Zeeuwse amateurs
op de Franse toer
VLIEGENDE
JACK VAN DER HORST
EN JAN POLEY
ttctiryw
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
PZC/ wielerkrant
16
Huiverig
Dromen
VRIJDAG 28 FEBRUARI 1986
Evenals vorig jaar gaan
Jan Poley en Jack van
der Horst ook dit wielersei-
zoen weer op de Franse toer.
Voor de twee Zeeuwse ama
teurs zijn de Nederlandse
klassiekers en de rondjes
rond de kerk bijna taboe.
Frankrijk is voor hen het
wielermekka. „De wedstrij
den zijn daar veel mooier en
zwaarder dan in Neder
land", roepen beiden in
koor. „En bovendien gaat
het er in Frankrijk veel pro
fessioneler aan toe".
Jan Poley (24) uit Kruiningen en
Jack van der Horst (23) uit Oost-
Souburg zweren bij de Franse
koersen. Vorig jaar enigszins
schuchter begonnen aan het avon
tuur, zou het tweetal nu niet meer
anders willen.
„In Nederland vliegen de renners er
al meteen vanaf het vertrek in, dus
meteen 60 in het uur en dan is het
een kwestie van in de goeie slag of
in de goeie waaier zitten. Maar zo
werkt het in Frankrijk niet, daar
krijg je de kans om in de wedstrijd
te groeien. De koers wordt op de
zware stukken (kasseien of bergen)
gemaakt en beslist. In Nederland is
het allemaal wind- en waaierwerk,
Of je zit in de eerste waaier of je
valt", meent Poley.
Jack van der Horst knikt en zegt:
„Ik heb vorig jaar twee klassiekers
in Nederland gereden en ik ben
twee keer gevallen.
De twee Zeeuwse renners, die ieder
voor een verschillende ploeg uitko
men, hadden het in de eerste plaats
aan zichzelf te danken dat ze in
Frankrijk verzeild raakten, maar ze
kregen hierbij ook de nodige steun
van de Nederlandse ploegleider An-
dré Wagtmans. „Wagtmans, die veel
contacten onderhoudt met Franse
ploegen, hoorde op een gegeven
moment dat twee formaties nog op
zoek waren naar Nederlandse ama
teurs. Hij heeft ons toen aanbevolen
en heeft voor ons bemiddeld", zegt
Jack van der Horst.
i„Maar we hebben het toch vooral
aan onze prestaties te danken",
voegt Jan Poley er onmiddellijk aan
toe. Die Franse clubs proberen uit
allerlei landen de sterkste amateurs
aan te trekken en ze nemen heus
niet de eerste de beste. We zijn erbij
gekomen door onze prestaties in het
seizoen 83/84. Jack won zes koersen,
waaronder de Omloop van de Hoek
se Waard en ik eindigde zelf onder
meer in Parijs-Roubaix bij de eerste
twintig. En dat, terwijl er meer dan
200 vertrekkers waren", aldus de
Bevelander, die voor Look (met
ingang van dit seizoen is ook Peter
Kant uit Rilland-Bath opgenomen
in deze ploeg) rijdt. Jack van der
Horst komt uit voor de amateuraf
deling van de Fagor-ploeg (de Ne
derlanders Peter Hofland en Edwin
Roovers maken ook deel uit van
deze formatie) met oud-profrenner
Alain Santy als ploegleider.
„Het zijn twee verschillende ploe
gen, die in de buurt van Lille zitten,
maar veel samenwerken", merkt
Van der Horst op.
In eerste instantie waren Poley en
Van der Horst een beetje huiverig
voor het avontuur, maar het is hen
uiteindelijk honderd procent mee
gevallen. „Vanaf het begin af aan
voelden we er ons thuis, alleen de
taal leverde in het begin wat pro
blemen op", zegt Poley.
„Als amateur heb je het goed in
Frankrijk", vervolgt Jack van der
Horst. „Er wordt prima voor je
gezorgd. We rijden drie keer per
maand met de auto naar Lille en
overnachten van vrijdag tot zondag
in een hotel in Lille. Dat wordt
allemaal voor ons betaald. Nee, die
afstand naar Lille is geen enkel
probleem. Het is iets meer dan twee
uurtjes rijden, maar als het je hobby
is, heb je dat er graag voor over".
Verdienen doen de twee er niks, zo
beweren de beide amateurs. „We
krijgen geen cent betaald. Het ver
schil met Nederland is alleen dat we
beter uit de kosten komen, die
worden nu allemaal vergoed. En als
er iets aan je flets kapot is, krijg je
meteen een nieuw onderdeel".
