Herman van den
zijn klasse dis motorcrosser
Jo Dey: jarenlang noeste
werker bij visclub GOA
99
99
PZC/ sportkrant
47-JARIGE SCOORDE VORIG JAAR NOG 26 KEER
Twee uurs
motorrace
van Axel had
spannend slot
Recreatief
voetbal in
Oostburg
geëindigd
Gemeente
Terneuzen
wint eigen
toernooi
Ëml
TOPPER BIJ DE JUNIOREN
ZWEMSTER INGRID VAN ASSCHE OVER OP TRIATHLON
BESTUURDER MAAKT PLAATS VOOR DE JEUGD
TERNEUZEN - In het huidige voetbal zijn de 'echte' topscorers nog schaars aanwezig. Grote
uitslagen komen bijna niet meer voor. In wedstrijden van redelijk niveau worden dè kansen
op de meest simpele wijze verprutst.
Klasse-doelpunt
Nog beter
Ontspanning
MAANDAG 16 JUNI 1986
•i
Piet Wissel maker van
meer dan duizend goals
Piet Wissel geniet echter al jaren de vooral geprezen om zijn instelling. Hij
reputatie een schutter te zijn. De had - en heeft nog - de juiste instelling
cijfers spreken boekdelen. De 47-jari-
ge Temeuzense voetballer heeft tot op
heden meer dan duizend wedstrijden
gespeeld en des te opvallender is
daarom zijn produktie van meer dan
duizend doelpunten. Een record, dat
uniek is in Zeeland.
Piet Wissel is realist genoeg, om te
onderkennen dat het 'vroeger' gemak
kelijker was om te doelpunten dan in
deze tijd. „De spelsystemen zijn ver
anderd en dat heeft zijn invloed. Toen
ik in de tweede klas KNVB speelde
met Temeuzen had ik seizoenen van
meer dan 40 gescoorde doelpunten. Ik
moet zeggen dat 'meeverdedigen' er
niet bij was. Je was aanvaller, dus
bleef je in de voorhoede. Later -
halverwege de jaren zestig - is er meer
verandering gekomen in de spelsyste
men. Maar het valt wel op, dat de
spelers nu meer de verantwoording bij
een ander leggen om een kans af te
maken. Zelf heb ik vorig jaar, welis
waar in een lager elftal, in totaal nog
26 keer gescoord".
Vanaf 1954 tot 1970 speelde de ge
vaarlijke aanvaller in het eerste
team van Terneuzen en na een éénja
rig verblijf bij Biervliet koos de
Terneuzenaar in 1971 voor het trai
nerschap bij Steen. Daar trad Wissel
de eerste jaren op als speler-trainer -
behaalde en passant de titel in de
vierde klas - en fungeerde de laatste
twee jaar alleen als trainer-coach.
In 1975 keerde hij terug naar Terneu
zen om in de lagere elftallen zijn
laatste voetbaljaren te slijten. Tus
sendoor maakte hij begin 1980 drie
jaar deel uit van het bestuur. Een
conflict maakte hieraan abrupt een
eind.
Piet Wissel wordt door de kenners
AXEL - Een spannender slot
had de twee-uurs motorcross,
voor de tweede maal georgani
seerd door de stichting RES-
Motorcrossclub Axel op het
Axelse Smitschorrecircuit, niet
kunnen krijgen, want nadat de
negen teams 120 -minuten in de
Axelse zandbak elkaar hadden
bestreden, was het verschil tus
sen de nummers één en twee
slechts één seconden. De Belg
Koen van de Verre, samen een
trio vormend met zijn landgeno
ten Eddy Matthijs en Geert
Bruggeman, flitste een fractie
eerder voorrbij de finishvlag
van wedstrijdleider Jaap de
Zeeuw, dan de KNMV-rijder
Benny Poppe, op dat moment in
de strijd voor het team dat
verder gevormd werd door Pa
trick Sponselee en Jan de Fey-'
ter.
