HET GEHEIM
VAN DE
NIEUWSTE
MERCEDES
- '/V.y fyX x -
/•y 4 ft f 7 fi l 1 t i\' V 1 \\xl x X\A O
de auto van de zaak en de fiscus
(ffllffl cfc
PZC/ vrijdagkrant
nieuw bij nissan
renault 4x4
middenklasser
bochten
sloten
VRIJDAG 31 MEI 1985
Mercedes 200 D
- 7-1 S.J a t i.. i f v\ T i X x v X vx .xx x
00 D
X X:
foto cees zorn
Voor een dikke zeven mille
meer staat er in plaats van
een 190D een 200D in de
nieuwste uitvoering van de
W124-serie van Mercedes Benz
voor de deur. In na een flinke
week doorrijden moet gezegd
worden dat dit bedrag ten volle
wordt 'terugbetaald' in het
geboden comfort en vooral de
ruimte. Wat de 200D evenwel
mist is eigenlijk hetzelfde wat
de 190D mist en dat is souplesse
en fut van de motor. Maar wie
daar echt over valt kan
natuurlijk nog kiezen uit de
250D of 300D respectievelijk 5-
en 6-cilinders die aanzienlijk
vlotter voor de dag komen. Op
dat moment van aanschaf moet
er wel even dieper in de buidel
getast worden om bedragen
van ruim 53 of 68 mille op tafel
te krijgen en dat is even wat
anders dan die 46 mille van een
standaard 190D.
Tot zover het prijsvoorbeeld
van het testexemplaar dat in
kale uitvoering, dus met
standaard 4-bak, op f 53.650
komt. Op dit model zat nog een
elektrisch schuifdak, elektrisch
neerklapbare hoofdsteunen
achter, centrale
deurvergrendeling,
automatisch antenne, verlichte
spiegel in zonneklep,
warmtewerend glas,
middenleuning aan voorzijde,
hifi radio/cassetterecorder,
elektrisch verstelbare zijspiegel
en een 5-versnellingsbak. Dat
brengt de totaalprijs op ruim f
64.000. Voor dat toch niet
onaanzienlijke bedrag staat er
echt wel een forse auto op straat
en zijn gedragingen zijn bepaald
niet onsympathiek te noemen.
En als we ons even beperken tot
de economische
omstandigheden zien we dat het
brandstofverbruik behoorlijk
meevalt: een gemiddelde van
113 is te halen en dan is er
gewoon lekker doorgereden. De
fabriek zelf geeft als waarden
op: 8,4 ltr voor stadsverkeer, 5,1
ltr voor 90 km/h en 6,9 ltr 120
km/h gerekend per 100
kilometer. De 200D is eenmaal
op snelheid, dat duurt een
aardig tijdje overigens, vreemd
genoeg niet zo rumoerig als
wanneer er rustig stadswerk
wordt gedaan. Ondanks
dezelfde kapseling van de 190D
rondom het
motorcompartiment klinkt, en
dat gemeten naar een puur
persoonlijke smaak, toch teveel
geluid door. Je denkt bij zo'n
merk gauw in superlatieven en
verwacht min of meer dat ook
een diesel van dit
gerenommeerde merk
fluisterstil moet zijn.
Komen we aan de hoofdstukken
veilige voorzieningen toe dan
heeft dit model, net als elk
ander model van Mercedes, een
heel scala van voorzieningen.
De stalen veiligheidskooi is
door Mercedes in '59 al als
eerste geintroduceerd en heeft
onophoudelijk bewezen
uitstekend te functioneren
200D kost meer
maar ook minder
mocht de auto over de kop
slaan. Het onderstel van de
200D heeft aan de voorzijde een
schokdemper-geleide as, de
achteras is de inmiddels
beroemde ruimtelijk geleide ac
die als primeur op de 190-serie
werd toegepast. In combinatie
met de standaard
stuurbekrachtiging is het stuur-
en rijgedrag van de W124-serie
echt voortreffelijk. Het gaat
allemaal zo simpeltjes, dat het
zelfs moeite kost om de
kritische grens te ontdekken.
In de bochten ligt de auto
uitstekend op de weg en de
carrosserie helt nauwelijks
over. Hobbels en bobbels neemt
de 200D haast onmerkbaar. De
zitpositie is door de
voorgevormde stoelen, met een
aangename hardheid die ook na
een lange rit niet vermoeit,
eveneens uitstekend te noemen.
