Bent U in het bezit van voedingsmiddelen zoals vlees, saucijzen, salami, ham, gevogelte, vetten, eieren, melk, babyvoeding, boter, kaas? Of van plantaardige zaken zoals fruit, no ten, zaden, bollen, bloemen, stro, houten voorwerpen, bamboe, paddestoelen, aar de, etc.? Of van dierlijke zaken zoals slan gen, vissen, vogels of insecten - zowel le vend als opgezet? Of van dierlijke produk- ten zoals zaad, veren, haar, huiden, broed-eieren etc.? Van uitrustingsstuk ken voor paarden en ander vee? Van biolo gische specimina zoals vaccins, culturen, bloed?' Even is er aarzeling of ook de leren schoenen moeten worden aangemeld. Na het gedoe met de spray en de vragen is het niet meer dan logisch dat dé Australi sche regering het niet op prijs stelt dat ko ningin Beatrix volgende week tijdens haar staatsbezoek bloembollen aanbiedt. Er mocht eens een wormpje tussen de bol len zitten; dat zou de goede relatie weer voor jaren kunnen verstoren. Nederland verbood in de jaren twintig tenslotte ook de invoer van agrarische goederen uit Au stralië, nadat grote partijen verse vruch ten besmet bleken te zijn met het vrucht- vliegje. Maandag beginnen koningin Bea trix en prins Claus aan een elf- daags staatsbezoek aan Australië Ontmoetingen met vertegenwoor digers van de Nederlandse ge meenschap Down Under in to taal zo'n 250.000 personen groot nemen tijdens de reis een belangrij ke plaats in. Absolute klapper moet in dit kader het Holland Festival in Sydney wordenwaar Koningin en Prins op 4 november acte de presence zullen geven. Gewoonlijk trekt dit drie dagen durende festival zo'n 10.000 bezoekers. De organisatoren overtreffen elkaar dit jaar in het maken van wilde prognoses over het aantal gasten. Maar niet alleen in Sydney zullen Nederlanders de kans krijgen de Koningin te zien. Die mogelijkheid is er ook in Canberra, Launceston (op Tasmanië), Adelaide en Mel bourne. 'Politiek' hoogtepunt van de reis vormt de toespraak die de Koningin dinsdag houdt in het Au stralische parlement. Tijdens het bezoek zullen Koningin en Prins ook een kijkje nemen in de afdeling Aboriginal-kunst van het Zuid-Australisch Museum in Ade laide en op een schapenfarm. De economische relatie tussen Ne derland en Australië komt aan bod als koningin Beatrix een receptie van de Nederlandse varende be- drijfstentoonstelling Fairwind bij woont. Of er in Australië veel publiciteit rond het koninklijk bezoek zal zijn, is nog niet te voorspellen. Wèl is ze ker dat de Koningin op 1 november in iedere Australische huiskamer te zien zal zijn als zij de winnaar van de Melbourne Cup de beker overhandigt. De Melbourne Cup is de enige paardenrace ter wereld die het heeft gebracht tot nationale feestdag. Het incident met het vliegje was een lichte smet op de vriendschappelijke betrekkin gen die Nederland en Australië aan het be gin van deze eeuw onderhielden. Er had net een grote Nederlands-Indië-tentoon- stelling door Australië gereisd, als alter natief voor de komst van een handelsmis sie. De toenmalige premier Hughes nodig de in 1921 zo'n missie uit - met name om de handel tussen Nederlands-Indië en Au stralië een duwtje in de rug te geven - maar de kosten daarvoor werden dermate hoog gevonden dat Nederland de uitnodiging vriendelijk doch beslist afwees. De Nederlandse aanwezigheid in de Gor del van Smaragd was tijdenlang - eigen lijk tot eind jaren vijftig - de ruggegraat van de Nederlands-Australische betrek kingen. In goede en in slechte tijden. Als het allemaal van een leien dakje ging, was er handel: de ene keer wat meer dan de andere, maar problematisch was het niet. Dat werd het pas toen politieke aspecten - met name de onafhankelijkheid van Indo nesië een rol gingen spelen. De Nederland se opstelling leidde zelfs tot een boycot van Nederlandse schepen in Australische