NEELTJE JANS |IhMï jfl- ■■HL 39 I Hoe Neeltje Jans aan haar naam I is gekomen is onduidelijk. Moge- I lijk is een inwoner van Schou- I wen, een zekere Nele Jans, de I naamgever. Een andere verkla- I ring die aannemelijk lijkt, maar I waarvoor evenmin bewijzen zijn I te vinden, is dat de plaat is ge- I noemd naar een schip dat erop is I vastgelopen. veranderingen niveau rJmr- aankoersen op iets groots Met de vaststelling van het tracé voor de dichte Oos- I terscheldedam, begin 1969, I werd de toekomst van Neeltje I Jans ingeluid. De dam kwam I ver in de monding van de Oos- I terschelde te liggen om daar- 1 mee zoveel mogelijk dijken I langs de zeearm in de veilige be- I schutting van de kering te bren- I gen. Werkeilanden werden ge- I projecteerd op de platen om het I stroompatroon zo min mogelijk I te beïnvloeden. Drie van die ei- I landen moesten er komen: op de li Roggenplaat, op de oostelijke I uitloper van de plaat Noord- I land en op de Neeltje Jans-plaat. I Drie werkeilanden waren nodig I in verband met de methode die I voor de sluiting van de Ooster- I scheldedam was gekozen: be- I tonblokken die in de drie I stroomgeulen Hammen en I Schaar van Roggenplaat en I Roompotidebetrekkelijkondie- I pe opening tussen Neeltje Jans I' en Noordland werd met zand I dichtgespoten) zouden worden I gestort. In de eerste twee I stroomgeulen zouden daarvoor Ij uitsluitend kabelbanen worden gebruikt. Voor de sluiting van de Roompot waren ook schepen voorzien om de betonblokken te j dumpen. Voor een vlotte bela- ding van de gondels waren blok- kenstapelplaatsen nodig. Die i werden op de Noordbevelandse I en de Schouwse oever en op de j werkeilanden geprojecteerd. In 1970 begon de aanleg van het werkeiland Neeltje Jans vol- I gens een ontwerp dat vrijwel niets weg heeft van het huidige 1 aanzien. De uiteindelijke vormgeving is j in belangrijke mate bepaald 'j door de ontwikkelingen vanaf de 1 oorspronkelijke opzet voor een I geheel gesloten Oosterschelde- 1 dam tot aan de nu voltooide I stormvloedkering. Hoewel de 1 opgespoten plaat aanvankelijk j bedoeld was als een stuk water- kering, heeft hij door de toevoe- j ging van allerlei havens, bouw- dokken en dergelijke meer het uiterlijk van een kunstmatig ei- land gekregen. Geheel volgens de plannen voor de dichte dam is in het voorjaar I van 1973, nog juist voor de beslis- sing om de werkzaamheden in verband met de gewijzigde in- zichten te temporiseren, de on diepte tussen Neeltje Jans en Noordland opgespoten: het damvak Geul. - Na de beslissing om de Ooster- schelde niet volledig af te slui ten, veranderde Neeltje Jans in een rap tempo. „We waren steeds bezig met aanpassingen die precies aansloten bij de op lossingen voor een doorlaatba re dam die toen in studie wa ren", zeggen G. Boot en M. Oose van rijkswaterstaat die nauw betrokken zijn geweest bij het ontwerp en de uitvoering van die aanpassingen. Een serieuze mogelijkheid was een caissondam. Boot en Oose hebben zich uitgebreid bezigge houden met de vraag waar die caissons zouden kunnen worden gebouwd. Er is naar de Schelp- hoek bij het Schouwse Seroos- kerke gekeken, maar al spoedig werd duidelijk dat de bronbema ling die zou moeten worden toe gepast om de bouwputten vrij van water te houden half Schou wen zou droogzuigen. Daarom viel de keus op Neeltje Jans. Daar werden twee bouwputten geprojecteerd. Oose: „Het is on voorstelbaar wat we daar alle maal aan hebben getekend". Al dat tekenwerk resulteerde in twee bouwputten, Schaar en Roompot, achtereenvolgens 100 en 80 hectare groot. Terwijl de aanleg daarvan in uitvoering was, kwamen de leiders van het Oosterscheldeproject tot de slotsom dat een caissondam te moeilijk zou worden. Het idee van pijlers op putten kwam toen op tafel en het leek erop alsof het werk aan de bouwputten voor niets was geweest. De put Schaar werd nog wel voltooid, maar de dijk die de bouwput Roompot moest omsluiten bleef open. Nadat de schetsen van een dam bestaande uit op putten ge bouwde pijlers ook in de prullen mand waren verdwenen, kwam