ANDRE VAN DUIN ALS TOUR-REPORTER Wielrenners in Columbia zijn op de fiets geboren PZC/sP°rt TIEN KILO BROEKEN VET EN 1200 PETJES... Nederlandse ritwinnaars Uniek record Zoetemelk en Van Impe Deelnemerslijst nog niet bekend Boodschappen jongens: coureurs in spé 14 Ravitaillering 1200 petjes Kalenders André van Duin Spaarrekeningen Jiminez Armoede Keihard werken Vechten DINSDAG 25 JUNI 1985 Expeditie Tour de France kost ploeg Post drie ton LEUKERBAD (GPD) - Met één ploegleider, een assistent-ploegleider, een pr-man, drie mecaniciens, drie soigneurs en een helper begint de Panasonic-ploeg vrijdag aan de expeditie 'Tour de France'. De ploeg neemt voor een slordige drie ton aan materiaal mee naar Frankrijk. Weliswaar heeft de ploeg een eigen wagenpark ter beschikking (een bus, drie personenwagens en een bestelwagen), alle auto's blijven de komende maand thuis. Want in de Tour de France worden de ploegen verplicht gebruik te maken van Peugeots die door de organisatie beschikbaar worden gesteld. Bertus Fok, de assistent-soigneur van Ruud Bakker, is verantwoordelijk voor de bagage die de verzorgers meeslepen. Fok, die al zeven jaar bij Peter Post in vaste dienst is, deed ongeveer een maand geleden de be stelling de deur uit voor de artikelen die hij tijdens de Tour de France nodig heeft. En er gaat heel wat extra genees- en voedingsmiddelen mee. Vooral dat laatste is erg belangrijk, want volgens Fok kunnen wielrenners de Tour de France niet uitrijden van het eten dat ze in de Franse hotels op hun bord vinden. Daarom sleept Bertus Fok 25 dozen protocost, 30 dozen glucose, 30 dozen müsli-repen, 15 dozen opbouwdrank, 20 kilo eiwitten en 40 kilo zouten en mineralen mee de grens over. Waar om vragen juist die dingen zoveel extra aandacht? Fok: ,,'s Morgens bij het ontbijt krij gen de renners die protocost. Het is een soort lichtverteerbare pap die als bijvoeding dient. Bij de ravitaiftering krijgen ze dat ook altijd. Vooral bij bergritten is dat erg belangrijk, want dan kunnen de renners meestal niet zo goed eten. In die pap zitten alle mineralen en vitaminen die een top sporter nodig heeft om in conditie te blijven". De glucose is de brandstof voor het lichaam. De renners gebruiken er per dag ongeveer vijf flesjes van. De extra eiwitten die de renners bij het ontbijt krijgen, halen volgens Fok in de Fran se keuken een dikke onvoldoende. „Ze zijn in elk geval onvoldoende. Een paar jaar geleden mopperden de ren ners daarover al en vanaf dat moment nemen we het zelf mee". Voor de soigneurs gaan er drie mas sagetafels mee. Verder hebben ze tien kilo broekenvet bij, uit produkten die Ruud Bakker zelf heeft samenge steld. Het is een soort zalf, die er bij het wassen gemakkelijk uitgaat. „Vroeger werd er echt vet in de broeken gesmeerd, maar dat kreeg je er bijna nooit meer uit. Twee jaar geleden zijn we op die zalf overge schakeld. Elke morgen smeren we het in de koersbroek van de renners". De renners hebben per man ongeveer tien koersbroeken en tien truien bij zich. Verder stoppen ze twee a drie paar reserveschoenen in hun bagage, twintig paar sokken en tien paar racehandschoenen. Fok: „Wielren ners hebben er niet altijd zin in om hun kleding te wassen. Soms doen ze het wel eens, maar meestal gaan al hun vuile spullen in een waszak waar ze tijdens de Tour de France verder niet meer naar omkijken". De klassementsrenners (Anderson, Winnen en Veldscholten) belanden PLUMELEC (ANP) Met hun vijftiende start in de Ronde van Frankrijk zorgen Joop Zoete melk en Lucien van Impe voor een unieke stunt. Nooit eerder behoorden renners zo dikwijls tot de deelnemers aan de Tour. De