TOEKOMST 38 ongelukjes verstoring geprikkeld bedreigingen recreatie evenwicht In mijn sombere momenten ben ik er beslist niet gerust op. Maar men vindt mij toch al geen opgewekt mens. dus toon ik die ongerustheid niet te veel". Gedeputeerde mr Paul Boersma. voorzitter van de stuurgroep Oosterschelde, zal zich derhalve overwegend blij moedig over de toekomst van de zeearm uitlaten. Helemaal in de stijl van het beleidsplan, waar in als hoofddoelstelling voor de Oosterschelde plechtig staat: „Het behoud en zo mogelijk ver sterking van de aanwezige na tuurlijke waarden, met inacht neming van de basisvoorwaar den voor een goed maatschap pelijk functioneren van het ge bied, waaronder met name de visserij wordt begrepen". De natuur op de eerste plaats, ge volgd door de visserij, met pas daarna recreatie en scheep vaart. Nog vóór het beleidsplan (dat voorshands tot 1990 loopt) door rijk, provincie en gemeenten was aanvaard, werd al geprobeerd er op allerlei manieren onderuit te komen. Zo is het gebleven. Met name de gemeentebestuurders laten niets na om in plaats van de natuur, aan de recreatie voor rang te geven. Vandaar de som berheid van Boersma en zijn vrees dat de gemeenschap acht miljard gulden heeft uitgegeven voor behoud van een Ooster- scheldemilieu, dat voortdurend aangetast wordt. De gedepu teerde bespeurt wel enig licht. „Het is niet zo dat het maar prijs schieten is. Ik zie toch ook - dat is een proces van ontwikkeling - een verantwoordelijkheidsbesef voor de Oosterschelde groeien. Of dat sterk genoeg is om de be dreigingen af te wenden, durf ik niet te voorspellen". De provincie, rijkswaterstaat en het ministerie van landbouw en visserij werken volgens Boersma 'heel nadrukkelijk en heel loyaal' aan behoud van zo veel mogelijk waarden en de uitvoering van het beleidsplan in inhoudelijke betekenis. Die overheden vertegenwoordigen 'een behoorlijk gezag', meent de gedeputeerde. Mr Boersma erkent dat er wel eens incidenten gebeuren 'die mij niet vrolijk stemmen'. Hij omschrijft ze het liefst als onge lukjes, zoals de aanleg van een kampeerterrein in een inlaag bij Colijnsplaat en recreatieve voorzieningen in een natuurge bied bij Sint-Maartensdijk. Meestal wordt als excuus aan gevoerd dat de leefbaarheid van een dorp in het geding is. Boersma beschouwt dat als kre tologie. Hij zoekt het meer in de Westerse cultuur: de mens die voortdurend bezig is en driftig zoekt naar nieuwe ontwikkelin gen. Dat zulks niet automatisch tot goede daden leidt, bewezen de Romeinen - ook driftige baas jes - met de totale ondergang van hun rijk. „De ontwikkeling van de Oosterschelde als natuurge bied is een zaak van onthouding. Dat kost de Westerse mens ge woon moeite. Die ziet iets leegs en wil dat meteen invullen. Ik denk dat dit de pregnante be dreiging is van de Oosterschel de", betoogt de gedeputeerde. anarchie". Het uitblijven van een Oosterscheldeschap is voor hem geen probleem, als er maar een aanspreekbare beheersin stantie komt. Voor behoud van de waarden in de Oosterschelde is een bepaald zoutgehalte van levensbelang. Kramer signaleert een groot ge vaar, wanneer straks het Zoom meer tussen Brabant en Zeeland verzoet is. In de sluizen (Kram mer, Bergse Diep) zitten enorme lekken, waardoor zoet water op de Oosterschelde stroomt. De medewerker van de milieufede ratie heeft getallen van 40 tot 50 kubieke meter per seconde ho ren noemen. Erbij komt dat het zoete water, afkomstig uit het Hollands Diep, flink vervuild is. Wanneer dat water gebruikt wordt voor de zoetwatervoorzie ning op Tholen en Schouwen- Duiveland, komt het uiteinde lijk ook in de Oosterschelde, Kramer: „Daar wordt in kringen van de landbouw en de water staat heel geringschattend over gedaan. Het gaat toch om negen kubieke meter per seconde. Het kan meevallen, maar de gevol gen zijn nooit goed onderzocht". Bij het beheer van de Ooster schelde mogen naar de mening van Kramer de