Herman van den zijn klasse dis motorcrosser Jo Dey: jarenlang noeste werker bij visclub GOA 99 99 PZC/ sportkrant 47-JARIGE SCOORDE VORIG JAAR NOG 26 KEER Twee uurs motorrace van Axel had spannend slot Recreatief voetbal in Oostburg geëindigd Gemeente Terneuzen wint eigen toernooi Ëml TOPPER BIJ DE JUNIOREN ZWEMSTER INGRID VAN ASSCHE OVER OP TRIATHLON BESTUURDER MAAKT PLAATS VOOR DE JEUGD TERNEUZEN - In het huidige voetbal zijn de 'echte' topscorers nog schaars aanwezig. Grote uitslagen komen bijna niet meer voor. In wedstrijden van redelijk niveau worden dè kansen op de meest simpele wijze verprutst. Klasse-doelpunt Nog beter Ontspanning MAANDAG 16 JUNI 1986 •i Piet Wissel maker van meer dan duizend goals Piet Wissel geniet echter al jaren de vooral geprezen om zijn instelling. Hij reputatie een schutter te zijn. De had - en heeft nog - de juiste instelling cijfers spreken boekdelen. De 47-jari- ge Temeuzense voetballer heeft tot op heden meer dan duizend wedstrijden gespeeld en des te opvallender is daarom zijn produktie van meer dan duizend doelpunten. Een record, dat uniek is in Zeeland. Piet Wissel is realist genoeg, om te onderkennen dat het 'vroeger' gemak kelijker was om te doelpunten dan in deze tijd. „De spelsystemen zijn ver anderd en dat heeft zijn invloed. Toen ik in de tweede klas KNVB speelde met Temeuzen had ik seizoenen van meer dan 40 gescoorde doelpunten. Ik moet zeggen dat 'meeverdedigen' er niet bij was. Je was aanvaller, dus bleef je in de voorhoede. Later - halverwege de jaren zestig - is er meer verandering gekomen in de spelsyste men. Maar het valt wel op, dat de spelers nu meer de verantwoording bij een ander leggen om een kans af te maken. Zelf heb ik vorig jaar, welis waar in een lager elftal, in totaal nog 26 keer gescoord". Vanaf 1954 tot 1970 speelde de ge vaarlijke aanvaller in het eerste team van Terneuzen en na een éénja rig verblijf bij Biervliet koos de Terneuzenaar in 1971 voor het trai nerschap bij Steen. Daar trad Wissel de eerste jaren op als speler-trainer - behaalde en passant de titel in de vierde klas - en fungeerde de laatste twee jaar alleen als trainer-coach. In 1975 keerde hij terug naar Terneu zen om in de lagere elftallen zijn laatste voetbaljaren te slijten. Tus sendoor maakte hij begin 1980 drie jaar deel uit van het bestuur. Een conflict maakte hieraan abrupt een eind. Piet Wissel wordt door de kenners AXEL - Een spannender slot had de twee-uurs motorcross, voor de tweede maal georgani seerd door de stichting RES- Motorcrossclub Axel op het Axelse Smitschorrecircuit, niet kunnen krijgen, want nadat de negen teams 120 -minuten in de Axelse zandbak elkaar hadden bestreden, was het verschil tus sen de nummers één en twee slechts één seconden. De Belg Koen van de Verre, samen een trio vormend met zijn landgeno ten Eddy Matthijs en Geert Bruggeman, flitste een fractie eerder voorrbij de finishvlag van wedstrijdleider Jaap de Zeeuw, dan de KNMV-rijder Benny Poppe, op dat moment in de strijd voor het team dat verder gevormd werd door Pa trick Sponselee en Jan de Fey-' ter. Met zijn overwinning voorkwam van de Verre, dat Poppe ook dit tweede gebeuren op zijn naam schreef. „Ik had graag weer ge wonnen, maar hecht aan deze tweede plaats toch meer waarde dan mijn overwinning van vorig jaar. Toen reed ik met één hand naar de overwinning en dat was er vandaag niet bij. De organisa tie had de