ANDRE VAN DUIN
ALS TOUR-REPORTER
Wielrenners in Columbia
zijn op de fiets geboren
PZC/sP°rt
TIEN KILO BROEKEN VET EN 1200 PETJES...
Nederlandse
ritwinnaars
Uniek record
Zoetemelk
en Van Impe
Deelnemerslijst
nog niet bekend
Boodschappen
jongens:
coureurs
in spé
14
Ravitaillering
1200 petjes
Kalenders
André van Duin
Spaarrekeningen
Jiminez
Armoede
Keihard werken
Vechten
DINSDAG 25 JUNI 1985
Expeditie Tour de France
kost ploeg Post drie ton
LEUKERBAD (GPD) - Met één ploegleider, een assistent-ploegleider, een pr-man, drie
mecaniciens, drie soigneurs en een helper begint de Panasonic-ploeg vrijdag aan de expeditie
'Tour de France'. De ploeg neemt voor een slordige drie ton aan materiaal mee naar
Frankrijk. Weliswaar heeft de ploeg een eigen wagenpark ter beschikking (een bus, drie
personenwagens en een bestelwagen), alle auto's blijven de komende maand thuis. Want in de
Tour de France worden de ploegen verplicht gebruik te maken van Peugeots die door de
organisatie beschikbaar worden gesteld.
Bertus Fok, de assistent-soigneur van
Ruud Bakker, is verantwoordelijk
voor de bagage die de verzorgers
meeslepen. Fok, die al zeven jaar bij
Peter Post in vaste dienst is, deed
ongeveer een maand geleden de be
stelling de deur uit voor de artikelen
die hij tijdens de Tour de France
nodig heeft. En er gaat heel wat extra
genees- en voedingsmiddelen mee.
Vooral dat laatste is erg belangrijk,
want volgens Fok kunnen wielrenners
de Tour de France niet uitrijden van
het eten dat ze in de Franse hotels op
hun bord vinden.
Daarom sleept Bertus Fok 25 dozen
protocost, 30 dozen glucose, 30 dozen
müsli-repen, 15 dozen opbouwdrank,
20 kilo eiwitten en 40 kilo zouten en
mineralen mee de grens over. Waar
om vragen juist die dingen zoveel
extra aandacht?
Fok: ,,'s Morgens bij het ontbijt krij
gen de renners die protocost. Het is
een soort lichtverteerbare pap die als
bijvoeding dient. Bij de ravitaiftering
krijgen ze dat ook altijd. Vooral bij
bergritten is dat erg belangrijk, want
dan kunnen de renners meestal niet
zo goed eten. In die pap zitten alle
mineralen en vitaminen die een top
sporter nodig heeft om in conditie te
blijven".
De glucose is de brandstof voor het
lichaam. De renners gebruiken er per
dag ongeveer vijf flesjes van. De extra
eiwitten die de renners bij het ontbijt
krijgen, halen volgens Fok in de Fran
se keuken een dikke onvoldoende.
„Ze zijn in elk geval onvoldoende. Een
paar jaar geleden mopperden de ren
ners daarover al en vanaf dat moment
nemen we het zelf mee".
Voor de soigneurs gaan er drie mas
sagetafels mee. Verder hebben ze tien
kilo broekenvet bij, uit produkten
die Ruud Bakker zelf heeft samenge
steld. Het is een soort zalf, die er bij
het wassen gemakkelijk uitgaat.
„Vroeger werd er echt vet in de
broeken gesmeerd, maar dat kreeg je
er bijna nooit meer uit. Twee jaar
geleden zijn we op die zalf overge
schakeld. Elke morgen smeren we
het in de koersbroek van de renners".
De renners hebben per man ongeveer
tien koersbroeken en tien truien bij
zich. Verder stoppen ze twee a drie
paar reserveschoenen in hun bagage,
twintig paar sokken en tien paar
racehandschoenen. Fok: „Wielren
ners hebben er niet altijd zin in om
hun kleding te wassen. Soms doen ze
het wel eens, maar meestal gaan al
hun vuile spullen in een waszak waar
ze tijdens de Tour de France verder
niet meer naar omkijken".
