OMROEPBESTEL
geleidelijke sloop
van een kaartenhui
s
Kwelling
Vol
Onbetrouwbaar
Succes
Crisis
PZC/ °P'n*e en achtergrond
Onzin
Vernietiging
stemmen uit de kerken
Gevaarlijk
Dageraad
VRIJDAG 28 FEBRUARI 1986
Van onze correspondent Taco Slagter)
Een revolte in Egypte is geen noviteit. Het is een cyclus. Massale burgerlijke ongehoor
zaamheid komt sinds de revolutie van 1952 om de acht a negen jaar voor. Maar past de
woensdag uitgebroken opstand onder de veiligheidstroepen van Cairo in dit beeld? Het lijkt
van niet want dit keer gaat het niet om door prijsverhogingen uitgelokt 'broodoproer' of om
in de traditie van studenten verankerde agitatie, maar om veel iets ernstigers. De uit onvrede
met het barre soldatenleven rebellerende paramilitairen uit de laagste rangen, verbeeldden
met deze spontaan uitgebarste rellen in feite de diepe ellende waarin Egypte sociaal-
economisch, cultureel en politiek verkeert.
In het door talnjke onoplosbare pro- terrorisme in het Midden-Oosten
blemen verstikkende land van vijftig
miljoen zielen is er weinig voor nodig
om het sociale kruitvat tot ontploffen
te brengen. Dat het dit keer niet de
burgers waren die de aanzet tot het
oproer gaven, maar in straffe discipli
ne gedrilde dienstplichtigen, is niet zo
vreemd als het op het eerste gezicht
lijkt.
Deze hoofdzakelijk van het platte
land afkomstige jongens - klein van
gestalte en met medelij den-opwek-
kende doffe ogen - staan drie j aar lang
elke dag twaalf uur op wacht bij
regeringsgebouwen, ambassades en
andere voor de veiligheid van de staat
belangrijke objecten, zoals de talrijke
bruggen over de Nijl en radio- en
televisiestations. Door de militaire
selectiecommissie slechts voor bewa
kingstaken geschikt bevonden, om-
datje er noch voor hoeft te lezen of te
schrijven. Dit door de militaire elite
als uitschot beschouwde voetvolk is
voor meer dan 90 procent analfabeet.
Deze weinig verheffende manier
waarop zo'n dienstplichtige de drie
lange jaren in het leger moet door
brengen, is al een kwelling, maar de
leefomstandigheden in de militaire
kampen en de salariëring is nog
bedroevender. De behuizing van de
soldaten is allerbelabberst, het eten
weinig en slecht en de soldij niet
meer dan 21 gulden per maand. De
corruptie bij het kader kent geen
grenzen. Wie van zijn kapitein een
verlofpasje wil hebben, moet daar
vaak meer dan een maandgeld voor
betalen. Het mag dan ook geen ver
wondering wekken dat, toen dins
dagavond het gerucht de ronde deed
dat de diensttijd met een jaar zou
worden verlengd, hetgeen door de
regering als een vals bericht werd
bestempeld, bij de veiligheidstroe
pen de vlam in de al oververhitte pan
sloeg.
Misschien een toeval, maar in ieder
geval een samenloop van omstandig
heden dat de veiligheidstroepen als
eerste uiting gaven aan de al maan
den broeiende onrust en frustratie bij
het Egyptische volk. Het regime van
president Hosni Moebarak is al lang
in gevaar. Maar dat is nog geen rege
ring sinds de revolutie van Gamal
Abdel Nasser gespaard gebleven.
Door de interne politieke problemen
en de steeds verder verslechterende
sociaal-economische situatie verkeert
Moebarak in een wel heel delicate
situatie. De grootste klacht van het
volk is dat het regime van alles be
looft, maar dat er in feite niets ge
beurt. Is die blaam gerechtvaardigd?