formaties goed samen gesteld en het was dan ook voor iedereen voluit gaan of je werd er gewoon af gereden. Dat is goed ook. want we komen hier om te trainen en als er dan zo'n strijd is heb je er tenminste iets aan", aldus Poppe. Toch scheelde het maar een haar of de renner uit Meliskerke had samen met zijn teamgenoten weer de hoogste trede van het ereschavot kunnen betreden. In de laatste ronde lukte het hem om in de 'Kuipbocht' naast Van de Verre te komen, maar hij moest hiervoor wel in het ver keerde spoor, iets wat de Belg toch weer de kans gaf om bij het uitkomen van de bocht nog net de deur voor zijn rivaal dicht te gooien. Daarna was ook voor Poppe het nog af te leggen cir- cuitdeel te kort om alsnog toe te slaan. Dat de teams beter waren ver deeld bewees ook de verdere uitslag want ook team nummer drie, bestaande uit Jean-Piere de Bleyzer, Dominick de Rechter en Dirck van Genechte, slaagde er in om in dezelfde ronde te finishen. Maar ook een achter stand van slechts een ronde voor de het team bestaande uit Jaap van Cadsand, Ronny Volkerink en Martin Boodt en de formatie Jacky Lensen, Hans Kolijn en Dimitri Roels, heeft duidelijk aan hoe men aan e;lkaar ge waagd was. Uitslag: 1. Koen van de Verre - Eddy Matthijs - Geert Bruggeman (in twee uur 64 ronden afgelegdl; 2. Benny Poppe - Patrick Sponselee - Jan de Feyter, op tw'ee seconden; 3. Jean- Pierre de Beyzer - Dominick de Rech ter, op 12 seconden: 4. Jaap van Cadsand Ronny Volkerinck - Martin Boodt. op 1 ronde; 5 Jacky Lensen - Hans Kolijn - Martin Boodt. op 1 ronde; 6 Frank van Kruysen - Frans Lensen - Gerton Traa, op 2 ronden; 7 Steven Magnus - Rudy Dieleman - Jaap van Tatenhove, op 3 ronden; 8. Alex Warrens - Erwin Adam - Robin Ploegaert, op 4 ronden; 9 Marco Roos - Peter Rijck - Marck Weesepoel, op 8 ronden. om een wedstrijd te spelen. Ik speel nu eenmaal om te winnen. Als ik zie dat het niet draait met het team, dan pep ik ze (de medespelers) op om er extra tegenaan te gaan. Die mentali teit heb ik altijd gehad. Daarom erger ik me vaak aan de mentaliteit van de nieuwe generatie voetballers. Er is mij verschillende keren gevraagd door de club (Terneuzen) om trainer te wor den. Maar als ik zie dat de jeugd tegenwoordig een grote mond mag opzetten tegen een trainer, dan is de discipline ver te zoeken". In zijn jeugdjaren was er sprake van meer respect. Onder Klaas de Nooyer - de grote stimulator in de beginjaren van de jeugd - werden zijn voetbalkwaliteiten al gauw zichtbaar. „Voor die man heb ik altijd respect gehad en hij heeft mij vakkundig begeleid tot aan de senio ren, waar ik op zestien-jarige leeftijd onder Louis Dobbelaar mijn debuut maakte". Later zou een bestuurskwestie naar aanleiding van de naamsverandering van het jaarlijkse jeugdtoernooi (in eerste instantie werd het toernooi naar Klaas de Nooyer genoemd, maar later werd de naam gewijzigd in een sponsornaam) van Terneuzen, Piet Wissel doen besluiten om te stoppen met de bestuursactiviteiten. Weldra bleek, dat Piet Wissel een 'neusje' had voor het maken van doelpunten. De snelheid, de kapbewe- ging met de linkervoet voet naar binnen om vervolgens met rechts af te werken en zijn kopspel waren vernie tigende wapens voor de tegenstander. „Ik kon natuurlijk niet alles alleen doen, je bent afhankelijk van je mede spelers. Jan Doorns voelde ik bijvoor beeld uitstekend aan. Ik wist precies, wanneer Jan de bal stuurde". Op