Nieuwe opzet verbetering
lager nijverheidsonderwijs
KADO VAN KODAK.
VROLIJKE ZUIDWESTER BIJ
2 KODACOLOR VR FILMS.
Mattenlegger Cardium
nog een jaar te koop
Steeds meer jongeren nemen het
ouderlijk landbouwbedrijf over
PZC/ provincie 17
hyper
ventilatie
is
geen
mode
verschijnsel
STAATSSECRETARIS GINJAAR IN MIDDELBURG
e koopt 2 Kodacolor VR films, je krijgt er gratis een prima zuidwester bij! KM
Oeze a jnb-eding gi'Mi .'Ol.n)gite voorraad strekl voor ate Kodacotor VR I00.200co*00flmj (2 iSopnixJ-topn. en2x36opn v
STUDIED A G A GRA RISCH JONGEREN KONT A KT
KAPELLE - Steeds meer jongeren
zijn in voor de overname van het
onderlijk landbouwbedrijf. Het aan
'd potentiële opvolgers is de laatste
?ier jaar in Nederland gestegen met 7
procent tot bijna 25.000 anno 1.984.
Zeeland blijft bij deze ontwikkeling
niet achter. Het percentage boeren
van 50 jaar of ouder met een opvolger
steeg van 36 naar 41 procent. W. de
Landgraaf, sociaal-economisch voor
lichter van de Zuidelijke Landbouw-
maatschappij (ZLM), zette woensdag
middag deze cijfers op een rij tijdens
de studiedag van het Zeeuws Agra
risch Jongeren Kontakt (ZAJK) in
Kapelle.
De groeiende belangstelling voor be
drijfsovername is, aldus De Land-
iraaf. voornamelijk te wijten aan de
toenemende werkloosheid buiten de
landbouw en de stijging van het aan
tal agrariërs ouder dan 50 jaar. De
superheffing heeft echter ook hier zijn
sporen achtergelaten. Boeren die na
melijk bfj de zogenaamde meitelling
opgaven dat ze een bedrijfsopvolger
Lebben, konden rekenen op een gerin-
Sere korting van de hoeveelheid te
Produceren melk.
Het ZAJK wilde op zyn studiedag met
"arne de menselijke aspecte van be
drijfsovername belichten. Voorzitter
8 Simons vertelde in zyn inleiding
dat daar nog maar weinig over gespro
ken is. Hy nam zelfs het woord 'taboe'
in de mond. Voor de financiële, juridi
sche en belastingtechnische zaken
zijn contacten met deskundigen on
ontbeerlijk. De blik in de keuken gaat
echter niet veel verder. De objectieve
cijfers geven bijvoorbeeld geen beeld
van de gevoelens die ouderen kennen
wanneer zij afscheid moeten nemen
van hun onderneming.
Voorlichter De Landgraaf gaf aan de
hand van een groot aantal vorobeel-
den aan dat de generatiekloof voor de
nodige problemen kan zorgen. De
normen en waarden zyn. volgens hem.
in de loop van de tijd nogal veranderd.
De ouders biyven nu veelal niet meer
op de boerderij wonen, terwyl dat
vroeger normaal was. De vraag wie de
baas is gedurende de overgangsperio
de waarin vader en zoon samenwer
ken, is minder gemakkelijk te beant
woorden. Vader was dat in het verle
den vrijwel automatisch. Het uit
gangspunt dat de oudste zoon de
opvolger is, is ook zo goed als verla
ten. Dochters dienen zich bijvoor
beeld in grotere getale aan. In 1980
waren voor bedrijfsovername nog 327
vrouwen in. Dit aantal is sindsdien
met 70 procent toegenomen tot 532.