Met zijn overwinning voorkwam
van de Verre, dat Poppe ook dit
tweede gebeuren op zijn naam
schreef. „Ik had graag weer ge
wonnen, maar hecht aan deze
tweede plaats toch meer waarde
dan mijn overwinning van vorig
jaar. Toen reed ik met één hand
naar de overwinning en dat was
er vandaag niet bij. De organisa
tie had de formaties goed samen
gesteld en het was dan ook voor
iedereen voluit gaan of je werd er
gewoon af gereden. Dat is goed
ook. want we komen hier om te
trainen en als er dan zo'n strijd is
heb je er tenminste iets aan",
aldus Poppe.
Toch scheelde het maar een haar
of de renner uit Meliskerke had
samen met zijn teamgenoten
weer de hoogste trede van het
ereschavot kunnen betreden. In
de laatste ronde lukte het hem
om in de 'Kuipbocht' naast Van
de Verre te komen, maar hij
moest hiervoor wel in het ver
keerde spoor, iets wat de Belg
toch weer de kans gaf om bij het
uitkomen van de bocht nog net
de deur voor zijn rivaal dicht te
gooien. Daarna was ook voor
Poppe het nog af te leggen cir-
cuitdeel te kort om alsnog toe te
slaan.
Dat de teams beter waren ver
deeld bewees ook de verdere
uitslag want ook team nummer
drie, bestaande uit Jean-Piere de
Bleyzer, Dominick de Rechter
en Dirck van Genechte, slaagde
er in om in dezelfde ronde te
finishen. Maar ook een achter
stand van slechts een ronde voor
de het team bestaande uit Jaap
van Cadsand, Ronny Volkerink
en Martin Boodt en de formatie
Jacky Lensen, Hans Kolijn en
Dimitri Roels, heeft duidelijk
aan hoe men aan e;lkaar ge
waagd was.
Uitslag: 1. Koen van de Verre - Eddy
Matthijs - Geert Bruggeman (in twee
uur 64 ronden afgelegdl; 2. Benny
Poppe - Patrick Sponselee - Jan de
Feyter, op tw'ee seconden; 3. Jean-
Pierre de Beyzer - Dominick de Rech
ter, op 12 seconden: 4. Jaap van
Cadsand Ronny Volkerinck - Martin
Boodt. op 1 ronde; 5 Jacky Lensen -
Hans Kolijn - Martin Boodt. op 1
ronde; 6 Frank van Kruysen - Frans
Lensen - Gerton Traa, op 2 ronden; 7
Steven Magnus - Rudy Dieleman -
Jaap van Tatenhove, op 3 ronden; 8.
Alex Warrens - Erwin Adam - Robin
Ploegaert, op 4 ronden; 9 Marco Roos
- Peter Rijck - Marck Weesepoel, op 8
ronden.
om een wedstrijd te spelen. Ik speel
nu eenmaal om te winnen. Als ik zie
dat het niet draait met het team, dan
pep ik ze (de medespelers) op om er
extra tegenaan te gaan. Die mentali
teit heb ik altijd gehad. Daarom erger
ik me vaak aan de mentaliteit van de
nieuwe generatie voetballers. Er is mij
verschillende keren gevraagd door de
club (Terneuzen) om trainer te wor
den. Maar als ik zie dat de jeugd
tegenwoordig een grote mond mag
opzetten tegen een trainer, dan is de
discipline ver te zoeken".
In zijn jeugdjaren was er sprake van
meer respect.
Onder Klaas de Nooyer - de grote
stimulator in de beginjaren van de
jeugd - werden zijn voetbalkwaliteiten
al gauw zichtbaar. „Voor die man heb
ik altijd respect gehad en hij heeft mij
vakkundig begeleid tot aan de senio
ren, waar ik op zestien-jarige leeftijd
onder Louis Dobbelaar mijn debuut
maakte".
Later zou een bestuurskwestie naar
aanleiding van de naamsverandering
van het jaarlijkse jeugdtoernooi (in
eerste instantie werd het toernooi
naar Klaas de Nooyer genoemd, maar
later werd de naam gewijzigd in een
sponsornaam) van Terneuzen, Piet
Wissel doen besluiten om te stoppen
met de bestuursactiviteiten.
Weldra bleek, dat Piet Wissel een
'neusje' had voor het maken van
doelpunten. De snelheid, de kapbewe-
ging met de linkervoet voet naar
binnen om vervolgens met rechts af te
werken en zijn kopspel waren vernie
tigende wapens voor de tegenstander.