binnendijkse ge bieden, zoals de inlagen en kar- revelden, niet vergeten worden. „Die moeten ook beheerd wor den op de juiste manier. Je kunt geen streep zetten bij de dijk. De inlagen vormen één geheel met de Oosterschelde. Niet alleen de inlagen zijn van belang, in feite de hele binnendijkse strook. Dan moet je vooral denken aan de vogels". In tegenstelling tot gedeputeerde Ventevogel, is Kramer wel degelijk bevreesd voor de negatieve invloed van recreatieve ontwikkelingen op het land. Hij noemt verstoring van de hoogwater-vluchtplaat- sen en van broed- en voedselge- bieden - in een zo belangrijk vo- gelgebied als de Oosterschelde niet te onderschatten. Bij de gemeenten - 'op Sint-Phi- lipsland gelukkig na' - leven nogal wat plannen voor nieuwe Oosterscheldeprojecten. Thijs Kramer houdt zijn hart vast. Hij legt er de nadruk op dat de provincie in deze een belangrijke verantwoordelijkheid heeft om de zaken binnen de perken te houden. „Maar bij de provincie leeft ook helaas een sterke re creatiestroming. Het rijk zou je. ook wel eens wat vaker mogen horen. Ik vrees dat de invloed van het rijk eerder af- dan toe neemt. Het rijk neemt zijn ver antwoordelijkheid niet voor honderd procent. Dat zouden ze wel moeten doen, gezien ook het feit dat in het verleden zo na drukkelijk voorrang gegeven is aan het Oosterscheldemilieu". Kramer neemt donkere wolken boven de Oosterschelde waar. „Het hele natuurgebeuren zit veel ingewikkelder in elkaar dan de beleidsmensen en bestuur ders beseffen. Als het goed gaat, grijpen ze dat aan om de loftrom pet te steken. De keren dat het fout gaat hoor je ze niet. De Gre- velingen is geen graadmeter. De situatie vóór de afsluiting was nog altijd veel waardevoller dan nu". rinus antonisse tuurgebied van grote waarde is. "Ik hecht daar ook aan. daar ben ik teveel Zeeuw voor. Je moet niet even in een periode van vier tot tien jaar je plan trekken. Het is een zaak van heel lange adem, soms wat stimuleren, soms wat afremmen. Het enige waar ik zorg over heb is de procedurele kant, die is erg omslachtig. Dat kan een waarborg zijn voor een goede afweging, maar die is ook op eenvoudiger wijze te verkrij gen". De gedeputeerde houdt zich - in tegenstelling tot de ge meenten - aan de uitgangspun ten van het beleidsplan. Hij voegt eraan toe dat de Ooster- scheldeproblematiek en de op vattingen over milieubeleid, niet elke landactiviteit mogen be lemmeren. De uitstraling van landrecreatie op het water wil Ventevogel niet overdrijven. De gedeputeerde is nog geen ontwikkelingen tegengekomen waarvan hij zegt: dat zit fout. De drang van recreatieve zijde op de Oosterschelde heeft zijns inziens uitsluitend betrekking op de landzijde. Wat minder voorzichtigheid acht Ventevo gel daar op zijn plaats. „Ik heb ontzettende moeite om langs met prikkeldraad afgezet te natuurgebieden te moeten lo pen. Het principe van: dat is ex clusief voor de natuur, ligt mij niet zo. Het recreatiegedrag van de mensen is niet altijd zo slecht als vaak gezegd wordt. De cate gorie rustzoekers neemt toe, ook door betere voorlichting en de maatschappelijke omstandighe den". De disucssie over uitbrei ding van de watersport op de Oosterschelde is volgens de ge deputeerde gevoerd in een tijd dat iedereen nog dacht dat elke Nederlander over een eigen boot zou beschikken en daar hoeft niet voor te worden gevreesd. Ventevogel: „Mensen die aan de dijk zitten, wat kunnen die voor schade aan de Oosterschelde toebrengen? En mensen die op schorren lopen, zal dat zo'n om vang aannemen dat er iets on herstelbaars gebeurt? Ik lig daar niet zo wakker van". Thijs Kramer van de Zeeuwse Milieu Federatie schudt drie ac tuele bedreigingen voor de Oos terschelde uit zijn mouw: de enorme promotie van de (dag)- recreatie; de ontwikkeling van de zoetwatervoorziening voor de landbouw; het ontbreken van voldoende initiatieven voor toekomstig beheer. „Het ziet er allemaal niet zo best