De verschillen in opvattingen leiden
in de meeste gevallen niet tot conflic
ten, maar ze komen voor. Frustraties
kunnen bij de opvolger groeien, om
dat zijn vader nieuwe investeringen
niet gewenst acht. De Landgraaf gaf
als voorbeeld een boer die zich na de
bouw van een varkensstal had voor
genomen nooit meer die weg te be
wandelen. Hier lag de kiem voor een
conflict met zijn zoon, die, onder
druk van de arbeidsmarkt, het be
drijf wilde overnemen en wel voor
nieuwbouw. „Dergelijke situaties
mogen er natuurlijk niet toe leiden",
zo stelde de voorlichter, „dat be-
drijfshoofd en opvolger ieder op een
hoek van een blok in de peeën staan
de happen".
De zestig deeinmers aan ae ZAJK-
studiedag kwamen, na*afioop van de
inleiding door De Landgraaf en de
vertoning van een videofilm over het
thema, in discussiegroepen onder
meer tot de conclusie dat bedrijfs
overname door een vrouw geen pro
bleem mag zijn. Eén van de weinige
aanwezige vrouwen gaf te kermen het
werk in de landbouw net zo goed
gedaan kan worden door vrouwen
„Dat is een kwestie van spierontwik-
keling en ervaring zei hij. „De arbeid
kan bovendien lichter gemaakt wor
den, byvoorbeeld door de fabricage
van verpakkingen van 25 in plaats
van 50 kilo".
nONDERDAG 20 DECEMBER 1984
Nog te veel mensen denken dat een aanval van hyperventilatie een
voorbode van een beroerte of hartinfarct is. Niets is minder waar.
Ook mag de ziekte niet worden gezien als een verschijnsel van deze tijd.
Uit geschriften van eeuwen geleden blijkt, dat hyperventilatie toen
reeds voorkwam, al moet worden gezegd, dat het aantal hyperventilatie-
gevallen de afgelopen 60 jaar wel aanzienlijk is toegenomen. Maar het
zijn niet alleen buitenstaanders die het fenomeen hyperventilatie niet
goed kennen en begrijpen, ook de patiënten zélf denken vaak tijdens een
aanval te stikken. De medische wereld ontkent dit gevaar, zodat de
patiënt met de klachten vaak het stempel 'gezond' meekrijgt van de
huisarts. De Nederlandse hyperventilatiestichting wil hier verandering
in brengen en heeft een telefonische hulpdienst in het leven geroepen.
Ook in Zeeland zitten ex-patiënten aan de telefoon, om ervaringerf uit te
wisselen.
Een hyperventilatie-aanval is
meestal een gevolg van spanningen.
Iedereen reageert verschillend op
stress-situatie's. Zo krijgt de één
hoofdpyn en de ander ademhalings
stand kiezen en zich op het werk of
school ziek melden. Deze manier
van leven kan zelfs uitmonden in
gehele afzondering, door het huis
niet meer uit te gaan. Volgens de
moeilijkheden. Wanneer iemand medische adviseur is dit niet juist
een aanval krijgt, ontstaat het ge- maar wel begrijpelijk. De vaak
voel van zuurstofgebrek. De patient onschuldige onbewuste spannin-
begint hevig adem te halen. „In gen veranderen hierdoor in ware
werkehjkheid is er voldoende zuur- obsessies.