Egypte kampt met een begrotingste
kort van vijf miljard gulden, een han
delstekort van 27 miljard gulden en
een buitenlandse schuldenlast van
maar liefst 80 miljard gulden. Steeds
meer reserves verliest het land door
derving aan inkomsten uit de olie,
teruglopend tonnage van schepen die
het Suezkanaal passeren en het door
sterk verminderde toerisme. Maar het
land schreeuwt om buitenlandse valu
ta. Meer dan 80 procent van de be
hoefte aan tarwe en meel moet wor
den geïmporteerd. Egypte kan door
de explosief toenemende bevolking -
er komen per negen maanden netto
één miljoen landgenoten bij - bij
lange na niet uit de eigen voedselvoor
ziening putten. Nu is er nog. brood
voor alle 50 miljoen, maar als de
economie niet aantrekt en de hoofdza
kelijk uit de Verenigde Staten ver
schafte financiële hulp (7 miljard gul
den voor dit jaar) niet wordt ver
hoogd. dan staat Egypte aan de voor
avond van een ramp.
In sociaal opzicht gaat het land ook
gebukt onder talrijke wurgende pro
blemen. De hoofdstad Cairo is met 12
miljoen inwoners propvol. Er heerst
een groot tekort aan betaalbare hui
zen. Velen wonen in krotten of uit
huisvuil opgebouwde hutten. Wie
wel over een stenen huisje beschikt
moet de twee kamers met tien of
meer gezinsleden delen. Aan de nood
zakelijke infrastructuur schort ont
zettend veel. Er is een groot tekort
aan scholen en leerkrachten. Veel
kinderen in Cairo en op het platte
land zijn verstoken van onderwijs.
Sociale voorzieningen zijn er nauwe
lijks. Het gemiddelde inkomen ligt
rond de 1800 gulden per jaar. Verder
wordt het land geteisterd door een
bureaucratie die zelfs Kafka met
moeite onder woorden zou kunnen
brengen.
Bij dit alles worden de rijken rijker en
de armen armer. Niet voor niets uitten
de opstandige soldaten in de weelderi
ge wijk Ma'adi in Cairo hun woede op
de villa's en de voor de deur gepar
keerde dure auto's. Daarbij schreeuw
den zij volgens ooggetuigen: „Jullie
eten vlees, elke dag, en wij, wij eten
alleen pita's (een broodje met een
schijfje tomaat, red.) al ons hele leven
lang".
Ook op de politieke situatie verliest
Moebarak steeds meer greep. In het
land is onder zijn regime op beperkte
schaal de democratie doorgevoerd.
Maar het gaat slecht met het experi
ment. Er is een forse oppositie die
middels hun kranten krijsen om het
hardst. De dagbladen van deze niet in
het parlement vertegenwoordigde on
officiële partijtjes hebben een pam-
flet-achtig karakter. Roddels en ge
ruchten vormen het dagelijks op pa
pier afgedrukte gerecht. Het meren
deel van de Egyptenaren neemt deze
kranten nauwelijks serieus, maar zij
vormen voor hen het enige alternatief
om in de onvrede te worden beves
tigd.
Maar met de door de staat gecontro
leerde pers is het al niet anders. Of de
berichtgeving is gezagsgetrouw, in
feite dus onbetrouwbaar, of de kran
ten bevatten kritiek zonder dat er
een oplossing voor de problemen
wordt aangedragen. Zulke kranten
zijn de Egyptenaren ook zat.
Het meest waren zij gekwetst tijdens
en na de afloop van de kaping van het
Italiaanse passagierschip de Achille
Lauro en de dramatische ontknoping
van het eveneens gekaapte Egypti
sche lijntoestel op Malta, vorig jaar.
In geen enkele krant was toen de ware
toedracht rond deze affaires met Pale
stijnse terroristen te lezen. Van het
groot aantal doden bij de bestorming
van het op Malta vastgehouden vlieg
tuig door Egyptische commando's
hoorde het volk het eerst via de
werelduitzending van de Britse BBC.
Zelfs de volgende dag was er in geen
enkele Egyptische krant een letter
over te lezen. Het drama werd als een
groot succes gepresenteerd, terwijl in
het centrum van Cairo bij de kranten
kiosken in buitenlandse bladen met
grote koppen het ware verhaal stond
afgedrukt.