Nederlander en de Belg (alle- bie 38 jaar) zaten al in een select vijftal, dat veertien keer van start ging. Ze waren ook record houder, omdat alleen zij tweeën alle keren Parijs haalden. Van Impe reed zijn eerste Tour in 1969, Zoetemelk in 1970. Van Impe ontbrak twee jaar in de Tour: in 1982 en 1984 toen hij deelnam aan de Ronde van Ita lië. Zoetemelk ontbrak eenmaal, in 1974 toen hij nog niet hersteld was van een zware val in de Midi Libre. Overigens vestigde de Ita liaan Wladimiro Panizza (40) dit jaar een uniek record in de Ron de van Italië. Hij startte 18 keer in de Giro en haalde 17 keer de eindstreept. Van Impe won in de tour negen etappes. Zoetemelk tien. Beiden wonnen de Tour éénmaal. Van Impe in 1976, Zoetemelk in 1980. De Belg werd één keer tweede, de Nederlander zes keer. Van Impe was zes keer bergkoning, Zoetemelk nooit. Hun series in de eindklassementen van de Tour zijn: Van Impe: 12-6-3-4-5-18-3-1-3- 9-11-16-2-4. Zoetemelk: 2-2-5-4-4-2-8-2-2-1 - 5 - 2 - 23 - 30. Het lijstje van de Tourveteranen ziet er bij de start van de 72ste Tour de France in Parijs als volgt uit: Respectievelijk rennerjaren gestart, uitgereden: Lucien van Impe (Bel) 69-83 14x 14x; Joop Zoetemelk (Ned) 70-84 14x 14x; André Darrigade (FGra) 53-66 14x 13x; Raymond Pou- lidor (Fra) 62-76 14x 12x; Jules Delof- ffe (Fra) 08-28 14x 7x; Joaquim Agos- thino (Por) 69-83 13x 12x; Jean-Pierre Genet (Fra) 64-76 13x lOx; Raymond Delisle (Fra) 65-77 12x llx: Barry Hoban (Gbr) 64-78 12x llx; Rafael Gemeniani (Fra) 47-59 12x lOx; Jean Dotto (Fra) 52-63 12x 9x; Jean Sta- blinsky (Fra) 54-68 12x 8x; Bernard Bourreau (Fra) 74-84 llx lOx; Vic van Schil (Bel) 62-74 llx lOx; Gerben Karstens (Ned) 65-78 llx lOx. Eugene Christophe (Fra) 06-25 llx 8x. Jean Alavoine 09-25 llx 8x; Francisco Gal dos (Spa) 69-80 llx 8x; Bernard The- venet (Fra) 70-81 llx 8x; Eugene Dhers (Fra) 12-27 llx 7x. dagelijks bij Ruud Bakker op de massagetafel. De andere renners wor den verdeeld over de andere twee soigneurs. Fok: „Ik heb met die verde ling geen enkele moeite, want we doen alles in goed overleg. Als het moet neemt Ruud de grote beslissingen. Als er een renner gevallen is, bepaalt Bakker wat er verder gebeurt. Nor maal liggen de renners gemiddeld drie kwartier op tafel, maar als ze gevallen zijn kan een behandeling soms wel anderhalf uur duren". Extra geneesmiddelen neemt de ploeg' niet mee. Fok: „We nemen alleen een flinke voorraad vitamine C mee. die ook weer door Ruud Bakker zijn samengesteld. Verder hebben we altijd een speciale soort warmtezalf bij. Het is olie waar een soort hars in zit, die er bij regenachtig weer niet afregent". en 400 regenpetjes in de auto. „Die petjes zijn voor sommige mensen dan wel een leuke souvenir, maar ze worden niet zomaar weggegeven. Die voorraad hebben we echt alleen maar voor de renners nodig". De Belg Eddy d'Herde is één van de twee mecaniciens. Met zijn landge noot Roland Libert is hij verantwoor delijk voor het materiaal omdat Jan Legrand dit jaar voor het eerst thuis blijft. Legrand heeft het te druk met het bouwen van fietsen, maar zorgt wel dat het racemateriaal klaar staat voor de reis naar Frankrijk. D'Herde: „Elke renner neemt twee fietsen mee. Voor Anderson gaat er dan nog eens een speciale fiets voor de tijdritten mee". Aan reservemateriaal heeft D'Herde Ten slotte gaan er bij Bertus Fok, voor wie tijdens de Tour de France de werkdag 's morgens om vijf uur begint met het gereedmaken van de zakjes voor de bevoorrading, 800 tjes VLISSINGEN De definitieve deel nemerslijst van de 72e Tour de Fran ce is pas vrijdagmorgen bekend. Ploegleiders hebben het