EEN BARST IN JANTJE BETON het ongelijk van Jan de Vries EL SAL VADOR praten in plaats van schieten Tutu, een leven tegen de apartheid PZC/°Pinie en achtergrond WOENSDAG 17 OKTOBER 7J°e Door Dick Fijlstra) In mei 1977 ging dr. J. de Vries met pensioen. De man die de Verenigde Bedrijven Bredero uitbouwde van een bescheiden aannemingsbedrijf tot een wereldwijd opererend concern dat veel meer doet dan bouwen alleen. De man die met zijn bedrijf door Hoog Catharijne een onuitwisbaar stempel op Utrecht drukte. Jantje Beton. Hij kreeg ter gelegenheid van zijn afscheid uit erkenning voor zijn verdiensten de zilveren stadsmedaille van Utrecht uitgereikt. Met daarin de inscriptie 'Bouwend in beton sterkte hij de stad'. Over de vele kritiek die hij en zijn bedrijf over zich heen kregen zei hij ooit: „Echte kritiek is uitstekend, een geweldige zweep om je creatieve den ken te corrigeren. Maar discrimine rende kritiek leg ik naast me neer. Het stomste dat je kunt doen, is schieten op iemand die op de barricaden staat te schelden. Hij dondert er vanzelf wel af'. Het is een citaat uit een van de schaarse interviews waarin getracht werd een beeld te schilderen van de man die tijdens de verhoren van de parlementaire enquêtecommissie naar voren kwam als een autoritaire, norse verongelijke brombeer. Die het Rijn-Schelde-Verolmeconcern, waar hij als president-commissaris verant woordelijk voor was. afschilderde als een op grote schaal werkende sociale werkplaats. RSV heeft er nooit in willen geloven dat er een moment zou komen dat de overheid zou zeggen: „Nu is het ge noeg, er komt geen steun meer". En De Vries ging er van uit dat zolang er niet gesproken werd over de aller laatste keer hij wel weer voor geld kon aankloppen. En de overheid deed er weinig aan die idee te logenstraf fen. De Vries zag RSV als een brede vorm van werkverschaffing in een gebied met grote werkloosheid. Het mag cynisch klinken, onoprecht is het niet. De Vries heeft altijd uitge sproken Ideeën gehad over staats steun aan bedrijven. Een citaat uit een interview uit 1977 „Wanneer een bedrijf niet kan aantonen wanneer het weer redelijk in de markt kan komen, behoren er geen subsidies te worden gegeven. Want als de subsidie op is, zijn de potten leeg en is er niets bereikt. Het geld is in een bodemloze put gegooid." En dat is precies wat er bij RSV gebeurde. Maar in een ander inter view in die zelfde tijd zei De Vries ook zich te kunnen voorstellen dat de overheid toch besluit om bedrijven steun te verlenen. „Het maakt ook zo weinig uit. Of dat geld nu wordt uitgegeven aan werkloosheidsvoorzie ningen of aan steun aan bednjven. Maar het moet wel bepei kt blijven tot een korte periode van overbrugging, er moet duidelijk uitzicht op rende ment zijn." er moet harder gewerkt worden, Als elke vent. voor hetzelfde kostenas pect, 20 procent meer zou doen, moet je eens zien wat er zou gebeuren Dat harde werken was een van de kenmerken van de mensen bij het Bredero van Jan de Vries. De research en innovatie eveneens. Er kwam een speciale dochter, de ontwikkelings maatschappij Empeo. volgestopt met deskundigen, op het gebied van stede- bouw, verkeerstechniek, constructie en financiering; een denktank die het intertijd unieke Hoog-Catharijne-con- cept ontwikkelde, de projectontwik keling een nieuwe dimensie gaf en het bedrijf een gevestigde naam in bin nen- en buitenland. Een bedrijf ook dat onder de vaste hand van De Vries werd uitgebouwd volgens weloverwogen lijnen De acti viteiten werden uitgebreid. Naast bouw en projectontwikkeling ook handel en fabricage. Ook geografisch en in spreiding van risico's. Een solide concern even solide als zijn president directeur. Een massieve gestalte, bekroond met een kop grijs borstelig haar, die zijn parmantig buikje zonder schaamte draagt. De ene hand diep in de zak, de ander docerend, zwaaiend met