„We worden behandeld als kinderen",
zei een Egyptische zakenman enkele
weken geleden. „Zijn we niet volwas
sen genoeg om de waarheid te kunnen
verdragen?". Gramschap uitte deze
man ook over het gedrag van Moeba
rak toen hij voor de internationale
pers loog over de verblijfplaats van
Abu Abbas. de palestijnse terroristen
leider die vermoedelijk het brein is
geweest achter de kaping van de
Achille Lauro. „Waarom zette de pre
sident zichzelf en ons voor het oog van
de wereld voor schut?", vervolgde hij
bitter. „In een democratie past geen
censuur. Maar dit is een schijndemo-
cratie".
In die visie van Moebarak misbruikt
de oppositie de door hem per decreet
verschafte vrijheid van meningsui
ting. Enkele weken geleden waar
schuwde hij daartegen tot twee maal
toe'in scherpe bewoordingen. De pre
sident dreigde met maatregelen zoals
die ook tegen de islamitische funda
mentelisten tot uitvoer zijn gebracht.
Toen die verscheidene keren massaal
de straat op waren gegaan, en de
fanatieke religieuze sjeiks in bedekte
termen de 'heilige oorlog' tegen het
regime proclameerden, zette het regi
me de voornaamste agitator, sjeik
Hafaz Salama uit Suez van de beruch
te El Nur-moskee in Cairo, gevangen.
De geplande 'groene marsen' (groen is
de kleur van de islam) naar het presi
dentiële paleis gingen niet door. Pre
ken voor de wekelijkse gebedsdienst
op vrijdag zijn nu gecensureerd en
geen enkele moslim kan de gelovigen
toespreken zonder een vergunning
van het loyaal met de staat verbon
den islamitisch centrum El Azar.
Niettemin slaat de fundamentalisti
sche visie bij het volk steeds meer
aan. Niet zozeer vanwege goddelijke
openbaringen, maar als een simpel
alternatief voor de met het verstand
niet meer te beredeneren onzekere
toekomst en toenemende armoede.
Het wemelt in Cairo van gesluierde
vrouwen: de moskeen zitten vol als
ware het oorlog. Deze orthodoxe mos
lims willen in het land de sja'ria, de
islamitische wetgeving, als enige
norm laten gelden. Bijvoorbeeld
door bij dieven de handen af te hak
ken, sodomieten op te hangen.
Bij al die problemen wordt van Moe
barak verwacht dat hij optreedt zoals
een leider betaamt. Maar de van oor-
Soldaten met een pantservoertuig houden de wacht in de omgeving van de
kazerne van de muitende veiligheidstroepen. Op de voorgrond een uitgebran
de bestelauto.
Hosni Moebarak
sprong luchtmachtgeneraal mist het
charisma van zijn voorganger Anwar
Al Sadat en de dweepzucht waarmee
de revolutionaire Nasser het volk tot
extase kon brengen. Bij dit alles, zo
menen Egyptische journalisten, poli
tici en buitenlandse diplomaten, mist
Moebarak het inzicht en het staats
manschap van een ervaren politicus.
In ontwikkelingslanden als Egypte
met uit koloniale tijden overgebleven
politieke structuren draait alles om
de regeringsleider. Faalt hij. dan heeft
dat grote gevolgen voor de politieke
en sociaal-economische situatie van
het land. Moebarak mag dan overal
de schuld van krijgen, zijn ministers
en adviseurs gaan eveneens niet vrij
uit. De president zit opgescheept met
een kring van raadgevers, wier sterren
met veel likken onder Sadat zijn gere
zen. Maar een groot aantal is incom
petent voor deze in het Egyptische be
stel uiterst belangrijke taak. Boven
dien speelt zich een paleisrevolutie
onder deze mensen af. Waarbij het
gaat of Moebarak een pro- of een anti
westerse koers moet varen. Er is ech
ter geen keus. Egypte zit als een na
velstreng aan de Verenigde Staten ge
bonden. Zou Washington morgen de
militaire en economische steun opzeg
gen, dan is het land reddeloos verlo
ren.
