WEERGALOOS Tussentijden tijdrit Jan Raas wil nationaal kampioenschap tijdrace Ludo Peeters nog twee jaar bij Jan Raas (C O O If! Ir pc HI I f PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT NEDERLAND MIST TIJDRIT-TRADITIE Herinnering Overwerk Verrassing Madame Irma Karakter Profijt Hinault stelt Laurent Fignon buiten gevecht Door Peter de Jonge JAUNAY-CLAN - Helemaal gerust is hij er niet op, maar voorlopig heeft Bernard Hinault zijn belangrijkste tegenstander buiten gevecht gesteld. De sensationele nederlaag van Laurent Fignon in de tijdrit, zaterdag in Nantes, betekent even een einde aan het duel dat de eerste week het gezicht van de Ronde van Frankrijk bepaalde. Op het veld van eer, een gevecht tegen het horloge dat geen ruimte laat voor tactische uitvluchten, capituleerde de gebrilde Parijzenaar. De Tour verloren? „Ik heb de ronde vandaag niet gewonnen en Fignon heeft zijn laatste woord nog niet gesproken", luidt de overtuiging van Hinault. Fignon, de onuitstaanbaar arrogant geworden vedette uit de ploeg van Cyrille Guimard, kroop voor het eerst sinds lange tijd in de verdediging. „De mensen moeten niet vergeten dat ik een heel jaar uit de roulatie ben geweest. Het valt niet mee om terug te moeten komen. Daar is tijd voor no dig", zei hij. Hinault, die zijn opponent ook buiten de arena best wilde demoraliseren, praatte Fignon (32e op 3 min. 42) maar al te graag naar de mond. „Ik heb hetzelfde meegemaakt in 1984. Ik weet wat het is en hoe lang het duurt voordatje lichamelijk weer op je oude niveau zit". De herinnering aan de Ronde van '84, toen Laurent Fignon de na een bles sure terugvechtende Breton de das omdeed, moet een leidraad zijn ge weest voor Hinault om zijn strategie voor de eerste Tour-week uit te stip pelen. Geen echt gevecht om de gele trui, wel een opeenvolging van spel- deprikken die zijn Franse tegenstan der moesten pijnigen. Hinault besefte dat een rustig begin Fignon in de kaart zou spelen en deed driftig mee aan het krankzinnige ge- beuk. Het peloton was op drift omdat de leider ontbrak, werd er gesugge reerd. Na de oogst van Hinault in de tijdrit, die hij superieur won, heeft het er meer van weg dat hij de anarchie gedoogd heeft. Tevreden zag hij hoe Fignon dag na dag iets verder ge sloopt werd. De tijdrit-nederlaag was het resultaat van een week overwerk, die de renners van Guimard maakten. Daarom had Laurent Fignon geen enkel excuus. „In een tijdrit moet je een fantasti sche start hebben, geweldig sterk rij den in het middelste gedeelte en op het eind nog kunnen sprinten. Ik ben zwak begonnen, kwam vervolgens niet vooruit en had niets over om te sprinten", merkte de verliezer op. Hinault had alle reden om met opge heven hoofd rond te wandelen na een grote slag te hebben geslagen in zijn eigen Bretagne. Alleen ploeggenoot Greg Lemond, gewoontegetrouw op een belangrijk moment geplaagd door pech (een lekke band in de tijdrit kostte hem zo'n dertig secon den, meende hij zelf), kon enigszins in het spoor blijven. De machtsstrijd binnen de equipe, die volgens beide heren niet meer is dan een hersen spinsel van de volgers, blijft daar door bestaan. Naast die reden tot tevredenheid, moet Hinault zich echter ook een beetje zorgen maken. Want hoe uit muntend zijn optreden in de tijdrit ook was, de tijdwinst op de concurren tie is kleiner dan in het verleden. Of Hinault is zwakker geworden in zijn specialiteit, of de concurrentie is voor uitgegaan. Hinault: „Ik ga geen tijd ritten met elkaar vergelijken. De om standigheden zijn nooit gelijk". Dat de Deen Jörgen Pedersen de gele trui behield en zijn imposante Ita liaanse formatie ook gisteren op weg naar Futuroscope met verve de eer ste plaats verdedigde, was een hele verrassing. De opmars van twee van zijn ploeggenoten. Stephen Roche en Urs Zimmerman, moet Hinault zelfs