MMY 'EWART DE GLORIEDAGEN VAN HOLLYWOOD ACTEUR EN GENERAAL PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT Rflr window glenn miller stereo reagan pieter van lierop li, chock Welke Hitchcock-film is uw favoriet? Waarschijnlijk Rear Window. Omdat die fill i zo echt helemaal Hitchcock was. Een Epchtig voorbeeld van zijn meesterschap. It was ook aangenaam voor mij om een Be film in een rolstoel te mogen blijven ■ten. Er is me wel eens gevraagd of dat j&lf niet ontzettend belemmerde in mijn jjc ermogelijkheden, terwijl zoiets juist 1 fijn is, zo'n rolstoel. Je doet er rtdurend van alles mee. Het wordt een k van jezelf. En dat ik vrijwel niet biel meer was ja, dat wist Hitchcock James Stewart als Billy Jim Hawkins in de gelijknamige tv-serie. maken tegenover jazz-giganten als Gene Krupa en Louis Armstrong met wie u in sommige scènes musiceren moest? „Belachelijk voelde ik me ten opzichte van hen toch wel, daar kun je dan niets meer aan veranderen. Het was overigens wel schattig van zo iemand als Louis Armstrong om dat spelletje te willen meespelen. Maar voor dat deel van het publiek dat een beetje verstand van muziek had, diende mijn bewegingen als trombonist toch wel zo een beetje globaal te kloppen, terwijl ik geen noot kan spelen. Daar heb ik dus vreselijk hard aan moeten werken. Suggereren dat iemand vreselijk goed piano kan spelen, dat is zo moeilijk niet. Je gebruikt shots van iemand anders zijn handen en je maakte totaalshots van de zogenaamde pianist die alleen maar hoeft te zorgen dat zijn armen op ongeveer de juiste plaats boven de toetsen zweven, maar zijn handen laatje dan natuurlijk buiten beeld. Maar met trombone-spelen is zoiets niet mogelijk. Zelfs trompetspelen kun je nog faken. Een trombonist moet bij iedere noot de juiste beweging maken met de schuif, of je voelt zelfs als leek datje beduveld wordt. Dat het in The Glenn Miller Story uiteindelijk nog een beetje overtuigend oogde, is helemaal huisvader en superster zelf natuurlijk ook goed genoeg, dus had hij er voor gezorgd dat de visuele starheid werd opgevangen via de dialogen en al de dingen die ik vanachter mijn raam, met mijn verrekijker, zit waar te nemen. Ik ben daar een gluurder feitelijk. Ik bespionneer allerlei mensen die van alles en nog wat aan het doen zijn". - Ook met Regisseur Anthony Mann heeft u vaak samengewerkt. Zes films, westerns voornamelijk, maar ook The Glenn Miller Story. „Anthony Mann had best wel veel gemeen met Hitchcock. Bij voorbeeld de instelling om een verhaal te vertellen via primair de beelden. Geen van beiden hadden ze een overdreven eerbied voor het gesproken woord. En John Ford, met wie ik eveneens een reeks westerns gemaakt heb, die heeft dat natuurlijk nog veel sterker gehad. Bij hem was er voor dialogen nauwelijks nog een rol van betekenis weggelegd. Je had ze in elk geval niet nodig om het verhaal te kunnen begrijpen. Ik vind dat een goede opvatting over het medium. Een film die alleen te volgen is. indien je niets mist uit de dialogen, die is fout gemaakt. Tegenwoordig lijkt dat hoofdaccent op visuele flair weer te zijn teruggekeerd, maar het blijkt toch anders te werken. Watje nu ziet is een heleboel stuntwerk, speciale effecten, zonder dat ze gebruikt worden om iets wezenlijks over het verhaal te vertellen. Het dient uitsluitend zichzelf en dat is net zo goed verkeerd. Het is één ding om een expressie van iemand te zien, of een reactie ergens op. Het is iets totaal anders om een auto een