Nog niet eerder de afgelopen twintig
jaar is Egypte in een crisis van deze
omvang geconfronteerd. Ook al lukt
het de regering muitende veiligheids
troepen met niet al te veel bloedver
gieten onder controle te krijgen, dan
nog is slechts een symptoom bestre
den en blijft de ziekte in volle om
vang bestaan. Moebarak zal de ko
mende dagen een politieke krachtme
ting ondergaan waarvan de uitkomst
moeilijk is te voorspellen.
Centraal daarbij staat de vraag of de
vonk niet zal overslaan naar het volk.
Weliswaar zitten de Egyptenaren van
wege het uitgaansverbod nog in hun
huizen opgesloten, als zij weer de
straat op mogen en het regime niet
heeft weten duidelijk te maken dat er
ten gunste van hen wezenlijke veran
deringen op korte termijn op komst
zijn, dan is er weinig voor nodig om
het tot een volksopstand te laten ko
men. De massale militaire aanwezig
heid in de straten van Cairo en andere
belangrijke steden houden de tweede
revolutie dan niet meer tegen. Boven
dien is het de vraag of onder zulke
omstandigheden het leger loyaal blijft
aan de president. Ondanks dat Moe
barak als ex-generaal veel vrienden
telt onder de opper-officieren, zelfs on
der de huidige omstandigheden is het
niet uitgesloten dat de generale staf
de macht overneemt. Tientallen mil
joenen potentiële opstandige Egypte
naren kun je maar beter voor het uit
breken van de revolte onder de duim
houden.
Het politieke leven van Moebarak en
diens kabinet hangt aan een ragdun
draadje, waarbij de president het
grootste gevaar loopt. Zijn voorgan
ger Sadat werd niet geveld door mee
dogenloze generaals maar door vin
gers aan de trekker van door haat ver
blinde soldaten.
Het is te hopen dat de Egyptenaren
voor ogen houden dat met een nieuwe
revolutie het kind met het badwater
wordt weggegooid: de experimentele
democratie en daarmee de al verwor
ven vrijheden.
iDoor Peter van Nuijsenburg)
Het omroepbestel begint steeds
duidelijker tekenen van ver
zakking te vertonen. De illusie dat
het bestel gevrijwaard kan blijven
van de revolutie door de opmars
van nieuwe media, maakt ook in de
politiek langzaam maar zeker
plaats voor het besef dat de storm
niet zal gaan liggen bij de gemeen
tegrenzen van Bussum en Hilver
sum.
Jarenlang hebben de zuilen, en in
hun kielzog PvdA en CDA. manmoe
dig geprobeerd dit feit te ontkennen.
Het bestel in zijn huidige vorm werd
gepresenteerd als een onverganke
lijk cultuurgoed, dat krachtige be
scherming verdiende. De socialist
Joop Voogd wilde destijds niet vol
staan met halve maatregelen. Ge
confronteerd met de dreiging uit de
ruimte stelde deze, inmiddels overle
den, pacifist ooit voor desnoods de
luchtmacht in te schakelen om de
tv-satelietten letterlijk uit de ether
te schieten.
Dit verbond lijkt nu onderhevig aan
slijtage. Het wetenschappelijk bu
reau van de PvdA, de Wiardi Beek
man Stichting, publiceerde onlangs
een rapport, waarin onomwonden
werd geconstateerd dat alleen de
invoering van een commercieel net
de 'gekleurde' omroepen nog enige
overlevingskans biedt. Het rapport.
'Een wijs bestel' geheten, zorgde
voor grote deining in de socialisti
sche gelederen. Niet alleen de conse
quente stormloop op allerhande om-
roeptaboes werd in schrille tonen
veroordeeld. Het tijdstip van publi-
katie, een paar dagen voor het
PvdA-verkiezingscongres, werd
door de partijtop als een regelrechte
dolkstoot in de rug ervaren.