recht om enkele uren voor de proloog nog wijzi gingen in de samenstelling van hun equipe aan te brengen. In veel landen zijn bovendien pas het afgelopen weekeinde nationale kampioenschap pen gehouden, die als graadmeter dienen voor de vorm van de Tour kandidaten. ongeveer 50 wielen, honderd banden, 20 kettingen, 200 remblokjes en 200 pionnen bij. Ook het kleinere mate riaal, zoals pedalen, voetriempjes, stuurpennen, remkabels, versnel lingskabels, is ruimschoots voorra dig. „Je moet altijd op het ergste voorbereid zijn. Vooral in zo'n etappe naar Roubaix sneuvelt er nogal waf', zegt D'Herde. „Voor en na een etappe worden de fietsen steeds goed nage keken. Wat aan vernieuwing toe is, wordt ook onmiddellijk vervangen. Renners in een topploeg zoals deze behoren als het ware elke dag op een splinternieuwe fiets te rijden". Fok en D'Herde schatten dat ze tij dens de Tour voor 300.000 gulden aan spullen materiaal bij zich hebben. „Als het een beetje tegenzit, is er na een zware Tour niet zo gek veel meer van over", aldus Fok. Maar niet alleen de wielerploeg kost geld. Ook de public relations kosten een smak geld. In het hotel waar de ploeg overnacht wordt een kalender met foto's van de wielerploeg achter gelaten. Die portie neemt Fred de Bruyne voor zijn rekening. „Niet al leen tijdens de Tour, maar in alle hotels waar we tijdens het seizoen komen doen we dat", zegt De Bruyne. Eén ding waar renners op warme dagen altijd tekort aan hebben: drinken. Op de foto doet Laurent Fignon i middenzich tegoed aan mineraalwater. Lucien van Impe tlinks) deelt zijn voorraad broederlijk met de Columbiaan Jiminez. „Als het kan proberen we onderweg hel publiek te verblijden met truitjes van Panasonic en foto's van de ren ners. Ik heb een hele voorraad bij me. Als ik wil ben ik er de éérste dag al van af, maar je moet het zo verdelen dat er ook nog iets overblijft voor de mensen die naar de aankomst in Parijs komen. Hoe groot mijn budget is voor die pr? Ik zou het niet weten. Gelukkig hoef ik me daar bij deze grote firma geen zorgen over te ma ken. Een Tour de France kost nu eenmaal veel geld. Dat weet de spon sor op het moment dat hij met ons in zee gaaf'. DEN HAAG (GPD) De Zeeuw Theo Middelkamp, koning van de Belgi sche kermiskoersen, was in 1936 de eerste Nederlander die in de Tour de France een etappe won. Hij deed het meteen goed 'en schreef de zware bergrit tussen Aix-les-Bains en Gre noble op zijn naam. Inmiddels heb ben 38 Nederlanders zijn voorbeeld gevolgd en één of meer etapes gewon nen. Het overzicht van de Nederland se ritsuccessen (102 in totaal) ziet er als volgt uit: Joop Zoetemelk, Gerrie Knetemann en Jan Raas (allen 10); Jan Janssen (7); Gerben Karstens (6); Wout Wagt- mans (4); Wim van Est, Jo de Roo, Rini Wagtmans, Hennie Kuiper, Bert Oosterbosch, Henk Lubberding en Peter Winnen (alleh 3); Theo Middel kamp, Antoon van Schendel, Jan Nol ten, Gerrit Voorting, Henk Nijdam, Theo Smit, Cees Priem, Ad Wijnands en Johan van der Velde (allen 2); Gerrit Schulte, Hans Dekkers, Henk Faanhof, Jos Hinsen, Daan de Groot, Huub Zilverberg, Cees van Espen, Jan Krekels, Leo Duyndam, Henk Poppe, Gerard Vianen, Fedor den Hertog, Leo van Vliet. Jo Maas, Adrie van Houwelingen en Frits Pirard (allen 1). HILVERSUM (GPD) - De gemiddelde luisterdichtheid van Hilversum 1 zal vanaf komende vrijdag voor de duur van drie weken een opmerkelijke stijging vertonen. In het radiowezen kunnen dergelijke voorspellingen slechts zelden worden gemaakt. Ervaringscijfers van de laatste jaren leren evenwel dat de Tour de France de interesse voor deze zender danig doet toenemen. Het bij de omroep