stof in het lichaam aanwezig. Als de Omdat het verschijnsel hyperventi-
patiënt dus begint te hijgen, krijgt latie meestal zo'n drie tot zes jaar
hy of zij nog meer zuurstof en wordt aanhoudt by mensen, is het van
het koolzuurgehalte in het lichaam groot belang, dat er iets aan gedaan
door het uitademen te laag. Dit wordt. Rohling vindt dat er een
heeft verschynselen als trillingen,
flauwvallen, hartkloppingen en be
klemmende gevoelens tot gevolg",
vertelt R. Rohling, verpleeghuis
arts en medisch adviseur van de
stichting in Zeeland. „Het vervelen
de is, dat de lichamelyke reactie op
een aanval vrijwel gelijk is aan die
van een beroerte of hartinfarct. Dit
verklaart dan ook de vooroordelen
van de maatschappy", aldus Roh- bewustwordingsproces moet optre-
ling. Vaak wordt de patiënt met den j-,e patiënten moeten zelf ver
spoed naar het ziekenhuis gebracht antwoordelykheid gaan dragen
voor observatie, om vervolgens v00r bun ziekte. „Het vervelende by
weer met 'niets aan de hand' naar^ veej mekten, dus ook bij hyperventi-
huis te worden gestuurd. jatle bat de patiënt denkt dat de
Hyperventilatie veroorzaakt dus dokter wel een middeltje heeft. Zo
geen lichamelijke letsel, tenzij bij werkt het njel" zegt de arts. Ie-
het flauwvallen bijvoorbeeld het mand met hyperventilatieklachten
hoofd wordt gestoten. Het syn- ondergaat een zogenaamde hyper-
droom heeft echter wel een psy- ventilatie-provoeatietest.
chisch gevolg. Door de patiënt heftig te laten
ademen treden er tal van verschyn-
Een aanval geeft de betrokkene selen op. zoals hartkloppingen Als
soms angst voor een verstik- deze reacties overeenkomen met de
kingsdood, en omstanders reageren syndroomklachten, dan is er sprake
vreemd op de worsteling van de van een hyperventilatiepatiènt. Sa-
patiënt. Aanvallen komen voor tij- men met de huisarts gaat de betrok -
dens werkuren, vergaderingen,
boodschappen doen, schoollessen
en visites. De benauwdheid geeft
de patiënt een schaamtegevoel,
kene na, wanneer de aanvallen op
treden. Het is in dit geval erg nuttig
een dagboek by te houden Met de
resultaten hiervan kunnen mogely-
niet in de laatste plaats door de ke 'opwekkers', zoals ruzie's, span-
aanwezigen in de ruimte waar het
gebeurt. Rohling: „Hierdoor ont
staat een zogenaamde herhalings
angst- Deze extra spanning maakte
de kans op meer aanvallen alleen
maar groter. Hierdoor komen de
ningen in het gezin en op het werk
worden vermeden.
Ten slotte zijn er nog ademhalings
oefeningen. waardoor de patiënt
zijn luchtwegen beter onder contro
le weet te krijgen. De bekendste
mensen dus in een spiraal terecht, oefening is het plat op de grond
waar moeilijk uit is te komen". Het gaan liggen met een boek op de
gebeurt regelmatig, dat de patiën- buik. De patiënt moet leren door de
ten de weg van de minste weer- neus te ademen en de buik daarby
te betrekken. Het goed beheersen
van de ademhaling voorkomt - en
waar nodig stopt - eventuele aan
vallen
Als de patiënt toch. ondanks zijn
inspanningen, het benauwd krijgt
en gaat hyperventileren, biedt het
plastic zakje een uitkomst. Door het
op de mond en de neus te plaatsen
wordt een vacuüm ruimte ge
creëerd. Hierdoor wordt de zuur
stoftoevoer beperkt en blijft er vol
doende koolzuur in het lichaam. De
patiënt komt dan weer langzaam
tot rust. Omdat voor velen het
plaatsen van een plastic zalye een
onaangenaam gezicht is, kan de
patiënt ook zyn handen gesloten
voor het gelaat houden.
Rohling ziet hyperventilatie als
een onschuldige ziekte maar
onderkent de problemen die er uit
kunnen voortvloeien. Hij bena
drukt wel de gevaren voor oude
ren, die plotseling aanvallen krij
gen, terwijl die nog nooit eerder
optraden. Ook kan hyperventilatie
weieens het gevolg zijn van reeds
bestaande lichamelijke klachten.
Volgens de arts is het dan van groot
belang contact op te nemen met de
huisarts. Voor de overigen biedt
ruime bekendheid met, en begrip
voor, het fenomeen vaak uitkomst.
