DE ONSTUITBARE VERERING VAN VAN SPEYK de lucht in gevlogen, de hemel in geprezen I I3CIEKIEN WIE IE K PIONIER ERIK DE VRIES TELEURGESTELD PZC/ week-uit 23 sheld de lucht in verering voorbeeld huub klompenhouwer zonde toekomst bert mol IRDAG 19 MAART 1988 wore i'ii |o tv au liever de lucht in." De woorden zijn legendarisch. Irden toegeschreven aan Jan I Josephus van Speyk, de lerdamse weesjongen, die op jige leeftijd zijn kanonneerboot fcn brandende sigaar onder de an Antwerpen de lucht in liet (n. Ren heldendaad? Het zal altijd is het bij de klijke Marine gebruikelijk om ,ens een schip naar deze sterdammer te vernoemen. En in SRog kocht het Amsterdams isch Museum een stukje ok dat aan Van Speyk wordt ichreven. In het vaartmuseum is zelfs een stuk es i e vinden op sterk water dat nftm wordt toegedicht. Egmond Heen vuurtoren naar hem Remd. Talloze schilderijen zijn Siaakt. Penningen uitgegeven, ■nes vernoemd. Rgische gezien stelde die lidaad van de jonge Van Speyk Joor. De enige winst was de Reling van het moreel in de lelijke Nederlanden. Sandra de (conservator van het Stedelijk Sim in Alkmaar, deed een ï.tj (zoek naar die vele (uitingen over Van Speyk. ,De Jn gevlogen, de hemel in "W, is de titel van het boek dat Enschede Zonen Kiijnt. Tegelij k gaat er dinsdag (Amsterdams Historisch (im een diapresentatie van start li beeld geeft van het leven en de (ng van Van Speyk. naar Algiers. Van Speyk baalt en wil het leven op zee voor gezien houden. Terug in Amsterdam gaat hij weer bij de kleermaker werken. Maar in december 1821 meldt hij zich toch weer aan bij de marine. Als vierde stuurman. Op het fregatschip De Dageraad maakt hij vrij snel carrière tot luitenant ter zee tweede klasse. Zijn eerste kanonneerboot als bevelhebber krijgt hij in 1826, als hij naar Java moet om de eilanden Bank en Billiton met hun tinmijnen te beschermen. Twee jaar later worden alle Nederlandse detachementen bij de Marine teruggetrokken uit Indië. Van Speyk, die inmiddels al benoemd is tot buitengewoon luitenant ter zee tweede klasse, keert naar Amsterdam terug. Eenhalfjaar op non aktief. En tenslotte vaart hij dan met de kanonneerboot nr. 2 naar Antwerpen. Daar moeten de in opstand gekomen Belgen eyk is vooral voor de irdammers een nog steeds lig gehouden volksheld, renin Amsterdam in 1802 als an een koopman in stokvis. 1st al vroeg zijn vader, twee (jes en een zusje. Met zijn ftr en een twee j aar oudere broer ce& nt;rij in te wonen bij zijn lei (noe oeder. Als zijn moeder in 1812 itt- overlijden, wordt hij (meld bij het Burgerweeshuis. (t baantjes als (lakersleerling en rechterhand (n grutter, zoekt hij tenslotte |luk bij de marine. Wordt nkelijk afgewezen, omdat hij te Driemaal is Rsrecht. In 1820 wordt hij (delijk als 18-jarige toegelaten. 21 februari 1820 gaat hij voor het ft jerzee. Stuurmansleerling aan van de Wassenaar. Een reis gekalmeerd worden. Het werd de laatste reis voor luitenant ter zee Van Speyk. Nog een stapje terug in de geschiedenis. Na de val van Napoleon werd in 1815 tijdens het congres van Wenen de nieuwe grenzen in Europa vastgesteld. Nederland raakte de kaapkolonie kwijt, maar kreeg er wel de Zuidelijke Nederlanden en het groothertogdom Luxemburg voor in de plaats. De tegenstellingen tussen de Zuidelijke Nederlanden en de Noordelijke Nederlanden waren groot. Het zuiden overwegend katholiek, het noorden protestant. Er was een taalprobleem en een verschil in welvaart, om maar een paar tegenstellingen