luidruchtig rondbanjerende bezuinigingsspook heeft bij de NOS dan ook geen ingrijpende invloed kunnen uitoefenen in deze sector. Bij de beschikbaarstelling van het budget voor deze monsterproduktie is voldoende ruimte gelaten voor een allesomvattende verslaggeving van het wielerevenement. In totaal staan 87 radio-uitzenduren geprogrammeerd. Onder coördinatie en regie van Jaap Hofman reizen drie verslaggevers in de Tour-karavaan mee. Harry Jansen werkt vanaf de motor, in de auto zitten Evert ten Napel en Gerrie Knetemann. Vanuit de studio in Hilversum wordt de presentatie verzorgd door Koos Postema, Klaas Sam- plonius en de komiek Andre van Duin. De regie is hier in handen van Ferry de Groot. Herman van der Velden is verantwoordelijk voor de muziek die tussen de verslagen door wordt uitgezonden. Hij stelt ook dagelijks een Tour-artiest aan de luisteraars voor. André van Duin en Gerrie Knetemann zijn tijdens de Tour beiden actief als verslaggever. Voor wat betreft de deelname van Andre van Duin zijn de verwachtingen in NOS-kringen hooggespannen. Van Duin treedt dagelijks op als presentator van het eerste blok tussen twee en drie uur. Tijdens de introductie van het Radio Tour de France-team liet Van Duin maandagmid dag weten dat een eventueel gebrek aan deskundigheid zijnerzijds zal worden opgevangen door bijdragen van zijn creatie 'Toon door de Bank'. „Als ik het allemaal niet meer begrijp, laat ik hem ingrijpen". Reactie van medepresen tator Koos Postema, die verantwoordelijk is voor de invulling van het derde blok vanaf vier uur: „Ik hoop dat ik de samenwerking met Van Duin overleef'. Het tussen liggende blok wordt gepresenteerd door Klaas Samplo- nius. Veruit de meeste deskundigheid bezit gelegenheidsrepor ter Gerrie Knetemann. Hij zal dagelijks verslag doen vanuit de auto die met het Tour-circus meerijdt. 'De Kneet' vervult overigens nog een tweede rol. Ten behoe ve van een Tour-spelletje zocht hij twintig oud-renners op. Luisteraars kunnen aan de hand van stem en verstrekte informatie raden om wie het gaat. Gerrie Knetemann zal zo nodig ook bijdragen leveren aan de verslaggeving via de NOS-televisie, omdat, zoals hij gisteren grapte „die jongens daar ook wel wat deskun digheid kunnen gebruiken". Het team dat de Tour voor de televisie verslaat, bestaat opnieuw uit Mart Smeets en Jean Nelissen. Regisseur Martijn Lindenberg deelde tijdens de presentatie mee dat ditmaal als extraatje zevenmaal een beklimming van een berg van de eerste categorie rechtstreeks op het scherm wordt gebracht. Daarnaast kunnen de kijkers dagelijks rekenen op een direct verslag van het laatste deel van elke etappe en een twintig minuten durende samenvatting vanaf tien voor half zeven. De televisie besteedt in totaal 44 uur aan de Tour de France. Louis Herrera, zijn moeder Esther, zijn broer José Orlando en zijn zus Nati. BOGOTA (GPD) - Bogota uit, 68 kilometer naar het westen langs glimmende bananenplantages en daar ligt het: Fusagasuga. Bedevaart plaats voor op hol geslagen supporters. Hier woont Columbia's wieier- heilige Luis Herrera, die ze koesterend „Lucho" noemen. Fusagasuga (14.500 inwoners) ligt er bij als een vriendelijk Frans bergdorpje, zonnebadend in het groen. De kerk als centrum dus, een gezellig rommelige markt en overal ontspannen kletsend volk op wie de tijd geen vat lijkt te krijgen. Donkere handen wijzen de weg. Daar woont hij. Net voor het uitrij den van het dorp linksaf. Eerst een smalle weg die klimt, dan een zand pad dat moddert. Daar woont hij. Lucho. Op de sportredactie van Columbia's grootste dagblad, El Tiempo, heeft Clemencia Medina - een van de