Revalidatie is teamwork
PZC/ varïa
Artis
Jong en
giftig
Droef
bericht
natuur
geboekt
VROOIVIW DREESMANN
dierelantijntjes
Revalidatiecentrum
Behandelplan
Chronische ziekten
Zeeland is op het gebied van paddestoelen een merkwaardige provincie. Anders gezegd: de
mycoflora van onze provincie heeft een afwijkende samenstelling. Een aardige demonstra
tie levert een blik in een plaatjesboek over paddestoelen. Daarin staan over het algemeen de
gewonere soorten, maar veel ervan komen hier niet of nauwelijks voor. Amanieten, gordijn-
zwammen en boleten zijn bijvoorbeeld maar dun gezaaid.
Paddestoelen
Ski boots
DINSDAG 10 NOVEMBER 1987
De oorzaak van deze afwijkende pad
destoelenflora is. dat de meeste bossen
in ons land op arme zandgrond staan.
Kleibossen komen veel minder voor en
ook binnenduinrandbossen beslaan
minder oppervlakte dan de bossen in
het binnenland. Deze bossen hebben
een ander karakter niet alleen dooi
de grondsoort, maar ook door de ande
re boomsoorten. Arme zandgronden
herbergen veel berken en beuken, klei
bossen meer populieren en iepen. In
het algemeen zijn de eerstgenoemde
bossen ook veel rijker aan paddestoe
len. Ga maar eens een weekendje naar
de Veluwe en het verschil in rijkdom
en soortensamenstelling valt onmid
dellijk in het oog.
Toch mogen de Zeeuwse bossen er
zijn. Vooral in het landelijk zeldzame
type van jong bos op kalkrijke zand- of
kleigrond bevat soorten zwammen die
elders vrijwel niet aan te treffen zijn.
Een goed voorbeeld van zo'n bos is te
vinden in het terrein de Piet, op Zuid-
Beveland, zo ongeveer ten noorden
van Lewedorp. Hier is na de afsluiting
van het Veerse Gat in 1961 bos inge
plant. dat dus nu zo'n vijftien jaar jong
is. Het aardige van dit gebied is, is dat
zandige en kleiige stukken elkaar af
wisselen en dat er ook vochtige gras
landen en droge duintjes in het gebied
voorkomen. Wat in de herfstmaanden
erg opvalt, is het grote aantal vaalhoe-
den in met name het zuidelijke bos. Dit
zijn paddestoelen met een bleke en vrij
vlakke hoed, lichtbruine plaatjes en
een typerende radijsachtige geur. Met
een geïllustreerde flora in de hand zou
men er een radijsvaalhoed van willen
maken, maar dan wat kleiner. Onder
de vaalhoeden vallen verschillende
soorten die moeilijk uit elkaar te hou
den zijn. Zeer waarschijnlijk gaat het
hier om de moerasvaalhoed (Hebelo-
ma helodes), gezien z'n afmetingen en
de vochtige standplaats.
Artis bestaat volgend jaar
even 150 jaar. Men viert d
van de oudste dierentuin vu
Europese vasteland op 2 mei
Het Zeiss Planetarium word
(op eigen bodem) geopend,)
door voor de bezoekers wet
nieuw opvoedkundig elr
wordt toegevoegd aan al hei
Artis al heeft te bieden. Verd
de officiële verjaardag teva
start zijn van een speciale
leumtentoonstelling met dei
'Dieren kijken, kijk op dieren
Natuurlijk wordt al vöör de vei
dag, dus in het voorj aar, een fc
al extra aantrekkelijk j
door o.a. een pracht van
en worden ook speciale Arti
mer postzegels uitgegeven
waarden van 0,55, 0,65 enj
Er is dan ook gelegenheid de
te feliciteren en wel door dei
ners een kaartje te sturen
1,50 aan Artis zomerpostzegi
las al eerder; Artis wordt!
liefst 4 ha groter en dan zullen
de mensapen en de nijlpaarde:
delijk aan een betere behuizin
zijn. Hoopt men want hoeiti
berehard nodig is, zijn de 1
ook berehoog. Niet minder dï
2 miljoen is er voor nodig ent
veel zoals uit de ernstig kijfc
gorilla blijkt. Maar u kunt e
meehelpen. Bijvoorbeeld dooi
dier te adopteren of voor 1
m2 Artis te sponsoren. Dat is
een mooie reclame, want er kt
zo'n miljoen bezoekers per jas
In het Noorder Dierenpark wei
een paar weken geleden 15 kei
schorpioentjes geboren. Kei
schorpioenen zijn echt grote
ren in hun soort, die wel 10 cml
kunnen worden. Bovendien
giftig. Grotere prooidieren
ze eerst met hun staart een inje
om ze te verdoven. Het venijn
dus letterlijk in de staart.