„Ik kon natuurlijk niet alles alleen
doen, je bent afhankelijk van je mede
spelers. Jan Doorns voelde ik bijvoor
beeld uitstekend aan. Ik wist precies,
wanneer Jan de bal stuurde".
Op deze manier heeft de linkerspits
veel belangrijke doelpunten voor Ter
neuzen gemaakt. Aan het enige doel
punt gemaakt tijdens de beslissings
wedstrijd in Roosendaal tussen Ter
neuzen en Dongen, waardoor de
Zeeuws-Vlamingen promoveerden
naar de tweede klas, bewaart hij de
mooiste herinnering. Maar het klasse-
doelpunt - net op de helft van de
tegenstander scoorde hij vanaf de
zijlijn in de bovenhoek- in de thuis
wedstrijd tegen Internos staat voor
altijd in zijn geheugen gegriefd. Hij
scoorde in die wedstrijd nog drie keer.
Het moest al gek gaan, dat het aan
vallende talent in die tijd onopge
merkt bleef in het Zeeuwse voetbal.
Hoewel toentertijd maar zelden een
Zeeuws-Vlaming in aanmerking
kwam voor het Zeeuws elftal, kon
den ze niet om Piet Wissel heen. Vijf
jaar lang zou hij hiervan deel uitma
ken. „Het was een prachtige tijd. We
hadden toen uitstekende voetballers.
Arie Delmotte, Dick van Westen, Rob
Moens, afijn teveel om op te noemen.
Ik vond het ook een hele eer - ik mag
gerust zeggen dat ik ijdel ben. Ik vind
het onbegrijpelijk, dat Henk Ottens
nu zomaar afzegt voor het Zeeuws
elftal. Het zijn voor mij de absolute
hoogtepunten geweest uit mijn car
rière".
De prestaties van de Terneuzenaar
gingen ook niet voorbij aan het be
taald voetbal. In 1966 ging Piet Wissel
vergezeld van de toenmalige voorzit
ter Peet Bareman en de beste rood
zwartsupporter aller tijden Lou 'Tap'
Verhage naar Roosendaal voor het
spelen van een proefwedstrijd met
RBC tegen Viborg, een club uit Dene
marken. Trainer Gillissen was blijk
baar zo onder de indruk, dat hij Wissel
gelijk een A-contract aanbood.
„Ik ben hier niet op ingegaan, omdat
ik op dat moment een kantoorbaan
bij Van Gend Loos kon krijgen. Ja,
dan kies je in zo'n situatie voor zeker
heid". Sporadisch zijn er in al die
jaren blessures geweest. Eén keer
moest Wissel slechts een operatie on
dergaan aan de enkel. De bekende
arts Strikwerda hielp hem en binnen
vier weken stond Piet weer op het
voetbalveld.
„Ik voel nog weieen iets, maar ik blijf
zolang ik kan doorgaan met voetbal
len. Ik ben Terneuzenaar in hart en
nieren. Toch is het bedroevend als je
het eerste elftal ziet spelen. Er zit geen
karakter in de ploeg en ze spelen veel
te angstig. Maurice de Windt laat zijn
team beginnen om dat ene punt vast
te houden. Dat is verkeerd. Het karak
ter zie je wel bij de kleinere clubs in de
omgeving als Koewacht, Vogelwaarde
en Steen. Achteraf zeg ik: Steen was
mijn mooiste tijd: Daarom deed het
mij zo goed, dat ik een uitnodiging
kreeg voor de kampioensreceptie".
OOSTBURG - Vorige week zijn de
twee laatste wedstrijden gespeeld in
de Oostburgse recreatieve zaalvoet
balcompetitie. In een doelpuntrijke
wedstrijd versloeg het Administra
tief Personeel Rabo 2 met 7-6, terwijl
Van Looy/Groosman met 4-1 van het
als laatste geëindigde PZEM won.
Dinsdag is er het jaarlijkse eindtoer-
nooi tussen de bovenste drie teams
uit beide poules. Op deze avond wordt
ook de prijsuitreiking verricht. Eind
stand poule B: Mijnders 24-38; Kom
buis 24-35; De Block 24-33; Admini
stratief Personeel- 24-31; Musson 24-
25; -Rode Leeuw 24-24; Van Looy
Groosman 24-23; OBS Breskens 24-21;
Rabo 2 24-21; Rabo 1 24-20; Riemens
24-19; GL Shop 24-17; PZEM 24-5.