ravijn in te zien schieten, drie keer over de kop te tuimelen en te exploderen, zonder dat het verhaal er een meter verder mee is gekomen. Ik ben inmiddels doodmoe geworden van al die buitelende auto's in ravijnen, op die manier. Het lijkt er vaak op dat de hele filmbusiness is overgenomen door de afdeling-speciale effecten. Ik vind ook dat er in het tegenwoordige filmaanbod veel te weinig variëteit zit. Het lijkt allemaal veel te veel op elkaar. Maar juist de laatste paar jaar zijn er tekenen die lijken te wijzen op een aanstaande verbetering. Ik heb ook de indruk dat de western weer bezig is om terug te komen". - U heeft nogal eens personages gespeeld die echt bestaan hebben: Lindbergh, Glenn Miller, hoe bereidde u zich voor op die rollen? „Waarschijnlijk heel anders dan men dat tegenwoordig doet. Ik heb me op dat soort rollen namelijk nooit anders voorbereid dan ik gewend was voor rollen met een fictief karakter. Ik ging zeker niet eerst duizend meter film bestuderen waar die mensen in te zien waren, om het zogenaamde karakteristieke loopje nauwgezet te bestuderen. Ik ging ook niet met iedereen die zo'n man ooit van nabij had meegemaakt analytische gesprekken voeren om te achterhalen hoe precies het door mij te spelen karakter in elkaar zat. Het enige wat ik deed, was voor mijzelf nagaan hoe ik zelf gereageerd zou hebben in de markante situaties waarin bij voorbeeld Lindbergh verzeild raakte, het is trouwens ontzettend moeilijk voor mij geweest om juist die rol te pakken te krijgen. Ik was er te oud voor, zeiden ze. En ze hadden gelijk. Lindbergh was 27 jaar toen hij de oceaan over stak en ik was al ongeveer 50. Maar ik wilde zo ontzettend graag die rol hebben, maar ze hadden al voor een andere acteur gekozen, die uiteindelijk niet beschikbaar bleek, godzijdank. Ik had ongelooflijke mazzel dat ze toen alsnog bij me zijn komen aankloppen". - Toen u Lindbergh speelde, kon u zelf vliegen, want u was immers kolonel bij de luchtmacht. Toen u voor Glenn Miller moest doorgaan, kon u toen ook werkelijk trombone spelen? „WeL.euh, ik kan een verduveld stuk beter een vliegtuig besturen, dan de trombone bespelen, laat ik je dat vertellen". - Maar hoe speel je dan als Glenn Miller trombone, zonder je straalbelachelijk te de verdienste van een professionele trombonist die een maand lang met mij in training is gegaan, net zo lang tot ik acht posities op de schuiftrompet er aannemelijk kon laten uitzien en bliksemsnel kon nabootsen als hij ze maakte. De echte trombonist stond buiten beeld mee te blazen, terwijl ik - in beeld - hem precies in de gaten hield en zijn bewegingen op de voet volgde. Naderhand zijn er muziekliefhebbers geweest die mij kwamen complimenteren: 'Dat waren een paar deksels aardige nootjes die u daar stond weg te géven, meneer Stewart', zeiden ze dan. Ik heb ze uit de droom moeten helpen, want ik kan nog steeds geen noot goed raken, behalve op het accordeon dan. Dat is mijn eigen instrument". - Moest u ook acteren dat u gek bent op Glenn Miller-muziek, of kon u dat spontaan inbrengen? „Ik was altijd al gek op die muziek. Ik ben opgegroeid met big band-muziek toen ik nog op school zat. En ik verneem met genoegen dat het bezig is helemaal in de mode terug te keren. In Engeland is het nooit helemaal weg geweest, maar in Amerika en hier in Frankrijk schijnt momenteel de jeugd er weer helemaal opnieuw door te zijn gegrepen. Daarom James Stewart moet zo ongeveer de enige nog levende, grote superster