de uiteindelijke pijlerdam in zicht. Ook voor de bouw van die pijlers is eerst aan Schelphoek gedacht en zelfs aan een locatie in de buurt van de Zeelandbrug. Neeltje Jans bleek toch verre weg te verkiezen als bouwplek. De bouwput Schaar werd ver deeld in vier compartimenten zodat het mogelijk was de eerste pijlers al te plaatsen om het mo ment dat aan de laatste en aan de dorpelbalken nog volop werd gewerkt. De niet voltooide bouwput Roompot kreeg de functie van haven, waaraan de filtermattenfabriek kwam te lig gen en waar een groot deel van de stenen voor de drempel van de stormvloedkering is aange voerd. „Het viel niet altijd mee om je eigen werk steeds weer over te moeten doen of aan te passen aan de hand van de nieuwste inzichten over de aan leg van de kering", zeggen Boot en Oose terugblikkend. „Je kwam op maandagochtend wel eens op het werk met de gedach te: o jee, wat zullen ze nu weer hebben bedacht in het weekein de". „Het woord pretpark wil ik ab soluut niet horen", zegt de gede puteerde voor recreatie en toe risme heel resoluut. „Het moet veel niveau hebben, heel veel niveau". Gedeputeerde J. Ven- tevogel is heilig overtuigd van de mogelijkheden die Neeltje Jans als publiekstrekker van de eerste orde kan bieden. Hij heeft er de afgelopen tijd meermalen zijn politiek-bestuurlijke nek voor uitgestoken. Voor hem zijn de feiten duidelijk: in de mon ding van de Oosterschelde kan iets moois tot stand komen, dat niet alleen de toeristen vreugde biedt, maar ook veel werkgele genheid oplevert voor Zeeu wen. De ontwikkeling van Neeltje Jans: het speelt al een aantal ja ren en het zal nog menigmaal de gemoederen verhitten. Echt van de grond is er nog niets geko men. Of het zou het voorlich tingscentrum over de Deltawer ken moeten zijn, waarvoor rijks waterstaat, het nationaal bu reau voor toerisme en de ver voermaatschappij Zuid-West- Nederland de handen ineen heb ben geslagen. Ventevogel be schouwt dat - hoe goed bedoeld ook - niet als een grote publiek strekker van niveau. In zijn visie is dat centrum op de bovenste verdieping van het bedienings gebouw Topshuis, hooguit een deel van het toekomstig geheel en dan zeker niet het meest aan dacht trekkende. In het kader van de inspraak over de inrich ting van de werkeilanden in de Oosterschelde (Neeltje Jans, Noordlan, Roggenplaat! zijn en kele tientallen ideeën aange reikt, maar ook die vermochten de gedeputeerde niet uit zijn ze tel doen opveren. De plannen ademden eerder een spruitjes lucht uit dat niveau. Ventevogel heeft zijn hoop voorshands geheel gevestigd op Louis van Gasteren, die voor de nadure uitwerking van zijn 'gou den idee' voor Neeltje Jans wordt bijgestaan door creatieve en zakelijke deskundigen. Van Gasteren heeft het plan gelan ceerd om op Neeltje Jans drie enorme koepels te bouwen. Daaronder kunnen zeer verschil lende activiteiten ontwikkeld worden. Zo zijn er gedachten over een nationaal waterbouw kundig museum en een perma nente expositie over wat Neder land presenteert op het gebied van de waterbouw. Onder één van de koepels kan ruimte wor den gereserveerd voor vertier. Van Gasteren wil de natuurwe tenschappelijke waarden die zich op Neeltje Jans kunnen ont wikkelen en de mogelijkheden die het Damvak Geul biedt voor de strandrecreatie respecteren. Vandaar dat hij zijn koepels ge concentreerd bij het bouwdok Schaar wil situeren. De overge bleven pijler in het dok moet - dat is voor Van Gasteren een uit gemaakte zaak - worden droog- gezet en aangekleed met funde- ringsmatten, drempelbestortin- gen, delen van de verkeerskoker, dorpelbalk, schuif en bovenbalk, zodat de bezoekers van het ei land kunnen zien hoe de storm vloedkering is opgebouwd en er varen hoe kolossaal de nu vrij wel geheel onder water verdwe nen pijers zijn. Om.het kunstma tige karakter van het eiland te onderstrepen is een van de on derdelen van zijn plan de ver vaardiging van een aantal reus achtige bouten en moeren uit be ton die de indruk moeten wek ken alsof Neeltje Jans daarmee aan de bodem van de zeearm is