een krijtje, zoals hij ooit gestaan moet hebben voor de klassen van het Vos- sius Gymnasium en het Gemeentelijk Lyceum voor Meisjes in Amsterdam waar hij in de eerste jaren van de oorlog wis- en natuurkunde gaf. Op die manier gaf hij eenmaal per jaar een toelichting op het reilen en zeilen van zijn bedrijf bij het verschijnen van het jaarverslag. Zijn uitleg veelal doorspekt met bij belse citaten, waarbij een duidelijke voorkeur voor Salomo. Over kerncen trales. die in Belgie en Duitsland wel en in Nederland niet gebouwd wer den: „Een rozenkrans van kerncentra les rond ons land. En met Salomo zullen we dan bidden: o. kom gij Noordenwind, waai door mijn hof. Want dat is dan de emge wind die geen radioactiviteit in de lucht boven ons land kan brengen." Over het herstel van de winsten van het bedrijfsleven, of liever de over schotten, zoals De Vries ze noemt, nadat winst een vies woord was ge worden: „Wie van de vijgeboom wil eten, zal hem ook moeten hoeden." Samen met zijn vrouw is hij voor de oorlog betrokken geweest bij de ont wikkeling van de kernsplijting. Van huis-uit is De Vries, evenals zijn vrouw fysicus. „Ik ben," vertelde hij ooit. „bij de eerste splitsing van ato men aanwezig geweest. Ik heb met materiaal in m'n handen gestaan, waarvan nu zou worden gezegd: zoiets overleef je niet." Die betrokkenheid verklaart wellicht dat energie en kern energie in het bijzonder een stok paardje van hem geworden is. Zijn overtuiging: „Zonder kernenergie red den we het absoluut met." Zijn carrière bij Bredero, hij kwam er in augustus 1945 als chef-research en werd twee jaar later tot directeur benoemd, werd begeleid door een groot aantal commissariaten bij uit eenlopende bedrijven, RSV, Albert Heijn, Akzo. Chammotte Unie, Cen traal Overslag Bedrijf in Utrecht en de Pegus in Utrecht. Vensters „Er zijn vele vensters waardoor we de wereld kunnen bekijken," zei hij wel. Zijn commissariaten beschouw de hij als vensters, maar ook zijn activiteiten als kroonlid van de Aca demische Raad, zijn lidmaatschap van de Raad van Advies voor het Wetenschapsbeleid of zijn lidmaat schap van het bestuur van de Centra le Organisatie TNO. Verder was hij lid van het Curatorium van de Tech nische Hogeschool in Eindhoven en zijn gezag in wetenschappelijke krin gen werd bekroond met een eredocto- dr. Jan de Vries raat van de Strathclyde University in Glasgow, Schotland. Hetzelfde Schotland waar hij zich graag terugtrekt op een van de Hebri- den eilanden, waar hij een huis heeft, Van daar kwam hij over om te getui gen voor de enquêtecommissie en hij zal nog een ker terugmoeten komen, nu om een toelichting te geven op de onkosten die hij bij RSV heeft gede clareerd, een bedrag dat over een aantal jaren zou zijn opgelopen tot bijna 1.7 miljoen gulden. Natuurlijk zal dat weer goed zijn voor een aantal smakelijke verhalen, maar veel interessanter is hoe een man als Jan de Vries, die zijn sporen in. het bedrijfsleven duidelijk verdiend heeft, bij RSV werd tot - om zijn eigen woorden te gebruiken - niet meer dan een toezichthouder van een sociale werkplaats. Hoe het mogelijk was dat de raad van commissarissen de raad van bestuur van RSV aan liet modderen, in blind vertrouwen blijkbaar, althans zon der in te grijpen of in ieder geval met de gedachte dat de overheid het zich nooit zou kunnen permitteren het concern op de klippen te laten lopen. Misschien heeft De Vries de politiek toch onderschat, hoewel hij zelf altijd beweerde dat dit land werd geregeerd door emoties en niet door verstand. Tijdens de eerste verhoren zei hij dat wanneer de politiek zich met de zaken gaat bemoeien het misgaat. Niet al leen met RSV, ook met hem blijkbaar. Het is duidelijk dat het beton van Jan de Vries barsten is gaan vertonen. Twijfels Maar toen al had hij zijn twijfels. „Iedereen zegt dat. Ik vrees alleen dat er weinig van terechtkomt. De