ONRUST- IN
i NT WERPEN
PZC/ week-in 31
raudeur
heksenjacht
slechte naam
slijperijen
tATERDAG 8 FEBRUARI 1986
et café op de hoek heet 'De Briljant'.
Aan het tafeltje voor het raam zitten
|wee vrouwen van hoogmiddelbare
eftijd. Een van hen grijpt in de zak van
aar mantel en haalt een verfrommeld
apiertje tevoorschijn. Zorgvuldig vouwt
|e het open waardoor een fraai gouden
rmband zichtbaar wordt. Na wat heen en
ceer gepraat haalt de ander haar
lortemonnee tevoorschijn en telt een
andvol bankjes van 1000 franc op de
afétafel uit. Koop gesloten.
]r wordt geen poging gedaan de koop te
erbergen voor onwelkome blikken. Dat
ioeft ook niet, want iedereen heeft hier wel
;ts met goud of juwelen te maken,
landeltjes worden overal gesloten. 'Hier' is
Ie Antwerpse diamantwijk. Vier straten en
venzovele huizenblokken naast het
Iionumentale Centraal Station. Daar wordt
olgens de officiële cijfers jaarlijks voor 355
ïiljard franc, zo'n 20 miljard gulden, aan
iamanten verhandeld. Zoiets als de
Aardgasopbrengsten voor de Nederlandse
taat.
Volgens diezelfde officiële Amerikaanse i
j ijfers bedraagt de wereldomzet aan
4 liamanten 45 miljard gulden. Antwerpen
nag dus met recht de diamanthoofdstad
'an de wereld worden genoemd. Joost van
len Vondel schreef het 300 jaar geleden al:
I De wereld is eenen rinck en de diamant in
I ie sen rinck is Antwerpen'En de
lanplakborden in de Scheldestad zeggen
1 iet honderdvoud: 'Antiverp. a diamond's
iestfriend'.
I Tienduizend mensen verdienen aan die
'riendschap rechtstreeks hun brood. Twee
ceer zoveel (horeca, middenstand) zijn
ndirect afhankelijk van de handel in
ülitterdingen en edele metalen, die elk jaar
ïog eens duizenden klanten naar
tntwerpen trekt. ..Vorig jaar werden 30.000
ivernachtingen geboekt voor buitenlandse
danten", zegt F. van Gooi van het
lyndicaat van de Belgische
Diamantnijverheid, de
werkgeversorganisatie in deze branche,
/oor Antwerpen is de diamanthandel dus
ninstens zo belangrijk als de haven. In de
Jouden Gids beslaat het kopje 'Diamant'
io'n dertien bladzijden.
)ie Antwerpse diamantwereld is in
pspraak gekomen door berichten over een
igantische belastingfraude. Diamantairs
n juweliers zouden jaarlijks voor
iljarden guldens aan transacties met
wart geld financieren. De Belgische fiscus
ou zo minstens voor 50 miljoen gulden per
aar, zo niet vele malen meer, aan
)tw-gelden zijn misgelopen. De gazetten
)rachten het met grote koppen en elke
liamantair was in de ogen van het publiek
■en fraudeur geworden.
Tot grote woede van de diamantwereld, die
:ich veroordeeld voelde zonder proces. ,,De
iiamanthandel moet in rust en kalmte
;ebeuren", zegt Van Gooi. ..De mensen zijn
r nu beroerd van. De hele diamantwereld is
cwaad". In de kranten kwamen
ipgewonden verhalen over diamantairs die
Antwerpen zouden willen verlaten of dat al
;edaan zouden hebben om hun heil te
raeken in New York. Tel Aviv of
1 Amsterdam.
Vlaar van die opwinding is in de
elikaanstraat. de Hovenierstraat, de
chupstraat, de Vestingstraat en de
ijfstraat, waar de juweliers,
iamantafkokerijen, wisselkantoren en
iamantairs deur aan deur zitten, niets te
erken. ,,De storm lijkt weer wat geluwd",
egt voorzitter Van den Abeelen van de
oge Raad voor Diamant, het
verkoepelende bestuursorgaan in de
iamantwereld. Het leven lijkt zijn gewone
angetje te gaan. Ook het wisselkantoor
an Roger Kirschen aan de Pelikaanstraat,
aar de fraude zich zou hebben
econcentreerd, is weer gewoon open.