vastgezet. Het plan van Louis van Gasteren - die eerder onder meer een project rond Normaal Amsterdams Peil opzette - kreeg voorshands de voorkeur boven het Zee-Tech-Center dat door Amerikaanse combinatie Harrison Price/Barry Howard was verzonnen. Provinciale staten hebben geld beschikbaar gesteld voor het maken van een uitgewerkt schetsplan en een haalbaar heidsonderzoek (enkele andere instanties deden ook een duit in het zakje, om aan een totaalbe drag van ongeveer één miljoen gulden te komen). Bij de inge bruikname van de stormvloed- keryng hadden belangstellen den al kennis moeten kunnen nemen van de mogelijkheden die Van Gasteren cs zien. Edoch, er is vertraging ontstaan. Ventevogel: „We mikken op eind 1986 voor het uitgewerkte idee en de globale kosten-baten ana lyse. Het uitwerken van een plan zal dan in 1987 zijn beslag moe ten krijgen, vooropgesteld datje voor 80 tot 90 procent duidelijk heid hebt over de realisatie". De gedeputeerde wil omstreeks de vierde oktober wel een voor proefje presenteren, nog zonder financiële onderbouwing en een marktverkenning. Hij onder streept dat het hoe dan ook een zaak van lange adem is. „De ont wikkeling van Neeltje Jans duurt nog zeker 3 tot 5 jaar. Daarna pas kunnen de eerste toeristen komen". Ventevogel is zich er terdege van bewust dat alle ogen van de Ne derlandse toeristen-industrie gericht zijn op Neeltje Jans. Hij wijst erop dat echt grootschalige recreatieprojecten in Nederland tot nu toe zijn mislukt, dat wil zeggen door gebrek aan financie ringsmiddelen zijn blijven ste ken in de planfase (zoals bijvoor beeld Water Wonderland). Het is vooral de politicus Vente vogel (er zijn per slot van reke ning in 1987 statenverkiezingen en hij wil nog wel een nieuwe ronde mee) die alvast enig voor behoud inbouwt, voor het geval de grootste plannen van inter nationale allure niet kunnen doorgaan. „Het is niet uitgesloten dat ik zal zeggen: een grootschalig project is toch niet haalbaar, laten we iets doen op bescheidener schaal. Dat is doodgewoon ge zond verstand, geen prestigever lies. Ik vind wel dat je in eerste aanleg zo hoog mogelijk moet mikken en pas als blijkt dat het niet kan, een stapje terug doen. Het is ook helemaal niet uitge sloten datje werkt met fasering. Wel een totaalplan, maar dat vul je niet ineens in". De gedepu teerde tekent aan dat het gebied Neeltje Jans op zich geen pro bleem is. Er is genoeg ruimte en aan verbetering van de toelei- dende wegen wordt gewerkt. Ge let op de bewuste keus voor een kleinschalige wegenstructuur in Zeeland, voorziet Ventevogel wel strubbelingen. „Als je op topdagen veel mensen krijgt, dan zullen er waarschijnlijk 10.000 naar het strand willen, 10.000 naar het project - hoop ik - en ook nog eens 10.000 die over de stormvloedkering van Zierik- zee naar Middelburg willen. Dan kan het wel eens verschrikkelijk druk worden". De haalbaarheid in de markt is naar de mening van Ventevogel het allerbelangrijkste onder deel van de eerste fase. „Het draait om de inschatting van de aantrekkelijkheid van wat je te bieden hebt. Als je twee wande lende muizen Iaat zien, dan ko men er tien mensen kijken. Laat je die muizen ook nog dansen, dan komen er honderd. Het gaat erom: wat is de attractiewaarde en welke doelgroepen kun je trekken. Wij mikken op een zo breed mogelijke markt". De ge deputeerde windt er geen doek jes om: de optelsom gaat al heel gauw in de richting van honder den miljoenen guldens. „Hoe groter de investering, hoe gro ter het risico voor de investeer ders. Daar moeten we een even wicht in zien te zoeken". ben jansen en rinus antonisse De Amsterdamse kunstenaar, filmmaker en ideeën- man Louis van Gasteren heeft de plaats zorgvuldig bepaald: 51°-37'-48" noorderbreedte en 03°-42°-12" oosterlengte. En als het aan hem ligt moeten vijf ko lossale betonnen moeren en bouten ervoor zorgen dat het er blijft liggen ook. Neeltje Jans, een kunst matig eiland in de monding van de Oosterschelde. Bouwplaats voor een aantal wezenlijke onderdelen van de pijlerdam, schakel in de