ethiek van het werken, het lonend produceren, is verloren gegaan. Men praat niet meer over werk of over werken, maar over werkgelegen heid." De Vries in 1977: De kostprijzen van onze produkten zijn te hoog. Die prijzen moeten omlaag. De onderne ming is een strijdorganisatie. Ze moet het beter, sneller en goedkoper doen dan een ander. De organisatie moet daarop zijn ingesteld. Al dat geklets over werkgelegenheid is volksverlak kerij. Het gaat niet om werkgelegen heid, het gaat om werk dat er moet komen Diepte-investeringen, nieuwe produkten, meer middelen en man kracht voor research en innovatie. En Desmond Tutu De zwarte Anglicaanse bisschop Desmond Tutu heeft dinsdag de Nobelprijs voor de vrede gekregen voor zijn „rol als leider en organisa tor in de campagne die streefj naar oplossing van de apartheidsproble men in Zuid-Afrika", zo blijkt uit de motivering van het uit vijf leden bestaande Nobelcomité in Oslo. „Met het toekennen van de Nobelprijs voor de vrede 1984 wil het comité de aandacht vestigen op de niet-geweld- dadige strijd voor de bevrijding waar aan Desmond Tutu zijn hart heeft verpand, een strijd waarin zwarte en blanke Zuidafrikanen schouder aan schouder staan om hun land uit het conflict en uit de crisis te redden", aldus het comité. „De middelen waar mee deze campagne wordt gevoerd, zijn van wezenlijk belang voor geheel Afrika en voor de zaak van de vrede in de wereld". Bisschop Tutu is de tweede Zuidafri kaan die de Nobelprijs voor de vrede ontvangt. In 1960 was de onderschei ding toegekend aan wijlen Albert Lu- tuli. de voorzitter van het Afrikaans Nationaal Congres (ANC). De ontvanger van de Nobelprijs voor de vrede, waaraan dit jaar een geldbe drag is verbonden van 1 650.000 Zweedse kronen, noemt zichzelf een „eenvoudige geestelijke met een hart stochtelijk verlangen naar gerechtig heid. vrede en verzoening". De 53-jarige bisschop Tutu liceft her haaldelijk een beroep gedaan op de blanke Zuidafrikanen die een sterk godsdienstig besef hebben, met de boodschap dat „Jezus Christus be trokken is bij de bevrijdingsstrijd" van de zwarten die naar gelijkheid hunkeren. „Nu moet de kerk de stem zijn van hen die geen stem hebben", aldus de man die sinds 1979 secreta ris-generaal is van de Zuidafrikaanse raad van kerken. Tutu's preken, toespraken en ge schriften hebben stellig politieke in vloed op de toestand in Zuid-Afrika. maar de Anglicaanse bisschop be schouwt zich niet als een politicus maar als een kerkelijke leider. „Ik leid een kerk waar zwarte en blanke chris tenen toe behoren. De kerk moet werken aan gerechtigheid, vrede en verzoening". Met zfln keuze zet het Nobelcomité een lijn voort, waarbij het individue- len personen of organisaties onder scheidt, die in een vaak uitzichtloze situatie voor de mensenrechten opko men, zich tegen geweld keren en zich inzetten voor begrip en ontwapening. Sinds 1981 heeft bisschop Tutu geen paspoort meer. De autoriteiten ont namen hem zijn reisdocument nadat hij zich in 1980 op een bijeenkomst in Denemarken voorstander had ge toond van economische sancties te gen Zuid-Afrika om het apartheids bewind weg te krijgen. In maart van dit jaar verklaarde de bisschop tij dens een verblijf in Nederland dat nu in zijn paspoort onder nationaliteit staat: „Op dit moment niet te bepa len". (Slot van pagina 1) ter Van Dam probeerde duidelijk boven water te krijgen. De Vries, die van begin af aan in 1971 president-commissaris van RSV was, begon zijn onkosten pas te declareren in 1976. Dat was het jaar waarin hij aftrad als president van het ontwikkelings- en bouwconcern Verenigde Bedrijven Bredero. hoe wel hij nog tot in 1977 in functie zou blijven. Dat hij zich voordien geen onkosten liet vergoeden, moest vol gens De Vries maar worden toege schreven aan een kennelijke edel moedigheid jegens RSV. De Vries sprak tegen dat de financië le man