Lijsttrekker Den Uyl en partijvoor
zitter Van den Berg gaven een ge
harnaste verklaring uit waarin na
drukkelijk stelling werd genomen
tegen de conclusies van de eigen
'denktank'. Het 'veld' repte van een
uitlevering van het bestel aan het
'groot kapitaal' en een omhelzing
van de VVD-standpunten.
VARA-voorzitter Van Dam dreigde
zelfs steun aan de PvdA-campagne
te onthouden, wanneer het congres
tot invoering van een commercieel
net zou besluiten. Deze stap wilde
het congres nog niet zetten, maar tot
een ondubbelzinnige afwijzing van
een commercieel net kwam het
evenmin.
De discussie in de partij is niet
verstomd, ook al zal de fractie zich
voorlopig tegen de invoering van
een commercieel net blijven verzet
ten. Dat de de PvdA openstaat voor
nieuwe inzichten, moge verder blij
ken uit de vrijwel geruisloze aan
vaarding van een tekst in het verkie
zingsprogramma die financiering
van de lokale en regionale omroep
deels uit reclamegelden mogelijk
maakt.
Van de grote partijen lijkt alleen het
CDA nog geporteerd voor een renc
vatie van het Hilversumse kaarter
huis. De fractie staat onder grot
druk van verwante omroepen, KR(
en NCRV, die elke wezenlijke verar
dering in het Gooise reservaat al
een aanslag op hun positie beschot
wen. Het is echter de vraag of d
Mediawet van minister Brinkma
het juiste bestek is voor die renov;
tie.
Het hoofd van de directie Radit
Televisie en"'Pers van het ministeri
van WVC, drs. Van de Steenhover
heeft deze week een vernietigen
oordeel uitgesproken over het werk
stuk van zijn politieke chef. De we
is 'oppervlakkig' en houdt volstrek
onvoldoende rekening met de niet
we technologie. Uitsluitend het fei
dat de wet als 'breekijzer kan dienei
in de opinievorming in Hilversum ei
de gelieerde fracties in Den Haag
wilde hij als een verdienste aanmei
ken.
De VVD zal de kritiek van Van di
Steenhoven - pikant detail: hij t
van CDA-huize - dankbaar geno
teerd hebben. Mediaspecialist Keji
betoogt sinds jaar en dag dat he
bestel in de huidige vorm ten dodei
opgeschreven. Hij ziet weinig in ee
geforceerde reanimatiepoging doo
middel van deze Mediawet.
De kleinste regeringspartij heeft dj
invoering van een derde niet- com
mercieel net, op aandringen vai
vooral het CDA als hoeksteen in d
wet gemetseld, terecht als onzii
bestempeld. Behalve het CDA zeil
loopt geen enkele partij, ook rii
PvdA niet, echt warm voor dezi
noodgreep. De summiere uitbrei
ding van de STER als belangrijkst
financieringsbron zal het weg
vloeien van reclamegelden naar he
buitenland (Sky Channel!) niet kun
nen voorkomen. Alleen een com
mercieel net kan soelaas bieden aai
die omroepen die zich dan nie]
langer in de slag om de vermaledij
de kijkcijfers hoeven te storten.
In het kabinet lijkt premier Lubber;
niet ongevoelig voor deze argumen
tatie. Ideologische overweginger
plegen weinig indruk te maken o[
deze pragmaticus, die voomamelijl
geïnteresseerd is in handzame oplos
singen voor politieke problemen;
Brinkman zelf ziet ook in dat een
commercieel net niet permanent or
de wachtlijst kan worden geplaatst!
maar wil nu nog geen kleur beken
nen.
De CDA-fractie wil echter geer
duimbreed wijken. De WD heefl
zich tijdens het geregelde overleg
achter de schermen bereid ver
klaard de door haar en de Pvdé
gewenste, maar door het CDD
verfoeide regionale STER in te rui
len voor de in de wet vastgelegde
toezegging dat het derde net be
stemd wordt voor commerciële uit
zendingen. Maar ook deze concessie
heeft het CDA niet kunen vermur
wen. Het tegenbod van de christen
democraten gaat niet verder dan
een loze motie, waarin om een on
derzoek naar een commercieel net
wordt gevraagd.