Om hiertoe een steentje by te dra
gen bracht de stichting onlangs het
boekje 'leven met hyperventilatie'
uit. Ook zijn er cassettes op de
markt, die zelfhulp propaganderen.
Om mensen direct bij te staan is er
onlangs een hulpfijn in het leven
geroepen Ex-hyperventilatiepa-
tiènten praten door de telefoon met
opbellers, die direct of indirect be
trokken zyn met hyperventilatie.
Rohling: „Deze vrijwilligers hebben
allemaal onder leiding van een me
disch adviseur een opleiding ge
volgd. Zy kunnen hierdoor een wil
lig oor bieden, maar zullen geen
medische adviezen geven.
Per slot van rekening kan zelfs een
arts na een telefoongesprek van
enkele minuten geen raad geven
Dat er erg veel behoefte is aan de
telefoonlyn blijkt uit het feit, dat de
nummers vijjwel constant in ge
sprek zyn. Daarom zoekt de stich
ting meer mensen, die last hebben
gehad van hyperventilatie en bereid
zijn een cursus te volgen. Voor hen
en voor diegenen, die het telefoon
nummer van Zeeland willen weten,
omdat zy over him problemen wil
len praten heeft de stichting een
centraal nummer. 020-628876. De
stichting is iedere dag bereikbaar
tussen 18.00-19.00 uur. De hulpdien
sten in de provincies zijn continu
bereikbaar.
Aad van der Wouden
Walcheren gekozen
VLISSINGEN De Stichting Streek
ziekenhuizen Walcheren heeft woens
dag voor de eerste keer verkiezingen
gehouden voor de ondernemings
raad. Daarmee worden de onderne
mingsraden van het Gasthuis in Mid
delburg en het Bethesda-Sint Joseph-
ziekenhuis in Vlissingen opgeheven.
Deze verandering is noodzakelijk ge
worden wegens de fusie van de twee
instellingen per 1 juli van dit jaar.
"Vrijdag zal mevrouw Van der Wel,
'voorzitter van het bestuur, in het
personeelsrestaurant van het Bethes
da-Sint Joseph de nieuwe onderne
mingsraad installeren. De installatie
begint om 16.00 uur.
De nieuwe ondernemingsraad zal be
staan uit dertien leden. Door de vak
organisaties en de niet-georganiseer-
de werknemers zijn in totaal negen
tien werknemers kandidaat gesteld.
Winter-wandeltocht
in Bergen op Zoom
BERGEN OP ZOOM - De Zeeuwse
Wandelsport Bond houdt zaterdag 5
januari een winter-wandeltocht in
Bergen op Zoom. Er zijn drie verschil
lende tochten: van 5, 10 of 15 kilome
ter. De start is om 13.45 uur bij de
stationsrestauratie van NS in Bergen
op Zoom.
BURGHSLUIS Belang
stellenden voor de matten
legger Cardium hebben nog
een jaar de tijd om te be
slissen over de eventuele
aanschaf van de ponton die
de funderingsmatrassen
voor de stormvloedkering
in de Oosterschelde heeft
aangebracht. Volgens een -
overigens zeer voorlopige -
planning van rijkswater
staat moet op 1 januari
1986 duidelijk zijn of een
redelijke kans bestaat dat
het kapitale vaar/werktuig
kan worden verkocht. An
ders zal de ponton worden
ontmanteld en in losse on
derdelen aan de man wor
den gebracht.
Voor de Sepia, een veel klei
nere ponton die is gebouwd
voor het afrollen van de
grindwiepenmatten, geldt
dezelfde uiterste verkoop
datum. Bij de Cardium ho
ren ook de reusachtige klos
sen Ensis en Twensis, waar
de funderingsmatten op zijn
gewikkeld. Het pylerhef-
schip Ostrea moet voor 1
juli 1986 zyn verkocht of dit
het meest tot de verbeel
ding sprekende stuk Oos-
terscheldegereedschap
wacht de slopershamer. Op
1 oktober 1986 loopt de ter
mijn af waarbinnen voor de
kleinere mattenrolponton
Donax (vroeger Dos I gehe
ten) een koper moet zyn
gevonden. De hulpbrug
naar het werkeiland Neeltje
Jans, de afmeer- em op-
schoonponton Macoma en
het verdichtingsschip Myti
lus zullen uiterlijk 1 januari
1987 een nieuwe eigenaar
moeten hebben.