van RSV, de huidige presi dent Jan van Rijn, ooit geweigerd heeft .een declaratie uit te betalen. Van Rijn heeft eerder tegenover de enquêtecommissie verklaard, dat hij ooit een onkostennota heeft gewei gerd en dat pas na tussenkomst van de vice-president van de Raad van Commissarissen, drs. Jan de Pous, tot uitbetaling is overgegaan. Aan De Pous zelf, die onder meer voorzitter is van de Sociaal-Econo mische Raad, kan de enquêtecom missie een verklaring daarover niet vragen. De Pous heeft begin dit jaar een hersenbloeding gehad en is nog steeds ernstig ziek. De Vries hield voor de commissie vol dat Van Rijn hem nooit over een declaratie heeft aangesproken. „Dat ik furieus zou hebben gereageerd, zoals Van Rijn heeft gezegd, is on mogelijk. Indianenverhalen". Commissielid Van Dam waar- RSV schuwde De Vries dat het om een beëdigde verklaring van Van Rijn ging. Voorzitter Van Dijk onder schreef dat nog eens om De Vries op de eventuele consequenties van zijn woorden te wijzen. De Vries: „Ge zien de waarschuwing van de voor zitter, zeg ik u dat ik me niets herinner van opmerkingen zoals de heer Van Rijn die zegt te hebben gemaakt". Van Dam: „Maar dan kunt u ook moeilijk van 'indianenverhalen' spreken". De Vries: „Laten we het dan op verhalen houden". n Dam zaagde De Vries daarna lange tijd door over zijn vele vliegrei zen op kosten van RSV. Bijna alles ging met gehuurde vliegtuigen en helikopters. De Vries: „Ik werd her haaldelijk opgeroepen om bij acute vergaderingen aanwezig te zijn, Dat was alleen met charters op te van gen". Vakantie Honderdduizenden guldens gingen er in het heen en weer vliegen van De Vries zitten. Volgens De Vries allemaal zakelijke reizen. Van Dam: „Ook toen u met negen mensen naar Glasgow vloog?" De Vries, koel: „Ja. zeker. We zouden met de kinde ren en kleinkinderen met vakantie gaan. Allen geboekt op een lijn- vlucht. Toen werd ik weer opgeroe pen voor een vergadering. Om de vakantie niet helemaal in het hon derd te laten lopen, ben ik daarna met een gehuurd vliegtuig gegaan en heb ik het hele spul meegeno men". De enquêtecommissie had een groot deel van de vluchten van De Vries nagevlooid. De voormalige presi dent-commissaris leek er niet van onder de indruk.„Mijn geheugen is te veel belast met interessante din gen; dit kan er niet bij", zei hij. Voor een groot aantal vliegtochten in Schotland had hij overigens wel-een verklaring. Hij had er projecten be zocht waar RSV wellicht aktief in had kunnen worden. „En dan moet je erheen, want de markt komt niet naar je toe". De Vries was er allerminst van onder de indruk dat Van Dam hem voor hield dat hij in de jaren 1976 tot en met 1982 gedurende 265 dagen een helikopter had gebruikt. „Het is een normaal vervoermiddel. En wat ik gedeclareerd heb. waren zakelijfc kosten". De voormalige president-commit ris declareerde veel van zijn koste pas in 1982. „Ik was ziels dankbs dat ik toen mijn agenda van terugvond Daarin had hij naars; zeggen een groot deel van zijn et- kosten genoteerd staan. De declart ties over de jaren 1976 tot en 1981 had hij overigens tegelijk maakt, op zes verschillende veils» Ze beliepen totaal nog een bears van 480.000 gulden. Het betrof kef ten die hij zelf had voorgeschoten Het was de enquêtecommissie blij kens de woorden van Van DaË opgevallen dat de declaraties pre cies het bedrag dekten, dat De Vrie nog bij RSV aan voorschotten oppk had staan. Tot de kosten die De Vries bij in rekening bracht, hoorde een te- drag wegens vliegkosten in 1976 va ruim twee ton. Dat moest het aar- deel van RSV zijn geweest in ea contract dat Bredero had geslote met een vliegbedrijf. De Vries bai dat bedrag echter door Bredero la ten betalen als „directiekosten", zonder dat erbij werd vermeld dit via hem een deel voor rekening va: RSV diende te zijn. „Een vergissing, een verzuim va Bredero". opperde De Vries. ..Maan