te noemen. Dus slaagde koning Willem I er maar niet in om die eenheid in zijn rijk te bewerkstelligen. Op 16 oktober 1930 maakt kroonprins Willem (II) bij proclamatie bekend dat hij zich wel aan het hoofd van de afscheidingsbeweging wil plaatsen en belooft de belgen als zelfstandig volk te erkennen. Maar ja, in het zuiden vertrouwden ze de kroonprins niet en in het noorden snapten ze hem niet, omdat zijn vader inmiddels al doende is om zijn troepen te mobiliseren. In Antwerpen breekt op 27 oktober een gewapende opstand uit. De Noordnederlandse generaal Chassé moet zich in de Citadel terugtrekken. Een eskader kanonneerboten dat in de haven voor anker ligt, krij gt het ook zwaar te verduren. Zij voeren een beschieting uit die later te boek zou komen te staan als „het bombardement van Antwerpen". De operatie slaagt. Generaal Chassé, die immers ingesloten was met zijn manschappen in de Citadel, zorgt ervoor dat enkele bevelvoerders van de kanonneerboten de militaire Willemsorde krij gen. Daar is ook Van Speyk bij. Het wordt winter en om de schepen tegen het drijfïjs op de Schelde te beschermen, worden de boten stroomopwaarts afgemeerd. Op 5 februari 1931 is de rivier weer bevaarbaar. Van Speyk zeilt op naar zijn vaste post voor Oosterwiel Austruweel op zijn Vlaams). Bij het afmeren wordt zijn schip door een onhandige manoeuvre gegrepen door een windvlaag. Onbestuurbaar drijft het naar lagerwal. Daar ligt Ford Sint Laurentius. Arbeiders die bezig zijn met het opknappen van het afweergeschut stromen toe. Ze worden gevolgd door gewapende burgers en militairen. Kapitein Gregoire en zijn mannen van het vrijkorps De Gorter springen aan boord van het schip. Ze proberen te voorkomen dat er een sloep gestreken wordt en het anker uitgaat. Vanaf de wal wordt er geroepen dat die verduivelde Hollandse driekleur gestreken moet worden. De driekleur, het „heiligdom van eiken rechtschapen krijgsman". Als de Vlamingen die vlag in bezit dreigen te krijgen, vraagt Van Speyk aan zijn scheepsjongen Hendrik Frederik Wijier om een sigaar. Tegen kapitein Gregoire zegt van Speyk dan, dat hij zijn papieren zal halen. Hij gaat zijn kajuit in en ziet zijn scheepsjongen. Die moet maken dat hij wegkomt. De knaapdie begrijpt wat er gebeuren gaat, vliegt het dek op, waarschuwt de bootsman en de loods en springt overboord. Vlak daarop vliegt de boot met een gigantische klap de lucht in. Van Speyk heeft voor alles willen voorkomen dat zijn kanonneerboot in handen van de Vlamingen zal vallen. De brandende sigaar in het kruit was zijn laatste daad. De Vlaamse pers schildert de daad af als onnozel. Gregoire en zijn mannen zouden juist aan boord zijn gekomen om Van Speyk te helpen. Maar voor hen waren de appelen dan ook zuur. Over de doden praat nu niemand meer. Drie dagen van rouw neemt het Nederlandse leger in acht. In tal van dagorders wordt Van Speyk's heldenmoed en onbevlekte trouw aan koning en vaderland geroemd. Binnen de kortste keren wordt in de Nederlanden zijn naam genoemd in het rijtje De Ruyter en Tromp. De moreel van de Nederlandse troepen wordt gigantisch opgeschroefd. Helaas voor de Nederlanden, op moreel alleen is geen oorlog te winnen. Acht j aar later moet de koning toch roemloos het hoofd buigen voor een scheiding van Noord en Zuid. België is dan toch weer zelf standig. In de Noordelijke Nederlanden komt de daad van Van Speyk op het juiste moment. Daar baalt men al langer van wat genoemd wordt de ondankbare