De klassementsrenners (Anderson,
Winnen en Veldscholten) belanden
PLUMELEC (ANP) Met hun
vijftiende start in de Ronde van
Frankrijk zorgen Joop Zoete
melk en Lucien van Impe voor
een unieke stunt. Nooit eerder
behoorden renners zo dikwijls
tot de deelnemers aan de Tour.
De Nederlander en de Belg (alle-
bie 38 jaar) zaten al in een select
vijftal, dat veertien keer van
start ging. Ze waren ook record
houder, omdat alleen zij tweeën
alle keren Parijs haalden.
Van Impe reed zijn eerste Tour
in 1969, Zoetemelk in 1970. Van
Impe ontbrak twee jaar in de
Tour: in 1982 en 1984 toen hij
deelnam aan de Ronde van Ita
lië. Zoetemelk ontbrak eenmaal,
in 1974 toen hij nog niet hersteld
was van een zware val in de Midi
Libre. Overigens vestigde de Ita
liaan Wladimiro Panizza (40) dit
jaar een uniek record in de Ron
de van Italië. Hij startte 18 keer
in de Giro en haalde 17 keer de
eindstreept.
Van Impe won in de tour negen
etappes. Zoetemelk tien. Beiden
wonnen de Tour éénmaal. Van
Impe in 1976, Zoetemelk in 1980.
De Belg werd één keer tweede,
de Nederlander zes keer. Van
Impe was zes keer bergkoning,
Zoetemelk nooit.
Hun series in de eindklassementen
van de Tour zijn:
Van Impe: 12-6-3-4-5-18-3-1-3-
9-11-16-2-4.
Zoetemelk: 2-2-5-4-4-2-8-2-2-1
- 5 - 2 - 23 - 30.
Het lijstje van de Tourveteranen ziet
er bij de start van de 72ste Tour de
France in Parijs als volgt uit:
Respectievelijk rennerjaren gestart,
uitgereden: Lucien van Impe (Bel)
69-83 14x 14x; Joop Zoetemelk (Ned)
70-84 14x 14x; André Darrigade
(FGra) 53-66 14x 13x; Raymond Pou-
lidor (Fra) 62-76 14x 12x; Jules Delof-
ffe (Fra) 08-28 14x 7x; Joaquim Agos-
thino (Por) 69-83 13x 12x; Jean-Pierre
Genet (Fra) 64-76 13x lOx; Raymond
Delisle (Fra) 65-77 12x llx: Barry
Hoban (Gbr) 64-78 12x llx; Rafael
Gemeniani (Fra) 47-59 12x lOx; Jean
Dotto (Fra) 52-63 12x 9x; Jean Sta-
blinsky (Fra) 54-68 12x 8x; Bernard
Bourreau (Fra) 74-84 llx lOx; Vic van
Schil (Bel) 62-74 llx lOx; Gerben
Karstens (Ned) 65-78 llx lOx. Eugene
Christophe (Fra) 06-25 llx 8x. Jean
Alavoine 09-25 llx 8x; Francisco Gal
dos (Spa) 69-80 llx 8x; Bernard The-
venet (Fra) 70-81 llx 8x; Eugene
Dhers (Fra) 12-27 llx 7x.
dagelijks bij Ruud Bakker op de
massagetafel. De andere renners wor
den verdeeld over de andere twee
soigneurs. Fok: „Ik heb met die verde
ling geen enkele moeite, want we doen
alles in goed overleg. Als het moet
neemt Ruud de grote beslissingen.
Als er een renner gevallen is, bepaalt
Bakker wat er verder gebeurt. Nor
maal liggen de renners gemiddeld drie
kwartier op tafel, maar als ze gevallen
zijn kan een behandeling soms wel
anderhalf uur duren".