deze manier heeft de linkerspits veel belangrijke doelpunten voor Ter neuzen gemaakt. Aan het enige doel punt gemaakt tijdens de beslissings wedstrijd in Roosendaal tussen Ter neuzen en Dongen, waardoor de Zeeuws-Vlamingen promoveerden naar de tweede klas, bewaart hij de mooiste herinnering. Maar het klasse- doelpunt - net op de helft van de tegenstander scoorde hij vanaf de zijlijn in de bovenhoek- in de thuis wedstrijd tegen Internos staat voor altijd in zijn geheugen gegriefd. Hij scoorde in die wedstrijd nog drie keer. Het moest al gek gaan, dat het aan vallende talent in die tijd onopge merkt bleef in het Zeeuwse voetbal. Hoewel toentertijd maar zelden een Zeeuws-Vlaming in aanmerking kwam voor het Zeeuws elftal, kon den ze niet om Piet Wissel heen. Vijf jaar lang zou hij hiervan deel uitma ken. „Het was een prachtige tijd. We hadden toen uitstekende voetballers. Arie Delmotte, Dick van Westen, Rob Moens, afijn teveel om op te noemen. Ik vond het ook een hele eer - ik mag gerust zeggen dat ik ijdel ben. Ik vind het onbegrijpelijk, dat Henk Ottens nu zomaar afzegt voor het Zeeuws elftal. Het zijn voor mij de absolute hoogtepunten geweest uit mijn car rière". De prestaties van de Terneuzenaar gingen ook niet voorbij aan het be taald voetbal. In 1966 ging Piet Wissel vergezeld van de toenmalige voorzit ter Peet Bareman en de beste rood zwartsupporter aller tijden Lou 'Tap' Verhage naar Roosendaal voor het spelen van een proefwedstrijd met RBC tegen Viborg, een club uit Dene marken. Trainer Gillissen was blijk baar zo onder de indruk, dat hij Wissel gelijk een A-contract aanbood. „Ik ben hier niet op ingegaan, omdat ik op dat moment een kantoorbaan bij Van Gend Loos kon krijgen. Ja, dan kies je in zo'n situatie voor zeker heid". Sporadisch zijn er in al die jaren blessures geweest. Eén keer moest Wissel slechts een operatie on dergaan aan de enkel. De bekende arts Strikwerda hielp hem en binnen vier weken stond Piet weer op het voetbalveld. „Ik voel nog weieen iets, maar ik blijf zolang ik kan doorgaan met voetbal len. Ik ben Terneuzenaar in hart en nieren. Toch is het bedroevend als je het eerste elftal ziet spelen. Er zit geen karakter in de ploeg en ze spelen veel te angstig. Maurice de Windt laat zijn team beginnen om dat ene punt vast te houden. Dat is verkeerd. Het karak ter zie je wel bij de kleinere clubs in de omgeving als Koewacht, Vogelwaarde en Steen. Achteraf zeg ik: Steen was mijn mooiste tijd: Daarom deed het mij zo goed, dat ik een uitnodiging kreeg voor de kampioensreceptie". OOSTBURG - Vorige week zijn de twee laatste wedstrijden gespeeld in de Oostburgse recreatieve zaalvoet balcompetitie. In een doelpuntrijke wedstrijd versloeg het Administra tief Personeel Rabo 2 met 7-6, terwijl Van Looy/Groosman met 4-1 van het als laatste geëindigde PZEM won. Dinsdag is er het jaarlijkse eindtoer- nooi tussen de bovenste drie teams uit beide poules. Op deze avond wordt ook de prijsuitreiking verricht. Eind stand poule B: Mijnders 24-38; Kom buis 24-35; De Block 24-33; Admini stratief Personeel- 24-31; Musson 24- 25; -Rode Leeuw 24-24; Van Looy Groosman 24-23; OBS Breskens 24-21; Rabo 2 24-21; Rabo 1 24-20; Riemens 24-19; GL Shop 24-17; PZEM 24-5. TERNEUZEN - Het zaalvoetbaltoer nooi van de Gemeente Terneuzen - zaterdag in sporthal 't Zwaantje - is gewonnen door het tweede team van de organiserende vereniging. Ge meente 