INTERIEUR
...ik ga uit
van eenvoud.
won«n
iidagl
de vrij(e)dagkrant
9 en 11 wonen
13 auto/beurs
15 voeding/mode/
16 uit/films
17 kunst en krant
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
Z XX t
zelfstandig
eenvoud
redactie
PZC-bijlagen
opening kantoren:
de woninginrichters houden deze
maand een gezamenlijke actie: tal
van noviteiten bieden de consu
ment genoeg keuze
het dutch design center geeft het
nederlandse moderne meubel een
eigen gezicht
geef autokrakers geen kans
de femina; een feestelijke consu
mentenbeurs met tal van extra's
de groenteman als raadgever
het haar blijft kort in de nieuwe
haarmodelijn
de wekelijkse uit-agenda
een nieuwe aflevering van kunst,
en krant
het programma van de zeeuwse het overzicht van de exposities in
bioscopen
de omgeving
vrijdagkrant
iJ
Tijdens de Internationale Meubelbeurs in Utrecht afgelopen maand, kende de jury unaniem de
'Prijs voor jonge ontwerpers' toe aan Rob Hermes (28). Deze Arnhemse ontwerper studeerde in
juni dit jaar af aan de Arnhemse Kunstacademie, richting Drie-D-Design (Produktontwerpen).
Zijn specialisatie: meubelontwerpen. Zijn bekroonde ontwerp, een tafel met half-transparant
glazen blad, was één van zijn eindexamenwerkstukken.
Rob Hermes startte zijn opleiding aan de MTS, waar hij werktuigbouwkunde studeerde. Na af
ronding hiervan begon hij aan de opleiding Industrieel Ontwerpen in Eindhoven, maar stapte na
enige tijd over naar de Arnhemse Kunstacademie.
In zijn krappe benedenwoning aan de Arnhemse Hommelseweg vertelt Hermes over de proble
men die hij als jonge ontwerper tegenkomt, zijn visie op meubelontwerpen en materiaalgebruik.
„Meubels spreken me aan qua vormtaal en gebruikersaspect. Daarom heb ik voor mijn eindexa
men die richting gekozen. Ik wilde met één richting bezig zijn en niet bijvoorbeeld een stofzuiger
ontwerpen naast een kast".
in™ Uet jury-rapport liet er geen
L twijfel over bestaan: 'Wij
[en mogen spreken van een zeer
talentvolle jonge ontwerper'.
De door Rob Hermes
ingezonden tafel werd tijdens
de Internationale Meubelbeurs
unaniem uitgekozen, waarbij in
)or de beoordeling werd gesproken
ïkoi
van 'een perfecte constructie',
'r k 'mooi en zeer goed
e P" materiaalgebruik' en 'zeer
;xP< bruikbaar'.
De gecommitteerde Gijs Bakker
Ie t zag in juni bij de beoordeling van
'al-Rob Hermes' eindexamenwerk
'enniet zo veel in de bekroonde
an: tafel. Zowel niet qua vormgeving
t la: als qua materiaalgebruik. De
:reil docenten van de Arnhemse
Academie reageerden met
'redelijk'.
De bekroonde tafel staat nu in
de kleine achterkamer van de
benedenwoning in Arnhem.
Tussen het aanrechtblokje en de
tekentafel. Het glazen blad
lichtelijk bestoft.
Rob Hermes relativerend: „Die
wisselende reacties verbazen me
niet. Er zijn tegenwoordig zoveel
stromingen naast elkaar. En niet
alles spreekt iedereen aan" Heel
an: simpel...
ges Achterovergeleund in een zwart
tweezitsbankje draait hij een
.r >r sigaret. „Zo'n prijsvraag brengt
n n je spullen onder de aandacht. En
rkii daarbij gaat het er niet eens zo
dezeer om dat die spullen ergens
rsc{' een ingang vinden. Het gaat
eromdatjejezelfpresenteert. Er
tie komt echt niemand naar je toe.
[ra(. Je moet het zelf doen. Als je van
r t-zo'n academie afkomt is er niets
eni; en niemand. Op die academie
ug'j- verkeer je in een beschermd
lef.milieu, maar daarna is er
;an] niemand meer. Ik moet nu van
een uitkering leven en dat is
^moeilijk rondkomen. Ik zou
B*i graag bepaalde dingen doen en
verder ontwikkelen maar dat is
financieel onmogelijk. Ik kan
nauwelijks leven, laat staan die
andere dingen doen.
Er bestaat een
startersstipendium en ik denk
erover dat aan te vragen, maar
het nadeel daarvan is dat je
weer in een soort beschermd
milieu terecht komt. En het
moet op een gegeven moment
toch door jezelf gebeuren. Ik
probeer daarom zo zelfstandig
mogelijk aan de gang te gaan. Ik
ben nu dan ook bezig aan de
verdere ontwikkeling van de
stoeltjes die ik voor mijn
eindexamen gemaakt heb en ik
heb wat opdrachten daarnaast.
Onder andere voor een
binnenhuisarchitecte. Maar als
iemand mij zou vragen om een
beeld te maken zou ik dat ook
doen. Misschien sta ik over een
jaar wel fanatiek keramiek te
maken. Ik heb nu nog geen
keuze. Ik ben nog niemand.