Beide regeringspartijen hebben hun
stellingen betrokken en daarmee de
manoeuvreerruimte voor een com
promis drastisch verkleind. Omdat
in de wet nog genoeg conflictstof op
andere punten (onder andere over
het facilitair bedrijf van de NOS) ligt
opgetast, zou het niet onverstandig
zijn de wet voorlopig, bijvoorbeeld
na de eerste schermutselingen in de
Kamer, aan verdere krijgshandelin
gen te onttrekken.
Daarmee kan een confrontatie tus
sen beide coalitiepartners uitge
steld worden tot de kabinetsforma
tie. Het CDA kan zich vervolgens
beraden over een realistischer be
nadering van de revolutie in de
mediawereld. De VVD kan genoeg
doening putten uit de constatering
dat de tijd in haar voordeel werkt:
de sloop van het kaartenhuis gaat
onverminderd voort.
De morgenschemering der mensheid
Toen zij in het veld gegaan waren, stond Kaïn
tegen zijn broeder Abel op en doodde hem. Toen
zei de Heer tot Kaïn: Waar is uw broeder Abel? En
hij zei: Ik weet het niet; ben ik mijn broeders
hoeder? En Hij zeide: Wat hebt gij gedaan? Hoor,
het bloed van uw broeder roept tot Mij van de
aardbodem. Vervloekt zijt gij; een zwerver en een
vluchteling zult gij op aarde zijn
En Lamech nam zich twee vrouwen; de ene heette
Ada en de andere heette Zilla. Ada baarde Jabal, die
de vader geworden is van tentenbouwers en schaap
herders. De naam van zijn broeder was Jubal; hij
werd de stamvader van allen, die de cither en de
fluit bespelen. En Zilla schonk het leven aan
Tubal-Kaïn, de stamvader van de smeden, die koper
en ijzer bewerken. En Lamech zei tot zijn vrouwen:
Ada en Zilla hoort naar mijn stem. Ik sloeg een man
dood om mijn wond en een knaap om mijn striem;
Kaïn wordt zevenvoudig gewroken, maar Lamech
zevenenzeventig maal
Zeus wilde de mensheid het vuur onthouden; maar
Prometheus besloot het aan de goden te ontfutselen.
In een rietstengel verborg hij het vuur, dat hij
heimelijk gestolen had op de Olympus. Toen Zeus het
vuur op aarde zag, ontstak hij in woede. Hij ontnam
de mensen het vuur niet, maar het goede, dat het
vuur de aarde bezorgen kan, liet hij vergezeld gaan
van het kwade, dat de mensheid te allen tijde
bedreigen zou.
Stemmen uit de oertijd. Schimmen uit de scheme
ring in de beginne. In deze lijdensweken wil ik naar
die stemmen luisteren, want zij verkondigen een
boodschap, die ons tot nadenken dwingt. Die een
beroep op ons doet, pas op de plaats te maken en ons
af te vragen, waar we staan, wie we zijn, hoe we ons
gedragen, waar we gefaald hebben, zeg maar gezon
digd tegen Schepper, schepsel en schepping. Ik denk
aan de idealen, waarmee Jezus van Nazareth bezield
was toen Hij de mensen van zijn tijd benaderde. Aan
de Bergrede, die Hij ons er toevertrouwde om ons
gedrag te bepalen op alle terreinen des levens: de
kerk, de staat, de cultuur, de maatschappij. Hij wilde
Zijn volgelingen in staat stellen, aan de verwording
van mensheid en wereld een eind te maken, te
werken aan een nieuwe tijd, een Messiaanse tijd vol
licht, vrede en gerechtigheid. De morgenschemering
was overgegaan in het morgenlicht, waarin de mens
herademen kon. Maar Kaïn zwerft nog over de aarde
en Lamech verwekt nog altijd zonen, die koper en
ijzer bewerken, die wapens smeden.