et straatbeeld wordt in deze wijk bepaald
oor de orthodoxe joden, de mannen in hun
enmerkende lange zwarte jassen, zwarte
oeden, zwarte baarden en pijpekrullen, die
e diamanthandel in handen hebben,
eelal dragen zij een zwarte tas of
attaché-koffertje met zich mee, dat met een
ketting aan hun pols is bevestigd. Per slot
van rekening lopen hier mensen met voor
miljoenen aan sieraden over straat.
Enige huiver voor de pers is dan ook, zeker
gezien het fraude-schandaal, begrijpelijk.
Wanneer de fotograaf op straat een plaatje
schiet, gaan veelvuldig de handen voor het
gezicht. Kalmte en rust, zei Van Gooi. En
anonimiteit. Bovendien is er het
veiligheidsprobleem. Daaraan worden de
handelaars dagelijks herinnerd wanneer
zij de synagoge in de Hoveniersstraat
passeren.
Op 20 oktober 1981 ontplofte voor de
synagoge een zware bom. Drie mensen
werden gedood, 100 gewond. Een
gedenksteen herinnert aan dat drama. De
Hovenierstraat is nog steeds aan beide
zijden met een slagboom afgezet. Vanuit
een houten keet waakt de politie. Tijdens
diensten in de synagoge rukt extra
beveiligingspersoneel aan.
In deze zeer gesloten gemeenschap zijn de
aantijgingen van de Brusselse justitie en de
schreeuwende verhalen in de Belgische pers
hard aangekomen. De Hoge Raad voor
Diamant sprak van een heksenjacht. „Ook
wij hebben alles uit de krant moeten lezen",
zegt Van den Abeelen. Hij en Van Gooi
u bent ook geen zakenman". Pleegt
Friedman dan zelf ook fraude. Het
antwoord komt via een omweg. „Volgens de
gazet zou driekwart hier zwart gebeuren.
Nou, dan is daar misschien een kwart van
waar. En uiteindelijk blijft misschien
hooguit vijf procent zwart over. En daar
moet ik van leven".
Friedman maakt zich, net als Van Gooi en
de hele diamant- en ju welen wereld boos
over de beschuldigingen, en dan vooral op
de pers. „Wij worden veroordeeld zonder
proces. Dat is toch niet eerlijk". Maar
bezorgd over de toekomst is hij niet. „Elke
wind gaat weer voorbij. Het zal allemaal wel
loslopen. Ik ben een optimist".
Dat is ook de houding die veel diamantairs
aannemen. Zij maken zich niet zozeer
zorgen over het justitiële onderzoek dat nu
aan de gang is, maar vooral over de slechte
naam die zij dreigen te krijgen. Dat tal van
diamantairs Antwerpen zouden willen
verlaten wordt overal tegengesproken.
Niemand kent een collega die weg is of wil.
„Maar als men zo voortgaat, dan weet ik
het nog niet", zegt Van den Abeelen.
„Wij waren tevreden met het systeem zoals
het was. Justitie heeft zich echter
vastgebeten in een zaak die heel erg is
opgeblazen. Dit soort acties van de justitie
schept alleen maar onrust. Als men in
Nederland plotseling zou gaan controleren
of in de café's wel precies 20 centiliter bier
in de glazen zit, dan drinkt straks toch ook
niemand meer een glaasje bier?".
Volgens de voorzitter van de Hoge Raad is
sprake van stemmingmakerij. „En dan kan
ik niet uitsluiten dat sommigen straks
zeggen: ik vertrek naar de zon".
Er is wel sprake geweest van enige invloed
op de handel. „Er zijn de afgelopen dagen
vrijwel geen vreemde kopers gesignaleerd.
Men kijkt duidelijk de kat even uit de
boom", zegt Van Gooi van het Syndicaat in
zijn kleine kamer in de Diamantclub. Enige
vrees over de toekomst van de Antwerpse
diamantindustrie is er wel. 'Men' hoopt
misschien dat het hier net zo gaat als in
Amsterdam, zegt Van Gooi.