havens. Maar toen die kwestie geregeld was, gingen de beide landen weer vriend schappelijke betrekkingen onderhouden en dat is vandaag de dag nog zo. Nederland en Australië liggen echter geo grafisch zo ver van elkaar dat - zeker in het begin van deze eeuw - nauwe betrekkin gen niet voor de hand lagen. Met de Neder landse kolonie Indië was het heel anders gesteld. Djakarta ligt bij wijze van spre ken op een steenworp afstand en in feite heeft het continent zijn ontdekking aan het bestaan van deze vooruitgeschoven Nederlandse post te danken. Ook al heeft de Australische schooljeugd, zeker in het dichtbevolkte zuiden met steden als Mel bourne en Sydney, op school jarenlang an ders geleerd. In 1602 was in Nederland - toen nog de Re publiek der Zeven Verenigde Provinciën - Aboriginals protesteren tegen de viering van tweehonderd jaar Australië. de Verenigde Oostindische Compagnie opgericht. Met name vanuit Amsterdam floreerde al enige tijd een bloeiende han del in Indische produkten, maar iedereen ging zijn eigen gang en het was in feite een janboel. Om orde op zaken te stellen in de Nederlandse handel met Zuidoostazië kwam er de VOC. Het doel van de VOC was in feite zoveel mogelijk winst maken. Het uitbreiden van de handel was dan ook de eerste doelstelling van het bestuur van de VOC, de Heren Zeventien. Op alle, toen gangbare kaarten, stond ten zuiden van Java en de Molukken een groot land aangegeven dat als Zuidland werd aangeduid, maar waar verder niets over bekend was. Het was dan ook van zelfsprekend dat de VOC liet onderzoeken of hier geen afzetmarkt lag. Een van de schepen die er op uit werd ge stuurd was de Duyfken onder bevel van Willem Jansz. Puur per ongeluk - Willem dacht ten zuiden van Nieuw-Guinea in een nauwe baai terecht te komen (hoewel later bleek dat het een bevaarbare zeeëng- te was) en verlegde zijn koers verder naar het zuiden - kwam de Duyfken in decem ber 1605 in Australië terecht. Op verschil lende plaatsen ging Jansz. aan land, maar overal vond hij de situatie van dien aard dat je er nog geen hond zou huisvesten, dus zou er ook wel niets te halen zijn. Willem Jansz. gaf de door hem ontdekte gebieden weliswaar aan op de kaart, maar liet verder geen blijk van zijn aanwezig heid achter. Dat was elf jaar later anders. Eigenlijk ook weer bij toeval kwam schip per Dirk Hartogsz in West-Australië te recht. In opdracht van de VOC moesten alle schepen gebruik maken van de con stante westenwinden ten zuiden van Kaap de Goede Hoop - want dat voer snel ler. Op een bepaald moment moest dan de koers naar het noorden verlegd worden, richting Java. Bij gebrek aan goede navi- gatie-instrumenten kwamen de schepen nog weieens ergens anders terecht dan de bedoeling was. Zo ook de Eendracht on der leiding van Dirk Hartogsz. Tot zijn verrassing zag Dirk plots een groep eilanden liggen met daarachter vasteland. Op een van de eilanden ging hij aan wal, zette een paal neer en spijkerde daar een tinnen bord aan met de medede ling '1616. Den 25 October is hieraen geco- men het schip D'Eendracht van Amster dam'. Dirk gaf de eilanden zijn eigen naam, doopte het vasteland Eendrachts- land en maakte dat hij weg kwam. De Duyfken en de Eendracht opereerden aan de noord- en westkust van het Austra lische continent, maar Nederlandse sche pen kwamen steeds verder zuidelijk en brachten steeds meer stukken van het grote Zuidland in kaart, dat dan ook al snel de naam Nieuw-Holland kreeg. Niet dat Nederland, of beter de VOC, ook maar enige verdere interesse in het land had, want uit alles bleek dat daar niets te ver dienen viel. In 1642 zette de toenmalige gouverneur- generaal van de VOC-vestigingen in Azie, Anthony van Diemen, een echte ontdek kingsexpeditie op touw. Hij wilde weieens weten hoever zuidelijk er eigenlijk nog land te vinden