uit", vindt Kramer. „Er is nog veel te weinig nage dacht over wat met de Ooster schelde moet gebeuren na de in gebruikname van de storm vloedkering. Er is nog niks gere geld over het beheer van de droogvallende schorren, sliklan- den en platen. De Oosterschelde moet een nieuw evenwicht zien te vinden. Daar hoort ook bij dat voor sommige delen een betre- dingsregeling moet kómen. Voor vogels en zeehonden verstoort één mens al enorm. En het zand stralen en coaten van boten in havens en op schorren moet op houden. Nu is het gewoon een boven de oosterschelde hangen donkere wolken tuur voorop, in het Veerse Meer de recreatie op de eerste plaats. „Als je dat per locatie bekijkt, dan kan het wel eens wat sneu uitvallen voor een gemeente. Dat is dan een ruimtelijke conse quentie. Die gemeente moet dat aanvaarden en uitbuiten, bij voorbeeld door te zorgen voor re creatieve zaken in het binnen land". De vorming van een speciaal Oosterscheldeschap (dat de plaats van de stuurgroep kan in nemen) acht de gedeputeerde niet haalbaar. „Dat is alleen zinvol als het rijk meedoet en ik zie bij het rijk wei nig medewerking. Je moetje ook afvragen of het nodig is. De hui dige structuur werkt goed. Ie dereen is gehouden aan de toet sing en er wordt heel veel onder zoek verricht, al zou dat wat be ter afgestemd kunnen worden". Boersma heeft zich wel zorgen gemaakt over de organisatie van het actieve beheer. Een direc teur met een groot beheersappa- raat zit er niet in. „Het rijk wil niet lammeren. Ik heb daar vrij hard voor aan de bel getrokken. Het rijk wil wel mede-verant woordelijkheid voor het actieve beheer dragen. Het ministerie van landbouw en visserij en rijkswaterstaat zullen elk ie mand aanwijzen die zich daar mee bezig houdt. Van de provin cie wordt verwacht dat wij daar ook een inspanning bijvoegen. Je kunt zo rustig vijf jaar in zee gaan en kijken hoe het loopt". Van de behoedzame opstelling van mr Boersma is bij gedepu teerde J. Ventevogel - van re creatie en 'Zeeland vooruit' - weinig terug te vinden. Hij ge looft dat voor de Oosterschelde een mooie toekomst is wegge legd, mits er voldoende finan ciële armslag komt. In zijn op tiek is daarbij ruimte voor re creatie vanzelfsprekend. „Een absoluut regiem, waarbij uitsluitend de vogels en de vis sen van de Oosterschelde kun nen genieteh, wil ik niet. Dat wil niet zeggen dat ik iedereen in bussen en boten massaal de Oos- Hij stelt dat de kleinere gemeen ten meer dan de grotere de nei ging hebben met een beroep op de leefbaarheid projecten te pousseren. In de huidige situatie, met de stuurgroep Oosterschelde als sturend element, is het gebied niet vogelvrij. Een gemeente die een plan wil doorzetten, moet toestemming hebben van de stuurgroep. Wordt een (nega tieve) uitspraak van de stuur groep genegeerd, dan is er nog een toetsing door gedeputeerde staten, in het kader van de wet ruimtelijke ordening. In het al gemeen bestuur van de groep hebben de gemeenten een meer derheid, waardoor provincie en rijk nogal eens gedwarsboomd worden. „Een vervelende situatie", merkt Boersma op. „Gemeenten hebben de neiging eikaars pro blematiek te ondersteunen. Het gebeurt onder het motto: krab jij mijn rug, dan ik de jouwe. Als je de gemeenten in het hart kijkt, dan denk ik dat ze best wel eens tegen plannen van andere ge meenten zouden willen stem men. Het zwaartepunt in de stuurgroep ligt teveel bij de ge meenten. Je kunt dat alleen tac kelen via de ruimtelijke toetsing van de provincie". Boersma onderstreept dat de gemeenten zich moeten realise ren dat het dagelijks bestuur echt rekening houdt met meer belangen dan die van de natuur. „Maar natuurbehoud is wel de eerste toetsing". Hij is ervan overtuigd dat in de Deltawate ren sprake is van een evenwich tige ontwikkeling: in de Greve- lingen half om half natuur en re creatie, in de Oosterschelde na- fotografie wim riemens terschelde wil laten bezoeken. Het