2 hield het favoriete Goalget- ters 1 in de finale op 2-2 en zegevierde vervolgens in de strafschoppenreeks, die de beslissing moest brengen. Gemeente 2 had overigens in de voor rondes niet de meeste indruk gemaak- t.In poule A was Gemeente 1 (met 5 punten uit 3 wedstrijden) de sterkste. En in poule B eindigde Verpoorte met 6 uit 3 ruim voor Gemeente 2 (met 3 uit 3). Maar in de kruisfinales sloeg Gemeente 2 toe door Gemeente 1 met 5-2 achter zich te laten. En in de eindstrijd bleek het ook een te grote sta-in-de-weg voor Goalgetters, dat zich geplaatst had ten koste van Verpoorte (1-0).Tweemaal kwam Goalgetters voor, maar tweemaal ook kwam Gemeente 2 terug 2-2 en strafschoppen dus. Die won Gemeen te 2. De eindstand 1. Gemeente 2 2.Goalgetters 1 3. Verpoorte 4. Ge meente 1 5. Dow 6. NLC 7. Kravo en 8. De Post. RH - <r - -x- HM c -Iv*' f "L- Herman van den Bos: ik doe er echt niets bijzonders voor. KOEWACHT - Herman van den Bos, vijf jaar lang een van de vele motorcrossers die elke week in het seizoen aan de start komen bij de Belgische Liefhebbers Bond (BLB): en dan opeens wordt hij de te kloppen man. Zijn het de mysterieuze krachten in de sport, of is er een andere reden voor die plotselinge doorbraak. De 20-jarige dienstplichti ge soldaat uit Koewacht heeft er geen antwoord op. Hij denkt dat het gewoon 'lekker loopt' en voegt er gelijk aan toe: „Je moet daar allemaal niet te veel waarde aan hechten. Morgen eindig ik misschien ergens in de achterhoede en dan praat niemand meer over Van den Bos. Dan houden ze die andere weer in de gaten, die op dat moment een goeie prestatie neerzet. Ongetwijfeld zit er in dat antwoord van Van den Bos een kern van waarheid. Maar hoe bescheiden hij zich ook wil opstellen, toch valt niet te ontkennen dat hij na het winnen van de BLB-pinkstertrofee niet meer van de hoogste trede bij de junioren 500cc was weg te branden. Van den Bos: „Ik doe er echt niets bijzonders voor, maar zoals ik al reeds stelde: het loopt lekker en dan krijg je wel wat meer zelfvertrou wen. Ik denk dat het daardoor ook komt, dat ik er bij de start telkens goed bij zit. En het is een feit, dat ook bij de crosswedstrijden 'de eer ste klap een daalder waard is'. Als je al vanaf de val van het starthek in de achtervolging moet, kost dat gewoon extra krachten en dat breekt je tegen het einde van zo'n manche op. Ik denk dat het daar dan ook aan ligt dat ik nu iedereen in die eindfase op afstand kan hou den". Wat ook opvalt is, dat de in Wezep gelegerde genie-soldaat heel wat agressiever rijdt dan voorheen. „Ik rij nu voorin en daardoor zijn de rollen omgedraaid. Voorheen moest ik er voorbij zien te komen en gooiden zij de deur voor me dicht. Nu speel ik voor 'portier' en dat gaat me de laatste wedstrijden aar dig af. Bovendien ben ik wat ge wicht betreft niet een van de licht ste jongetjes. Dus als je dan zij aan zij komt, drukken ze je zo maar niet weg. Maar dat heeft niets met agres siever rijden te maken, want dat ligt niet in mijn karakter. Als ik om enkele plaatsjes te winnen iemand uit de baan moet rijden, dan hoeft het voor mij niet meer. Deze sport is een hobby en verder niets, dus daar ga ik zeker niemand voor in gevaar brengen". Hoewel het nu aardig gaat denkt de Koewachtenaar niettemin, dat het nog beter kan. „Kijk, in dienst heb ik alleen de kans om mijn conditie op peil te houden. Maar mijn motor zie ik niet, dus ik kan