zijn van het Hollywood uit de dagen van het 'studio-systeem'. In 1932 was hij aan de universiteit van Princeton afgestudeerd als architect, maar acteren trok Jimmy Stewart meer aan. Via Broadway kwam hij terecht in Hollywood en maakte 24 films in vijf jaar tijd. In 1939 had hij, voor Mr. Smith Goes To Washington, zijn eerste Oscar-nominatie te pakken en een jaar later greep hij daadwerkelijk de Oscar, voor The Philadelphia Story. Vervolgens vond James Stewart, patriot immers in hart en nieren, dat hij zich maar eens met de oorlog bezig moest gaan houden, sloot zich aan bij de Amerikaanse luchtmacht, ging twintig keer Duitsland bombarderen, bleef overigens ook na de oorlog Amerikaans reserve-officier en zwaaide in 1968 af met niet minder dan de rang van brigade-generaal. Het had Stewart niet gehinded bij het voortzetten van zijn carrière als acteur. Zijn meest legendarische films maakte hij in de jaren vijftig: vier onsterfelijke Hitchcock-films (Rear Window en Vertigo o.m.) naast een hele reeks klassieke westerns, geregisseerd door John Ford, Andrew V. MagLaglen en vooral Anthony Mann. Als Hitchcock-acteur miste Stewart die speciale gedistingeerdheid van een Cary Grant; Stewart leek braver en kwam juist daardoor veel kwetsbaarder over, waardoor de films spannender werden. In het wilde westen leek hij minder hard dan Gary Cooper of John Wayne, maar het surplus aan noblesse dat hij aan de dag leek te leggen, zijn lijzigheid, humor en steevaste onkreukbaarheid, alles bij elkaar maakte het Stewart tot een wat menselijker soort held: een acteur die het ideaalbeeld van de Yankee het dichtst benaderde. Stewart heeft ook veel meer huisvaders gespeeld dan andere supersterren gedaan hebben. En hij was de perfecte acteur voor het spelen van Amerikaanse helden als Charles Lindbergh of Glenn Miller. Het feit dat binnenkort The Glenn Miller Story (na 31 jaar) opnieuw in Nederland wordt uitgebracht, vormt de reden voor zijn bereidheid over zijn carrière te vertellen. Bette Davis samen met James Stewart bij de presentatie van 'Right of way'. ook wordt The Glenn Miller Story opnieuw uitgebracht. En het aardige is dat hij nu beter wordt uitgebracht dan 31 jaar geleden. Hij heeft nu stereo. Het moet indertijd een van de allereerste films geweest zijn waarvoor een echte stereo-geluidsband gemaakt werd. Maar die stereo-band is toen ongebruikt gebleven om kosten te besparen en omdat de bioscopen immers toch nog niet beschikten over de apparatuur om een stereo-band weer te geven. Tegenwoordig behoort het tot de standaarduitrusting van een filmtheater. De stereoband is zelfs verrijkt met Dolby. Het is nu echt een fantastisch gehoor". - Hoe is het om u zelf na 31 jaar in zo 'nfilm terug te zien? „Dat is uiterst aangenaam, kan ik wel vertellen. Als je rushes ziet van een film waaraan je nog werkt, of je ziet een film tijdens de wereldpremière, dan is dat als regel een frustrerende tijdspassering. Ik zat daar altijd naar te kijken met gedachten als: waarom heeft die regisseur van dat ene 'shot' toch nog niet even een extra 'take' gemaakt, waarom heeft niemand tegen me gezegd dat ik echt tergend langzaam mijn zinnetjes zeg met al die eh's en ah's, waarom heeft niemand in de gaten gehad dat ze me stonden te filmen terwjl ik met een vinger in mijn neus stond te grutten? Vreselijk is dat! Maar als ik nou naar The Glenn Miller Story kijk, dan denk ik: gut, ben ik dat; die jongeman met dat donkerbruine haar? Die kerel met de