Straks misschien wel
MTS-werktuigbouwkunde,
industrieel ontwerpen in
Eindhoven, produktontwerpen
in Arnhem en meubels
ontwerpen. Hoe zit dat?
„Ik ben tijdens mijn opleiding
aan de MTS in aanraking
gekomen met vormgeving. Ik
liep stage bij een fabriek die een
beetje bezig was met
De tafel met half-transparant glazen blad
Een simpele kast in kunststof
vormgeving en daar werd mijn
interesse gewekt. Ik ben toen na
afloop van die opleiding naar
Eindhoven gegaan maar daar
ging het niet. Er werd echt
gedicteerd 'dit is vormgeven en
dat kun je doen of niet'. In
Arnhem gaan ze veel meer uit
van het individu en bekijken ze
wat daarmee te doen valt. Ik kon
hier op mijn eigen manier
werken. Ik heb toen voor mijn
eindexamen voor de
meubelontwerp-richting
gekozen omdat ik een bepaalde
affiniteit heb met interieur.
Meubels spreken me aan qua
vormtaal en gebruikersaspect.
Ik zou ook best een mixer willen
maken maar daar valt minder
aan te beleven. Er zijn dan teveel
praktische aspecten die bepalen
hoe zo'n ding eruit moet gaan
zien. Bij meubelontwerpen heb
je een veel grotere vrijheid, zowel
wat betreft de constructie als
materiaalgebruik. Ik moet er bij
een fauteuil vanuit gaan datje er
in moet kunnen zitten. J e hebt te
maken met functies, maar
daarbuiten is een hoop
mogelijk".
Hij wijst op een stoel in de
krappe voorkamer. Een soort
kuipstoel van multiplex met
berkenlaminaat. „Hier moetje
echt in zitten. Deze stoel is puur
door vorm en maat comfortabel.
Zuiver door de houding van
mensen te bestuderen kun je
zitcomfort creëren. Ik had bij
deze stoel een bepaalde sfeer,
een bepaald beeld voor ogen.
Iets klassieks. Er moest een
bepaalde rust van uit gaan. Een
fauteuil om echt in te zitten
lezen, of muziek te luisteren.
Niet zo één tussen tien
verschillende anderen.
Die sfeer heb ik vastgelegd door
de vorm en de kleur. Ik heb zeker
zo'n veertig of vijftig proefjes
met waterbeits geprobeerd voor
ik de juiste kleur had. En ik vind
dat ik nu de juiste sfeer heb
getroffen. De stoel nodigt uit om
te zitten". Grinnikend: „Ik zit er
zelf veel in".
„Ik heb geen bepaalde stijl.
Maar ik ga wel uit van
eenvoudig gebruik van
materiaal en constructie". Een
tweede stoeltje wordt erbij
gehaald als voorbeeld. „Dit
visualiseert die eenvoud.
Gewoon een dom oerstoeltje.
Zoals er zovelen staan. Maar ik
ben hier uitgegaan van het
principe buisjes. Heel simpel. Ik
heb de stoel wat meer 'smoel'
gegeven met kleine dingetjes
als schroefjes en buisjes". Het
stoeltje bestaat uit een metalen
frame met
schuimrubber-isolatierollen
als rugleuning en zitting.
„Eenvoudig materiaalgebruik
houdt voor mij in dat ik nooit
iets bijvoorbeeld dekkend zal
aflakken, waardoor de structuur
van dat materiaal verdwijnt. Je
moet bijvoorbeeld bij hout de
nerf kunnen blijven zien. Op dit
moment verwerk in veel metaal.
Dat heb ik met name voor mijn
eindexamen gebruikt. De
stoeltjes die hier staan zijn ook
examenwerkstukken. Het zijn in
feite allemaal proto-typen. Het
nadeel van die
eindexamenstukken is datje
pas naderhand ziet wat er moet
veranderen. Ik merk nu dat een
fabrikant de dingen heel anders
ziet. En daar ga ik in mee. Je
kunt wel een bepaalde filosofie
hebben, maar het moet wel
uitvoerbaar zijn. Vandaar dat ik
deze stoelen nu verder
ontwikkel, en ga proberen met
deze modellen ingangen te
vinden bij fabrikanten.
Je komt op een zeker moment
toch in een strijd met
sterk j e op dat moment staat.
Ik geloof er niet in dat ik alles
kan maken wat ik wil. Je moet
binnen bepaalde aspecten
werken. En dat vind ik juist het
spannende. Als ik die grenzen
niet prettig zou vinden moet ik
beeldhouwer worden"
Hoe stel jij je de toekomst voor.
produktiemensen en de
marketingafdeling. Het is aan
jou om hen ervan te overtuigen
dat het wél zo moet. Ik denk dat
ik in principe niet zou meegaan
met een fabrikant als hij iets aan
mijn ontwerp zou willen
veranderen. Maar dat heeft
natuurlij k ook te maken met hoe
De jonge Arnhemse ontwer
per Rob Hermes aan zijn be
kroonde tafel
Fauteuil in multiplex met berkenlaminaat en rechts het eenvoudige
'oerstoeltje'
Een tweede Jan desBouvrie?