Extra geneesmiddelen neemt de
ploeg' niet mee. Fok: „We nemen
alleen een flinke voorraad vitamine C
mee. die ook weer door Ruud Bakker
zijn samengesteld. Verder hebben we
altijd een speciale soort warmtezalf
bij. Het is olie waar een soort hars in
zit, die er bij regenachtig weer niet
afregent".
en 400 regenpetjes in de auto. „Die
petjes zijn voor sommige mensen dan
wel een leuke souvenir, maar ze
worden niet zomaar weggegeven. Die
voorraad hebben we echt alleen
maar voor de renners nodig".
De Belg Eddy d'Herde is één van de
twee mecaniciens. Met zijn landge
noot Roland Libert is hij verantwoor
delijk voor het materiaal omdat Jan
Legrand dit jaar voor het eerst thuis
blijft.
Legrand heeft het te druk met het
bouwen van fietsen, maar zorgt wel
dat het racemateriaal klaar staat voor
de reis naar Frankrijk. D'Herde: „Elke
renner neemt twee fietsen mee. Voor
Anderson gaat er dan nog eens een
speciale fiets voor de tijdritten mee".
Aan reservemateriaal heeft D'Herde
Ten slotte gaan er bij Bertus Fok,
voor wie tijdens de Tour de France
de werkdag 's morgens om vijf uur
begint met het gereedmaken van de
zakjes voor de bevoorrading, 800 tjes
VLISSINGEN De definitieve deel
nemerslijst van de 72e Tour de Fran
ce is pas vrijdagmorgen bekend.
Ploegleiders hebben het recht om
enkele uren voor de proloog nog wijzi
gingen in de samenstelling van hun
equipe aan te brengen. In veel landen
zijn bovendien pas het afgelopen
weekeinde nationale kampioenschap
pen gehouden, die als graadmeter
dienen voor de vorm van de Tour
kandidaten.
ongeveer 50 wielen, honderd banden,
20 kettingen, 200 remblokjes en 200
pionnen bij. Ook het kleinere mate
riaal, zoals pedalen, voetriempjes,
stuurpennen, remkabels, versnel
lingskabels, is ruimschoots voorra
dig. „Je moet altijd op het ergste
voorbereid zijn. Vooral in zo'n etappe
naar Roubaix sneuvelt er nogal waf',
zegt D'Herde. „Voor en na een etappe
worden de fietsen steeds goed nage
keken. Wat aan vernieuwing toe is,
wordt ook onmiddellijk vervangen.
Renners in een topploeg zoals deze
behoren als het ware elke dag op een
splinternieuwe fiets te rijden".
Fok en D'Herde schatten dat ze tij
dens de Tour voor 300.000 gulden aan
spullen materiaal bij zich hebben.
„Als het een beetje tegenzit, is er na
een zware Tour niet zo gek veel meer
van over", aldus Fok.
Maar niet alleen de wielerploeg kost
geld. Ook de public relations kosten
een smak geld. In het hotel waar de
ploeg overnacht wordt een kalender
met foto's van de wielerploeg achter
gelaten. Die portie neemt Fred de
Bruyne voor zijn rekening. „Niet al
leen tijdens de Tour, maar in alle
hotels waar we tijdens het seizoen
komen doen we dat", zegt De Bruyne.
Eén ding waar renners op warme dagen altijd tekort aan hebben: drinken. Op
de foto doet Laurent Fignon i middenzich tegoed aan mineraalwater. Lucien
van Impe tlinks) deelt zijn voorraad broederlijk met de Columbiaan Jiminez.
„Als het kan proberen we onderweg
hel publiek te verblijden met truitjes
van Panasonic en foto's van de ren
ners. Ik heb een hele voorraad bij me.
Als ik wil ben ik er de éérste dag al
van af, maar je moet het zo verdelen
dat er ook nog iets overblijft voor de
mensen die naar de aankomst in
Parijs komen. Hoe groot mijn budget
is voor die pr? Ik zou het niet weten.