allemachtig mooie en aardige en jeugdige June Allyson in zijn armen? En wat kan ik toch mooi trombone spelen! Nee, ik heb hier werkelijk van genoten". „Ik ben altijd een voorstander geweest van het oude studio-systeem. Het is de beste manier om films te maken, maar je hebt dan wel produktiechefs nodig van het legendarische formaat van een Irvin Thalberg en die bestaan niet meer, vermoed ik. En het roer moest natuurlijk wel worden omgegooid, om zuiver financiële redenen. Het studiosysteem, met contract-acteurs was onbetaalbaar geworden". - U bent van dezelfde generatie als Ronald Reagan. Heeft u hem vroeger gekend, of ooit met hem gewerkt vroeger? „We zaten bij verschillende studio's. Ik bij MGM en hij bij Warner Brothers, dus we hebben nooit samen gewerkt. Maar we kenden elkaar wel en zijn jaren bevriend geweest. Nee, tegenwoordig hebben we niet meer zo veel contact. President Reagan is een nogal druk bezet mens". Later doet mevrouw Stewart geboren als Gloria Hattrick) uit de doeken hoe ze James Stewart in 1949 leerde kennen. Cary Grant en zijn vrouw gaven een avondje waarvoor slechts vier gasten waren uitgenodigd: zij en Jimmy, plus Ronnie Reagan en zijn vrouw. De Stewarts staan op vertrouwelijke voet, met trouwens nog wel meer staatshoofden. Ook bij prins Rainier en prinses Gracia van Monaco (James Stewart en de latere prinses hadden immers een prachtig koppel gevormd in Hitchcocks 'Rear Window') waren ze geregeld te gast: „De kinderen konden opvallend goed met elkaar overweg". Ze zucht: „Maar sinds het overlijden van Grace zijn we niet meer in Monaco geweest". Mevrouw Stewart weet voorts over haar echtgenoot te melden, dat hij vreselijk huiselijk is geweest, altijd. Dat nu de kinderen de deur uit zijn (twee jongens uit mevrouws eerdere huwelijk, plus een meisjestweeling waar Jimmy de vader van is) er intensief wordt gewandeld met de 'golden retrievers' Mara (genoemd naar de rivier in Kenya) en Finn. En toen laatst een van de honden tijdens het wandelen plotseling de geest had gegeven, heeft de beroemde acteur daar een gedicht over geschreven, dat hij zelfs voor de tv heeft voorgedragen in de show van Johnny Carson. James Stewart is altijd gek geweest op dieren: „Gedurende twintig jar heb ik in al mijn westerns mijn eigen paard bereden. Hij heette Pie en ik liet altijd contractueel opnemen dat als men James Stewart wilde hebben, Pie automatisch meekwam naar de prairie". Winchester 73, Broken Arrow, The Man Fron Laramie, How The West Was Won, The Man Who Shot Liberty Valence, Destry Rides Again, The Nakes Spurr; het zijn vrijwel tuk voor stuk legendarische films geworden waarin Pie en James Stewart hebben rondgedraafd. Verrassend daarom is dat James Stewart niet Anthony Mann noemt en zelfs niet John Ford of Alfred Hitchcock als zijn meest favoriete filmregisseur, maar: „Frank Capra, als mens, als vriend en als een kunstenaar die films maakte waar het publiek van de donkere depressie-jaren zich een beetje gelukkiger van kon gaan voelen". ZATERDAG 15 JUNI 1985 i/veek-uitt: )e meest luxueuze lokatie van de hele Cote d'Azur, is ongetwijfeld het Hotel »Cap, bij Antibes. Daar logeert James Hvart en in hetzelfde paviljoen Eden Roe Br zestig jaar geleden Scott Fitzgerald Rsterwerken heeft zitten schrijven, 'ordt de lunch opgediend. We eten oorgepelde langoustines op bedjes Bazie, met kransjes zeewier. Mr. James kwart gaat er nog langzamer van praten Iwe via zijn films van hem gewend (jen. Hij hoeft zich ook niet meer te Kten op deze laatste dag dat met de ■opese première van The Glenn Miller By, voor het eerst in de complete versie Biet de originele geluidsband in stereo. 