was. Onder bevelhebber schap van de 39-jarige Abel Janszoon Tas man werd een expeditie op touw gezet die eerst op Mauritius voor een aantal jaren levensmiddelen moest gaan halen en ver volgens opdracht had op 52 graden zuider breedte te gaan kijken of er land lag. Door het slechte weer moest Abel Tasman al op 42 graden zuiderbreedte de steven naar het oosten wenden. En inderdaad. Op 24 november 1642 klonk de kreet land in zicht. Abel noemde het door hem ontdek te eiland Van Diemensland (nu Tasma nië), zette er een paal neer met een vlag waarop het monogram van de VOC en ver trok weer. De bemanning had niets gevonden dat ook maar enigszins in de richting wees van de 'verborgen schatten' die het Zuid land moest bevatten. In tegendeel: de eni ge ontmoeting was er een met 'een stel letje halfnaakte wilden'. En hoewel ieder een zeker wist dat er méér moest zijn, was de VOC van mening dat dat allemaal te lang zou gaan duren. Meer dan een eeuw later - in 1768 - kreeg de Engelse kapitein James Cook bevel van de Engelse Admiraliteit om eens vanuit Tahiti op zoek te gaan naar het nog immer onbekende zuidland. Want iedereen was ervan overtuigd dat er behalve de door de Nederlanders in kaart gebrachte stukken nog meer te vinden moest zijn. Vanuit Ta hiti zeilde Cook om Nieuw-Zeeland en be sloot toen via de oostkust van Nieuw-Hol land naar de Engelse thuishaven te varen. In april 1770 landde Cook in Botany Bay, even ten zuiden van het huidige Sydney. Hij schreef lyrische verhalen naar huis over de vruchtbaarheid van het land, zo totaal anders dan het barre westen en noorden. Cook besloot de Britse vlag te planten en het land in bezit te nemen. Ook Cook kwam met de inwoners van Austra lië - de Aboriginals -in aanraking, maar waren zij elders niet meer dan 'halfnaakte wilden' geweest, in de verslagen van Cook was het volk dat hij ontmoette 'veel geluk kiger dan de Europeanen' 'ze hebben geen behoeften, want hebben alles wat ze nodig hebben en geen verlangen naar over vloed'. De halfnaakte wilde werd een edele wilde. Wat uiteindelijk Australië groot zou ma ken was dan wel niet halfnaakt, maar werd in Europa toch zeker 'wild' gevonden en bepaald niet 'edel'. De Engelsen had den nu wel officieel bezit genomen van het land (iets dat de Nederlanders altijd had den nagelaten, zodat Australië nog offi cieel 'terra nullius' was - land van nie mand), maar wat ze ermee moesten doen, wisten ze ook niet precies. Totdat Sir Jo seph Banks (die de reizen van Cook had meegemaakt) in 1779 op het idee kwam rond Botany Bay een kolonie te stichten en daar Engelse gevangenen naar toe te transporteren. Tot dan toe was een groot deel naar de ko lonie Amerika verscheept, maar aange zien die zich onafhankelijk had gemaakt viel dit verbanningsoord weg. Na veel dis cussie vertrok op 13 mei 1787 de eerste vloot met aan boord 736 gevangenen en onder het commando van Sir Arthur Phil lip richting Botany Bay. Het vlaggeschip de Sirius verklaarde de Baai echter onge schikt voor het aan land gaan en stichten van een strafkolonie en de gevangenen kwamen op 26 januari 1788 iets noordelij ker aan. De vlek op de kaart kreeg meteen een naam, Sydney, als eerbetoon aan de minister van binnenlandse zaken die zijn goedkeuring voor dit prachtige project had gegeven. Engelands grote dumpen van sociaal ongewenste elementen was begonnen.In totaal zouden er zo'n 160.000 gevangenen richting Australië gestuurd worden. In 1868 werd bij deze stand ge- stopt. Het land telde toen zo'n 1.2 miljoen inwoners: (ex)-gevangenen en hun fami lies, gewone immigranten en avonturiers die tussen 1840 en 1850 massaal naar de staat Victoria (met als hoofdstad Mel bourne) waren getrokken om goud te zoe ken. Toen besloten werd een eind te maken aan de deportaties stond Australië al iets meer in aanzien dan 