Gelukkig hoef ik me daar bij deze
grote firma geen zorgen over te ma
ken. Een Tour de France kost nu
eenmaal veel geld. Dat weet de spon
sor op het moment dat hij met ons in
zee gaaf'.
DEN HAAG (GPD) De Zeeuw Theo
Middelkamp, koning van de Belgi
sche kermiskoersen, was in 1936 de
eerste Nederlander die in de Tour de
France een etappe won. Hij deed het
meteen goed 'en schreef de zware
bergrit tussen Aix-les-Bains en Gre
noble op zijn naam. Inmiddels heb
ben 38 Nederlanders zijn voorbeeld
gevolgd en één of meer etapes gewon
nen. Het overzicht van de Nederland
se ritsuccessen (102 in totaal) ziet er
als volgt uit:
Joop Zoetemelk, Gerrie Knetemann
en Jan Raas (allen 10); Jan Janssen
(7); Gerben Karstens (6); Wout Wagt-
mans (4); Wim van Est, Jo de Roo,
Rini Wagtmans, Hennie Kuiper, Bert
Oosterbosch, Henk Lubberding en
Peter Winnen (alleh 3); Theo Middel
kamp, Antoon van Schendel, Jan Nol
ten, Gerrit Voorting, Henk Nijdam,
Theo Smit, Cees Priem, Ad Wijnands
en Johan van der Velde (allen 2);
Gerrit Schulte, Hans Dekkers, Henk
Faanhof, Jos Hinsen, Daan de Groot,
Huub Zilverberg, Cees van Espen, Jan
Krekels, Leo Duyndam, Henk Poppe,
Gerard Vianen, Fedor den Hertog,
Leo van Vliet. Jo Maas, Adrie van
Houwelingen en Frits Pirard (allen 1).
HILVERSUM (GPD) - De gemiddelde luisterdichtheid
van Hilversum 1 zal vanaf komende vrijdag voor de duur
van drie weken een opmerkelijke stijging vertonen. In
het radiowezen kunnen dergelijke voorspellingen slechts
zelden worden gemaakt. Ervaringscijfers van de laatste
jaren leren evenwel dat de Tour de France de interesse
voor deze zender danig doet toenemen. Het bij de omroep
luidruchtig rondbanjerende bezuinigingsspook heeft bij
de NOS dan ook geen ingrijpende invloed kunnen
uitoefenen in deze sector. Bij de beschikbaarstelling van
het budget voor deze monsterproduktie is voldoende
ruimte gelaten voor een allesomvattende verslaggeving
van het wielerevenement.
In totaal staan 87 radio-uitzenduren geprogrammeerd.
Onder coördinatie en regie van Jaap Hofman reizen drie
verslaggevers in de Tour-karavaan mee. Harry Jansen
werkt vanaf de motor, in de auto zitten Evert ten Napel en
Gerrie Knetemann. Vanuit de studio in Hilversum wordt
de presentatie verzorgd door Koos Postema, Klaas Sam-
plonius en de komiek Andre van Duin. De regie is hier in
handen van Ferry de Groot. Herman van der Velden is
verantwoordelijk voor de muziek die tussen de verslagen
door wordt uitgezonden. Hij stelt ook dagelijks een
Tour-artiest aan de luisteraars voor.
André van Duin en Gerrie Knetemann zijn tijdens de Tour
beiden actief als verslaggever.
Voor wat betreft de deelname van Andre van Duin zijn de
verwachtingen in NOS-kringen hooggespannen. Van Duin
treedt dagelijks op als presentator van het eerste blok
tussen twee en drie uur. Tijdens de introductie van het
Radio Tour de France-team liet Van Duin maandagmid
dag weten dat een eventueel gebrek aan deskundigheid
zijnerzijds zal worden opgevangen door bijdragen van zijn
creatie 'Toon door de Bank'. „Als ik het allemaal niet meer
begrijp, laat ik hem ingrijpen". Reactie van medepresen
tator Koos Postema, die verantwoordelijk is voor de
invulling van het derde blok vanaf vier uur: „Ik hoop dat
ik de samenwerking met Van Duin overleef'. Het tussen
liggende blok wordt gepresenteerd door Klaas Samplo-
nius.
