FLEVOHOF: VREEMD BEDRIJF alles wat leeft scoort hier hoog iS Ik zou de derde of vierde generatie Eshuis worden die met schoenlappen zijn brood zou gaan verdienen. Ik heb dat ook heel even gedaan. Bij de keuring voor de militaire dienst werd ik getest en daar kwam uit dat ik organisatorische kwaliteiten had. Dat is later wel uitgekomen. Ik heb werktuigbouwkunde gestudeerd, waar ik later bij het ontwikkelen van de plannen voor de Flevohof veel profijt van heb gehad. Ik ben on danks mijn studie toch in de schoe nen terechtgekomen. Drie schoenen zaken had ik op een gegeven moment. Maar erg leuk vond ik dat niet. Je moest je te barsten werken". „Toen er in Wierden een wolspinnerij failliet ging en de fabriek leeg kwam te staan, heb ik dat gebouw gehuurd en heb daar mijn eerste handelsbeurs in georganiseerd Twen the Troef, was dat. Man. dat liep als een trein Daar had ik nou echt plezier in. Die beurs is eigenlijk het keerpunt in mijn leven geworden. Vervolgens moest ik op verzoek van de burgemeester van Vroomshoop ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van zijn dorp ook een manifestatie organiseren Daarin moest Vroomshoop centraal staan Dat is ook een succes gewor den. Zo rolde ik in een interessant gat in de markt, namelijk grote evene menten op touw zetten in de sfeer van de public relations. Belangstelling proberen te kweken voor een bepaal de gemeente. Daar was gewoon veel vraag naar" „Een grotere opdracht leek van de burgemeester van Wageningen te ko men. Nou moetje even goed opletten, want dat project in Wageningen is in feite het begin van de Flevohof gewor den. Die burgemeester wilde dat ik een soort permanente expositie zou gaan opzetten die Wageningen moest gaan verkopen. Ik zag het allemaal een beetje anders dan de burgemees ter. Bovendien was er veel te weinig grond beschikbaar. Om een lang ver haal kort te maken dat project in Wageningen is niet doorgegaan, maar het heeft mij wel op het idee gebracht een grote permanente land- en tuin- bouwexpositie te realiseren. Samen met de heer Van Bommel van Vloten, die indertijd voorzitter was van de Landbouwhogeschool in Wageningen. en een later gevormd comité heb ik dat idee verder uitgewerkt" ..Dat we hier tenslotte in de polder terecht zijn gekomen is natuurlijk niet zo vreemd Hier is ruimte zat en bovendien ligt Biddinghuizen nogal centraal. Vooral nu al die grote brug gen over de randmeren klaar zijn en er een dijk tussen Lelystad en Enkhui zen is aangelegd. We zijn aan ons project begonnen zonder dat we ook maar een cent achter de hand hadden Het hele project hebben we zelf gete kend We hebben zelf de begroting gemaakt en ik heb bovendien een uitneembare maquette gebouwd, die ik achter in de auto overal mee naar toe heb gesleept". in het rood „Omdat ik niks verdiende aan het promoten van de bouw van de Flevo hof. moest ik er in die beginperiode andere dingen bij gaan doen om toch brood op de plank te krijgen. Ik was onder andere adviseur voor de bouw van sporthallen en bungalows en ik was ook betrokken bij de organisatie van een groot evenement in Utrecht. Tussen de bedrijven door heb ik jarenlang stad en land afgereisd om' steun te zoeken voor ons project. Ik maakte natuurlijk wel onkosten. De eerste folder heb ik zelf voorgefinan cierd. Op een gegeven moment stond ik 65.000 gulden in het rood bij mijn bank in Wageningen. Maar ik was toen al koopman genoeg om daar geen slapeloze nachten van te krij gen". .Bovendien, als het fout was gegaan met dat plan voor de Flevohof. waren er in land- en tuinbouwkringen best wel mensen geweest die voor mij de henk kuipers portemonnee zouden hebben getrok ken. Man. ik heb wat af moeten praten om land- en tuinbouworganisaties achter mijn plannen te krijgen Ik had eéht het gevoel dat ik het Evangelie aan het verkopen was. dat ik zieltjes aan het winnen was Alles met elkaar heb ik met honderden besturen ge praat. met duizenden mensen dus Ik had soms drie afspraken achter elkaar met boerenorganisaties. Die wilde voor vierduizend gulden meedoen, die voor achtduizend" slachtoffer „In 1971 zijn we open gegaan. Het werd al meteen een succes. Zeven honderdduizend bezoekers kregen we! Maar wij werden tegelijkertijd een beetje het slachtoffer van ons succes. Want het parkeerterrein bleek veel te klein, de restaurants waren te klein, de opzet van onze agrarische bedrijven was te beperkt. Dus moésten we al direct gaan uit breiden. Dus moesten wc leterlijk opnieuw de boer om op om nog weer wat geld los te krijgen. Ook dat is ons gelukt". ..Sindsdien hebben we de verbeterin gen en uitbreidingen steeds met eigen middelen kunnen financieren Met wij bedoel ik overigens de Stichting Fle vohof. waarvan het WD-kamerlid Waalkens de voorzitter is en waarbij ik in dienst ben getreden als direc teur We bezitten nu 150 hectare grond, waarvan veertig hectare toeris tisch is ingericht. De rest wordt agra risch gebruikt. Naast directeur van de Flevohof ben ik dus ook eigenlijk een grote boer met 110 bunder grond, met een grote rundveehouderij en een var kensfokkerij. We doen ook veel aan akkerbouw' „Vorig jaar was het door het warme weer geen best toeristenseizoen. Het aantal bezoekers is onder de maat gebleven. Maar ik heb met mijn aard appelteelt