er ook niet op trainen. Dat is toch wel belangrijk. Zo vind ik het jammer dat ik niet aan die midweekse competitie voor de RES-trofee in Axel mee kan doen. Dat is een uitstekende gelegenheid om je machine beter te leren kennen, wat belangrijk is als je net als ik elk seizoen een andere motor aanschaft. Want neem maar van mij aan, dat het nooit aan de motor ligt, maar altijd aan de rij der. Het is daarom ook zo belang rijk dat je die machine door en door kent en dat leer je alleen door er veel op te trainen". Elk jaar een nieuwe machine, de onderdelen, plus de brandstof en de verplaatsing naar de wedstrijden. Kan men dan nog wel van een hobby spreken? „Dat ligt totaal aan jezelf. Het is inderdaad een dure sport, heel mijn zakgeld gaat er aan op en dat heb ik er graag voor over, maar meer ook niet. Als ik het niet meer kan betalen, dan houdt het gewoon op. Daarom zijn die eerste prijzen die ik nu in de wacht sleep ook mooi meegenomen, dat maakt de finaciéle armslag ook wat groter. Hoewel ik er direct aan toe wil voegen, dat ook het bestuur van de BLB er iets meer rekening mee moest houden. Uiteindelijk zijn we een liefhebbersbond. Dan vind ik dat het bedrag dat iemand uit de klasse van de internationalen ver dient met een eerste plaats niet zes keer zo groot moet zijn als dat van mij als ik win. Men zou het beschik bare prijzenbedrag over meer prij zen kunnen verdelen. Wat je hier ook mist zijn de clubs die de rijders wat financiële steun verlenen". Aan een voorspelling voor de toe komst wil hij zich beslist niet wa gen. „Als het goed blijft gaan, dan stap ik volgend seizoen over naar de nationalen en anders gaan we ge woon verder in deze klasse". AXEL Na een periode van 25 jaar als bestuurder, waarvan 21 jaar als penningmeester van de Axelse vis club Geduld Overwint Alles (GOA), zet Jo Dey er een punt achter. Met hem vertrekt een man die zich altijd voor de volle honderd procent heeft ingezet en daardoor vele verdiensten heeft voor deze vereniging. Het is dan ook vanwege deze verdiensten, dat de scheidende penningmeester vrij dag van de vereniging een afscheids receptie werd aangeboden in het clublokaal 'Het Wapen van Axel' Jo Dey staat in de vereniging bekend als een harde werker, maar die ook van anderen veel eist: vandaar ook dat hij in Axel gekscherend „de Toon van de Velde van de visclub" wordt genoemd). Hij stelt aan de vooravond van zijn vertrek dat hij met een gerust hart de zaak aan zijn opvolger Freddy Lippens overdraagt. „Het is een jonge kerel, die via de jeugdcommissie zijn sporen reeds duidelijk heeft verdiend en zeker bekwaam genoeg mag wor den geacht om deze zaak te runnen. We hebben als bestuur steeds ge streefd naar verjonging en als je dan de goeie opvolgers hebt gevonden, mag je ze met voor de voeten blijven lopen. Dat wil overigens met zeggen dat ik het niet met een beetje wee moed doe, want 25 jaar is per slot van rekening niet niks. Als je het zolang Ingrid van Assche (links) tijdens haar werk in het verpleeghuis Ter Schorre. Ik ben gewend om af te zien HOEK - Tien jaar lang beoefende Ingrid van Assche vol overgave de zwemsport. De Zeeuws-Vlaamse ont popte zich op jonge leeftijd bij De Schelde in Terneuzen als een talent en was ooit zelfs nog Zeeuws record houdster op de vlinderslag. Na haar carrière als zwemster was het enige tijd stil rond de inmiddels 30-jarige fysiotherapeutisch assistente. Drie jaar geleden