Veruit de meeste deskundigheid bezit gelegenheidsrepor
ter Gerrie Knetemann. Hij zal dagelijks verslag doen
vanuit de auto die met het Tour-circus meerijdt. 'De
Kneet' vervult overigens nog een tweede rol. Ten behoe
ve van een Tour-spelletje zocht hij twintig oud-renners
op. Luisteraars kunnen aan de hand van stem en
verstrekte informatie raden om wie het gaat. Gerrie
Knetemann zal zo nodig ook bijdragen leveren aan de
verslaggeving via de NOS-televisie, omdat, zoals hij
gisteren grapte „die jongens daar ook wel wat deskun
digheid kunnen gebruiken".
Het team dat de Tour voor de televisie verslaat, bestaat
opnieuw uit Mart Smeets en Jean Nelissen. Regisseur
Martijn Lindenberg deelde tijdens de presentatie mee dat
ditmaal als extraatje zevenmaal een beklimming van een
berg van de eerste categorie rechtstreeks op het scherm
wordt gebracht. Daarnaast kunnen de kijkers dagelijks
rekenen op een direct verslag van het laatste deel van elke
etappe en een twintig minuten durende samenvatting
vanaf tien voor half zeven. De televisie besteedt in totaal
44 uur aan de Tour de France.
Louis Herrera, zijn moeder Esther, zijn broer José Orlando en zijn zus Nati.
BOGOTA (GPD) - Bogota uit, 68 kilometer naar het westen langs
glimmende bananenplantages en daar ligt het: Fusagasuga. Bedevaart
plaats voor op hol geslagen supporters. Hier woont Columbia's wieier-
heilige Luis Herrera, die ze koesterend „Lucho" noemen. Fusagasuga
(14.500 inwoners) ligt er bij als een vriendelijk Frans bergdorpje,
zonnebadend in het groen. De kerk als centrum dus, een gezellig
rommelige markt en overal ontspannen kletsend volk op wie de tijd geen
vat lijkt te krijgen.
Donkere handen wijzen de weg.
Daar woont hij. Net voor het uitrij
den van het dorp linksaf. Eerst een
smalle weg die klimt, dan een zand
pad dat moddert. Daar woont hij.
Lucho. Op de sportredactie van
Columbia's grootste dagblad, El
Tiempo, heeft Clemencia Medina -
een van de twee vrouwelijke sport
journalisten in dit bijna 30 miljoen
mensen tellende land - meewarig
gekeken bij het verstrekken van
Herrera's adres. „Aardige jongen,
maar een kwelling voor journalisten
als je er meer dan drie behoorlijke
zinnen uit krijgt, mag je je reis als
geslaagd beschouwen Ze dringt
een rollenspel op en geeft als Herre
ra antwoorden die een angstige her
innering oproepen aan de beginja
ren van Joop Zoetemelk.
Daar waar het zandpad tegen een
berg te pletter dreigt te lopen,
woont hij. Lucho, de held die zich
onsterfelijk maakte door in 1984 de
Tour-etappe op Alpe d'Huez te win
nen. Naar Europese maatstaven een
schamele behuizing voor een wieier-
vedette met een basissalaris van f
140.000 en een geschat totaal jaarin
komen van tweeëneenhalve ton.
Een eenvoudige boerenwoning,
waarin de wielergod van Columbia
een sobere jongenskamer heeft.