TERNEUZEN - Het zaalvoetbaltoer
nooi van de Gemeente Terneuzen -
zaterdag in sporthal 't Zwaantje - is
gewonnen door het tweede team van
de organiserende vereniging. Ge
meente 2 hield het favoriete Goalget-
ters 1 in de finale op 2-2 en zegevierde
vervolgens in de strafschoppenreeks,
die de beslissing moest brengen.
Gemeente 2 had overigens in de voor
rondes niet de meeste indruk gemaak-
t.In poule A was Gemeente 1 (met 5
punten uit 3 wedstrijden) de sterkste.
En in poule B eindigde Verpoorte met
6 uit 3 ruim voor Gemeente 2 (met 3
uit 3). Maar in de kruisfinales sloeg
Gemeente 2 toe door Gemeente 1 met
5-2 achter zich te laten. En in de
eindstrijd bleek het ook een te grote
sta-in-de-weg voor Goalgetters, dat
zich geplaatst had ten koste van
Verpoorte (1-0).Tweemaal kwam
Goalgetters voor, maar tweemaal ook
kwam Gemeente 2 terug 2-2 en
strafschoppen dus. Die won Gemeen
te 2.
De eindstand 1. Gemeente 2
2.Goalgetters 1 3. Verpoorte 4. Ge
meente 1 5. Dow 6. NLC 7. Kravo en 8.
De Post.
RH
- <r -
-x- HM c -Iv*'
f "L-
Herman van den Bos: ik doe er echt niets bijzonders voor.
KOEWACHT - Herman van den Bos, vijf jaar lang een van de vele
motorcrossers die elke week in het seizoen aan de start komen bij de
Belgische Liefhebbers Bond (BLB): en dan opeens wordt hij de te
kloppen man. Zijn het de mysterieuze krachten in de sport, of is er een
andere reden voor die plotselinge doorbraak. De 20-jarige dienstplichti
ge soldaat uit Koewacht heeft er geen antwoord op. Hij denkt dat het
gewoon 'lekker loopt' en voegt er gelijk aan toe: „Je moet daar allemaal
niet te veel waarde aan hechten. Morgen eindig ik misschien ergens in de
achterhoede en dan praat niemand meer over Van den Bos. Dan houden
ze die andere weer in de gaten, die op dat moment een goeie prestatie
neerzet.
Ongetwijfeld zit er in dat antwoord
van Van den Bos een kern van
waarheid. Maar hoe bescheiden hij
zich ook wil opstellen, toch valt niet
te ontkennen dat hij na het winnen
van de BLB-pinkstertrofee niet
meer van de hoogste trede bij de
junioren 500cc was weg te branden.
Van den Bos: „Ik doe er echt niets
bijzonders voor, maar zoals ik al
reeds stelde: het loopt lekker en dan
krijg je wel wat meer zelfvertrou
wen. Ik denk dat het daardoor ook
komt, dat ik er bij de start telkens
goed bij zit. En het is een feit, dat
ook bij de crosswedstrijden 'de eer
ste klap een daalder waard is'. Als je
al vanaf de val van het starthek in
de achtervolging moet, kost dat
gewoon extra krachten en dat
breekt je tegen het einde van zo'n
manche op. Ik denk dat het daar
dan ook aan ligt dat ik nu iedereen
in die eindfase op afstand kan hou
den".
Wat ook opvalt is, dat de in Wezep
gelegerde genie-soldaat heel wat
agressiever rijdt dan voorheen. „Ik
rij nu voorin en daardoor zijn de
rollen omgedraaid. Voorheen moest
ik er voorbij zien te komen en
gooiden zij de deur voor me dicht.
Nu speel ik voor 'portier' en dat
gaat me de laatste wedstrijden aar
dig af. Bovendien ben ik wat ge
wicht betreft niet een van de licht
ste jongetjes. Dus als je dan zij aan
zij komt, drukken ze je zo maar niet
weg. Maar dat heeft niets met agres
siever rijden te maken, want dat ligt
niet in mijn karakter. Als ik om
enkele plaatsjes te winnen iemand
uit de baan moet rijden, dan hoeft
het voor mij niet meer. Deze sport is
een hobby en verder niets, dus daar
ga ik zeker niemand voor in gevaar
brengen".