Het al eerder gememoreerde
stuur is in de middenpositie
meteen al zeer direct en dat
merk je des te sterker omdat de
bekrachtiging optimaal
functioneert. Het is even
wennen, waarna alras het idee
van 'onmisbaarheid' de kop
opsteekt; kortom een zalig ding
om mee te sturen zo'n Mercedes
uit de W124-serie.
Komen we aan het mechaniek
toe: een 1997 cc motor met
vermogen van 53 pk bij 4600
r/min en een koppel van 123 Nm
bij 2800 r/min. Zoals gemeld niet
echt soepel reagerend en
tamelijk bescheiden als het om
wat extra fut gaat. Zeker, je
komt vlot weg en na geduldig
wachten is er echt 160 km/h mee
te halen. En hij komt ook iets
eerder van 0-100 km/h als de
voorganger uit de W123-serie.
versnellingen vooruit gaat goed;
de achteruit gaat af en toe wat
lastig. Is die eenmaal ingelegd
en heeft men genoten van het
vrije zichtveld rondom, dan kan
de niet korte koets van 474 cm
in haast ieder beperkt lijkend
parkeergaatje gestoken worden.
Het starten gaat vlug en zeker
met zo min mogelijk sleutels
aan de bos, anders raak je nog
wel eens in de ruimteproblemen
door een weerbarstig stelletje
sleutels.
Het dashboard ziet er verzorgd
uit, in wezen weinig bijzonders
mum
maar over het algemeen zou
men bij een dergelijke auto een
betere keus doen met de 250D
en indien betaalbaar een
6-cilinder 300D. Of nog het
nodige geduld beoefenen en
wachten op een turbo. U ziet we
weillen een beetje opschieten,
want dat toont die nieuwe lijn
nu eenmaal: die zit vol
dynamiek en daar past toch wel
wat extra pit bij.
Het schakelen in de
aan op te merken. Hier en daar
de wat goedkoop uitziende
glanzende houtopdeklaag en
verder de bekende fors
uitgevoerde knoppen voor
ventilator, luchtstroomrichting
en twee onafhankelijke
temperatuurregelaars voor
links en rechts. Klokken voor
tijd en snelheid zijn even groot,
verder een digitaal
buitentemperatuurmetertje (a f
391), oliedruk en -temperatuur.
koelvloeistofmetertjes. Het
interieur als totaal ziet er sober
uit en je vraagt je toch af
hoevëel meer charme ervan de
auto, ook aan de binnenzijde,
uit zou gaan als er eens een
meesterhand uit Italië of
Frankrijk aan het seriemodel
mocht werken. Zeker we kennen
Irmscher. Keinath, AMG, Du
Chatelaine en wie al niet meer.
Maar die maken er min of meer
opzichtige auto's van. Zou er
geen zwijgende meerderheid
zijn die wat meer sjeu aan de
MB-ster zou willen zien? Of
neemt men genoegen met de
topkwaliteit en de verpakking
voor lief?
Feit is wel dat 'Das Haus' het
prima doet met een huidig
marktaandeel van 2,53 procent
mag men zeker niet mopperen,
het komt overeen met ruim 1300
auto's per maand verkopen.
Dan kom je automatisch op
kostprijsvergelijking, want met
een diesel wordt er gerekend bij
het leven eer men overgaat tot
aanschaf zeker in deze
prijsklasse. Kun je boudweg
stellen die 5 mille extra komen
er met gemak uit, als je
vergelijkt met de oude 200D? Ik
denk van wel, want als je alleen
al naar de feiten kijkt: zuiniger,
minder reparatiegevoeliger,
lichter (belasting!) en minder
afschrijving, dan kom je
weliswaar niet stukken lager uit
maar het is ontegenzeggelijk
lager. Zetje die grofweg 2
procent minder uitgegeven
km-kosten af tegen een
ongeveer 11 procent hoger
aanschafprijs, dan moetje
stellen dat Mercedes niet alleen
het constructie- maar ook het
rekenwerk goed heeft gedaan.
Staan we nog even stil bij op het
oog simpele dingen als een
kofferdeksel en een deurslot.