Na het begin van de Eerste Wereldoorlog
week de diamanthandel - die hier al sinds
de vijftiende eeuw thuishoort - van
Antwerpen naar het neutrale Nederland uit.
De Tweede Wereldoorlog joeg veel van de
joodse diamantairs uit België en Nederland
naar Engeland en Amerika. Terwijl
Nederland in 1948 met een strenge
reglementering van de diamanthandel
kwam, lokte België de handelaars met de
belofte dat geen belasting hoefde te worden
betaald over de in de oorlogsjaren
gemaakte winst. Die opzet slaagde, de
groothandel verdween uit de hoofdstad,
Antwerpen werd weer diamant-stad
nummer een en Amsterdam nog slechts een
'consumptiecentrum' voor diamanten.
Overigens worden de meeste diamanten
die in Antwerpen over - of onder - de
toonbank gaan niet in de sinjorenstad zelf
vervaardigd en geslepen. Dat gebeurt in
tientallen kleine slijperijen in de Kempen,
waar onder andere in Grobbendonk, Lier
en Nijlen - zo'n twintig kilometer ten
oosten van Antwerpen - enkele duizenden
mensen dit uiterst gevoelige werk
verrichten. Zolang die diamantslijperijen
daar nog zitten - en die zijn minder
makkelijk op te doeken als de
handelskantoortjes - zal Antwerpen het
centrum van de diamanthandel blijven.
Die diamantslijperijen kwamen enkele
weken geleden al in het nieuws, toen een
grote sociale fraude werd ontdekt.
Honderden mensen bleken zwart te werken
in de kleine slijperijtjes, sociale premies en
belastingen werden niet afgedragen of
slechts over een deel van de werkelijke
inkomsten. De laatste weken treedt de
justitie scherp op. In ploegjes van drie
agenten worden dagelijks enkele tientallen
van de 400 diamantbedrijfsjes met een
bezoek vereerd.
Fraude is in de diamantwereld dus niet zo'n
onbekend begrip. Maar de diamantairs
hebben geen begrip voor de pogingen van
justitie en belastinginspectie om hen aan de
wet te houden. De diamantairs willen geen
controle. „Het is ook erg moeilijk om
controle te doen als je weinig verstand van
deze handel hebt", klinkt het zelfverzekerd.
Het liefst zien de diamantairs dat er een
forfaitaire belasting komt. Een vast
percentage - 20 procent - van de omzet zou
als belasting moeten worden afgedragen.
Die omzet wordt officieel gecontroleerd
door het Diamond Office. „Er zullen dan
zelfs diamantairs zijn die meer moeten
betalen dan zij onder de huidige
omstandigheden doen", zegt Van den
Abeelen. Maar dat zullen er maar weinig
zijn.
Een dergelijk belastingstelsel bestaat ook
al voor boeren en tuinders. Een bijzondere,
en zeker niet nadelig uitvallende
belastingregeling voor een zich bijzonder
voelende groep met een wisselende en
moeilijk te vatten handel. Een regeling die
bovendien als groot voordeel heeft dat de
pottenkijkers van de belastinginspectie
buiten de deur blijven. Want die zijn in de
Pelikaanstraat en omgeving hoogst
onwelkom.
hansdebruyn
zeggen volstrekt niet te begrijpen waar de
beschuldigingen van miljardenfraude tegen
de diamantwereld vandaan komen.
„De diamantairs zouden de btw ontdoken
hebben. Maar in de handel tussen
diamantairs onderling hoeft helemaal geen
btw betaald te worden. Dat gebeurt alleen
tussen particulieren diamantverkopers en
juweliers. En die handel maakt slechts 0,4
procent van onze omzet uit. De resterende
99,6 procent gaat naar het buitenland en
daarover hoeft geen belasting te worden
betaald".
flonkerende fraude
in de diamantbuurt
Wat er dan wel precies aan de hand is, is
moeilijker te achterhalen. De diamantairs
houden de kiezen op elkaar. Hier en daar
wordt verwezen naar de goud- en
juwelenhandel, die-zo wordt met grote
stelligheid beweerd - 'niets met de
diamantairs te maken heeft'. Ook in de
goudhandel gaan miljarden francs om, en
daar heeft de fiscus wel grote belangen,
omdat over alle goudtransacties 3Tprocent
btw moet worden betaald, en dat vinden
veel juweliers te veel.