Hoewel het nu aardig gaat denkt de
Koewachtenaar niettemin, dat het
nog beter kan. „Kijk, in dienst heb
ik alleen de kans om mijn conditie
op peil te houden. Maar mijn motor
zie ik niet, dus ik kan er ook niet op
trainen. Dat is toch wel belangrijk.
Zo vind ik het jammer dat ik niet
aan die midweekse competitie
voor de RES-trofee in Axel mee
kan doen. Dat is een uitstekende
gelegenheid om je machine beter te
leren kennen, wat belangrijk is als
je net als ik elk seizoen een andere
motor aanschaft. Want neem maar
van mij aan, dat het nooit aan de
motor ligt, maar altijd aan de rij
der. Het is daarom ook zo belang
rijk dat je die machine door en
door kent en dat leer je alleen door
er veel op te trainen".
Elk jaar een nieuwe machine, de
onderdelen, plus de brandstof en de
verplaatsing naar de wedstrijden.
Kan men dan nog wel van een
hobby spreken? „Dat ligt totaal aan
jezelf. Het is inderdaad een dure
sport, heel mijn zakgeld gaat er aan
op en dat heb ik er graag voor over,
maar meer ook niet. Als ik het niet
meer kan betalen, dan houdt het
gewoon op. Daarom zijn die eerste
prijzen die ik nu in de wacht sleep
ook mooi meegenomen, dat maakt
de finaciéle armslag ook wat groter.
Hoewel ik er direct aan toe wil
voegen, dat ook het bestuur van de
BLB er iets meer rekening mee
moest houden. Uiteindelijk zijn we
een liefhebbersbond. Dan vind ik
dat het bedrag dat iemand uit de
klasse van de internationalen ver
dient met een eerste plaats niet zes
keer zo groot moet zijn als dat van
mij als ik win. Men zou het beschik
bare prijzenbedrag over meer prij
zen kunnen verdelen. Wat je hier
ook mist zijn de clubs die de rijders
wat financiële steun verlenen".
Aan een voorspelling voor de toe
komst wil hij zich beslist niet wa
gen. „Als het goed blijft gaan, dan
stap ik volgend seizoen over naar de
nationalen en anders gaan we ge
woon verder in deze klasse".
AXEL Na een periode van 25 jaar
als bestuurder, waarvan 21 jaar als
penningmeester van de Axelse vis
club Geduld Overwint Alles (GOA),
zet Jo Dey er een punt achter. Met
hem vertrekt een man die zich altijd
voor de volle honderd procent heeft
ingezet en daardoor vele verdiensten
heeft voor deze vereniging. Het is dan
ook vanwege deze verdiensten, dat
de scheidende penningmeester vrij
dag van de vereniging een afscheids
receptie werd aangeboden in het
clublokaal 'Het Wapen van Axel'
Jo Dey staat in de vereniging bekend
als een harde werker, maar die ook
van anderen veel eist: vandaar ook
dat hij in Axel gekscherend „de Toon
van de Velde van de visclub" wordt
genoemd). Hij stelt aan de vooravond
van zijn vertrek dat hij met een gerust
hart de zaak aan zijn opvolger Freddy
Lippens overdraagt. „Het is een jonge
kerel, die via de jeugdcommissie zijn
sporen reeds duidelijk heeft verdiend
en zeker bekwaam genoeg mag wor
den geacht om deze zaak te runnen.
We hebben als bestuur steeds ge
streefd naar verjonging en als je dan
de goeie opvolgers hebt gevonden,
mag je ze met voor de voeten blijven
lopen. Dat wil overigens met zeggen
dat ik het niet met een beetje wee
moed doe, want 25 jaar is per slot van
rekening niet niks. Als je het zolang
Ingrid van Assche (links) tijdens haar werk in het verpleeghuis Ter Schorre.