Belgen, die zich als verwende kinderen afkeren van de vaderlijke Oranjevorst. Ratten werden ze genoemd. Ratten, die zich eerst dik en rond hadden gegeten aan de Hollandse kaas en nu plotseling ander voedsel willen. Die opofferingsdaad van Van Speyk kwam als een welkome inspiratiebron. De nationale rijmrage slaat weer toe. Nog geen zes dagen na de ramp komt er van de hand van Hendrik Kuyper Gzn al het gedicht De Heldendood van Van Speyk van de drukpers. De kwaliteit van de gedichten is dikwijls erbarmelijk, maar dat mag de pret niet drukken. Het gaat tenslotte om de herstellende nationale trots. „Juich dat gij Nederlander zij t. Het blijft niet bij rijmerijen. Er verschijnen tal van schilderijen en andere kunstuitingen. Waarbij het opvallend is met welk oog voor detail die schilderijen gemaakt zijn. Veel gevoel voor dramatiek en symboliek ook. In haar boek ,De Lucht in gevlogen, de hemel in geprezen' komt de Alkmaarse conservator Sandra de Vries tot de slotsom dat de beeldende eretekens die aan de held gewijd zijn zelden getuigen van een grote artistieke visie. Laat staan dat ze blijk geven van oorspronkelijkheid. Een voorbeeld is de Noordelijke vuurtoren van Egmond aan Zee, die door enkele architektonische ingrepen en toevoeging van een aantal ornamenten wordt omgedoopt in een nationaal Van Speykmusuem. Een neo-classicistisch gedenkteken dat sterk doet denken aan de overwinnaarszuilen van Marcus Aurelius en Trajanus in Rome. Van Speyk wordt het voorbeeld voor de schooljeugd om toch vooral het vijfde gebod na te leven. ,Eert uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de heere God U geeft'. Want in de biografieën werd Van Speyk afgeschilderd als een godvruchtig man, die deugdzaam door het leven is gegaan. En, wees eerlijk, het feit dat hij wees was, verhoogde natuurlijk de dramatische kracht van zijn korte leven. Toch zijn er ook in die dagen al stemmen die kritiek hebben op de daad van Van Speyk. De medicus Z.H. van Feen schrijft in 1833 een felle aanklacht tegen Van Speyken al diegenen die zijn 'zelfmoord' een navolgenswaardige christendeugd durven te noemen. Van Speyk had zwaar gezondigd. Het recht in eigen hand genomen, waardoor niet alleen hijzelf om het leven kwam, maar ook een aantal onschuldigen, van wie niet bekend was of ze wel tot het Christelijk geloof waren bekeerd, zodat ze misschien voor eeuwig verdoemd zouden blijven. Maar het zal duidelijk zijn. De euforie won het van de kritiek. Tot ver in de 19de eeuw werden er nog nieuwe eerbewijzen gemaakt. Tot aangiet eind van de vorige eeuw was er nog een kinderprent in omloop, waarop het leven van Van Speyk was afgebeeld. En begin deze eeuw verschenen er nog artikelen waarin onderwijzers en leraren wordt aangeraden,ter leering en nagedachtenis" toch vooral met de leerlingen het graf in de Nieuwe Kerk en de gedenksteen in het Historisch Museum te bezoeken. Past Van Speyk anno 1988 nog in de geschiedschrijving? Al was het maar om duidelijk te maken waar de Jan Carel Josephus van Speyk bij het ontsteken van het kruitvat op 5 fe bruari 1813. (Schilderij in het Amster dams Historisch Museum naam Van Speykkazerne of Van Speykstraat vandaan komt. Maar de voorbeeldfunctie voor de jeugd is wel verdwenen. En nationalistische trots wordt tegenwoordig maar al te gretig onderuit gehaald. „Dan liever de lucht in„ zullen echter tot in lengte van dagen gevleugelde woorden blijven. „De lucht in gevlogen, de hemel in geprezen, eerbewijzen