gaf opdracht tot de betaling", men te Van Dam op. En hij wees erop da; De Vries het 'RSV-aandeel' wel ts RSV in rekening had gebracht. Msï dat was volgens De Vries weer vent kend toen hij bij Bredero had afgers kend. „Ik heb in 1977, by_re,-. vertrek, een groot bedrag aan ro overgemaakt". En daar had vcè gens hem dat RSV-geld bij gezeter Het moet toen zijn gegaan ox 648.000. Volgens De Vries wordt b; Bredero nog uitgezocht waar dat geld is gebleven. Commissievoorza ter Van Dijk liet zich even ontvalk: dat het bedrag opvallend dicht ins buurt lag van het saldo dat De Vries nog te betalen had op zijn rekening- courantkrediet bij Bredero. Personeel Problemen rezen voor De Vries met name toen andere onderdelen van zijn onkostennota's aan de orde kwamen. Hij voerde onder extra betalingen op die hij 200 hebben verricht aan een secretares se die hij via Bredero ter beschik king had, en aan een butler die df ontvangstruimte bovenin zijn kan toor beheerde. Voor de enquêtecommissie hield Di Vries dat ook staande, hoewel di commissie over andersluidende vef klaringen van de betrokkenen be schikte. Voorts had De Vries over 1976 voor! 63.000 chauffeurskosten bij RSV ge declareerd. Het ging daarbij om s aan RSV toe te rekenen kosten fe waren gemaakt voor chauffeursöis- sten door De Vries' tuinman en dot' de schipper die De Vries in dies' had voor zijn jacht. De scripts heeft echter verklaard dat hij re zoeken van De Vries om als dffif- feur op te treden altijd heeft afgese zen. De tuinman heeft geas1 slechts heel zelden als chauffeur hebben gefungeerd, en dan meeü voor privé-doeleinden van De Vria De Vries mocht de verhoorzaal na", verlaten toen de enquêtecommisa zich voor beraad terugtrok. „Ik bs hier een gevangene", merkte ft Vries, die nu 74 jaar is. lachend 0? Eenmaal terug liet voorzitter Va» Dijk weten dat hij de zaak aan di officier van justitie zou voorleggen met het verzoek om een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheid dat er meineed is gepleegd, ft officier van justitie zal de zaak das eventueel aan de rechter moeien voorleggen. Voor de eindrapport* ge door de enquêtecommissie hoeft dat ondertussen geen gevolgen te hebben. Op meineed staat een maximale straf van zes jaar gevangenis 0! 25.000 gulden boete. Een deskundi ge op het ministerie van justitie deelde desgevraagd mee dat inhei recente verleden volgens de statis tieken gemiddeld 25 veroordelio gen per jaar wegens meineed wor den geveld. 'Door Rob Sprenkels Geen vrede, geen wapenstilstand en ogenschijnlijk geen werkelij ke toenadering tot eikaars standpun ten. Toch heeft de ontmoeting tussen de Salvadoraanse president José Na poleon Duarte en de gewapende op positie in het plaatsje La Palma, vlakbij de grens met Honduras, één positief resultaat opgeleverd: de dia loog zal worden voortgezet en de leiders van beide partijen zullen el kaar opnieuw ontmoeten in de twee de helft van november. Ook is men het eens geworden over de oprichting van een gezamenlijke werkgroep bestaande uit vier af gevaardigden van de gewapende op positie, vier van de regering en een waarnemer van de Salvadoraanse bis schoppenconferentie. Deze werkgroep zal de tijdens de ontmoeting in La Palma geuite standpunten en voor stellen moeten bestuderen, met daar bij twee streefpunten in het hoofd: humanisering van de burgeroorlog en vrede op de kortst mogelijke termijn. Guillermo Ungo. de voorzitter van de politieke arm van het verzet, het FDR, verklaarde toen hij na vijf uur uit de feestelijk opgetuigde kerk in La Palma stapte, dat zijn oordeel over het gesprek met Duarte „positief' was. „We geloven dat dit een eerste stap is op weg naar een serieuze dialoog", aldus Ungo. Guerrillaleider Ferman Cienfuegos waarschuwde er even later echter voor dat de weg naar de vrede nog lang is. „Er zijn krachten die zich tegen de dialoog verzetten, tegen