Volgens een woordvoerder
van rijkswaterstaats Delta
dienst is deze volgorde om
een aantal redenen geko
zen. Gekeken is naar de
toepassingsmogelykheden
van de verschillende vaar/
werktuigen. In beginsel
geldt: hoe groter die moge-
lykheden hoe langer wordt
gewacht met de ontmante
ling. Een ander punt van
overweging is de mate
waarin de schepen en de
apparatuur aan boord zijn
beschermd tegen roestvor-
ming en dergelyke. Het ver
dichtingsschip Mytilus, dat
als eerste van de bijzondere
werktuigen is opgelegd, is
by voorbeeld byzonder goed
'gecoconniseerd'.
Momenteel is op de hulp
brug een koopoptie gelegd.
Het is nog onzeker of de
2800 meter lange brug ook
inderdaad zal worden ver
kocht. Het is niet ongebrui-
kelyk dat aannemers opties
nemen op materiaal wan
neer ze inschrijven op een
project. Alleen als ze dat
project mderdaad mogen
uitvoeren, komt het dan tot
koop. De aardbol verken
nend is rijkswaterstaat in
middels tot de slotsom ge
komen dat Zuid-Amerika
en Afrika weinig beloften
inhouden als het erom gaat
de Oosterschelde-schepen
te verkopen. In deze conti
nenten worden geen tech
nieken toegepast die derge
lijke geavanceerde appara
tuur nodig maken.
In Noord-Amerika zouden
er wat dat betreft wel mo
gelijkheden kunnen zijn,
maar de Jones Act van de
Verenigde Staten verhin
dert de invoer van werktui
gen als de schepen uit de
Oosterschelde. De meeste
kans om een andere be
stemming te vinden voor
de Cardium, de Ostrea, de
Mytilus en dergelijke ligt
in het Midden- en het Verre
Oosten en in Europa (Skan-
dinavië en de Sowjet-Unie).
MIDDELBURG - De voorbereiding op de beroepen waarvoor het lager huishoud- en
nijverheidsonderwijs (lhno) opleidt kan worden verbeterd door binnen het Ihno verschillen
de afdelingen in het leven te roepen. Daardoor ontstaat een duidelijker afstemming op de
betrokken beroepsgroepen. Staatssecretaris mevrouw drs. N. Ginjaar-Maas van onderwijs en
wetenschappen presenteert binnen enkele dagen een beleidsnotitie over het lhno met
voorstellen om tot een dergelijke afdelingsstructuur te komen. De staatsecretaris zei dit
woensdag in Middelburg tijdens een door de Zeeuwse Provinciale Onderwijsraad en het
Provinciaal Platform LHNO Zeeland belegde studiedag over het lhno.
In de beleidsnotitie gaat de staatsse-
•cretaris in op de beroepsoriënterende
!en beroepsvoorbereidende taken van
het lhno, de problemen op het gebied
van aansluiting van het onderwys op
de arbeidsmarkt en de doorstroming
'vanuit het lhno naar het vervolgon
derwijs, Voor wat betreft de aanslui
ting op de arbeidsmarkt biedt volgens
mevrouw Ginjaar het LBO/LAVO-be-
siuit mogelijkheden om tot de ontwik
keling van een tweejarige onderbouw
en een tweejarige bovenbouw by het
lhno te komen. De onderbouw zou
dan een algemeen karakter moeten
dragen, terwyl de bovenbouw ruimte
moet bieden aan verschillende be
roepsvoorbereidende richtingen. Dat
laatste kan worden bereikt door ver
schillende afdelingen in het leven te
roepen, aldus de staatssecretaris.