Ik ben gewend om af te zien
HOEK - Tien jaar lang beoefende
Ingrid van Assche vol overgave de
zwemsport. De Zeeuws-Vlaamse ont
popte zich op jonge leeftijd bij De
Schelde in Terneuzen als een talent
en was ooit zelfs nog Zeeuws record
houdster op de vlinderslag. Na haar
carrière als zwemster was het enige
tijd stil rond de inmiddels 30-jarige
fysiotherapeutisch assistente. Drie
jaar geleden kwam ze weer in aanra
king met de sportwereld. Ze legde
zich in eerste instantie toe op het
lopen. Maar sinds vorig jaar kent ze
een nieuwe uitdaging: de triathlon.
Dit jaar staan er nog acht in deze
streek op het programma en Van
Assche is vastbesloten om steeds aan
het vertrek te staan. Zaterdag was ze
ook in Axel van de partij.
Het is in zekere zin opvallend dat
Ingrid van Assche zich op het lopen
en de triathlon heeft toegelegd. „Ik
heb niet echt de bouw van een loop
ster", weet ze. „Drie jaar geleden ben
ik begonnen met lopen. Het beviel
goed en ik kreeg er steeds meer plezier
in. Ik had een jaar of tien gezwommen,
vanaf mijn twaalfde bij De Schelde.
Nadat ik een paar jaar een aanloop
nodig had gehad, heb ik vooral bij de
dames goed gepresteerd. Ik heb me er
echt fanatiek op toegelegd, lange
baanwedstrijden gezwommen
(schoolslag) en zelfs nog een Zeeuws
record op de 200 meter vlinderslag
gehad. Dat is inmiddels natuurlijk wel
al gebroken".
„Ik ben gestopt omdat ik wilde paard
rijden. Dat is altijd mijn grote liefde
geweest. Ik ben gaan werken in het
zwembad in Oostburg en kon het toen
zelf betalen. Als zwemster heb ik
afscheid genomen met een Zeeuws
kampioenschap op de estafette, een
mooi moment om te stoppen. Ik heb
enige tijd bij de Honteruiters in
Kloosterzande gereden en zelf nog een
paard gehad. Ik hoefde niet echt iets
te bereiken en zag het paardrijden
vooral als ontspanning. Een vrije
tijdsbesteding, lekker genieten van de
natuur. Maar elke dag rijden en het
paard verzorgen neemt veel tijd in
beslag. Ik heb mijn paard verkocht,
maar ga nog wel regelmatig rijden om
het bij te houden".
Drie jaar geleden startte Ingrid van
Assche in haar eerste prestatieloop.
Daarmee werd het sein gegeven tot
een actieve beoefening, die alleen
maar meer tijd in beslag heeft geno
men. „Het opbouwen van de training
is het moeilijkst als je van nature
niet zo goed kunt lopen", heeft ze
ervaren. „De eerste kilometers is het
echt moeilijk om door te zetten. Ik
weet nog dat ik flink heb afgezien
toen ik voor de eerste keer vijf kilo
meter liep. Nu heb ik geen moeite
met tien kilometer. Ik wil die afstand
nog langzaam uitbouwen. Mijn
droom is om ooit nog eens een halve
marathon te lopen, maar dan moet ik
me zuiver op het lopfn toeleggen en
geen triathlon willen doen".
„Ik kon zwemmen, was getraind voor
het lopen en besloot daarom om mee
te doen aan een triathlon. Het eerste
jaar heb ik een fiets van de buurman
geleend, die paste helemaal niet.
Daarna heb ik de fiets van mijn vriend
(Rob Bezemer) gebruikt. Die was een
slagje kleiner, maar het was nog niet
ideaal. Vorig jaar heb ik een fiets
gekocht die goed op maat is. Een
triathlon, dat is elke keer afzien en
toch leuk. Je moet doorzetten en dat
was ik wel van het zwemmen gewend.
We trainden vroeger bij De Schelde
een paar keer per week 's morgens
vroeg. Bovendien moest je op de lange
baan als het koud was ook flink op je
tanden bijten".
Niettemin heeft ze een broertje dood
aan warme omstandigheden. „Koud
weer is in mijn voordeel", zegt ze.
„Daarom is het jammer dat er morgen
niet in de kreek gezwommen wordt.