de vrede. Daarom moet het hele Salvadoraanse volk zich verenigen om deze overwinning van het volk te kunnen consolideren en om te kunnen zetten ten bate van het volk". De Salvadoraanse is van mening Duarte in feite tot een vredesdialoog te heb ben gedwongen. Ferman Cienfuegos riep de mensen op om in het hele land „vredescommissies" op te richten. Twistpunt Inmiddels heeft president Duarte het Salvadoraanse volk via de nationale televisie en radio breedvoerig van zijn visie op het gebeuren in La Palma op de hoogte gesteld. Volgens de president is er in eerste instantie vooral gediscussieerd over het twist punt of de situatie in El Salvador nu wel of niet is veranderd. Voor de Verenigde Naties en ook bij de voor stellen die Duarte tijdens de ontmoe ting in La Palma presenteerde, be weerde hij dat er nu in El Salvador een complete democratie heerst, dal er wordt gewerkt aan sociale hervor mingen, en „dat de wandaden van de autoriteiten zijn geminimaliseerd en dat de schuldigen worden vervolgd en bestraft". Vanwege die nieuwe situatie zou er volgens Duarte geen reden meer zijn voor een gewapende oppositie. De christen-democratische president maakte er echter geen geheim van dat die theses door de delegatie van het verzet werd verworpen, maar verde digde zich meteen met de stelling dat het grootste bewijs dat er wel degelijk iets is veranderd, de ontmoeting in La Palma is. Ondanks de verregaande verschillen tussen beide partijen (Duarte beloof de een algemene amnestie als de guerrilla bereid is om eerst de wapens in te leveren, terwijl de oppositie zelf een staakt-het-vuren eist om daarna te kunnen onderhandelen over het tot stand komen van een gezamenlijke overgangsregeringi zouden de rebel len het volgens Duarte wel met hem eens zijn geweest over een aantal uiteindelijke doelstellingen, namelijk, democratie, pluriformiteit en sociale rechtvaardigheid. Dat beide partijen uiteindelijk een gezamenlijk communiqué uitgaven, was volgens Duarte het resultaat van het feit dat zowel de oppositie als hij zelf oorlog en geweld in principe veroordeelde en de nationale drang naar vrede erkende. „Gezamenlijk voelden we de nood zaak om met een antwoord naar het volk toe te komen", aldus Duarte, die de gelegenheid nog wel gebruikte om te herinneren aan de „afhankelijkheid van de oppositie van Rusland, Cuba en Nicaragua". En nogal dramatisch beloofde Duarte zich voor honderd procent te zullen inzetten om daad werkelijke vrede in El Salvador te brengen, „hoewel ik geen millimeter van onze grondwet zal afwijken De grote afwezige bij de historische gebeurtenis in La Palma was guerril lacommandant Joaquim Villalobos, die zoals gebruikelijk in de oostelijke provincie Morazan vertoeft. „Te ver om even snel te lopen", aldus guerril lawoordvoerders. Julio Ama, door de zon verweerde huid. Castro-baard. met vechtpet en olijfgroen uniform, verduidelijkte dat via de bemiddeling van het Salvadoraanse aartsbisdom om een helicopter was gevraagd en bescherming van het internationale Rode Kruis om Villalobos tijdig in La Palma te kunnen krijgen. „Hoewel het Rode Kruis accepteerde, weigerde® regering van Duarte de helicopt® aldus de guerrillawoordvoerder. Duarte greep 's avonds op de telers de afwezigheid van Villalobos aanb een bewijs dat de guerrilla lang met* sterk is en zoveel gebied onder canu le heeft als men zelf beweert. Villa» bos werd trouwens vervangen door® commandant Facundo Guaroa» Deze guerrillero heeft al twee keer- de gevangenis gezeten. Onderwijl maakte het Comité v» vermiste politieke gevangenen e vermoorden van de gelegenheidïnw Palma gebruik om Duarte ervan beschuldigen dat onder zijn bew» de staatsterreur doorgaat. -A'5 terreur niet onmiddellijk stopt. is het een leugen dat deze regen"! vrede wil", aldus een van de w0* ders.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1984 | | pagina 4