Daarnaast moeten er aansluitende
vervolgopleidingen komen.
overwegen het lhno om te dopen in
ldgo. lager dienstverlemngs- en ge-
zondheidsonderwijs.
Ten aanzien van de vervolgopleidin
gen voor Ihno-leerlingen zei de staats
secretaris: „Met het creëren van nieu
we opleidingen moet voorzichtig wor
den omgesprongen. Er moet sprake
zijn van een vraag naar gediplomeer
den van de nieuwe opleiding.
Boekje
Voorafgaande aan de inleiding van
Ginjaar hield onderwijsge-
deputeerde drs R. C. E. Barbé een
toespraak, aan het eind waarvan hij
de staatsecretaris het eerste exem
plaar aanbood van het boekje 'Het
lhno in een nieuw perspectief. Het
betreft een voorlichtingsboekje dat
is samengesteld door de Zeeuwse
Provinciale Onderwijsraad. In het
boek wordt met name ingegaan op de
verschillen tussen het oude 'huis-
houdonderwijs' en het huidige lhno.
Gedeputeerde Barbé gaf in zijn toe
spraak een overzicht van de ontwik
kelingen in het huishoudonderwys en
de vorming van het lhno. Hy maakte
van de gelegenheid gebruik zijn zorg
uit te spreken over de herstructure
ring van het voortgezet onderwijs. Hij
pleitte voor een verlaging van de
opheffingsnorm voor scholen in Zee
land van zestig naar dertig leerlingen.
„Het zal u duidelyk zijn dat enkel het
hanteren van de leerlingnorm en het
efstandcrltenum voor Zeeland niet
helpt. Wellicht kan worden overwo
gen om voor Zeeland een uitzonde
ringssituatie te maken, zoals dat ook
voor de Waddeneilanden is gedaan".
De aanwezigen in de vrijwel tot de
laatste plaats bezette Statenzaal kre
gen vervolgens nog inleidingen te
horen van de heer J. F. M. Nieuwland,
voorzitter van het Contactcentrum
Onderwys-Arbeid in Zeeland, die
sprak over de relatie tussen het lhno
en de arbeidsmarkt; van drs. A. C. M.
Pierik, namens de Landelijke Pedago
gische Centra, die met name inging op
de onderwyskundige ontwikkelingen
bij het lhno en drs G. G. J. Spanhoff,
namens de Nederlandse Vereniging
Beroepskeuzewerk, die sprak over de
beroepskeuzebegeleiding in het lhno.
Fusie
Mevrouw Ginjaar zei in haar inlei
ding de invoering van de afdelings
structuur in het lhno parallel te
willen laten verlopen met de opera
tie 'herschikking en fusie in het
voortgezet onderwijs'. „Dat wil zeg
gen dat op 1 augustus 1988 bekend
moet zijn hoe de landelijke spreiding
van de afdelingen er uitziet", aldus
de staatssecretaris. Het individueel
huishoud- en nijverheidsonderwijs
(ihno) blijft in de plannen van me
vrouw Ginjaar buiten beschouwing.
Wel wil ik het mogelijk maken dat
ihno-leerlingen deel kunnen nemen
aan het onderwijsprogramma van de
lhno-bovenbouw".
De staatssecretaris ging verder in op
de naamgeving van het lhno. „De
buitenwacht bestempelt het lhno
maar al te gemakkelijk als huishoud
school, of doet het denigrerend af als
spinazie-academie. Nu er nieuwe we
gen worden gezocht voor dit onder
wijs, lykt het my goed om by de
wijzigingen ook de naamgeving te
betrekken". Mevrouw Ginjaar zei te
Ondernemingsraad
van ziekenhuizen
Gedeputeerde Barbé 11) overhandigt staatsscretaris Ginjaar-Maas het boekje over het 'nieuwe' lhno.