Zij sterven niet, maar hij, die erop wees. dat zij. die
het zwaard hanteren zelf door het zwaard zouden
vergaan, moest uit de weg geruimd worden. Zijn
stem blijft klinken en Zijn licht kon niet worden
gedoofd. Maar meer dan ooit kijk ik in de lijdenstijd
om mij heen, de wijde wereld in en vraag mij af of
Kaïn's broedermoord niet aantrekkelijker voor velen
is dan Jezus' naastenliefde; of de schreeuw van
Lamech de stem van de Grote Meester niet onhoor
baar of onduidelijk maakt.
In opdracht van de Verenigde Naties werd in 1980
een rapport gepubliceerd over volledige ontwape
ning. Toen de eeuw van de kernenergie begon,
groeide onmiddellijk het besef van de geweldige
mogelijkheden van atoomenergie en tegelijkertijd
de dreigende mogelijkheid van vernietiging over de
gehele aarde. Een jaar vóór de verwoesting van
Hiroshima en Nagasaki, waar plotseling geweld op
ongekende schaal gepaard ging met afschuwelijke
gevolgen op lange termijn had de Deense atoomge
leerde en Nobel-prijswinnaar Niels Bohr president
Roosevelt en eerste minister Churchill gewaar
schuwd: ..Het feit van onmiddellijk, allesoverheer
send belang is, dat nu een wapen van onvergelijkba
re kracht gemaakt wordt, waardoor alle toekomstige
oorlogsomstandigheden totaal veranderd zullen
worden. (-) Tenzij inderdaad een overeenkomst over
de controle op het gebruik van deze nieuwe actieve
materialen tijdig gesloten kan worden zal ieder
tijdelijk voordeel, hoe groot dit ook moge zijn, teniet
worden gedaan door een eeuwigdurende bedreiging
van de menselijke samenleving"
Maar men luisterde niet naar deze profetische woor
den, zelfs niet, toen het einde van de meest-verwoes-
tende wereldoorlog in zicht kwam. Het blijft, volgens
dit rapport, een onheilspellende paradox in de
wereldgeschiedenis dat de tragische verschrikkingen
van Hiroshima en Nagasaki de strategen niet dwong
tot beperking en bezinning, maar dat een dwangma
tige behoefte ontstond aan steeds toenemende aan
tallen nucleaire wapens, waarvan de afgrijselijke
vernietigingskracht zo overduidelijk was aange
toond. Wie zijn ogen en oren niet sluit voor wat de
ene mens de ander kan aandoen, is een blijvend
getuige van de broedermoord in de morgenscheme
ring der mensheid; hoort het snoevend gebrul van
Lamech. die de macht van de sterkste proclameert;
ziet Prometheus wegsluipen uit de verblijfplaats der
goden met dat, wat alleen de hemel toekomt,
verborgen in een rietstengel.
Zonder de zedeprediker of de boeteprofeet te willen
uithangen, vraag ik mij eveneens af of de mens van
onze tijd nog wel bij machte is zichzelf beperkingen
op te leggen. Zeker, miljoenen wetten willen ons,
moeten ons vrede en veiligheid garanderen. Protest
marsen, demonstraties, massale bijeenkomsten,
studieweken, theologische, filosofische, christelijke
en humanistische uitspraken en welgemeende diep
zinnigheden zijn aan de orde van de dag, maar de
vuist van Kaïn in de knots van Lamech escaleren
tot een zó satatisch moornwapen, dat het bij
gebruik het tragisch gebeuren in de oertijd redu
ceert tot een spannend verhaal.