beangstigen. De grootste kopzorg wordt hoogstwaarschijnlijk Luis Herrera. De Columbiaan-zonder- ploeg reed een bijna even snelle tijdrit als Laurent Fignon en vergele ken met vorig jaar was dat uiterst opmerkelijk. Toen vespeelde hij in een rit tegen het uurwerk, die vijftien kilometer langer was dan de etappe in Nantes, meer dan zeven minuten. Nu was het „slechts" 3 minuut 47. „Herrera is veel verbeterd op het onderdeel tijdrijden", moest Hinault vaststellen. Waar het de „Lucho" aan ontbreekt is een sterk team. De gele trui al in de Pyreneeën pakken zou zijn ondergang- kunnen worden. „Maar", mijmerde Joop Zoetemelk, die zich over zijn klassement geen zorgen hoeft te ma ken en alleen nog een ritje moet uitzoeken om te schitteren, „als hij in de top van het klassement kan komen en twee dagen voor het eind op de Puy de Dome aan de leiding komt, zal het niet meevallen hem er nog uit te krijgen. Dan zoekt Geminiani, zijn Ploegleider, wel steun bij wat ploegen. Die steekt heus nog wel iets in elkaar. Dat is hem wel toevertrouwd". Hinault rukte op naar de top, maar er wachten hem bergen problemen. De rit van morgen naar Pau met een paar onbekende, zeer venijnige Pyre- neeëntoppen en vooral de loodzware opgave van woensdag met de klassie ke bergen Tourmalet, Aspin, Peyre- sourde en aankomst op de top in Superbagnères vormen de eerste graadmeter voor de kracht en de durf van de klimmers. Tot dat ogenblik kan hij de controle overlaten aan de 9 Ludo Peeters, winnaar van de zevende Touretappe, blijft nog twee jaar in de formatie van Jan Raas fietsen. De Belg wimpelde aanbiedin gen van andere ploegen af. Peeters kwam zondag door een val kort voor het einde van de tiende etappe enige minuten achter het peloton binnen. Gerrie Knetemann beslist na de Ronde van Frankrijk of hij ook vol gendjaar in de ploeg van Schuiten zal rijden. Hij mag van de ploegleider zelf bepalen of hij blijft. De 35-jarige ex- tijdritspecialist gaat in elk geval een jaar door. In de winter neemt hij aan een aantal zesdaagsen deel. Volgens Tourarts Gerard Porte krij gen veel renners dinsdag tijdens de eerste bergetappe tussen Bayonne en Pau met zware inzinkingen te kam pen. "Ik heb bij veel renners grote vermoeidheid geconstateerd als ge volg van het hoge tempo tijdens alle vlakke etappes". Carrera-formatie met leider Peder sen en Roche, die als derde staat geklasseerd. Met een iets langere aanloop naar het hooggebergte zou dat ook die formatie wel eens parten kunnen gaan spelen. Zondag moesten alle krachten wor den gemobiliseerd om Pedersen in het geel te houden. Zelfs de paradepaard- jes van de equipe verschenen aan de kop van het peloton in een achtervol ging op twee vluchters. Jean Claude Bagot en de Spanjaard Angel Jose Sarrapio, die de ritzege uiteindelijk van de oliedomme Fransman stal. Hun voorsprong liep tijdens de 120 kilometer lange vlucht zo hoog op, dat alleen met een inspannende jacht de trui van Pedersen nog een dagje veilig kon worden gesteld. Hinault lachte in zijn vuistje. Weer een team dat zich over de kop wil laten jagen. Het was begrijpelijk dat hij zei geen enkele moeite te zullen doen om bijvoorbeeld via tussen- sprints een aanval op de leidersposi tie te ondernemen. Het leidt zijn aandacht alleen maar af en hij weet dat hij behoedzaam moet zijn voor datgene wat zijn concurrenten in hun schild voeren. „Was Madame Irma maar in de Ronde met haar kristallen bol", verzuchtte de deftige Franse krant Le Figaro na de opsomming van de lijst kanshebbers. „Dan zou ze bezoek krijgen van het hele peloton". Want vragen zijn er legio. Zelfs over zijn eigen team. waar Greg Lemond in de schaduw van zijn meester bleef, maar tevens opmerkte: „Hinault is sterker in de tijdrit, dat is weer geble ken. Ik verwacht beter te zijn in de bergen". Geen woord over een onder ling gevecht. „We staan