Toch zijn die vrouwtjes-schoif
nen een voorbeeld van moede:
de. Keizerschorpioenen zijn lei
barend en de vrouwtjes latei
witte jongen dan ook direct bi
geboorte op hun rug klim
Daar blijven de jongen hoog,
en vooral veilig tot zij gaan vei
len. Ze zijn dan 14 dagen ouden
men op eigen pootjes te staan
Er zijn daar in het Noorden
meer 'enge' beesten geboren,
september kropen er 3 pantsei
kodilletjes uit het ei. Dat was
hele gebeurtenis, want mo«
krokodil legt haar eieren in d
tuur in het warme zand, waara
zon voor het uitbroeden zorgt.Ii
diere tuinen in ons land is eend
nisch gebrek aan zon. maar
krokodil had dat blijkbaar nis
de gaten. Ze verdedigde haarlej
met hand en tand, waarna zij i
ter zwichtte voor een smaks
kippetje, dat voor haar neust
gehouden. Eenmaal opgegrs
bleek het legsel uit 23 eieren te
staan, zodat ze daar in Emma
nog in spanning zitten. Mede
kers van de dierentuin moeten
melijk moeder-krokodil ven
gen, want die graaft de eieren
vlak voor de jongen uitkomen
hoort dat aan een keffend
dat die jongen in het ei maken,
tuurlijk zijn er ook nu weer in
dierentuin grapjassen, die
buurt van de broedstoof me'
krokodille-eieren, zachtjes stas
keffen, in de hoop dat de oppa
de eieren gaat opgraven. V
laat zich niet verleiden. Zelfs:
met een kippetje.
Draait het dierengebeuren dan
leen om dierentuinen, zult u
afvragen. Bedenk dan echter
dierentuinen heel belangrijk'
geworden in het voortbestaan'
bijzonderen diersoorten. Dei
koe is zo'n bijzonder dier
men nog niet zo erg veel
weet.
In Artis is een vrouwtje en n)
netje. De laatste is geen zeest
maar gewoon een mannetjes'
koe, wat op zich al merkwaardis
noemd mag worden. Ik was va
zomer in Amsterdam en brach:
tuurlijk even een bezoekje aar
tis. „Er kan ieder ogenblik een'
koetje geboren worden" z®
vriendelijke mevrouw, die gew
lijk de media op de hoogte kt
van alle bijzonderheden, die in
tis plaatsvinden. Natuurlijk ba
gaan kijken, maar zag niet veel'
de zwangere zeekoe in haar trof
le, kleine bassin. Ook foto's wa
er in die moeilijke omstandig!)6
niet te maken. Achteraf is het»
goed, dat ik niet gewacht heb ot
blijde gebeurtenis mee te maf
want pas dezer dagen kreeg ik
bericht, dat het jong ter wereld
gekomen, maar helaas al dood)
Men was er al bang voor tijdens
baring, omdat het jong me'
kopje het eerst naar buiten k«
en dat is bij zeekoeien goed
Gelukkig heeft de gezondheid
moeder er niet onder geleden'
telde men mij.
Het is overigens hartverwan®
hoe de medewerkers op zo'n trej
geval reageren: alsof het hun®
zeekoetje is. En dat doet een®
dan toch weer goed, hoe zielig
ook is.
Iz.M.deB
Welzijn van dieren in Neder
land" dat in de L.N.O.-reeks
(L'andbouw, Natuur en Openluchtre
creatie) door de Staatsuitgeverij op
de markt werd gebracht. Het boek is
geschreven met steun van het Minis
terie van Landbouw en Visserij door
Daniëlle de Waal.