Zoals te zien op de foto heeft de
koffer, overigens met grote
afmetingen en een inhoud van
520 liter, een aparte hoekige en
wat spitse vorm. Die is bij de
190-serie gelanceerd. Daarbij
valt op dat de deksel spits
toelopend hoeken heeft ter
hoogte van de achterruit en
schuinaflopende randen tussen
de achterlichten. Dat stelde de
constructeurs voor een fiks
aantal problemen, maar na 2450
uur arbeid werd uiteindelijk het
geheel goedgekeurd! Het 20.000
keer open- en dichtslaan van de
achterklep was slechts één
onderdeel van het omvangrijke
testprogramma. Dat dichtslaan
zal ongetwijfeld op diverse
drukpunten hebben
plaatsgevonden. Anders krijg je
het trieste verhaal van de
VW-Golf die ook zo'n test had
doorlopen, maar toen was de
klep alleen in het midden
dichtgedrukt. In de praktijk
greep menig autobezitter de
klep veelal links of rechts beet
om hem een zet te geven. Op
den duur braken er talrijke
scharnieren...
De portiersloten zijn
vernieuwd van deze Mercedes.
Op zich lijkt dat niet zo'n
bijzonder zinnetje, maar er zit
natuurlijk wel een hele
ontwikkeling achter. Dr. H. W.
Kurt heet niet voor niets
Doctor Deurslot bij MB, hij
heeft 5 jaar van zijn leven
besteed aan het vervolmaken
van het W124-slot. Het bestaat
uit 75 onderdelen die allemaal
verschillende slijtage
ondervinden, tesamen moeten
ze er toch voor zorgen dat de
portieren dicht blijven, ook na
een ongeval, anders worden
inzittenden eruit geslingerd.
Hij moest ook lichter sluiten en
lichter zijn. Dat is allemaal
geluk, maar er gaat wel even
wat tijd in zitten zeg. Dat noem
je dan ook passieve veiligheid
en dat kost ook geld.
We kunnen na deze test dus
gerust stellen dat er alles aan
gedaan is om de nieuwe
Mercedes naar de huidige
maatstaven zo veilig mogelijk
op de weg te krijgen. Je merkt
het niet onophoudelijk, maar
het is wel degelijk aanwezig en
dat zal menig (toekomstig)
bezitter tot een koop aanzetten.
Als nu de firma in Stuttgart
voor het volgende model,
bijvoorbeeld de 190 in 1990, met
de handen in het haar zit hoe ze
in hemelsnaam daar nou nog
wat aan moeten verbeteren, is
dit misschien een tip. Maak er
eens een geraffineerd interieur
in, zonder dat het de huidige
slimme kopers die op
degelijkheid afgaan nou direct
afstoot.
SIEM LEEUWENKAMP
De (personen)auto van de
zaak: dat is, door de jaren
heen, een regelmatig terugke
rende bron van conflicten en
conflictjes geweest tussen me
nige belastingbetaler en de fis
cus. Wie van zijn of haar werk
gever een auto ter beschikking
heeft en jaarlijks een biljet
voor de inkomstenbelasting
moet invullen, krijgt ermee te
maken, wie alleen loonbelas
ting betaalt - en dus geen aan
slag inkomstenbelasting krijgt
of geen formulier voor terug
gaaf van belasting invult - heeft
er geen last van. Wie alleen
loonbelasting moet betalen,
heeft in de auto van de zaak een
voordeeltje, dat niet belast
wordt.
Voor de inkomstenbelasting
geldt de regel, dat bij aanwezig
heid van een auto van de werk
gever de werknemer twintig
procent van de nieuwprijs van
de personenwagen wegens ver
ondersteld privé-gebruik moet
bijtellen bij zijn of haar inko
men; voor een auto van 20 mille
is dat dus 4000 gulden. Iemand
met een auto van de zaak -
redeneert de belastingdienst - is
beter af dan een collega met
hetzelfde salaris zonder auto.
Als een werknemer kan bewij
zen - door een nauwgezette kilo
meteradministratie biivoor-
beeld dat hij minder dan 2000
kilometer per jaar privé rijdt in
de auto van de zaak, geldt die
bij telling van 20 procent niet.