In de huiskamer, die begint waar
de voordeur eindigt, staat een race
fiets tegen de salonkast. Wielertro-
feeën zijn het behang. Bekers,
vaantjes, diploma's. Brutaal daar
tussenin een getuigschrift van José
Orlando, zijn broer van 17. De
tekst: „Nieuwelingenkampioen
1984. Departement Cardinamar-
qua". Hij durft, want z'n grote
broer is nog niet thuis: „Ik word
beter dan Luis. En heel gauw ook".
Zijn moeder (Esther, 54 jaar): „Luis
leert José Orlando wielrennen. Hij
heeft er al 19 gewonnen dit jaar". Ze
zit er monter bij. Poncho om, de
ogen hemels gericht naar de prij zen-
kast die de blikken basis is van een
gouden toekomst. Ze hebben het
nooit breed gehad. „Wie hier boer is,
moet hard werken". De tipico fris
drank wordt aangedragen door
Luis' zus Nati, een 27-jarige knap
perd die stout roept: „Kijk maar
naar mijn bips, dan weet je waarom
ik niet wielren".
ontdooiingsproces op gang bren
gen. „Die meneer komt helemaal uit
Nederland voor jou". Herrera kijkt
alsof hij wil zeggen: ik kom ook
helemaal uit Columbia naar de
Tour de France. Nou en?
Luis Herrera is aardig (héél aardig
zelfs) en hij wil wel, maar hij kan
niet. Zijn antwoorden zijn als kort
mitrailleurvuur, in het wilde weg,
met langdurige wapenstilstanden.
Daar schiet een journalist niks mee
op. Uiteindelijk toch nog meer dan
drie behoorlijke zinnen. Vier. Maar
niet van de eerste categorie. „Mijn
geld staat op de bank. Gewoon, een
spaarrekening. Aan beleggen heb
ik nooit gedacht. Misschien ga ik
dat nog wel eens doen".
Dan heeft Patrocinio Jimenez (net
als Herrera bij de top-5 op de finan
ciële lijst van het Columbiaanse
wielrennen) het beter bekeken. „In
derdaad", zegt Lucho met een geïr
riteerde stem, die dwingt tot het
beëindigen van het gesprek, „dan
heeft Jimenez het beter bekeken...".
Dank zij Lucho hoeft vader Rafael
zijn rug niet meer te krommen op
het land. Opgekropen vanuit de
armoede, dekken de Columbiaanse
top-wielrenners eerst hun familie
financieel toe. Patrocinio Jimenez
schonk zijn ouders een huis en
Francisco (Pacho) Rodriguez zorgt
voor zijn moeder en wie nog bij
haar woont.
Op de zondagse stoel die, net als
alle andere zondagse stoelen, het
plastic van de meubelzaak nog om
de zittingen heeft, zegt Esther Her
rera dankbaar: „Dank zij Luis heb
ben wij geen geldzorgen meer. Hij is
goed voor ons. Mijn hele leven
droomde ik van rijk worden, maar
nooit dat het op deze manier zou
gebeuren. Luis heeft van ons geluk
kige mensen gemaakt". Binnenkort
verhuizen ze van de landweg naar
de grote stad, wat een te deftige
benaming is voor Fusagasuga,
maar gezien de verhoudingen klopt
het wel.
Moeder Herrera: „Lucho heeft een
huis voor ons laten bouwen in Bar
rio Marmoral. Heel mooi. Heel luxe.
Vier miljoen pesos (zo'n f 420.000,
red.) Zoveel geld heb ik van mijn
leven nog niet bij elkaar gezien... Of
hij bij me komt wonen? Natuurlijk
komt hij bij me wonen. Waar zijn
mama gaat, gaat Lucho".