Aha, zult u nu zeggen, uitgegeven door
de Staatsdrukkerij en steun van de
grote boosdoener van de bio-industrie,
dat zal me wat zijn. In het voorwoord
stond echter al, dat het de opzet van
dit boek was zo objectief mogelijk weer
te geven wat er over het welzijn van
dieren bekend is en wat de heersende
opvattingen hierover zijn. En dat er
hier en daar wellicht conclusies wor
den getrokken die indruisen tegen de
'gevestigde' standpunten. Het Minis
terie van Landbouw en Visserij distan
tieert zich bij voorbaat en stelt dat de
in het boek gepubliceerde meningen
niet noodzakelijkerwijs de opvattin
gen van het ministerie weerspiegelen.
Naar mijn mening is Daniëlle de Waal
uitstekend in haar opzet geslaagd. Zij
behandelt begrijpelijk het welzijn van
gezelschapsdieren, uitheemse dieren
en natuurlijk de landbouwhuisdieren
en schroomt niet ons daarbij af en toe
een spiegel voor te houden.
Bij de gezelschapsdieren wordt veel
aandacht besteed aan de praktijk van
een dierenarts en bij de landbouwhuis
dieren noemt zij duidelijk op welke
punten de bio-industrie faalt. Geluk
kig heeft zij met deskundigen gespro
ken en die geven een bemoedigende
kijk op de toekomst, al zal die toe
komst naar de mening van velen nog
te ver weg liggen.
Mocht er enige kritiek op dit boek zijn,
dan is dat in het hoofdstuk over de Die-
Afwi j kende
paddestoelenflora
Het is geen zeldzaamheid dat ie
mand na een ongeval of als ge
volg van ziekte blijft zitten met een
handicap. Bijvoorbeeld de glazen
wasser die een auto-ongeval krijgt
waarbij zijn rechterbeen dusdanig
ernstig verwond is, dat de chirurgen
geen andere mogelijkheid zien dan
dit been af te zetten. De chirurgen
verrichten de amputatie met veel
zorg en proberen de stomp-uiteinde
zo goed mogelijk te hechten. Na
twee- of drie weken hebben zij hun
werk gedaan. Dat wil zeggen de
wond is mooi genezen en de patiënt
is lichamelijk hersteld.
Echter de patiënt mist wel een deel
van zijn been, de chirurgen kunnen
hem dat niet tërug geven. In zo'n si
tuatie gaat de revalidatie geneeskun
de een rol spelen of tegenwoordig ei
genlijk al eerder. Op het moment dat
de chirurgen besluiten om het been af
te gaan zetten, zal in veel gevallen al
overlegd worden met de revalidatie
arts over het kunstbeen dat de pa
tiënt zal krijgen. Want de manier van
opereren is hiervan afhankelijk.
Na de operatie begint voor de patiënt
het grootste deel van het werk pas.
Hij moet een prothese krijgen, hij
moet leren lopen, hij moet van werk
gaan veranderen en zeker niet het ge
makkelijkste, hij moet het verlies van
zijn been verwerken. De patiënt is
dan ook pas uitgerevalideerd als hij
zich ontwikkeld heeft tot een vlotte
prothese 'loper' met een baan die
hem net zoveel bevrediging schenkt
als zijn vroegere.
Niet altijd zal het even gelukkig ein
digen als hierboven beschreven,
maar het geeft aan waar het revalida-
tie-team voor werkt. Namelijk niet al
leen een lichamelijke genezing van de
handicap, maar het maximaal maat
schappelijk functioneren te bereiken.
In het Engels spreekt men over 'reha
bilitation', dat wil zeggen aanpassen
of eerherstel. Terwijl de Fransen spre
ken over 're-adaptation, wat zoiets
betekent als 'weer aanpassen' of
'weer voegen naar' of 'herscholen'.
Binnen de revalidatie geneeskunde
wordt een verschil gemaakt tussen
volwassenen- en kinderrevalidatie.
Dit is ook voorstelbaar, want de
aanpak en de specifieke problema
tiek is bij kinderen heel anders dan
bij volwassenen.