er goed voor met twee man in de top. Daar kun je als ploeg alleen maar voordeel van hebben. Aan onze uitgangspunten is niets veranderd. Als Greg kan win nen, mag hij", aldus Hinault. Zijn nederlaag ingedekt, zijn zege dichter bij gekomen. Schijn bedriegt. De 'dichte wielen' zien er loodzwaar uit, maar Bernard Hinault scheerde er in een tomeloos tempo mee naar de zege in de tijdrit. NANTES (ANP) Bernard Hinault heeft de met over macht door hem gewonnen negende etappe van de Ronde van Frankrijk goed opgebouwd. Hij startte met enige reserve. De uitslag van de tijdrit met twee tussen tijden is als volgt. Renner 17,5 km 43,5 km finish 1. Hinault 23.42 57.30 1.18.46 2. Lemond 24.02 57.47 1.19.30 3. Roche 24.34 57.57 1.19.47 4. Gorospe 24.37 58.34 1.20.10 5. Zimmermann 24.40 58.37 1.20.28 6. Pedersen 24.19 59.13 1.20.29 7. Pelier 24.41 59.00 1.20.36 8. Contini 24.39 58.52 1.20.44 9. Millar 24.22 58.24 1.20.46 10. Bernard 24.23 58.51 1.20.52 11. Blanco 24.20 59.15 1.20.54 12. Marie 24.52 59.29 1.20.57 13. Indurain 23.00 59.01 1.20.57 14. Duclos Lasalle 24.26 59.13 1.20.59 15. Vanderaerden 24.52 59.27 1.21.12 32. Fignon 24.49 1.00.07 1.22.28 34. Herrera 24.46 59.55 1.22.33 50. Van der Poel 25.40 1.00.45 1.23.12 Met succes verdedigde de Deen Jorgen Pedersen ook in de tijdrit zijn gele trui. (Door Dick Heuvelman JAUNAY-CLAN - Futuroscope heet het oord waar de Tour-karavaan gisteren omwille van heel veel geld heen werd gestuurd. Een pretentieu ze naam, waarachter nog slechts een gigantische betonnen kolos schuil gaat. Een bouwwerk dat verre van klaar is. Alleen de toiletten zijn gereed, zodat de bouwvakkers van daag tenminste niet in een smeer boel terecht zijn gekomen. Deson danks vonden de ontwikkelaars van deze 'technologie-Efteling' het de hoogste tijd, dat het volk kennis maakte met deze speeltuin-in-wor- ding. De Tour de France leent zich daarvoor uitstekend, zoals het speeltuig van Lévitan ook de tijdrij- ders van het peloton gelegenheid biedt zich te onderscheiden. Zaterdag in de golvende omgeving van Nantes kwamen ze weer aan hun trekken, de specialisten 'contre le montre'. Oranjeklanten waren daar bij in de verste verte niet te vinden. Met plaatsnummer 50 (jawel, vijftig) was Adrie van der Poel de beste Nederlander. De gedreven renner uit de ploeg van Raas moest bijna vier en een halve minuut op triomfator Hinault toegeven. Rooks en Veld- scholten zakten door het ijs, alsook Van der Velde, die geen extra stimu lans vond - zoals wel de Deen Peder sen - in zijn hoge positie in het klassement. Grote tijdrijders heeft ons land in de geschiedenis van de wielrennerij mondjesmaat voortgebracht. Dui kend in de Tour-statistieken blijkt dat er sedert 1934, het jaar waarin er voor het eerst tegen het uurwerk werd gestreden, slechts vier landge noten een tijdrit konden winnen. Prologen niet meegerekend, want die hebben een totaal ander karakter dan de tijdritten over de lange adem. Het heeft 34 jaar geduurd alvorens een landgenoot een tijdrit in La Grande Bouclé won. Voor die pri meur (1968) tekende Jan Janssen, die tegelijkertijd voor nog groter nieuws zorgde, want dank zij die zege won 'le professeur' ook de Tour. Na Janssen kreeg Nederland in Joop Zoetemelk (3x), Gerrie Knetemann en Bert Oosterbosch nog coureurs die solo flink gas konden geven. De laatste jaren hebben zich geen nieuwe talenten in deze discipline aangediend. Reden waarom 'we' er in het grote rondenwerk niet meer aan te pas komen. „De tijdrit is de basis van alles", stelt Gerrie Knete mann. Hij was geen geboren tijdrij den maar ontwikkelde zich op basis van inzet tot een succesvol solist. „Ik heb in de tijdritten altijd vol gas gegeven en dan verbeter je van zelf. Er speciaal voor trainen heb ik nooit gedaan, je kunt dit werk alleen leren in wedstrijden'. Een wedstrijd die inmiddels van de