Het gaat het Zeeuwse duo niet om
geld. Ze zijn hobbyisten en rijden in
Frankrijk, omdat de mogelijkheden
in dat land groter en beter zijn. Jan
Poley, die vorig jaar zijn beste sei
zoen als amateur reed („ik was 28
keer bij de eerste vijf'), zegt: „Het is
niet voor niks dat zoveel amateurs
uit Polen, Denemarken en Italië
voor Franse ploegen (in de forma
ties van Poley en Van der Horst zijn
die nationaliteiten ook vertegen
woordigd) uitkomen. Die rijden in
Frankrijk, omdat er zo professio
neel wordt gewerkt en er zoveel
grote en zware wedstrijden worden
gehouden", waarna de Bevelander
vol trots verhaalt over de Ronde
van de Pyreneeën, waarin overigens
ook Jack van der Horst aan het
vertrek kwam.
„Dat was een geweldige belevenis.
Ik kwam zelfs nog als eerste boven
op de Aubisque. Ik eindigde uitein
delijk als dertiende in het algemeen
klassement en werd de beste Neder
lander. Prachtig was dat en als ik
veel van zulke wedstrijden mag
blijven rijden, dan vind ik het
goed".
Zo'n drie jaar geleden kreeg Jan
Poley de kans om beroepsrenner te
worden, maar hij ging niet in op een
aanbieding van Becker Snacks. „Ik
kon bij die ploeg niet op full prof
basis komen. Wat ik zou verdienen,
zou van mijn uitkering (Poley was
op dat moment nog werkloos) afge
houden worden en op zo'n basis
wilde ik geen prof worden.
Jan Poley
Anno 1986 koestert de 24-jarige
renner geen enkele profaspiratie
meer. „Vroeger droomde ik van een
loopbaan als profrenner, maar dat
is over. Ik heb nu een goede baan
(Poley is als proefveldmedewerker
Werkzaam bij BASF) en die wil ik
er niet voor opgeven. En ik denk
ook niet dat ik genoeg klasse heb
om bij de profs mee te kunnen. Ik
rijd puur voor mijn plezier", zegt
de Bevelander in alle eerlijkheid.
Zijn vriend Jack van der Horst
denkt er bijna precies zo over, al wil
hij een eventuele profcarrière niet
uitsluiten. „Maar ik zal dan toch
nog veel beter moeten gaan preste
ren, wil het ooit nog eens zover
komen. Je moet bij de amateurs
toch wel van superklasse zijn om bij
de profs een goed figuur te slaan.
Daarom maak ik me niet al teveel
illusies", aldus de Souburger, die
momenteel werkloos is.
Als het notitieboek is dichtgeslagen
en er nog even wordt nagepraat,
vertelt Jan Poley dat veel amateurs
in Frankrijk doping gebruiken.
„Twee jaar geleden is er iemand uit
mijn ploeg tijdens een wedstrijd
gestorven en dat werd in verband
gebracht met dopinggebruik. Nee,
Jack en ik gebruiken niks. Dat is
toch veel te gevaarlijk. Na een wed
strijd is er altijd controle, dus je kan
gepakt worden en bovendien weet
je niet wat de gevolgen op de lange
termijn zijn".
Jack van der Horst
W
Jack van der Horst (links) en Jan Poley in de shirts van de Franse sponsor.
n l-LUiUJiUU I'TiL
tyTie.le.'tk'tan.t
Ad Polak, afgezwaaid
Dit weekeinde valt met de
Omloop Het Volk het start
schot voor het nieuwe wielersei-
zoen. Een vliegende start, want
de meeste beroepsrenners heb
ben zich al „opgewarmd" in trai
ningskampen aan de Middel
landse Zee. Daar kreeg ook Mid
delburger Maarten Ducrot de no
dige aanwijzingen van zijn
ploegleider Jan Raas (foto), voor
het seizoen waarin de Zeeuwse
renner zijn kwaliteiten zal moe
ten bewijzen als renner voor de
klassiekers. Het wordt een ener
verend seizoen met een bijzonder
grote Nederlandse inbreng. Tien
procent van het internationale
profpeloton wordt door Neder
landers gevormd. En dat terwijl
een recente maatregel van de
Wielren Unie het volgens legioen
velen drastisch zou uitdunnen en
tevens de nekslag voor de crite
riums zou betekenen. In deze
extra bijlage van de PZC gaan
de Zeeuwse troeven voor dit wie-
Ierjaar in op de laatste ontwik
kelingen en hun verwachtingen.
De tekst is van de PZC-redacteu-
ren Peter de Jonge, Frits Bakker,
Jan Dagevos en Jos Hack. De
foto's zijn van Cor Vos, Camïle
Schelstrate, Lex de Meester en
Willem Mieras.
Peter Hoondert, de nieuwkomer.