We hebben grenzen overschreden, zijn op drift
geraakt. Euthanasie is een discussiestuk. Wat doen
we ermee, als tegelijkertijd het universum tot arse
naal gemaakt wordt om miljoenen in éën verschrik
kelijke klap te doden! Ik begin een beetje te begrij
pen waarom zo ontstellend gemakkelijk over abortus
wordt gedacht en gesproken. Wij tellen onze doden
immers niet meer bij tientallen, maar bij miljoenen
en wat betekent dan dat embrionale leventje in de
moederschoot nog? We schreeuwen om het hardst
dat onze rechten geëerbiedigd moeten worden, dat
niemand onze privacy mag verstoren, dat we vrij
willen zijn in onze besluiten, maar ons schreeuwen
heeft alleen maar geleid tot grensoverschrijding. Een
eenmaal gegeven woord kan met een vloek en een
zucht, zelfs met een begrijpende glimlach gebroken
worden. Het ja-woord voor wet en kerk biedt geen
enkele garantie meer. Het ontbinden van een huwe
lijk wordt bijna even vanzelfsprekend, als het sluiten
van een verbond tussen man en vrouw, al of niet
bekrachtigd door een gebed om Gods zegen.
Prof. dr. A. J. Rasker publiceerde in de vijftiger jaren
eën bundel gedachten en opvattingen over vrede en
de houding van christenen tegenover geweld in
velerlei vormen. „Wij kiezen voor het gevaarlijke
leven", propageerde hij en zijn bundel kreeg dan ook
die titel. Hij schaamde zich voor het feit dat het zich
christelijk noemende westen de eerste was, die een
atoombom gooide en een waterstofbom fabriceerde
en op de Eerste Pinksterdag van 1956 moest zo nodig
de verschrikkelijke kracht gedemonstreerd worden,
op een dag dus, dat de kerk belijdt, dat God Zijn
Geest uitstort op alle vlees.
In de adventstijd van 1957 werd besloten dat de
westelijke landen bases voor raketten zouden krijgen
en in de kerken werd gezongen van de komende
geboorte van de Vredevorst. Eens trokken de Italia
nen op Goede Vrijdag Albanië binnen en zette
Nederland in de Kersttijd de politionele actie in en
overvielen de Duitsers rondom Pinksteren ons land.
We dienen ons af te vragen wat atheïsten moeten
denken van alles, wat zich tussen christenen af
speelt. Rasker kiest voor het gevaarlijke leven. Hij
wil evangelische normen aanleggen voor zijn handel
en wandel. Velen beschouwen dat als zonderling.
Maar hij verwijst naar de Man van Nazareth, die de
Via Dolorosa wel moest gaan, om de mens de ogen
open te breken voor de waarheid, die elke leugen
achterhalen zal. Daarom koos Hij immers voor het
gevaarlijke leven.
Nog een paar weken, de klaagzang maakt plaats
voor de lofzang. De schemering wijkt voor de
dageraad. Tijd van opstanding, vernieuwing, zuive
ring. We zingen ervan en we geloven erin. We
pretenderen dat tenminste als christenen. We mo
gen, met Karei Eijkman, op weg gaan naar en
geloven in een nieuwe stad, waar men niet meer
doden en vernielen kan en de straatstenen van goud
zijn.
Er is geen gevangenis en geen kazerne. Ook geen
tempel en geen kerk, want de hele stad is van God.
Het water in de rivier is helder en overal dansen de
mensen op heerlijke muziek. De zon zal niet meer
nodig zijn, want overal is al licht. Oude mensen
zitten op hun bankjes met een stok in hun hand. Ze
kijken naar de kinderen die spelen met de dieren. De
duiven, de leeuwen, de honden, de slangen en de
kinderen zijn niet meer bang voor elkaar. Want dit is
de stad, waar de Alheilige tussen de mensen woont.
Henoch, die in de morgenschemering met God
gewandeld had, zal er zijn en Lamech, de bruut,
wellicht ook, want hij was de vader van Noach en
Noach diende God. Jabal bouwt huizen in die stad,
Jubal Kaïn maakt muziekinstrumenten en Tubal-
Kaïn smeedt de zwaarden om tot ploegen. Wie
verstrikt raakt in de indringende vraagstukken van
deze tijd, mag wel wat dromen van een nieuwe tijd
waarin Jezus van Nazareth zo hartstochtelijk heeft
geloofd.
W. de Weerd
I
i