Zeeland beschikt al vele jaren over
het bekende en befaamde kinder-re-
validatiecentrum Zonneveld. De vol-
wassenenrevalidatie was daar nogal
bij achtergebleven. In 1983 is daar
verandering in gekomen, toen de eer
ste volwassenen revalidatie-arts zijn
intrede in Zeeland deed en er in de
Oosterschelde Ziekenhuizen in Goes
een dagrevalidatie-afdeling van de
grond kwam. Het is verheugend om
te horen dat er nu ook plannen zijn
om een afdeling klinische revalidatie,
waar mensen kunnen worden opge
nomen, te realiseren. Want revalida
tie is niet los te zien van de thuis- en
werksituatie en een grote afstand is
dan een enorme barrière. Niet alleen
huisgenoten spelen een belangrijke
rol bij het bepalen van de aanpassin
gen (aan bijvoorbeeld het huis of de
auto) die voor een bepaalde patiënt
het beste zijn, maar veel zaken moe
ten ook eerst uitgeprobeerd worden
in het revalidatiecentrum, om te be
kijken of de patiënt er in de praktijk
ook mee om kan gaan.
Het streven om patiënten die een re
validatie moeten ondergaan, niet
voor elke behandeling of ieder con
tact met het revalidatie-team het hal
ve land door moeten reizen, wordt
ook bereikt doordat het revalidatie-
team spreekuren verzorgt in alle
Zeeuwse ziekenhuizen. De contacten
met patiënten kunnen dan zo dicht
mogelijk bij huis onderhouden wor
den.
In de revalidatie geneeskunde wordt
dan vanuit meerdere disciplines
naar de patiënt gekeken. Neem als
voorbeeld een huisvrouw, die ver
lamt raakt aan beide benen en hier
door in een rolstoel het huishouden
zal moeten doen.
Enerzijds wordt in het revalidatie
centrum voor een dergelijke patiënt
deze patiënten is het vrijwel noodza
kelijk dat zij dicht bij huis behandeld
kunnen worden. Ook al omdat bij de
behandeling van deze patiënten veel
disciplines betrokken zijn. Naast de
huisarts is er de internist/reumato
loog, de chirurg, de fysiotherapeut en
het revalidatie-team. Door een sterke
betrokkenheid en een direct contact
met het revalidatie-team kan de pa
tiënt zo vroeg mogelijk op de hoogte
gebracht worden van de mogelijkhe
den die de techniek biedt om bepaal
de praktische problemen op te los
sen. En hoeft een patiënt hier niet tij
den mee te tobben.
Een voorbeeld hiervan is de knijp-
kracht van de handen. Patiënten met
reuma kunnen soms als gevolg hier
van op een gegeven moment hun mes
en vork niet meer vasthouden. De er
gotherapeut beschikt in het revalida
tiecentrum over allerlei soorten be
stek, waarmee patiënten dan kunnen
oefenen om een bestek tè vinden,
waar zij het best mee kunnen werken.
Een ander veel gehoord probleem is
het oprapen van kleine dingen van de
grond. Hiervoor bestaan allerlei soor
ten hulpmiddelen, zodat iemand
staand of zittend toch vrij eenvoudig
dingen op kan pakken. Meestal be
staat zoiets uit een soort wandelstok
met een grijparm eraan. Allemaal
eenvoudige dingen, maar je moet wel
even weten dat het bestaat.
R. B. M. R. Bakker, arts
DGD-Zeeland
in de meeste gevallen verbouwd wor
den. Het revalidatiecentrum voert
dan het overleg met de instanties die
betrokken zijn bij de vergoeding van
de kosten hiervan. Dit is in de meeste
gevallen de Gemeenschappelijke Me
dische Dienst (GMD). Een maat
schappelijk werker van het revalida
tiecentrum is behulpzaam bij allerlei
andere zaken, die thuis geregeld moe
ten worden om het gezin draaiende te
houden.
U kunt zich dan ook voorstellen dat
een revalidatiecentrum in de regio
niet alleen de patiënt en het toch al
ontregelde gezin veel reistijd be
spaart, maar ook veel meer mogelijk
heden geeft om de patiënt in zijn
thuissituatie bij te staan.
door de revalidatie-arts en de fysio
therapeut gekeken op welke wijze de
lichamelijke conditie optimaal ge
maakt kan worden. De fysiothera
peut zorgt bijvoorbeeld dat de ver
lamde ledematen soepel blijven en
begeleidt een trainingsschema voor
de spieren, die door de handicap in
tensiever gebruikt worden. Daar
naast beschikt het revalidatiecen
trum over onder andere een aange
paste keuken, waar de patiënt met de
rolstoel kan oefenen en waar boven
dien door de ergotherapeut bekeken
wordt welke aanpassingen in de
thuissituatie het beste zijn voor deze
individuele patiënt. Daarvoor moet
Hierboven hebben wij gesproken
over ongevallen die een gezond per
soon in één keer invalide maken. Dit
zijn vaak heel dramatische situaties,
maar de patiënt kan in de meeste ge
vallen wel naar een eindsituatie toe
werken. Hij of zij is dan uitgerevali
deerd. Dat wil zeggen het revalida
tie-team heeft hem of haar in een min
of meer stabiele toestand gebracht,
waar de rest van het leven op afge
stemd kan worden.