Het eerste spoor in deze affaire werd ook
gevonden bij een Brusselse
juwelengroothandelaar. Die bleek grote
bedragen aan zwart geld te bezitten, die
onder meer waren ondergebracht bij het
wisselkantoor van Kirschen. Ook leidde het
spoor naar juweliers in Gent en Kortrijk. Bij
Kirschen vond de justitie een lange lijst met
800 namen van mensen die zwart
transacties verrichten. Geld verdween naar
het buitenland, rente werd niet opgegeven.
Diamantairs? Volgens Van Gooi is dat niet
aannemelijk. „Een diamantair belegt niet in
geld, alleen in diamanten".
Goudhandelaren dus? De justitie doet er
nog geen mededelingen over.
Maar dat er geen rook zonder vuur is
spreekt niemand tegen. Ruben Friedman
van Juwelen Ideal in de Vestingstraat, die
veel in goud doet, zegt 60 procent van zijn
omzet te zien verdwijnen. „Ik moet 33
procent btw betalen, en van de rest gaat
ook nog eens zo'n 30 procent af aan lasten
en onkosten". Alleen op onbewerkt goud
wordt slechts 1 procent btw geheven".
„Fraude? Wie pleegt er geen fraude?",
vraagt Friedman. Als ik de wijsvinger
beschroomd op mijzelf richt, zegt hij: „Maar
De zakrekenmachine leert dat het dan nog
altijd om een omzet van 440 miljoen gulden
gaat. Daarover moet wel 33 procent btw
Friedman (in goud)
„Volgens de officiële en erkende
Amerikaanse cijfers is de wereldomzet 800
miljard franc. Antwerpen neemt daarvan
355 miljard franc voor zijn rekening. Als wij
driekwart zwart zouden doen, dan zou
alleen de wereldomzet al 1400 miljard franc
moeten zijn. Dat kan toch niet!", zegt ook
voorzitter Van den Abeelen van de Hoge
Raad.
Ook de opmerkingen van de Nederlandse
diamantair E. Asscher, 'dat de Antwerpse
diamantwereld niet helemaal kosher is'.
zijn in de Pelikaanstraat en omgeving met
verontwaardiging aanhoord. Asscher is
voorzitter van de International Diamond
Manufacturing Association, de
wereldbond van de diamantslijpers. Van
Gooi maakt zich kwaad over dergelijke
beschuldigingen uit de losse hand van
iemand die beter zou moeten weten.
Asscher zal daar in het IDMA-bestuur nog
wel wat over te horen krijgen.
„We hebben de schijn tegen", zegt Van den
Abeelen. „Diamant is een luxe produkt, en
dan schijnt men te denken dat daar 'slijk'
mee te verdienen is. Maar het zijn hier heus
niet allemaal miljonairs. Er zijn rijke en
arme diamantairs. Met dit soort
beschuldigingen speelt men niet alleen met
de economie maar ook met de welvaart van
duizenden mensen". De diamantwereld
heeft het volgens hem toch al moeilijk,
omdat zij moet concurreren met
lage-lonenlanden als Sri Lanka, India en
Thailand.
Het pand van Kirschen: de eerste klappen
betaald worden. Als alle diamantairs die
handel volledig zwart zouden doen, wat
onwaarschijnlijk is, zou inderdaad sprake
zijn van grote fraude. Maar wat de justitie
de diamantwereld precies ten laste legt is
nog niet bekend. Contact tussen het parket
in Brussel en de diamantwereld is er niet
geweest.
Bovendien zou het dan nog slechts gaan om
een kleinigheid in vergelijking met de totale
diamant-omzet. Wordt er dan helemaal
geen fraude gepleegd? „Er wordt in de
diamantwereld niet meer gefraudeerd dan
elders", zegt Van Gooi. Dat antwoord stelt
nauwelijks gerust. Maar de beschuldiging in
de kranten dat driekwart van de omzet
zwart zou worden behaald, kan gewoon niet
kloppen.