Als, naar de andere kant, de
belastinginspecteur kan aanto-
van de zaak voor zichzelf ge
bruikt. Tegenover de vrij forse
bijtelling van 20 procent van de
nieuwprijs bij het inkomen,
staan ook een aantal aftrekpos
ten. Het bedrag mag worden
verlaagd met de bijdragen, die
de werknemer aan de werkge
ver betaalt. Wie maar voor een
gedeelte van het jaar over een
auto van de zaak beschikt,
alle autokosten betaalt, pakt
dat voor de werknemer gunsti
ger uit dan wanneer hij of zij
bijvoorbeeld de benzine tijdens
vakanties zelf moet betalen. Die
kosten worden voor de fiscus
gevangen onder het hoofdje 'af
trekbare kosten uit dienstbe
trekking', ook als die kosten zijn
gemaakt voor privé-ritten.
Er zit daarbij een addertje onder
nen dat er zeer veel privé-kilo-
meters met de auto worden ge
reden, kan de bijtelling hóger
worden dan 20 procent; al ge
beurt dat slechts weinig.
Binnen die grenzen 'weinig' en
'zeer veel' privégebruik doet
het er niet toe hoeveel kilome
ters een werknemer de auto
hoeft ook maar een evenredig
deel van de 20 procent bij zijn
inkomen te tellen.
Behalve de bijdrage aan de
werkgever zijn er voor de werk
nemer met een zakenauto nog
andere aftrekbare kosten. Daar
bij gaat het om wat hij zelf privé
nog betaalt: als een werkgever
het gras. Die zelf betaalde auto
kosten vallen fiscaal onder de 4
procents-regeling: die komt er
op neer, dat men zonder bewijs 4
procent van zijn inkomen uit
arbeid kan aftrekken, tot een
maximum van 800 gulden. Als
er meer kosten worden ge
maakt. mogen die volledig wor
den afgetrokken als ze aantoon
baar worden gemaakt. Wie - pak
weg - tijdens vakantie 500 gul
den aan benzine heeft betaald
en geen andere aftrekkosten
kan opvoeren, heeft aan die af
trekpost niet veel: hij zou an
ders toch 4 procent kunnen af
trekken. Wie met zijn werkgever
overeenkomst dat die alle kos
ten van de auto betaalt, ook
tijdens vakanties, en die werk
gever een vergoeding geeft voor
privé-gebruik, kan dat bedrag
aftrekken van de 20 procents
bij telling - en toch de aftrekpost
volgens de 4 procents-regeling
opvoeren.
Als aftrekbare kosten voor de
dienstbetrekking bij het ge
bruik van een auto van de zaak
gelden onder meer:
de al aangeduide kosten van
benzine, olie en reparaties al
dan niet tijdens vakanties, voor
zover ze zelf zijn betaald;
de tarieven van veerboten
tijdens vakantie, als ze niet wor
den vergoed;
de kosten van parkeerme-
ters, tol, autowassen, het lid
maatschap van de ANWB of
wegenwacht;
de huur (of de huurwaarde)
van de garage, waarin de auto
wordt gestald;
kosten, die worden gemaakt
bij het gebruik van de auto voor
studie: ze zijn aftrekbaar als
studiekosten.
Zoals gezegd: de bijtelling vari
20 procent van de nieuwprijs
van de auto geldt nu nog voor
werknemers, die onder de in
komstenbelasting vallen. Zij
kunnen gebruik maken van de
aftrekbare kosten; als de inspec
teur echter kan aantonen, dat er
zeer veel privé gereden is, kan
hij besluiten meer dan 20 pro
cent bij het inkomen te tellen.
Voor wie alleen loonbelasting
betaalt en in een al dan niet
geleasde auto van de zaak rijdt
is het uitkijken: als hij - bijvoor
beeld door hoge ziektekosten -
een T-biljet voor teruggave van
belasting invult, is het denk
baar dat hij wél de 20 procents
regeling moet toepassen en een
fors bedrag wegens privége
bruik van de auto moet bijtel
len; dat kan iemand dan soms
meer geld kosten dan-ie zou
terugkrijgen.
KEES CIJSOUW
journaal
Nissan gebruikt voor de toe
komstige modellen en huidi
ge typen alle soorten van
grondstoffen. Keramiek, su-
perlichte metalen, samenge
stelde vloeistoffen of vaste
materialen, speciale polyes
ter verbindingen, het zijn al
lemaal stoffen die in auto
onderdelen van toepassing
kunnen zijn. In het boek Nis
san's New Material Techno
logy stonden een aantal aar
dige toepassingen van die
grondstoffen.