kwam ze weer in aanra king met de sportwereld. Ze legde zich in eerste instantie toe op het lopen. Maar sinds vorig jaar kent ze een nieuwe uitdaging: de triathlon. Dit jaar staan er nog acht in deze streek op het programma en Van Assche is vastbesloten om steeds aan het vertrek te staan. Zaterdag was ze ook in Axel van de partij. Het is in zekere zin opvallend dat Ingrid van Assche zich op het lopen en de triathlon heeft toegelegd. „Ik heb niet echt de bouw van een loop ster", weet ze. „Drie jaar geleden ben ik begonnen met lopen. Het beviel goed en ik kreeg er steeds meer plezier in. Ik had een jaar of tien gezwommen, vanaf mijn twaalfde bij De Schelde. Nadat ik een paar jaar een aanloop nodig had gehad, heb ik vooral bij de dames goed gepresteerd. Ik heb me er echt fanatiek op toegelegd, lange baanwedstrijden gezwommen (schoolslag) en zelfs nog een Zeeuws record op de 200 meter vlinderslag gehad. Dat is inmiddels natuurlijk wel al gebroken". „Ik ben gestopt omdat ik wilde paard rijden. Dat is altijd mijn grote liefde geweest. Ik ben gaan werken in het zwembad in Oostburg en kon het toen zelf betalen. Als zwemster heb ik afscheid genomen met een Zeeuws kampioenschap op de estafette, een mooi moment om te stoppen. Ik heb enige tijd bij de Honteruiters in Kloosterzande gereden en zelf nog een paard gehad. Ik hoefde niet echt iets te bereiken en zag het paardrijden vooral als ontspanning. Een vrije tijdsbesteding, lekker genieten van de natuur. Maar elke dag rijden en het paard verzorgen neemt veel tijd in beslag. Ik heb mijn paard verkocht, maar ga nog wel regelmatig rijden om het bij te houden". Drie jaar geleden startte Ingrid van Assche in haar eerste prestatieloop. Daarmee werd het sein gegeven tot een actieve beoefening, die alleen maar meer tijd in beslag heeft geno men. „Het opbouwen van de training is het moeilijkst als je van nature niet zo goed kunt lopen", heeft ze ervaren. „De eerste kilometers is het echt moeilijk om door te zetten. Ik weet nog dat ik flink heb afgezien toen ik voor de eerste keer vijf kilo meter liep. Nu heb ik geen moeite met tien kilometer. Ik wil die afstand nog langzaam uitbouwen. Mijn droom is om ooit nog eens een halve marathon te lopen, maar dan moet ik me zuiver op het lopfn toeleggen en geen triathlon willen doen". „Ik kon zwemmen, was getraind voor het lopen en besloot daarom om mee te doen aan een triathlon. Het eerste jaar heb ik een fiets van de buurman geleend, die paste helemaal niet. Daarna heb ik de fiets van mijn vriend (Rob Bezemer) gebruikt. Die was een slagje kleiner, maar het was nog niet ideaal. Vorig jaar heb ik een fiets gekocht die goed op maat is. Een triathlon, dat is elke keer afzien en toch leuk. Je moet doorzetten en dat was ik wel van het zwemmen gewend. We trainden vroeger bij De Schelde een paar keer per week 's morgens vroeg. Bovendien moest je op de lange baan als het koud was ook flink op je tanden bijten". Niettemin heeft ze een broertje dood aan warme omstandigheden. „Koud weer is in mijn voordeel", zegt ze. „Daarom is het jammer dat er morgen niet in de kreek gezwommen wordt. Voor mij duurt dat maar even....Ik krijg ook altijd zo'n rode kop als het warm is en als ik ga trainen dan neem ik altijd een washandje mee om te deppen. Als het vriest of regent, is er veel zuurstof in de lucht. Daar ben ik bij gebaat". „Ik heb het met het lopen het moei lijkst. Dat is