twee vrouwelijke sport journalisten in dit bijna 30 miljoen mensen tellende land - meewarig gekeken bij het verstrekken van Herrera's adres. „Aardige jongen, maar een kwelling voor journalisten als je er meer dan drie behoorlijke zinnen uit krijgt, mag je je reis als geslaagd beschouwen Ze dringt een rollenspel op en geeft als Herre ra antwoorden die een angstige her innering oproepen aan de beginja ren van Joop Zoetemelk. Daar waar het zandpad tegen een berg te pletter dreigt te lopen, woont hij. Lucho, de held die zich onsterfelijk maakte door in 1984 de Tour-etappe op Alpe d'Huez te win nen. Naar Europese maatstaven een schamele behuizing voor een wieier- vedette met een basissalaris van f 140.000 en een geschat totaal jaarin komen van tweeëneenhalve ton. Een eenvoudige boerenwoning, waarin de wielergod van Columbia een sobere jongenskamer heeft. In de huiskamer, die begint waar de voordeur eindigt, staat een race fiets tegen de salonkast. Wielertro- feeën zijn het behang. Bekers, vaantjes, diploma's. Brutaal daar tussenin een getuigschrift van José Orlando, zijn broer van 17. De tekst: „Nieuwelingenkampioen 1984. Departement Cardinamar- qua". Hij durft, want z'n grote broer is nog niet thuis: „Ik word beter dan Luis. En heel gauw ook". Zijn moeder (Esther, 54 jaar): „Luis leert José Orlando wielrennen. Hij heeft er al 19 gewonnen dit jaar". Ze zit er monter bij. Poncho om, de ogen hemels gericht naar de prij zen- kast die de blikken basis is van een gouden toekomst. Ze hebben het nooit breed gehad. „Wie hier boer is, moet hard werken". De tipico fris drank wordt aangedragen door Luis' zus Nati, een 27-jarige knap perd die stout roept: „Kijk maar naar mijn bips, dan weet je waarom ik niet wielren". ontdooiingsproces op gang bren gen. „Die meneer komt helemaal uit Nederland voor jou". Herrera kijkt alsof hij wil zeggen: ik kom ook helemaal uit Columbia naar de Tour de France. Nou en? Luis Herrera is aardig (héél aardig zelfs) en hij wil wel, maar hij kan niet. Zijn antwoorden zijn als kort mitrailleurvuur, in het wilde weg, met langdurige wapenstilstanden. Daar schiet een journalist niks mee op. Uiteindelijk toch nog meer dan drie behoorlijke zinnen. Vier. Maar niet van de eerste categorie. „Mijn geld staat op de bank. Gewoon, een spaarrekening. Aan beleggen heb ik nooit gedacht. Misschien ga ik dat nog wel eens doen". Dan heeft Patrocinio Jimenez (net als Herrera bij de top-5 op de finan ciële lijst van het Columbiaanse wielrennen) het beter bekeken. „In derdaad", zegt Lucho met een geïr riteerde stem, die dwingt tot het beëindigen van het gesprek, „dan heeft Jimenez het beter bekeken...". Dank zij Lucho hoeft vader Rafael zijn rug niet meer te krommen op het land. Opgekropen vanuit de armoede, dekken de Columbiaanse top-wielrenners eerst hun familie financieel toe. Patrocinio Jimenez schonk zijn ouders een huis en Francisco (Pacho) Rodriguez zorgt voor zijn moeder en wie nog bij haar woont. Op de zondagse stoel die, net als alle andere zondagse stoelen, het plastic van de meubelzaak nog om de zittingen heeft, zegt Esther Her rera dankbaar: „Dank zij Luis heb ben wij geen geldzorgen meer. Hij is goed voor ons. Mijn hele leven droomde ik van rijk worden, maar nooit dat het op deze manier zou gebeuren. Luis heeft van ons geluk kige mensen gemaakt". Binnenkort verhuizen ze van de landweg naar de grote stad, wat een te deftige benaming is voor Fusagasuga, maar gezien de verhoudingen klopt het wel. Moeder Herrera: „Lucho heeft een huis voor ons laten bouwen in Bar rio Marmoral. Heel mooi. Heel luxe. Vier miljoen pesos (zo'n f 420.000, red.) Zoveel