Zo is er de regensensor die op
de Cedric/Gloria (in Japan
rijdende modellen), 300 ZX
en Laurel onder meer wordt
toegepast. Het materiaal van
de sensor is barium titanaat
dat in staat is om de energie
die een vallende regendrup
pel of sneeuwvlok ontwikkelt
om te zetten in een piëzo-
elektrisch stroomstootje. Zo
doende wordt de interval
waarmee de wisser(s) werk
zaam is (zijn) afhankelijk ge
steld van de mate van regen-
of sneeuwval en de snelheid
van de auto.
De magneetmotor van neo-
dynium-ijzer is een toepas
sing voor de toekomst. Dit
materiaal is zo licht en mag
netische velden die tien keer
sterker zijn dan de conventio
nele ferrietmagneet. Daar
door kan een elektrische mo-
velemalen lichter en klei
er gebouwd worden. Nissai
is al bezig om op basis vai
deze magneet een zeer effi
ciënt werkende lichtgewicii
motor te bouwen voor elek
trisch aangedreven voertui
gen en andere motoren die ii
conventionele auto's worde:
gebruikt voor de aandrijvini
van bijvoorbeeld rui ten wis
sers, sproeiers of elektrisch ti
bedienen antenne.
Methanol-accu is in staat on
een drievoudige, vergelekei
met een loodaccu, energie
afgifte te bereiken en bijlade:
is niet nodig. Het geheel i
licht van gewicht en kan du
bij allerhande gelegenhedei
makkelijk worden toegepas
zonder dat er met zware ac
cu's gesjouwd hoeft te wor
den. Het materiaal van d:
methanol-accu bestaat ui
methanol platen met een po
reuze koolstof onderlaag
een hoogwaardige katalysa
tor van een platina/tin 1
ring. De platen die voor d:
nodige zuurstofreactie moe
ten zorgen zijn van roestvri
staal met een edel metaa
catalysator.
Nissan denkt deze accu in di
elektrische en elektronisch:
toepassing vanwege zijn 1
gewicht en uitstekende ener
gie-opbrengst in e toekoms
zeer goed te kunnen toepas
sen.
Methanol Fuel Cells
De Renault Trafic met vier-
wielaandrijving -die werd
gepresenteerd op de Parijse
salon van '84 en eind vorig
jaar beschikbaar was voor
de thuismarkt- is nu ook le
verbaar in Nederland.
Met dit wagentje-voor-alle-
seizoenen mikt de autofa-
briek op de stoere rijder, die
zijn vervoermiddel be
schouwt als werkpaard. De
Trafic is er als gesloten be
stelwagen en ais microbus
combi voor negen personen.
De motoren zijn aangepast
aan het gebruik. De Trafic
4x4 modellen zijn gebouwd
op basis van de Trafic met
achterwielaandrijving maar
voorin voorzien van de me
chanische componenten van
D
de Trafic met voorwielaar.
drijving, waarvan de vijfvei
snellingsbak is aangepai
aan de in- en uitschakelbai
achterwielaandrijving.
Trafics die negen mensen
een nuttige lading van ee:
ton kunnen vervoeren, zulle:
in het bijzonder dié afneme
aanspreken, die niet gewen:
is op weersomstandighede
of de aard van het terrein t
letten. De wagens zijn da
ook uitermate geschikt voo
taken bij de overheid (politi:
waterstaat, PTT), als schoo
bus of het afleveren van got
deren op bouwplaatsen a
dergelijke. De Trafics koste,
weinig meer dan de 4x2 mo
dellen en ook het brandsto
verbruik nam slechts in be
perkte mate toe.
Renault 4x4
Peugeot brengt deze herfst in
Frankrijk een nieuwe mid
denklasser op de markt, die
de ruimte tussen de 205 en
305 moet opvullen. Het gaat
om een vijfdeursauto, in de
zelfde geest ontworpen als de
laatste Peugeot-modellen en
leverbaar in uiteenlopende
versies: vanaf het zuinige mo
del tot de temperamentvolle
reisauto. Het nieuwe gamma
middenklassers komt uit de
gemoderniseerde fabriek in
Poissy. Aan de jongste loot
aan de Peugeotboom is sinds
1981 gewerkt. Het concern
investeerde in totaal 2,5 mil
jard francs: 1,2 miljard voor
de aanpassing van Poissy
700 in de techniek en 620
miljoen aan ontwerpkosten.