voor Van Speyk, door Sandra de Vries verschijnt volgende week bij uitgeverij Joh. Enschede Zonen. De prijs is f34,50. Van dinsdag (22 maart) tot en met 15 mei wordt er in het Amsterdams Historisch Museum (het vroegere Burgerweeshuis) in een diapresentatie aandacht besteed aan het leven van de eerbewijzen aan Van Speyk. «1 ...tv werd niet wat ik ervan verwachtte Sleutelen aan een uitzending in de beginjaren van de televisie. Vlnr: Fien de la Mar, Erik de Vries en Tony Schieffer- fstandsbediening, teletekst, stereo-tv, kleurentelevisie, 'flat are', video-opnamen: het klinkt 'iddels allemaal zo vertrouwd in Boren. Toch is het nog maar vier H|'ennia geleden dat televisie in P|derland aan een breed publiek iwrd gepresenteerd. Op 18 maart 1(8, op de dag af veertig jaar gele- ft. keken uitverkoren Brabanders ft honderd gratis uitgezette Phi- ■s tv-toestellen naar het eerste jondvullende programma van JT, de Philips Experimentele Te- Bisie. ft uitzendingen waren voor een ftot deel te danken aan Erik de Wes, de nu 75-jarige 'peetvader' van "^ederlandse televisie. Hij was er ftij toen in '35 in het Eindhovense iratorium van Philips het eerste ftlti werd gemaakt. Als zenderbou- ftr en magnetron-constructeur van ftbedrijf had hij zichzelf geleerd te Jy en en fotograferen. Hjihps was het eerste bedrijf op het liopese continent - in Engeland ft men iets verder - dat televisie- spleten kon produceren. Het was elijk: om commerciële redenen ï'est een grote markt voor de nieu- H vinding warm gemaakt worden. techniek werd geperfectioneerd, en eind jaren dertig maakte Erik de Vries demonstratiereizen door Ne derland en Europa. „We kwamen in Utrecht en Groningen, in Boekarest, Boedapest, Zagreb, en we zouden nog naar Ljubljana en zelfs Zuid- Amerika gaan. Het was meer een de monstratie van wat Philips kon, dan televisiepropaganda. We zeiden: we zijn ontzettend trots, we hebben iets fantastisch gemaakt. En dan had ik de grootste sterren van het toneel voor de camera staan. In de pauze richtte ik de camera's op het publiek dat buiten stond te wachten. De reacties waren waanzinnig. In de Jaarbeurs in Utrecht, waar Corry Vonk haar 'Het konijn is dood' via de televisie lanceerde, zagen 40.000 mensen voor het eerst televisie." „De ontmoeting met het medium was belangrijk. De mensen gingen met het idee naar huis dat ze iets fan tastisch gezien hadden, maar dat ze nog niet konden kopen. Het geld dat ze konden spenderen gebruikten ze nog voor de aanschaf van een nieu we radio." Aan de ene kant was het produkt nog niet 'rijp' voor massale verkoop, aan de andere kant zorgde de oorlog voor een jarenlange uitstel van de technische ontwikkelingen. 18 maart 1948 was het tenslotte zover. Philips zette voor de uitzen dingen honderd gratis televisies uit (De Vries: „In eerste instantie na tuurlijk bij de Philipsen zelf.") bij kijkers die zich verplichtten te rap porteren over de uitzendingen. „Je had langzaam aan ook mensen, die op basis van hun eigen kennis, ont- vangertjes in elkaar gingen zetten. We werden overal ontvangen, in België en zelfs soms in Groningen. De mast op de fabriek in Eindhoven was niet zo hoog, maar als je zelf ook hoog in een kerktoren ging zit ten, lukte het wel." „Het grote moment van die eerste uitzending," herinnert De Vries zich, „was aan het einde van het program ma. Journalisten uit de Benelux hadden zich in een kamer verzameld en keken naar de televisie. Omroep- ster Bep Schaefer nam de hoorn van