1st de karakteristieke manier waarop hij Ik statement met „Well...euh..." te Innen placht, is ook Jimmy Stewarts lie altijd een kwaliteit geweest waarmee y zich onderscheidde van andere Bywoodsterren. Beide charmes bezit hij Isteeds, maar die humor is volgens hem n altijd onderschatte gave geweest: Humor, dat is iets, daar word je mee ■oren. Je kunt er enorm je voordeel mee oe i Veel mensen missen het volkomen en at s heel spijtig voor ze. Maar mijn vader I het, mijn moeder had het en ik heb het Ik geloof niet dat mijn humor typisch lerikaans is. Goede humor is altijd Brnationaal. Humor is ook een soort olie Ir de lagers van zelf de meest loc dserieuze films. Humor maakt ernst rat lelijk. Hitchcock had dat het beste Jrepen. Ik had eigenlijk best wat meer Ie komedies willen spelen, maar ik heb er leen paar gespeeld waarop ik redelijk otben. Harvey, een film die ik gemaakt I met Henry Koster, dat is volgens mij lijn beste komedie geweest. Met Koster I ik in de jaren zestig ook Dear Nrigitte laan. ken je die film? Daar speelde rii itte Bardot ook nog heel even in mee en Br waren we nog een dag of drie voor naar lijs gekomen. En Mr. Hobbs Takes a lation, dat was volgens mij komisch". theefl vier films op rij gemaakt met led Hitchcock. Ging die nou inderdaad Hi d zo beroerd met acteurs om als altijd I'eerd wordt? Bt Hitchcock zo'n moeilijke man geweest I zijn dat verhaal is wel zo totaal bezijden let aarheid. Wijd verbreide laster die ik Bral tegen kom en waarvan ik maar niet «rijpen kan waarom men er de Redachtenis van Hitchcock mee Bmeuren wil. Het moet verband houden It de aan deze regisseur toegeschreven libpraak „acteurs, dat is vee!" Ik heb lit :hcock zelf daarop weieens horen ea ;eren met: „Het is natuurlijk helemaal lie waar dat acteurs „vee" zouden zijn, Bar wel is het waar datje acteurs moet «handelen als vee". Ik ben dat in zekere In net hem eens. Je moet beseffen dat lit :hcock een regisseur was die optimaal Brbereid op de set kwam en dan tot in Bails precies wist wat hij wilde hebben. R visuele effecten had hij precies in zijn Bfd. De set is uitgelicht, de cameraman |t exact wat er van hem verlangd werd en li zei Hitchcock tegen de acteurs: Dit is fcvoor jullie betaald worden, doe het Bar! Hitchcock zag zichzelf als de woboy er verantwoordelijk voor is dat alle toe len dezelfde richting op zullen gaan en lat dat ook de goede richting is. Hitchcock Rde daar een heel bijzonder gevoel voor Beurs bij aan de dag. En ik zie hem ook gprom als een van de grootste regisseurs Kr jden. Je mag van mij aannemen dat Ie keer als hij me opbelde en wilde weten >fi deze of gene film met hem wilde ■ken, ik bij wijze van spreke meteen in de iutsprong, om te gaan kijken wat er Best gebeuren, ik kon erg goed met hem DVf -weg. Hitchcock was zo'n perfectionist lat hij niets aan het toeval wilde over laten in ich probeerde in te dekken zelfs tegen ■nme pech. Hij probeerde dat te bezweren ioi r zelf altijd even in zijn films op te Rden, al was het maar voor een paar Bonden. Dat was niet uit ijdelheid, maar Bboze geesten te bezweren, zo heb ik dat alt d begrepen. Die man was zo bijgelovig I de pest... Ik ook, trouwens. Als ik een ■arte kat zie, zorg ik dat hij mijn pad niet Bi kruisen".

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1985 | | pagina 19