toch nog heel wat goed kunnen maken. haha. Die aardappe len stonden er door het slechte voor jaar niet zo best bij Toen ze gerooid moesten worden had ik geen ruimte in een van de schuren, omdat die voor een manifestatie gebruikt werd De aardappelen zijn toen langer op het veld blijven staan en zijn daar vervol- gehs als gekken gaan groeien. Dat is ons geluk geweest. We hebben ten slotte meer dan een miljoen kilo bin nengehaald. Dat kwam ons heel goed van pas, mag ik wel zeggen „Zie je nou wat voor vreemd bedrijf dat Flevohof is en wat voor vreemde directeur ik ben? Een directeur die zijn eigen restaurants ontwerpt en die een paar weken geleden tijdens een volkomen verregende vakantie op Terschelling ook nog even een nieuwe reclamecampagne in elkaar draait. Wij zijn ontzettend veelzijdig en dan heb je minder last van een slecht toeristisch seizoen. Wij zoeken het in de breedte en dan ben je als grote attractie gewoon minder kwetsbaar Gemiddeld trekken we een half mil joen bezoekers per jaar. Dat geeft een bruto-omzet van zes miljoen gulden. Dan halen we vier miljoen gulden uit onze restaurants, die we ook gebrui ken voor congressen en de ontvangst van buitenlandse groepen". „De verpachtingen op het terrein van patattentjes, pannekoekenhuis en dergelijke plus onze eigen slagerij en onze eigen bakkerij leveren een bru to-omzet op van nog eens vier mil joen. Uit de exposities halen we an derhalf miljoen, onze agrarische be drijven zetten ook nog eens twee en een half miljoen om. Met elkaar dus een omzet van een kleine twintig miljoen. Als je nu alles opnieuw moest bouwen en aanleggen, zouden Flevohof tachtig miljoen gulden moeten kosten. Dat is wat, tachtig miljoen als je met niks bent begon nen. Daar ben ik als eenvoudige Twentse schoenlapperszoon best wel trots op". Herman Eshuis, bedenker, mede-stichter en directeur van de Flevohof in Oostelijk Flevoland, heeft wel eens een gulden fooi gekregen van een dankbare bezoeker. „Hier, koop er maar een lekker pilsje voor", zei de man. die de bus in Harderwijk nog moest halen en die, zonder te weten dat hij met de baas van het complex van tachtig miljoen van doen had, door Eshuis tijdig bij de bushalte was afgezet. De directeur heeft de gulden in dank aanvaard. Herman Eshuis, directeur van de Fle vohof Dit voorbeeld typeert Herman Eshuis' ongecompliceerde inborst en de door hem bij herhaling gepredikte gastvrij- El van het Kijk-, Speel- en Doe park. Eshuis is ondanks zjjn bijna ongeëvenaarde succes nog steeds die eenvoudige Twentse schoenmakers- zoon die liever dialect dan Nederlands praat en die niet houdt van uiterlijk vertoon als dure kostuums of indruk wekkend diplomatenkoffertjes. Sinds 1971 bestaat de permanente landbouwmanifestatie Flevohof nu al weer. Maar nog steeds is bij Eshuis het heilige vuur met gedoofd. Zes dagen per week en soms wel vijftien uur per dag werkt hij met zichtbaar en aanstekelijk plezier. „Ik voel me als een spin in een web. Dat web probeer ik heel te houden en ik zorg ervoor dat er geen verkeerde vliegen in komen", js zijn credo. Zijn medewerkers weet j voortdurend te motiveren. Mis schien is het wel daarom dat in deze in economisch opzicht nogal donkere dagen de Flevohof zich, zonder een cent subsidie, vrij gemakkelijk kan handhaven in de top-drie van onze grote attractiepunten. •■De stadsmensen groeien steeds ver der van de natuur af. Als je eens wist hoeveel kinderen denken dat melk gewoon uit de fabriek komt. Dat het een echt fabrieksprodukt is. Veel kin deren weten echt niet dat er een koe aan te pas komt die eerst veel gras moet eten voordatje er melk uit kunt halen. We hebben eens een rondlei ding van tachtig stadsvrouwen gehad Die maakten zich nogal zorgen over ccn paar kippen die alsmaar gepikt werden door een veel grotere kip. Ze vonden dat nogal zielig. Of de be drijfsleider die grote kip niet in een ander hok kon doen. Dat het om een haan ging die zijn echtelijke plichten aan het nakomen was. dat was bij die vrouwen niet opgekomen". ■Alles wat leeft haalt hier de hoogste score. De kalfjes, maar ook de zeugen en de biggetjes, die zijn nog steeds het meest in trek bij de stadsmensen. Hoe wordt ons brood gebakken, hoe werkt een slager, hoe worden onze tomaten en champignons geteeld? De mensen weten het niet en ze kunnen het bij ons allemaal zien. Ik geloof dat wij er beslist in geslaagd zijn om onze be langrijkste doelstellingen te verwe zenlijken. De Flevohof slaat een brug tussen de stad en het platteland en laat zien waartoe onze agrarische sec tor in staat is. Toen we pas open waren zag je hier vooral boeren. Die willen natuurlijk met eigen ogen zien wat die gekke Eshuis met hun centen had gedaan. Maar tegenwoordig zijn het vooral de stedelingen die ons bezoeken Die mensen zijn natuurlijk wel veiwend. Om hun aandacht te blijven prikkelen investeren we voort durend in nieuwe dingen. De markt waarop wij werken is verzadigd. Daar om hebben sommige grote attractie- punten het moeilijk om het hoofd boven water te houden. Er is maar een manier om het te redden en dat is kwaliteitsverbetering" echte twentenaar „Ik ben een echte Twentenaar. Mijn vader was schoenmaker in M ierden.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1984 | | pagina 19