stormvloedkering en in de toekomst wellicht het terrein waar de grootste recreatieve en toeristische trekpleister van Neder land zal verrijzen. In nog geen twintig jaartijd is Neel tje Jans ontwikkeld van een zandplaat met een naam waarvan de herkomst duister is tot een eiland met grote mogelijkheden. Mogelijkheden, die alleen door de investeringsdurf van bedrijfsleven en overheid lij ken te worden begrensd. vmjTsrm. Bf L idi Louis van Gasteren foto peter senteur PZC WOENSDAG 17 SEPTEMBER fotografie: wim riemens het jaar 1982 Bezuiniging. De koorts slaat nu van de Oosterscheldewerken over naar het peerwezen dat we hier binnenkort 'het Leedwezen' gaan noe men. Twee miljoen snoeien. Dat betekent dat aanpassingen die de veer- pleinen geschikt moeten maken voor de vaart met dubbeldekkers, niet worden uitgevoerd. Vorig jaar zijn op Vlissingen-Breskens en Kruinin- gen-Perkpolder samen 8.661.636 betalende passagiers overgezet. Euro cheques worden geaccepteerd. De Deltawerken trekken wereldwijde belangstellingZo af en toe schuift er een auto met de standaard van het hoog gezag in top, door de dreven. Men zegt dat de Russen véél belangstelling hebben in verband met hun problemen in het waterige Leningrad. Vlij onze Schelde, zij hun Newa. De interesse van velen maakt voorlichting noodzakelijk. Wie iets maakt, moet het tenslotte ook nog eens verkopen. Men denkt nu aan een voorlichtingscentrum in het bedieningsgebouw op de stormvloed kering. Daar verwacht men honderdduizenden bezoekers per jaar. Intussen gaat men ook de boer op. In het Institut Néérlandais in Parijs, de triomphhal van Sadi de Gorter, wordt een mini-congres gehouden waarop de Oosterschelde ten voorbeeld wordt gesteld aan honderd Franse milieudeskundigen. Die zou ik wel eens bij elkaar willen zien. Voor andere milieuzaken moet men blijkbaar ook buiten de provincie zijn. Zo is in Amsterdam de Stichting tot Behoud van het Verdronken Land van Saeftinge opgericht. Schaapje schaapje, witte wol. Het is alle moeite waard, zo'n prachtig gebied. Sta je er midden in, dan zie je de tankers naar Antwerpen varen. Daar moet 'veel gebeuren. Er komt een derde dubbeldeks veerboot. In 1985 moet de bak varen op Vlissingen-BreskensEr wordt gepleit voor bouw bij De Schelde, hoe wel niet in kanonnen is voorzien. Er wordt gerekend met een bedrag van rond 45 miljoen. De prinsessebootjes blijven varen. De kamer blaast als een kwaaie kat over de kosten van de Deltawer ken. De zaakjes lopen uit de hand. Huïb Eversdijk heeft op de lezenaar getikt en wil de algemene rekenkamer naar de cijfers laten kijken. De combinatie storm-springtij heeft een stukje terugverdiend: hon derdvijftig meter gat in de nieuwe Markiezaatskade en - zowaar - een noodplan... Kleine oorlog in de Lage Landen. De gemeenten Westerschouwen, Wis- senkerke en Veere betwisten het grondgebied van Neeltje Jans, werkei land in de branding. Wat is belangrijker? De zeemijlen, de hulpbrug, de faciliteiten, de vierkante meters of de muntjes? Podium of schavot? De Stichting Cultuurspreiding Zeeland verdwijnt van het toneel najaren gewerkt te hebben aan een verbreding van het culturele aanbod. Het bureau Uit in Zeeland houdt een beperkte func tie. Een aantal gemeenten wil de programmering overnemen. Hoe zal dat uitpakken? Het is zeer de vraag of men -als alle snippers in de hoed zijn geroerd - nog met een herkenbaar plaatje kan werken. Er komt een 'kulturele salon' ter bevordering van de contacten tussen functio narissen en ambtenaren in het circuit'. Schiet de cultuur daar iets mee op? Het gaat niet goed - dat is: bedenkelijk slecht - bij De Schelde in Vlis- singen. Sinds het bedrijffungeert als lieve dochter van de RSV zijn er problemen in de ordersferen, de scheepsnieuwbouw, de gieterij en de machinebouw. RSV wil duizend man kwijt. De Schelde heeft enkele honderden miljoenen 'geleend' aan behoeftiger delen van het concern. Dat lijkt zéér kwaad geld te worden. Er is een nieuwe term: ontvlech ting.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1986 | | pagina 75