logisch, want het is het laatste onderdeel en je hebt net het fietsen achter de rug. Als je vijf dagen in de week werkt, je huis moet bijhouden en je potje moet koken, blijft er niet zo heel veel tijd over om te trainen. Ik wil dan ook vooral veel korte afstanden doen, misschien één keer een 'kwart' triathlon. Ik train meestal zo'n zeven uur per week, maar ik ben nog niet maximaal in training. Het is een ontspanning na mijn werk. Je bent een hele dag druk bezig, maar tijdens de training denk je aan heel andere dingen. Op mijn werk (Ingrid van Assche werkt in het verpleegtehuis Ter Schorre in Ter neuzen) leeft iedereen ook erg mee". Samen met haar vriend Rob Bezemer probeert ze de training aantrekkelij ker te maken. „Rob speelde tot vorig jaar rugby bij Oemoemenoe. Nadat er een nier bij hem was weggehaald, vond hij het te riskant om rugby te blijven spelen. Hij doet nu ook mee aan de trimlopen en we trainen nogal eens samen. Dat scheelt veel. Als we gaan fietsen, past hij zich aan mijn tempo aan. Soms versnelt hij en dan probeer ik bij te blijven. We zijn ook al eens samen naar het zwembad ge weest. Alleen met lopen heeft het geen zin om samen te trainen. Rob is veel sneller dan ik". met hart en ziel doet, wordt het tod een stuk van je leven". Was voor Jo Dey, eens samen me Toon van de Velde en Jan Jonkmai het vermaarde middentrio in de roem rijke jaren van de voetbalverenigini Axel, de overstap van het voetbalveli naar de rust aan de waterkant geei overstap tussen twee uitersten? ..Be slist niet", stelt hij. „Kijk, als ik ra ergens voor inzet doe ik het goed o doe ik het niet. Dan is het helemaa niet zo'n rustig leventje in die visclub want ook daar zijn heel wat karweitje op te knappen die behoorlijk wa lichamelijke inspanning vergen. Wa denk je van het op peil houden vai het viswater, het uitzetten van vis ei vergeet zeker niet het in de gatei houden van de stropers. Nee, als) wilt kun je ook in deze club best hee wat energie kwijt". Ook in de landelijke organisati kreeg men al snel weet van de ijve en voortvarendheid waarmee be Axelse bestuurslid de zaken aanpak te. Zo werd hij al snel aangezocht on als coördinator voor de waterbemon stering op te treden en ook daa fungeert hij al 23 jaar als consul. D scheidende Axelse penningmeestc weet dan ook als geen ander hoe be met de viswaterstand in deze region gesteld. Hij stelt: „Je ziet een duide lijke verbetering van het viswater ei vergiftiging door landbouwvergi komt bijna niet meer voor. Dat i geruststellend voor de toekomst". Jo Dey doet overigens nog niet volle dig afstand van al zijn functies functie van voorzitter van de advies commissie van Water- en Visstandbe heer houdt hij voorlopig nog een tijd) aan. Vanuit die functie zal hij dan ooi ongetwijfeld het jonge en actieve be stuur van de Axelse visclub nog dik wijls van advies dienen. Een gerustel lend gegeven voor GOA, als je ope® man met zo'n ervaring en liefde voo de sport kunt terugvallen. Dus ook ni zijn afscheid blijft Jo Dey een verdien stelijke kracht voor zijn vereniging wat hij zelf graag wil. Want stelt hijM slot: „Ze kunnen als het nodig natuurlijk nog altijd een beroep op® doen. Alleen dat heilige moeten is nu een beetje af en dat is ook beter at je bijna zestig bent. Dan is het tijd da je plaats maakt voor de jeugd 1 daarom vertrek ik ook".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1986 | | pagina 12