Voor patiënten met chronische ziek
ten, zoals bijvoorbeeld reuma, is dit
veel moeilijker. Hoe bij hen het ziek
teproces verloopt is van persoon tot
persoon zeer verschillend. Juist voor
Donzige melkzwam
Op de Piet zijn elk jaar bij sommige
berken ook boleten te vinden. Het
gaat dan om de gewone berkeboleet
(Leccinum scabrum). Boleten hebben
geen plaatjes maar gaatjes waarin de
sporen tot rijping komen. Kenmer
kend is de steel, die naar de voet dik
ker wordt en bekleed is met donker
bruine vlokjes. Evenals melkzwam-
men plegen alle boleten een vorm van
symbiose met bomen. De mycelium-
draden staan hierbij in contact met
boomwortels (wat mycorrhiza wordt
genoemd), waarvan zowel de boom
als de paddestoel profijt heeft.
Het schijnt dat de slechte toestand
van bomen door de zure regen vooral
hiermee te maken heeft. Vaak kan een
zwamsoort slechts mycorrhiza vor
men met heel bepaalde boomsoorten.
Dit komt soms tot uiting in de Neder
landse namen. Zo bestaan er naast
verschillende soorten berkeboleten
ook een populierboleet, een haagbeuk-
boleet en een eikebolèet.
De bijzonderheden op paddestoelen-
gebied van de Zeeuwse bossen zitten
echter niet zozeer in de groep mycorr-
hizavormers, maar meer in de saprofy-
ten -— soorten die leven van rottende
bladeren en takjes. Met name aan
inktzwammen en franjehoeden is bij
ons veel interessants te ontdekken. Zo
is de asgrauwe franje hoed (Psathyrel-
la tephrophylla) landelijk vrij zeld
zaam maar in Zeeland in vrijwel elk
bos gevonden. Om te zien is hij weinig
spectaculair: een dunne, bruine of vrij
licht gekleurde hoed van gemiddeld 5
centimeter breed en een witte steel. De
betiteling 'asgrauw' slaat alleen op de
plaatjes. Vooral door de vrij grote hoed
is deze franjehoed redelijk kenmer
kend. Dat is wel eens anders in dit
moeilijke geslacht. Niemand kijkt
daarom op, als je een franjehoed ziet
waarvan de hoedrand inderdaad mooi
behangen is met witte sluier- of ve-
lumresten. Dat komt meer voor. An
ders wordt het wanneer de microscoop
er wordt bijgehaald, de determinatie
onmiskenbaar de naam Psathyrella
casca oplevert en blijkt dat deze nog
maar één keer eerder in ons land is ge
vonden. De Piet is toch wel een bijzon
der bos.
Naast wat we traditioneel paddestoe
len noemen, biedt de mycoflora van de
Piet tenslotte nog enkele soorten die
het moeten stellen zonder hoed met
plaatjes of gaatjes. Twee weken gele
den konden bijvoorbeeld op gras in het
duinachtige terrein aldaar veel slijm-
zwammetjes gevonden worden, bui
tengewoon opvallend en sierlijk van
aard. Waarschijnlijk behoorden ze alle
tot één soort, al varieerden de kleuren
van wit tot blauwgrijs.
Tussen het gras van een pad in het
noordelijke bos stonden toen ook vrij
onopvallende knotszwammetjes. De
ze hebben slechs de eenvoudige vorm
van een knots of knuppel, vaak ter
lengte van enkele centimeters. De
kleur van dit groepje was bijna wit en
gezien de standplaats in een jong klei-
bos moest het wel de beige knots-
zwam zijn (Clavaria daulnoyae), een
soort die buiten Zeeland en Flevoland
vrijwel niet voorkomt. Dat zijn zo van
die dingen die je even moet weten.
Moeizaam gedoe met een microscoop
kan dan gewoon achterwege blijven.