moet geen massa-recreatie project worden. Op die lijn zitten we ook niet. Hier en daar zijn langs de oevers wat ontwikkelin gen, maar die zijn beperkt. De re den voor de glanzende toekomst ligt voor mij in het feit dat het natuurlijk milieu veel sterker is dan we hadden verwacht. Kijk maar naar de moeras-modder poel die de Grevelingen zou wor den. Het is beter dan het geweest is". Ventevogel is zich ervan bewust dat de Oosterschelde een na- het jaar 1981 Er is een nieuw soort proefdier uitgevonden: de forel. De watermaat schappij gebruikt de visjes om het oppervlaktewater op giftige stoffen te controleren. De controleurs zijn voorlopig alleen werkzaam in Sint- Jansteen. Een bedrijf uit Kapelle wil proeven nemen met het kweken van vis bij de koelwateruitlaat van de Borselse kerncentrale. Nu heb ik al eens een botje gezien dat in die buurt gevangen was en daar zaten lelijke gaten in. Visch op uw disch, maar dan toch liever uit de volheid der wateren. Het jaar is nog niet heel oud of de waterstaatsingenieur Visser meldt dat de bouw van de stormvloedkering in de Oosterschelde duurder zal worden. En ook over de opleveringsdatum wil hij wel wat twijfels kwijt. De werkbasis, aldus Visser, zal niet opmerkelijk véél haast maken, aangezien 1985 voor die categorie een fatale datum is. Dan immers zou er geen werk meer zijn... De politiek is in rep en roer, maar waarom zou een ooggetuige niet mo gen spreken? Kamervragen. Heeft de Deltadienst gelijk, hoe zit het dan met de 'ontbindende voorwaarden?' Volgens minister Tuijnman is Visser een Indiaan en eentje die boven dien verhalen vertelt. De minister is boos. Het komt alles uit de koker van de lieden die de Oosterschelde open willen houden. De minister heeft gevoel voor taal. Vanwege de kostenbeperking 'hangt de liftsluis in de Oesterdam aan een zijden draad', zegt-ie. Dat wil zeggen dat men bezig is een aantal plannen niet volledig uit te voeren. Zo komt er ook geen autoweg over de pijlerdam. Met de werkweg kan het ook. De krant laat intussen weten méér met de berekening van de ingenieur dan met de gevoelens ener minister van doen te hebben. De PZC houdt voorzichtig rekening met een overschrijdingsbedrag van één miljard en tilt niet erg aan de ontbindende voorwaarde. Er is immers een poli tieke theorie en een alledaagse praktijk. Voor de vlaggen in de mast gaan, zullen er nog wel meer tussentijdse berekeningen komen. Die hebben naar duidelijk wordt ook betrekking op de tijd. De mi nister heeft alles nog eens laten nazien en komt nu met de datum 1986. Het gescharrel gaat verder. In Aardenburg, waar men opmerkelijke burgers eert met de orde van de Puut, gaat het gekrakeel in en buiten de gemeenteraad voort. Burge meester Vlilly Lockefeer speelt simultaan. De kranten schrijven feuille tons. Het is alles van een benepenheid en een schijnbestuur datje niet begrijpt dat er nog mensen willen wonen. Sartre is overleden, 74, veel besproken en geciteerd maar weinig gele zen moet ik vrezen. Frankrijk is blij dat het moeite met hem heeft gehad en bovendien trots. Is men vergeten dat de eerste minister Debré de schrijver eens heeft willen laten oppakken toen men zijn inmenging in de Algerije-politiek niet langer kon verdragen. 'Nee Debré', zei De Gaulle toen, men arresteert geen Voltaire! Situa tions. Er is een nieuw kabinet dat wel 'een brede coalitie' wordt genoemd. Bij gebrek aan overtuigende meerderheden regeert het compromis: CDA- PvdA-D'66. Hoe lang gaat zo'n wrak kruikje te water? Sadat is tijdens een militaire parade van het podium geschoten. Hij was in uniform en dus gesneuveld voor de Egyptische revolutie. De fun damentalisten zijn het niet heel eens met zijn Israëlische betrekkingen, die toch van moed getuigden. Grote onzekerheid in dat deel van de wereld betekent haast automatisch onrust in de rest. PZC WOENSDAG 17 SEPTEMBER V

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1986 | | pagina 74