Als de wielervedette over de drem
pel stapt en Nati hem door de haren
heeft gestreken („Wil je wat drinken
jongen?"), moet zijn moeder het
Het is nog maar 13 jaar geleden dat
Patrocinio Jimenez 120 pesos per
week verdiende; nog geen vier gul
den voor zeven werkdagen van
acht uur. Hij was wat veel van zijn
leeftijdgenoten waren: mensajero,
boodschappenjongen. Bijna alle
groten van het Columbiaanse wiel
rennen zijn zo begonnen. Een kei
harde leerschool op de fiets om de
klanten van de middenstanders te
bedienen. Wie het hardst rijdt, doet
de meeste boodschappen; wie min
der snel gaat, raakt zijn baantje
kwijt. Een meedogenloze competi
tie, die de bevruchting is van het
Columbiaanse wielrennen.
De besten komen uit Boyaca, een
ruig berggebied 150 kilometer ten
noorden van Bogota. Patrocinio Ji
menez stamt uit die streek. En
Francisco (Pacho) Rodriguez. Fabio
Parra, Edgar Corredor, Rafaela
Acevedo. Allemaal van Boyaca, in
welk departement de mensajeros
van Sogamosso hun dorp verheven
hebben tot hoofdstad van wielerta-
lent. Het St.-Willebrord van Colum
bia.
Patrocinio Jimenez werkte voor de
plaatselijke apotheek 'Ultra Mar'.
Zijn 120 pesos moesten naar zijn
ouders, die blij waren dat de zon
voor niks opging. Jimenez: „Ik heb
als mensajero keihard gewerkt.
Soms twee keer per dag medicijnen
wegbrengen naar Tunja, 50 kilome
ter heen, 50 kilometer terug. Een
weg vol vals plat en niet geasfal
teerd zoals nu, maar zand en grint
en vol kuilen. Soms troffen we el
kaar onderweg met vijf, tien mensa
jeros en dan werd het racen. Zo ben
ik wielrenner geworden".
Als amateurcoureur schroefde hij
zijn inkomen op tot een miljoen
pesos (ruim f 100.000), en als be
roeps zit hij nu - net als Luis
Herrera -i ver boven de twee ton.
De mensajero van toen heeft nu een
dienstmeisje voor dag en nacht,
Wie in Columbia op de racefiets
presteert, rijdt zich rijk.
Jimenez belegde zijn geld in een
vervoersonderneming („Impressa
Nacional de Busetas") met nu nog
maar één autobus en één chauffeur,
maar de uitbreiding is nabij. „Het
worden er een stuk of tien. Als ik
over een jaar of drie stop met wiel
rennen, hoef ik mijn hele leven niet
meer te werken. Dan controleer ik
alleen nog mijn zaak en voor de rest
ga ik me lekker bezighouden met
mijn gezin, met zwemmen en met
schieten in de bergen".
Patrocinio Jimenez heeft zijn ou
ders laten delen in zijn welstand. Hij
hevelde ze van een karige behuizing
over naar een riante woning die hij
ze in eigendom schonk.
Zo ook steunt Francisco Rodriguez
zijn moeder, die onder moeilijke
omstandigheden zeven kinderen
groot bracht. Ze woont eenvoudig,
maar netjes. Wat ze financieel te
kort komt, past Francisco (Pacho!
bij. „Hij is een goede zoon". Ook
Rodriguez komt van Boyaca en ook
hij legde als mensajero de basis
voor een geslaagde wielercarrière,
Net als Jimenez werkte hij voor een
apotheek.
„Het is geen toeval dat er zoveel
goede wielrenners uit Boyaca ko
men", zegt Anna Maria (65 jaar!
zijn moeder. Ze heeft met een groti
sleutel de mooiste kamer van hel
huis open gedraaid; dit vertrek
wordt alleen gebruikt voor bijzon
dere gelegenheden, dat is duidelijk
„In Boyaca moeten de mensen
vechten voor hun bestaan. Hard
werken om te eten te hebben, ie
dere dag weer. In die mentaliteil
groeien de kinderen op. Ze kennen
geen luxe. Dat is wat in Boyacs
wielrenners vormt".
Patrocinio Jimenez thuis in Bogota. Even tijd voor zijn drie kinderen.