Hij lacht even en formuleert dan
zijn woorden voorzichtig. „Ik
kan me niet voorstellen dat ik zo
zou werken. Ik wil mijn eigen
proto-typen blijven maken. Die
directheid, dat uitproberen wil
ik blijven doen. Ik wil uit de
materialen halen wat er in zit.
Als je twintig j aar in het vak zit
heb je natuurlijk een bepaalde
kennis en routine. Maar ik denk
dat het risico er in zit datje
nieuwe technieken en
materialen die dan aan de orde
zijnniet meekrijgt, alsjenietin
de werkplaats bezig bent. Ik wil
dat bijhouden".
„Ik heb vertrouwen in de
toekomst. Ik zit nu moeilijk.
Naastmijnstudieschuld aan
'Groningen' heb ik elders nog
extra schulden gemaakt om
mijn examenwerkstukken te
kunnen uitvoeren. Want dat -
kost veel geld. Ik heb her en der
wat geleend en iets kunnen
bij verdienen maar financieel zit
ik erg slecht.Maar ik heb
positieve reacties en zie zeker
mogelijkheden voor de
toekomst".
Rob is nu bezig om samen met
een aantal andere
afgestudeerden van de
Arnhemse academie een soort
ontwerperscollectief op te
richten. „Als je op de academie'
zit heb je dagelijks contact met
anderen en hou je automatisch
voeling met wat anderen doen.
Als je alleen werkt wordt je
perspectief te nauw. Het is heel
belangrijk om contact met
andere ontwerpers te houden.
Niet alleen op je eigen terrein.
Wat ons voor ogen staat is
samen bepaalde faciliteiten te
delen, zoals bijvoorbeeld een
werkplaats, maar wel
onafhankelijk van elkaar te
werken. Je kunt dan onderling
ervaringen uitwisselen. Dan
blijf je flexibel.
Materialen en technieken
veranderen steeds. Ik werk nu
veel met metaal, maar dat deed
ik twee j aar geleden niet. En dat
doe ik over een jaar misschien
ook niet meer. Dat wisselt bij mij
erg sterk. Ik heb geen echte
voorkeur voor een materiaal. Zo
heb ik een kast gemaakt van
kunststof, lexaan. Heel simpel.
Twee zijstukken heb ik zo
gebogen dat er drie planken in
passen en dat is de hele
constructie. Zonder schroeven
en boren of zoIk heb er leuke
reacties op gehad en toch
accepteren de mensen haar niet.
Ze vonden het een leuke kast
maar zagen haar niet in hun
eigen kamer staan. De
gemiddelde Nederlander wil
allereerst een praktisch kastje,
een beetje gek mag wel maar dan
houdt het op. Bovendien is het
materiaal moeilijk schoon te
maken".
„En naast metaal verwerk ik
glas. Zoals bij die tafel waarmee
ik in Utrecht heb gewonnen. Het
frame bestaat uit driezijdig
koperprofiel, dat ik heb
geschuurd en bewerkt met een
blanke metaalvemis. Het frame
bestaat uit drie driehoeken die
elkaar telkens op twee punten
raken. Het is eigenlijk
opgebouwd rond een
piramidevorm. Het glas heb ik
laten stralen. Daardoor wordt
het eng wittig en ondoorzichtig.
Ik heb er een laagje over gedaan
om het half-transparant te
krijgen. Ik wil daarmee de relatie
tussen het frame en het blad
aangeven. Je ziet de contouren
van het frame maar j e hebt toch
'privacy' als je aan tafel zit. Ik
vind het gênant als je aan een
tafel zit met een glazen blad dat
volkomen doorzichtig is".
„Een variatie "op deze tafel ben ik
nu aan het maken met een
granieten blad. Maar door het
gewicht (425 kilo) heb ik een
ander frame moeten
ontwikkelen. Het is een
opdracht. De tafel komt in een
vergaderruimte". De tekening
van de tafel ligt op de rommelige
tekentafel. Daarboven hangt
een uitpuilend boekenrekje.
Zwart en beslist niet van 'eigen
hand'. Glimlachend: „Een heel
oud rekje, uit de jaren zestig.
Half Nederland hangt er vol
mee".
Een toekomstdroom
ANNEMARIE ZEVENBERGEN
w
Walstraatpromenade 56-60
4381 EG Vlissingen
tel. 01184-84000 (toestellen 217 en 2181
Middelburg:
iMarkt 51
4331 LK Middelburg
tel. 01180-81000
Vlissingen:
4381 EG Vlissingen
Walstraat 56-60
tel. 01184-84000
Goes:
Grote Markt 2
4461 AJ Goes
tel. 01100-31800
Terneuzen:
Nieuwstraat 22
4351 CW Terneuzen
tel. 01150-94457
Hulst:
Steenstraat 6
4561 AS Hulst
tel. 01140-14058
Van maandag tm vrijdag
van 08.00 tot 17.00 uur.
VRIJDAG 2 OKTOBER 1987