50 jaar daarvoor, toen een rechter in Sydney nog bloedserieus meedeelde dat Australië geen deel uit maakte van Gods scheppingsplan. Vol gens de hoogggeleerde was het pas ont staan na de zondeval als een straf voor het appeleten door Adam en Eva. Was het voor de kolonisten een ware hel, tegenwoordig zijn de Aussies er maar wat trots op van dit boevenpak af te stammen. Je stijgt nergens meer door in aanzien dan door het schriftelijk bewijs af te stammen van een van de 160.000 Engelse veroor deelden. De run op de stamboom is een onderdeel van de verwerking door Australië van een bijna tweehonderd jaar bestaand minder waardigheidscomplex. Lange tijd gold het land als een buitenpost van de Britse beschaving. Dat beeld viel echter danig aan diggelen toen het Moederrijk er in de Tweede Wereldoorlog niet in slaagde Au stralië te verdedigen en de Japanners in Noord-Australië landden. Na de oorlog be sloot Australië niet meer op de Britse koers te varen, maar besefte wel dat het om groot en welvarend te worden meer in woners nodig had. Resultaat was een ge weldige toestroom van emigranten uit het door de oorlog verwoeste Europa die 'down under' een nieuw bestaan gingen opbouwen. Alleen uit Nederland kwamen er al 160.000. Het waren de immigranten met hun ver schillende achtergronden die definitief een eind maakten aan het Britse beeld dat Australië uitdroeg, zo zei de Australische historicus Manning Clark onlangs in een interview. ,Het land is veel interessanter geworden', stelde hij, ook al straalt Syd ney op het eerste gezicht nog steeds haar Britse afkomst uit. Aan de kust waar het allemaal begon, plekken als Bondi Beach - volgens de folders het Saint-Tropez van Australië - en lopend door de straten van het Redfern-district overheerst maar een ding: dit zijn Engelse industriesteden. Maar toch een stad als Melbourne ademt een andere sfeer, hoewel niet goed te dui den. Want dat is het probleem van de Au straliërs: ze zijn in feite nog steeds op zoek naar hun eigen identiteit. Al is er een ken tering te bespeuren. De voorziter van de Australia Council - de Raad voor de Kunst - Donald Home legde onlangs in een column in The Australian de vinger op de zere plek: .Alleen als Au straliërs meer vertrouwen krijgen in hun eigen cultuur en eigen originaliteit, kun nen zij als moderne post-industriële sa menleving welvarender worden. Maar dat kan alleen als we het potentieel van onze burgers meer serieus nemen'. Het is nog niet zo lang geleden, schreef Horne, dat de Australische luchtvaartmaatschappij Qantas zich de beroerte schrok toen een reclamebureau voorstelde het 'Australi sche' van de maatschappij te benadruk ken. Het is ook niet zo lang geleden dat je voor gek werd versleten, als je stelde dat uit onderzoekingen bleek dat Australiërs wel degelijk graag naar een theater gaan en vinden dat op televisie meer aan kunst moet worden gedaan. Australië had im mers het imago van anti-intellectualisme en het ontbreken van een eigen cultuur. 1 En cultiveerde dat overigens ook behoor- lijk. Horne kreeg de 'je bent gek'-reactie ondermeer tijdens een diner met politici en zegt te vrezen dat deze vooral was inge geven door het feit 'dat politici het wel makkelijk vinden er vanuit te gaan dat vrijwel geheel Australië geen hersens be zit'. Hetzelfde verhaal gaat, zo stelt hij, op voor de televisie die de avonden volgooit met op Amerikaanse leest geschoeide pulpseries. Maar zo stelt hij, als blijkt dat er meer mensen naar het theater gaan dan naar het football dan wordt het eens tijd dat we eens in de spiegel kijken en onszelf niet langer zien als de met hoed en bierfles getooide Australiër, maar zeggen: 'We zijn veranderd'. Oftewel: zelfs in Australië gaan stereotiepen niet meer op.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1988 | | pagina 29