kalender is afgevoerd. Gisbers: „Het ging allemaal te moeilijk. Er was amper belangstelling voor. Een bij komend probleem was ook dat de profs niet tegen de amateurs wilden rijden. Nederland kent geen tijdrit traditie. in tegenstelling tot landen als Frankrijk en Italië. Daar heb je veel etappewedstrijden die vier da gen duren en daar zit altijd een goede tijdrit tussen. Op die manier krijgen de talenten volop gelegen heid zich te ontplooien". Dit standpunt wordt niet gedeeld door Jan Gisbers, de assistent ploegleider van PDM. Gisbers heeft jarenlang topamateurs begeleid Ook in de Oostbloklanden wordt veel waarde gehecht aan het tijdrij den. Deze specialiteit kent daar zijn eigen landskampioenen. „Dat zou den ze in ons land eigenlijk ook moeten doen", vindt Jan Raas, de teamchef van Kwantum. „Misschien kunnen we dat aan de KNWU voor leggen. Niet dat je op die manier bosjes goede tijdrijders krijgt. Het is een heel moeilijk specialisme, waarvoor je aangeboren talent moet hebben. Bij ons moet Jelle Nijdam het in principe ook kunnen. Mis- nooit verhoord. Gisbers betreurt dat: „Wil je een goede tijdrijder worden, dan moet je er echt mee bezig zijn. Het hele jaar door moet je jezelf voordat hij drie jaar geleden bij de profs aan de slag ging. Gisbers: „Ik heb het tijdrijden bij de amateurs altijd gestimuleerd. Bert Ooster bosch, volgens mij de beste tijdrij der die er is, heeft daar veel profijt van gehad. Jan van Erp, onze spon sor in die jaren, was daarbij voor ons een grote steun. Die organiseer de toen altijd een tijdrit in Schijn- del". sehien komt het bij hem ook nog over een of twee jaar. Het is ook een kwestie van karakter. Knetemann is daarvan een goed voorbeeld". Enkele jaren geleden vond Piet Lie- bregts, de toenmalige amateurs- coach, dat het hoog tijd werd dat er meer tijdritten zouden worden geor ganiseerd. Al was het alleen maar ter completering van de opleiding voor aspirant-prof. Liebregts' wens is aanscherpen. Blijven pompen. Steeds maar weer". Dat je het met een dergelijke werk wijze ver kunt schoppen, heeft ook Gerard Veldscholten ervaren. „Als amateur trainde ik er speciaal op. Ik leefde een keer helemaal naar de Grote Prijs Eddy Merckx toe. Nou, ik werd zevende... de beste amateur. Later als prof heb ik die prestatie nooit meer kunnen verbeteren, want je bent nauwelijks nog met dat tijd rijden bezig", zegt de Oldenzaler, wiens imago als tempobeul in Nan tes een flinke deuk kreeg. Maarten Ducrot en Henk Boeve staan ook een beetje als tijdrijders aangeschreven. Ze konden hun re putatie evenmin hooghouden. Du crot: „Het moet een kwestie van instelling zijn. Ik wilde alles geven, maar toch liep het van geen kant. In potentie moet ik het toch kunnen. In de etappe naar Saint-Hilaire zat een jongen als Cornillet te sterven in mijn wiel, maar hij rijdt wel een veel betere tijdrit". Als het aan Ducrot ligt worden er ook bij de profs meer tijdritten geor ganiseerd. Iets waar Henk Boeve zich volledig in kan vinden. Boeve: „Al die criteriums, wat heb je daar nou aan? Die zijn alleen leuk voor In de individuele tijdrit van zaterdag beleefde Nederland een fiasco. Met een vijftigste plaats was Adrie van der Poel nog de beste Nederlander met bijna vierèneenhalve minuut ach terstand. het publiek. Ik erger me in die crite riums. Ik tel de ronden altijd af. Af en toe mag je even je gezicht laten zien, maar je mag nooit je eigen gang gaan. Daar heb ik wel eens moeite mee". De Nijverdaller maakte zich zater dag niet al te druk op het parcours rond Nantes. „Als knecht ga je je niet total-loss rijden. Dat heeft geen en kele zin. Je fietst misschien twee a drie minuten harder, maar dan kun je de dag erop je werk voor de ploeg niet meer naar behoren doen. En daar ben ik hier wel voor".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1986 | | pagina 9