geld heb ik van mijn leven nog niet bij elkaar gezien... Of hij bij me komt wonen? Natuurlijk komt hij bij me wonen. Waar zijn mama gaat, gaat Lucho". Als de wielervedette over de drem pel stapt en Nati hem door de haren heeft gestreken („Wil je wat drinken jongen?"), moet zijn moeder het Het is nog maar 13 jaar geleden dat Patrocinio Jimenez 120 pesos per week verdiende; nog geen vier gul den voor zeven werkdagen van acht uur. Hij was wat veel van zijn leeftijdgenoten waren: mensajero, boodschappenjongen. Bijna alle groten van het Columbiaanse wiel rennen zijn zo begonnen. Een kei harde leerschool op de fiets om de klanten van de middenstanders te bedienen. Wie het hardst rijdt, doet de meeste boodschappen; wie min der snel gaat, raakt zijn baantje kwijt. Een meedogenloze competi tie, die de bevruchting is van het Columbiaanse wielrennen. De besten komen uit Boyaca, een ruig berggebied 150 kilometer ten noorden van Bogota. Patrocinio Ji menez stamt uit die streek. En Francisco (Pacho) Rodriguez. Fabio Parra, Edgar Corredor, Rafaela Acevedo. Allemaal van Boyaca, in welk departement de mensajeros van Sogamosso hun dorp verheven hebben tot hoofdstad van wielerta- lent. Het St.-Willebrord van Colum bia. Patrocinio Jimenez werkte voor de plaatselijke apotheek 'Ultra Mar'. Zijn 120 pesos moesten naar zijn ouders, die blij waren dat de zon voor niks opging. Jimenez: „Ik heb als mensajero keihard gewerkt. Soms twee keer per dag medicijnen wegbrengen naar Tunja, 50 kilome ter heen, 50 kilometer terug. Een weg vol vals plat en niet geasfal teerd zoals nu, maar zand en grint en vol kuilen. Soms troffen we el kaar onderweg met vijf, tien mensa jeros en dan werd het racen. Zo ben ik wielrenner geworden". Als amateurcoureur schroefde hij zijn inkomen op tot een miljoen pesos (ruim f 100.000), en als be roeps zit hij nu - net als Luis Herrera -i ver boven de twee ton. De mensajero van toen heeft nu een dienstmeisje voor dag en nacht, Wie in Columbia op de racefiets presteert, rijdt zich rijk. Jimenez belegde zijn geld in een vervoersonderneming („Impressa Nacional de Busetas") met nu nog maar één autobus en één chauffeur, maar de uitbreiding is nabij. „Het worden er een stuk of tien. Als ik over een jaar of drie stop met wiel rennen, hoef ik mijn hele leven niet meer te werken. Dan controleer ik alleen nog mijn zaak en voor de rest ga ik me lekker bezighouden met mijn gezin, met zwemmen en met schieten in de bergen". Patrocinio Jimenez heeft zijn ou ders laten delen in zijn welstand. Hij hevelde ze van een karige behuizing over naar een riante woning die hij ze in eigendom schonk. Zo ook steunt Francisco Rodriguez zijn moeder, die onder moeilijke omstandigheden zeven kinderen groot bracht. Ze woont eenvoudig, maar netjes. Wat ze financieel te kort komt, past Francisco (Pacho! bij. „Hij is een goede zoon". Ook Rodriguez komt van Boyaca en ook hij legde als mensajero de basis voor een geslaagde wielercarrière, Net als Jimenez werkte hij voor een apotheek. „Het is geen toeval dat er zoveel goede wielrenners uit Boyaca ko men", zegt Anna Maria (65 jaar! zijn moeder. Ze heeft met een groti sleutel de mooiste kamer van hel huis open gedraaid; dit vertrek wordt alleen gebruikt voor bijzon dere gelegenheden, dat is duidelijk „In Boyaca moeten de mensen vechten voor hun bestaan. Hard werken om te eten te hebben, ie dere dag weer. In die mentaliteil groeien de kinderen op. Ze kennen geen luxe. Dat is wat in Boyacs wielrenners vormt". Patrocinio Jimenez thuis in Bogota. Even tijd voor zijn drie kinderen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1985 | | pagina 26