de telefoon, draaide een nummer, en de telefoon tussen die journalisten rinkelde. Geen van hen legde een verband. Tenslotte nam iemand - zo als afgesproken - de hoorn op en Bep Schaeffer vroeg: 'En, hoe is de uit zending de heren journalisten beval len?' Plotseling ging toen de schok Erik de Vries foto peter senteur door die mensen heen van 'dit is geen filmvoorstelling, dit is echt'." De eerste voetbalwedstrijd (PSV- Eindhoven) kwam live op televisie, toneel, cabaret en documentaires waren veelvuldig op de buis te zien. De enigszins terughoudende om roepverenigingen richtten onder druk van Philips ('dan gaan wij zelf wel uitzendingen maken') gezamen lijk de NTS op. Den Haag boog zich over de zendaanvragen. In '51 na men de omroepen het medium tele visie over. De Vries: „Het ging lang zaam. De vier omroepverenigingen vulden nog maar twee avonden per week televisie in plaats van drie, want dat was gemakkelijker te ver delen. De mensen gingen bij elkaar kijken. Ik weet nog wel ten tijde van 'Pension Hommeles' dat ik, als ik met met het openbaar vervoer te rugging van de Irene-studio in Bus- sum naar Amsterdam, de recensies al in de tram hoorde van mensen die juist terugkwamen van hun vrien den, waar ze gekeken hadden." Nu, veertig jaar later, staat in 98 procent van de Nederlandse huis houdens een televisie. Een televi sie, die vooral gericht is op het bren gen van amusement. De Vries: „Ik ben bereid te zeggen dat de televisie me tegengevallen is, dat het niet ge bracht heeft wat ik me er van voor gesteld heb. Al die kwissen - ik kijk er zelf niet naar, ik vind ze verkwis tend - schijnen heel spannend te zijn. Maar goed. Ik vind het alleen zonde dat die mensen bestolen wor den van al dat moois, dat op de an dere netten wordt uitgezonden. Er gebeuren prachtige dingen, elke avond weer. Je moet er niet aan den ken wat je allemaal mist. De kijkcij fers hebben me vaak teleurgesteld. Maar ja, hoeveel mensen nemen de moeite om naar een schouwburg te gaan?" Zelf kijkt hij veel naar nieuwspro gramma's en documentaires. „Ei genlijk zou ik willen dat er één zen der was - maar dit is dictatoriaal ge dacht - waarop prachtige program ma's te zien zijn. Programma's, waarvan ik vind dat iedereen ze moet zien. Slaat natuurlijk nergens op. de gedachte alleen al is bij het fascistische af. Maar ik heb ge droomd van wat er zou gebeuren. Ik heb erg geloofd in Eurovisie, en zelfs in UNO-visie. IK noopte aat we met de televisie de debatten van de Ver enigde Naties direct konden volgen. Het is er nog niet van gekomen. Niet omdat ik het medium overschat, maar omdat ik overschat wat de mensen er mee willen doen." De toekomst ligt voor De Vries vrij duidelijk. Binnen de komende jaren zullen grotere televisies worden ge produceerd met een verfijnde lijnen- structuur, die de scherpte van het beeld bevordert. En ook driedimen sionale televisie, waaraan hij vijf jaar geleden meewerkte, komt er. „Dat is echt fantastisch, maar het eist veel. Je zult bijvoorbeeld een aparte bril moeten hebben, maar je bent er wel écht bij. Ik heb bij een proefuitzending rook geblazen tus sen de camera en een aantal acteurs. De kijkers probeerden met hun han den de rook weg te wuiven." En wat gebeurt er verder in de toe komst? Iedere omroep bijvoorbeeld zijn eigen net? De Vries: „De hemel beware me. Met al die andere kana len erbij? Je hebt geen tijd om het te bekijken."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1988 | | pagina 23