9 J. W. Jongepier
renbescherming. Het 6e hoofdstuk is
hieraan geheel gewijd onder de titel
'Dieren beschermen, een zaak voor de
dierenbescherming' en hoewel hier
dierenbescherming met een kleine d
wordt geschreven blijkt het geheel
over de Nederlandse Vereniging tot
Bescherming van Dieren en enkele
nauw met deze organisatie samenwer
kende groeperingen te gaan. Hoewel
de Dierenbescherming veruit de be
langrijkste organisatie op dit gebied in
ons land is, zijn er daarnaast nog een
honderd-tal andere groeperingen,
waarvan het ledental waarschijnlijk
een veelvoud van dat van de Dierenbe
scherming telt. Uit een oogpunt van
objectiviteit had de stem van deze
zwijgende minderheid minstens ge
noemd mogen worden.
Verder lijkt het mij, dat secretaris (en
niet voorzitter) Mat van Zuuren niet zo
blij zal zijn met de vermelding dat de
Dierenbescherming een rijke vereni
ging is. Immers men komt daar per
jaar ongeveer een miljoen tekort en
zou, als er geen erfenissen en legaten
werden ontvangen, het structurele
werk slechts enkele jaren kunnen vol
houden. Bovendien zou men kunnen
veronderstellen, dat de andere organi
saties die in het boek worden genoemd
arm zijn en daar zou ik mijn hand niet
voor in het vuur durven steken.
Tenslotte komt naar mijn mening in
het boek niet geheel duidelijk naar vo
ren of de Dierenbescherming nu wel
echt tegen elke vorm van proefdierge
bruik is. Alleen al omdat rechtlijnige
leden er recht op hebben dit te weten.
Op deze kleine onvolkomenheden na,
is het een pracht boek, dat eigenlijk
verplicht moest worden gesteld op alle
middelbare scholen. Doch zeker in ie
der gezin gelezen moet worden, want
de prijs 16,90) zal voor niemand echt
onoverkomelijk zijn.
Iz. M. de Klerk
Staatsuitgeverij.
In verband met het laatste zijn in het
zuidelijke deel veel elzen aangeplant,
omdat die vooral op vochtige plaat
sen gedijen, Bij elzen kunnen ver
schillende gespecialiseerde paddes
toelen groeien. Met name Naucoria-
soorten zijn uitgesproken elzenbege
leiders. Dit zijn vrij kleine paddestoe
len met een oranjebruine hoed en dito
plaatjes. Vooral de bleke elzenauco-
ria (Naucoria escharoides) en de don
kere elzenaucoria (Naucoria scoleci-
na) groeien hier zeer veel. Een ander
liefhebber van elzen die er staat, is
een broertje van de gewone krulzoom,
de geschubde krulzoom (Paxillus fila-
mentosus), die van de eerste vooral
verschilt door de duidelijke schubbi
ge hoed.
Er zijn trouwens veel meer voorbeel
den van een innige samenwerking tus
sen bepaalde bomen en paddestoelen.
Eén daarvan is de donzige melkzwam
(Lactarius pubescens), een stevige,
bleek gekleurde paddestoel waarvan
de hoed in het midden verdiept is. In
derdaad is de hoed ook donzig van
aard door loslatende vezels. Dat het
een melkzwam is, is snel te constate
ren door de plaatjes licht te beschadi
gen: er verschijnen dan druppeltjes
wit sap. Kortom, een goed herkenbare
soort. Zonder uitzondering staan don
zige melkzwammen bij berken. En om
dat te zien, hoeft u niet eens een bos
met berken (zoals op de Piet) in te dui
ken. Ze staan ook vaak in de tuinen
waar berken zijn aangeplant. In mijn
woonomgeving heb ik dat al verschei
dene malen opgemerkt. Voor andere
waarnemingen houd ik me aanbevo
len. Hoe het er rond de berk uitziet,
maakt overigens niet uit. Tuinplan
ten, een gazon, de donzige melkzwam
groeit er wel tussendoor.
(Advertentie)
Slijmzwam
ALTIJD IETS NIEUWS ONDER DE ZON
Originele ski boots
voor lekker warme
voeten. Met inge
bouwde kuipzool.
Maten 35/37 t/m
44/46. In diverse
kleuren o.a. aqua,
mint, navy en