Voor mij duurt dat maar even....Ik
krijg ook altijd zo'n rode kop als het
warm is en als ik ga trainen dan neem
ik altijd een washandje mee om te
deppen. Als het vriest of regent, is er
veel zuurstof in de lucht. Daar ben ik
bij gebaat".
„Ik heb het met het lopen het moei
lijkst. Dat is logisch, want het is het
laatste onderdeel en je hebt net het
fietsen achter de rug. Als je vijf
dagen in de week werkt, je huis moet
bijhouden en je potje moet koken,
blijft er niet zo heel veel tijd over om
te trainen. Ik wil dan ook vooral veel
korte afstanden doen, misschien één
keer een 'kwart' triathlon. Ik train
meestal zo'n zeven uur per week,
maar ik ben nog niet maximaal in
training. Het is een ontspanning na
mijn werk. Je bent een hele dag druk
bezig, maar tijdens de training denk
je aan heel andere dingen. Op mijn
werk (Ingrid van Assche werkt in het
verpleegtehuis Ter Schorre in Ter
neuzen) leeft iedereen ook erg mee".
Samen met haar vriend Rob Bezemer
probeert ze de training aantrekkelij
ker te maken. „Rob speelde tot vorig
jaar rugby bij Oemoemenoe. Nadat er
een nier bij hem was weggehaald,
vond hij het te riskant om rugby te
blijven spelen. Hij doet nu ook mee
aan de trimlopen en we trainen nogal
eens samen. Dat scheelt veel. Als we
gaan fietsen, past hij zich aan mijn
tempo aan. Soms versnelt hij en dan
probeer ik bij te blijven. We zijn ook al
eens samen naar het zwembad ge
weest. Alleen met lopen heeft het geen
zin om samen te trainen. Rob is veel
sneller dan ik".
met hart en ziel doet, wordt het tod
een stuk van je leven".
Was voor Jo Dey, eens samen me
Toon van de Velde en Jan Jonkmai
het vermaarde middentrio in de roem
rijke jaren van de voetbalverenigini
Axel, de overstap van het voetbalveli
naar de rust aan de waterkant geei
overstap tussen twee uitersten? ..Be
slist niet", stelt hij. „Kijk, als ik ra
ergens voor inzet doe ik het goed o
doe ik het niet. Dan is het helemaa
niet zo'n rustig leventje in die visclub
want ook daar zijn heel wat karweitje
op te knappen die behoorlijk wa
lichamelijke inspanning vergen. Wa
denk je van het op peil houden vai
het viswater, het uitzetten van vis ei
vergeet zeker niet het in de gatei
houden van de stropers. Nee, als)
wilt kun je ook in deze club best hee
wat energie kwijt".
Ook in de landelijke organisati
kreeg men al snel weet van de ijve
en voortvarendheid waarmee be
Axelse bestuurslid de zaken aanpak
te. Zo werd hij al snel aangezocht on
als coördinator voor de waterbemon
stering op te treden en ook daa
fungeert hij al 23 jaar als consul. D
scheidende Axelse penningmeestc
weet dan ook als geen ander hoe be
met de viswaterstand in deze region
gesteld. Hij stelt: „Je ziet een duide
lijke verbetering van het viswater ei
vergiftiging door landbouwvergi
komt bijna niet meer voor. Dat i
geruststellend voor de toekomst".
Jo Dey doet overigens nog niet volle
dig afstand van al zijn functies
functie van voorzitter van de advies
commissie van Water- en Visstandbe
heer houdt hij voorlopig nog een tijd)
aan. Vanuit die functie zal hij dan ooi
ongetwijfeld het jonge en actieve be
stuur van de Axelse visclub nog dik
wijls van advies dienen. Een gerustel
lend gegeven voor GOA, als je ope®
man met zo'n ervaring en liefde voo
de sport kunt terugvallen. Dus ook ni
zijn afscheid blijft Jo Dey een verdien
stelijke kracht voor zijn vereniging
wat hij zelf graag wil. Want stelt hijM
slot: „Ze kunnen als het nodig
natuurlijk nog altijd een beroep op®
doen. Alleen dat heilige moeten is
nu een beetje af en dat is ook beter at
je bijna zestig bent. Dan is het tijd da
je plaats maakt voor de jeugd 1
daarom vertrek ik ook".